t UIT DE PERS Onbegrijpelijk. Kerk en Staat, het orgaan van de Hervormd Gereformeerde Staatspartij, behandelt in zijn laatste nummer de vraag: „Mogen wij de Openbare School loslaten?" Ook ditmaal, aldus lezen wij in D e Waarheidsvriend, maakt het blad zich wel wat te gemakkelijk van do zaak, die het voorstaat: „de kerstening van de, Openbare School", af. Niet alleen, dat liet orgaan in zijne be schouwingen over het vraagstuk zelve zeer vaag is, maar liet laat ook geheel onbesproken het punt, waar het juist op aankomt, n.l. de wijze, waarop de oplos sing der zaak te verkrijgen is. Merkwaardig is, dat de Ned. Herv. Staatspartij, blijkens hetgeen in het ar tikel geschreven wordt, juist aan de Roomschen het volle pond wil geven. Voorts zullen bij facultatieve splitsing; der Openbare School naar de godsdien stige gezindheid naast de Roomsche Scholen, ook o.m. Protestanlscho Scho len komen, maar deze laatsten zullen dan vrij moeten zijn, gelijk betoogd wordt, van „dogmatisme", d.w.z. „dat de Con- fessioneele verschillen niet te zeer (wij spatieeren) op de spits worden gedre ven." Eenzelfde type van Openbare School dus, als met zooveel warmte bij de laat ste Staatsbegrooting door het liberale Kamerlid mejuffrouw mr. Van Dorp, de partijgenoote van mr. S. van Houten, den man van God, eigendom en fa milie, werd bepleit. Wij begrijpen hiep? van het standpunt van de Hervormd Gereformeerde Staats partij niet veel. De Roomschen, tegen wie week aan week op de meest felle wijze wordt gea geerd, krijgen de scholen die zij behoe ven, maar de Gereformeerden zullen zich met een school, waarbij het beginsel niet te sterk mag uitkomen, moeten tevreden stellen. En met deze laatste school nemen dan zij genoegen, die zich bij voorkeur ge roepen achten het volk op te roepen om terug te keeren tot do Wet en de Ge tuigenis, en die zich bij preferentie als Gereformeerden aandienen, die met de beginselen niet willen transigeeren of schipperen. Wij, Antirevolutionairen, .passen voor een school, door de Hervormd Gerefor meerde Staatspartij aangeprezen als eene, waar de beginselen naar Gods Woord, overeenkomstig de Belijdenis schriften, moeten worden doodgezwegen. Pacificatie? De „Nieuwe Courant" neemt een serie artikelen op onder den titel „Onze eerste onderwijsminister", waaruit, zegt de Rotter.dl, duidelijk blijkt, dat op on- derwijsgebicd do geest van bevrediging nog lang niet allerwege is doorgedrongen. Dat de „schrijver op een aantal punten van meening verschilt met Minister de Visser is gemakkelijk, te begrijpen.. Een minister die een zooveel omvattend de partement te beheer en heeft, en zoovele wetsontwerpen bij de Staten-Generaal aanhangig heeft te maken, zal vanzelf wel nauwelijks iemand vinden die het in alle opzichten met hem eens is. Bezwa ren tegen bepaalde punten van het be leid van den minister zal wel ieder heb ben die op het gebied van het onderwijs tot eigen meeningen is gekomen. Maar voor de politieke gezindheid van bepaalde kringen is het toch van betee- kenis, dat een blad als de „Nieuwe Cou rant" artikelen opneemt, waarin uitin gen als de volgende voorkomen: „De bekende haat der theotogen tegen goed en goed-ingericht onderwijs, dat niet van hunnentwege gegeven wordt, blijkt zonneklaar". „Het schrikbewind van Dr. de Visser over het onderwijs in Nederland maakt ons land tot een aanfluiting zoowel van lager- als van middelbaar onderwijs tot en bedroevend lager peil dalen." GEIMENGD NIEUWS Bedwelmd. In den autobus van Grave op den Bosch zijn twee passagiërs bewusteloos geworden. Ze rolden, toen in den Bosch het portier werd geopend, zoo maar uit den auto en bleven op straat liggen. Het bleek dat het benzinereservoir lek was geworden onder weg en de benzinedampen hun werking hadden gedaan. Aanvaringen. Het stoomschip Zaanstroom, van de Holl. Stoomboot-Mij. is gistermorgen omstreeks 6 uur, tengevolge van zwaren mist, op den kop van steiger 2 van de De Ruyterkade te Amsterdam geloopen. Doordat het schip weinig gang had, werd geen schade van beteokenis aangericht. Een aanvaring van ernstiger aard had omstreeks half negen nabij de Houthaven te Amsterdam plaats. Het binnenkomende stoomschip Spaarnestroorn, eveneens van de Holl. Stoomboot-Mij., kwam in aanva ring met de Velzer boot Prinses Juliana, van de firma Bosman, die op weg was naar Velzen-IJmuiden. Laatstgenoemd vaartuig werd midscheeps geraakt; een anker van de Spaarnestroorn vatte het dekwerk van de Prinses Juliana en trok dit er af. De Prinses Juliana keerde terug naar Amster dam. Brand. De villa Antstein te Marssum bij Leeu warden is grootendecls door brand ver nield. Een deel van den inboedel kon wor den gered. Het perceel, bewoond door Dr. T. B. J. Heinemann, was verzekerd. O.m. werden de goederen van twee dienstmeis jes een prooi der vlammen, van een harer een geheele uitzet en een fiets. Droevig. De GS-jarige Mej. L. Hendriks te Nicuw- Wccrdinge is op haar driewieler t# water gereden, toen zij haar dochter wilde be zoeken, en is verdronken. Smokkelaars. Te Heerlen zijn twee Duitschers aange houden bij frauduleuzen invoer van een waardevolle hoeveelheid medische praepa- raten. De beide vreemdelingen bleken ook in het bezit van vuurwapens te zijn. Inbraak in een kerk. Gisternacht is ingebroken jn de R. K. kerk te Hoek van Holland. Uit de offerbus sen wordt het daarin aanwezige geld ver mist. Door de politie in verband hiermede een tweetal personen gehoord. Een respectabel biljet. De gemeente Almelo heeft sinds eenige maanden een bijzondere belasting op bouw terreinen-. Aan mr. A. F. L. Graaf van Reekteren Limpurg Almelo is een aanslagbiljet voor deze belasting uitgereikt (wegens de vele perceelen, die daarop vermeld worden) dat een lengte heeft van 188 centimeter. „Hbld." Eitjes. De kippeneieren worden goedkooper. (Jit het Oosten van Groningen bericht men ons, dat ze deze week tegen 6 cents per stuk werden aangeboden. Het ligt voor de hand dat de voorraad door het zachte weer zal vermeerderen en de prijs dus niet di rect weer klimt. Uit Bergen op Zoom: Yersche eieren worden hier op de week markt verkocht tegen 7 a 8 et. per stuk; maar de prijs van de boter, is gestegen tot f 1.40 per K.G. De Eierprijzen. Uit Oostelijk Groningen meldt men ons, dat de prijs der kippeneieren, tengevolge van het zachte weer zich in dalende lijn beweegt en de eieren reeds werden aange boden voor 6 cent. De Dadaïsten te Bussum da-da! Kurt Schwitters en consorten hadden te gen Donderdagavond de groote zaal van „Concordia" afgehuurd, natuurlijk zonder vooruitbetaling, en een grooten Da-Da- avond aangekondigd, 's Morgens hadden zo nog belangstéllend telefonisch geïnfor meerd of het goed ging met den plaatsen- verkoop, waarbij ze vernamen, dat er al negen plaatsen genomen waren. Tegen 8 uur waren ongeveer 30 nieuws gierigen aanwezig, maar geen Dadaïst was verschenen. Het Bussumsche publiek had de mooist denkbare manifestatie van Da- Da bijgewoond en incasseerde dankbaar en voldaan het reeds gestorte entreegeld. „Hbld." Een granaat ontploft. Uit Brussel wordt gemeldTen gevolge van de ontploffing van een granaat in het boscli van Houthulst zijn drie personen gedood en gewond. De duinen bij Noordwijk voor het publiek sluiten?! Wij lezen in het Handelsblad: De burgemeester van Noordwijk heeft Woensdag j.l. in de vergadering van den gemeenteraad on een desbetreffende vraag van een' der leden, meegedeeld, dat het domeinbestuur voornemens is, de dui nen voor het publiek te sluiten. Voor personen, die daarvoor naar het oordeel van dit bestuur in aanmerking komen, zullen wandelkaarten beschikbaar worden gesteld. De burgemeester voegde aan deze verklaring toe, dat hij de redenen, die het domeiiïbestuur tot dit besluit hebben ge leid, niet in het openbaar kon meedeelen. Met schrik en verontwaardiging zal menigeen van deze medodeeling kennis nemen. De duinen om Noordwijk belmo ren tot het mooiste natuurschoon dat ons land bezit. De weelderige begroeiing geeft er aan de duinen een zeldzame bekoring, een verrukkelijke pracht; de flora is er van een schoonheid en van een verschei denheid, welke langs de geheele Noord zeekust wellicht nergens worden geëven aard. En nu wil men deze heerlijkheid, deze lust voor de oogen, waaraan duizonde Nederlanders eiken zomer weer hun hart komen ophalen, die ook in het buiten land Noordwijk gemaakt hebben tot de -uitverkoren badplaats voor hen, die aan de zee nog iets anders komen zoeken dan dancings en cabarets, nu wil men dit verrukkelijk natuurschoon zorgvuldig achter prikkeldraad gaan opbergen, zoo dat niemand er meer vrij in zal kunnen ronddwalen, niemand er meer zonder speciaal verlof van zal mogen genieten! Deze „voornemens" van het domeinbe stuur moeten „voornemens" blijven. Tot do daad mag het niet komen. Dat het gemeentebestuur van Noord wijk zich niet lijdelijk hij een dergelijk plan zal neerleggen, spreekt dunkt ons wel vanzelf. De sluiting van de duinen voor het publiek zou immers vrijwel ge lijk staan met het doodvonnis voor de badplaats Noordwijk. Maar ook die talrijke, over het geheele land verspreide, natuur-liefhcbbers, wier heerlijkste zomerlierinneringen onafschei delijk aan de Noordwijksclie duinen zijn verhonden, mogen niet toelaten, dat een domeinbestuur hun dit kostelijk genot zoo maar „mir nichls dir nichts" komt ontnemen Wij hopen, dat de minister van finan ciën, onder wiens departement het do meinbestuur ressorteert, onmiddellijk de uitvoering van deze booze voornemens zal doen staken. Zachte winters. Het zachte weer van nu, doet de vraag rijzen, of ook de goede oude tijd zachte winters heeft gekend. Zeker, en zelfs nog zachtere. De Kleinveeteelt noemt er eenige. Ziehier: 1172. In dit jaar was de winter zoo zacht, dat reeds op het einde van Janu ari de vogels hunne nesten maakten en in Februaui reeds jongen hadden, terwijl de hoornen in Maart reeds in het blad •tonden. 1289. Dit jaar had men geen winter; men zou gezegd hebben dat de natuur geweigerd liad haar gewone rust te nemen en plotseling van den herfst naar de lente was overgegaan. De winter was zoo zacht dat de jonge meisjes te Keulen op Drie koningendag (6 Januari) kronen van vio- letten en korenbloemen in het haar droe gen. 1421. Dit jaar zag men de hoornen in Maart en de wijngaarden in April in vollen bloei. In laatst gemelde maand had men rijpe kersen en in Mei waren er al reeds druiven. 1538 was de winter zoo zacht, dat in Januari de tuinen al volop bloemen ston den. 1572. Reeds in Januari zag men bla deren aan de hoornen en in Februari nes telden do vogels zich in hunne takken. 1585. Hetzelfde verschijnsel deed zich dit jaar wederom voor en met Paschen had men reeds korenaren. 1607. Ook de winter van dit jaar was buitengewoon zacht. Vorst was er niet. 1659. Men behoefde in den winter van dat jaar bijna niet te stoken. Het vroor noch sneeuwde. 1722. In de maand Januari was het zoo warm, dat er nergens meer werd ge stookt en men zicli dunner kleedde. 1807. Ook de winter van dat jaar was zeer zacht en nergens hespeurdè men ijs. Letteren en ECunst Sursum Corda. Onder leiding van haar directeur Huhe-Tt Cuypetrs geeft het gemengd koor „Sursum Oorda" op Woensdag 21 Febr. haar jaarlijksche uitvoering in de Stod-s- Bizonderheden vindt men in dë~ nog te plaatsen advertenitiën. Uitgevoerd worden „Eve" van Jules Massenet, de „Ouverture tot Adam in Ballingschap" alleen voor orkest en „Te Deurn Laudamus". De beide laatste werken van den heer Cuy- pers. „Eve" is een zeldzaam fijn en poëtisch werk, Gedurende de eerste maten vertolkt het strijkorkest in lieflijke melodieën de rust welke er heerseht in liet Paradijs. Weldra gondelen er harpa cc oorden door de zingende vibraito's der violen, nog weer even later vergezeld door de fijne harmonieën der hout-blazers. Steeds pia nissimo met lichte crescendo's weeft heb orkest voort aan het lieflijk klanken weefsel om een indruk tc geven van den idyllischen droom der natuur. Als liet koor na zestien maten inzet, wordt die indruk nog versterkt. In vijf stemmige declamatie wordt verteld, hoe de man, Adam, sluimert onder de palmen Maar dan, plotseling, worden aarde en zeeën opgeschrikt door een wonderbaren gl-oed, die van den hemel straalt. Bazuinstooten en psukengeroffel sidde ren even dioor 't. orkest, dat evenwel spoedig weer in zijn lyrische droomerijen terugzinkt. In de diepe stilte, waarin Adam slui mert, wordt aan zijn zijde =©cn wezen ge schapen vol van gratie en van liolit. Nu verheft het orkest zich tot extase en hei- koor jubelt: „Mensch, ge zijt niet meer alleen". De tenorsolist treedt thans als recitanfc naar voren en vertelt enkel begeleid door strijkorkest en houtblazers hoe de menisoh oprijst uit zijn droomen en een omiksprekelijke blijdschap hem vervult nu hij de vrouw naast zich ziet. Do tweede scène vangt aa-n met een heerlijk onkestvoorspel, waarin de idyl lische toestand van het Paradijs woTctt geschilderd nu liet scheppingswerk vol maakt is. Het zal den toehoorder opvallen, dat Massenet ook in dit voorspel van de koperinsl-rumenteiï een matig gebruik maakt. Het schelle, klaterende koper ge bruikt- hij alleen in momenten van hooge spanning. In verhand met den aard van het werk weet hij het meest afwisselende en steeds even fijn genuanceerde oolorieb te bereiken door allerlei combinaties van strijkorkest, hoaitblazere en harpen. Daar door blijft zijn oompositie steeds haar poëtisch waas behoudendaardoor blijft zij doorzichtig en logisch en leent zich juist; zoo goed voor het betrekkelijk in tiem karakter der Leidsche Gehoorzaal, die de pompeuze Ma-nkenorgie van zoo vele moderne werken niet verdragen kan. In dit voorspel treden de koperiast-ru- menten wel op, maar zonder te veel te domineer» n. Nu volgt een beurtzang tusschen Adam en Eva, waarin beiden zich uitputten el kaar wedehkeerig te adoreeren. Op voor name wijze wordt het duet begeleid. Al les tintelt van poëzie en de eoht Fran- sohe gratie. De rhythmen deinen en dan sen met lossen, bevalligen zwier en hup pelen en trippelen licht cn et-herisch door dje zaal. Onwillekeurig denken we aan Vondels woorden uit de „Lucifer" „Nu gaat de bruiloft in met eenen wellekom En brand van stralen, niet te melden doch te gissen." Het eerste niensohenpaar jubelt van den eeuwigen vrede die rondom hen is an -belooft elkander on verbroken trouw. Het tweede gedeelte stelt ons Eva voor in de eenzaamheid. Het is nacht Aan den liemel goudelt het sterren'heir. Duis ternis is in het woud, dat zwanger is van bedwelmende geuren. Adam sluimert. Rondom Eva fluisteren verleidelijk de stemmen der natuur. Vleiend wordt zij toegesproken. Te midden van de schatten die haar omrin gen leeft zij in onwetendheid. Ga met ons mee, zoo fluisteren dc stemmen. Wij toonen u den boom der kennis. Eva weifelt en wordt- langzamerhand zoo bekoord, dat de wet Gods, welke in haa-r gemoed is geschreven, verbleekt voor de verlokkende zaligheid die fiaar wordt toegezegd. .Steeds dringender manen de stemmen. Plotseling valt het- geheele orkest in met scherp gemaskeerde rhythmen: C'est_ l'a-rbre de science, viens I" De Stem van den Afgrond neemt allo middelen te baat. De zoetste vleierij wordt afgewisseld met wild» uitbarstin gen. Dé vto-uw zal koningin zijn, heer- schen over alles, zoo wordt haar beloofd zij zal als God zijn. Het derde gedeelte schildert den val. 'Adam is ontzet, maar wordt ten slotte doo-r zijn bruid medegesleept, In een zon dagen roes juichen Adam en Eva elkaar toe, dat zij macht hebben over alles, dat het universum hun toebehoort. Het or kest prijst nu in vleiende melodieën het denkbeeldig geluk, dat Adam en Eva zich hebben verworven; maar de melo dieën missen den reinen klank van 't eer ste gedeelte. In de Epiloog wordt de vloek verklankt Eerst een somber voorspel van chroma tische gangen. Weldra schettert 't koper het motief van het Dies irae, dat nu tel kens weer herhaald wordt. De recitant verhaalt van den geweldi gen ommekeer welke er in Eden plaats vindt als er over dë gansche schepping een ontzettende kreet van verdoemenis opgaat. Het koor zingt een vloekzang: „Mensch omdat gij de stem van den afgrond hebt gehoorzaamd, wees verdoemd. De hand' van den levenden. God weegt zwaar op U en op uw nageslacht". Nog eenmaal krijgen we een lange klacht van Adam en Eva: „Wat Ge ons ook voor onze zonden, ontneemt, o God, ontneem ons niet-, dat wij tenminste ge meenschappelijk in wederzijdöche liefde Uw oordeel dragen^" waarop het koor slechts antwoordt: ,,Soyez maudits De „Ouverture tot Vondels' „Adam in Ballingschap" door Hubert Cuypers geeft de totaal-indruk ken van Vondels prachtig drama weer in een lyrisch-dkamatisch tonenweefsel. In den aanvang wordt ons door de violen de heilstoestand van het Paradijs geschil derd. Na een-igen tijd treedt het Satan- motief op, dat- voortdurend de Btemming van het Paradijs tracht te breken, in den aanvang te vergeefs. Daarna zingt de hobo een serene-melodie, het Evamotief. Weldra paart zich daaraan in forsche rhythmen liet Adammot-ief. Prachtig is nu de schildering van den vrede en heb hemelsche geluk, dat T. eerste mensohen- paar in Edens hof geniet, totdat deze heerlijkheid verwoest wordt door dén val. Demonisch schettert nu het Satan motief. Maar na de overwinning van Satan volgt, de vloek en volgens de dich terlijke voorstelling van Vondel gaat nu het Paradijs in rook en vlammen op. ter wijl Adam en Eva vluchten voor Gods aangezicht en Lucifer en zijn hellege- nootcn een satanisch hoongelaeht aan heffen. Maar Adams woorden zijn een diep-droeve klacht: "„Wij scheiden zonder hoop, U immer weer te zien, O lusthof, paradijs, o schoot van ons geboorte! Wat baat het ommezienOns wordt gehoon des poor te Te ruimen...." Het „To Deum Laudamus" werd door Hubert Cuijpcrs in 1906 gecomponeerd voor dubbelmannenkoor met orgelbegelei ding en wordt heel veel gezongen bij slui tingsfeesten van kerkelijke feesten. Later heeft Cuijpers zijn compositie gezet voor dubbelgemcngd koor met orkestbegeleiding Ofschoon de melodische phrases precies de zelfde zijn gebleven, is door een geheel andere stemmen verdeeling in het timbre van sopranen cn alten alsmede door de wisselende instrumentatie het coloriet van het werk geheel anders geworden. Cuijpers heeft voor zijn compositie den geweldigen tekst geheel tot zijn recht weten te doen komen. Zeldzaam is de afwisseling welke hij in de melodiën heft weten te brengen. De machtige lofprijzing van de eerste zin nen; de mystieke voordracht van de wijze waarop dc machten des hemels den lof des H. Drieëenheid verkondigen; de rijke po- lyphonie van het Sanctus; de wijze waarop hij Apostelen, Profeten en Martelaren laat opstijgen naar den troon van God; het is alles even schoon. Indrukwekkend verkon digt het koor hoe Christus is de koning der glorié, zittende ter rechterhand Gods. Innige smeekbeden stijgen omhoog, om ver geving tc vragen voor het menschdom, dat zijn hoop op den Verlosser stelt. Een uit voerige toelichting van een en ander vindt men in het tekstboekje. Het zal zeker voor Leiden een voorrecht zijn dit heerlijke werk onder leiding van den componist zel ve te mogen hooren. De tekst van het Te Dcum is oorspron kelijk Grieksch en dagteekent uit de eerste of tweed eeuw. De Latijnsche bewerking zooals dio gezongen wordt is uit derde cn vierde eeuw. Men herinnert zich dat een Nederlandsche berijming bestaat als Ge zang 3: het bekende: „Wij loven U, o God, wij prijzen Uwen [Naam U eeuwig Vader, U verheft al 't schep- [sel saam", en wat verder volgt. Ons Babbelhoekje, i Bcsle jongens en meisjes. Ik zou eigenlijk een heel lange brief moeten schrijven ditmaal, want ik heb een groot getal briefjes gekregen, veel meer dan gewoonlijk. Maar nu komt het in verhand met do beschikbare ruimte slecht uit ditmaal en bovendien heb ik door verschillende om standigheden weinig tijd deze week. Ik zal daarom de beantwoording van do briefjes en de toewijzing van de prijsjes maar een week uitstellen. Dit laatsto zal weer niet zoo gemakkelijk gaan. Want niet alleen dat er een groot aantal oplos singen is, maar ik geloof dat de moeste jongelui ook goede oplossingen hebben gegeven, 't Is daardoor ver van gemak kelijk de prijzen ecriijk te verdoelen. De volgende week geef ik ^us de uit slag van den wedstrijd en tevens de be antwoording van de briefjes. Voor ditmaal alleen enkele mededoclin- gen. Om te beginnen kan ik jullie vertellen dat we a.s. Woensdagmiddag een kijkje kunnen nemen in de drukkerij. Alle neefjes en nichtjes die zich heb ben opgegeven, ook de nieuwelingen, kun nen meedoen. „Sneeuwklokje" die 't ge vraagd had, kan ook haar broer meene men. Om kwart over drie Woensdagmiddag verwacht ik jullie in de vestibule van de drükkerij Rapenburg 27. Ik hoop dat jul lie precies op tijd zullen zijn. Dus niet veel te vroeg, want dan wordt het daar zoo'n drukte vrees ik en niet te laat, want dan is er geen gelegenheid om alles be hoorlijk te verklaren. We gaan dan eerst zien hoe de letters gemaakt worden, hoe ze naast elkaar ge plaatst worden in regels en hoe tenslotte een heele bladzij in elkaar wordt gezet. En dan gaan we verder, net zoo lang dab we de kranten opgevouwen en wel uit de pers te voorschijn zien komen, 't Is heeL interessant en ik twijfel niet of jullie zult er van genieten en er wat van lee- ren. Sommigen ook van huiten schreven me, dat ze waarschijnlijk niet zullen kunnen komen. Misschien dat er voor hen later nog wel eens gelegenheid is om te ko men kijken. Dat kunnen we nog wel na- der afspreken. Dus jongelui, Woensdagmiddag precies kwart over drie allemaal present. En nu nog iets over het bazaar-werk. Van verschillenden heb ik al een pakje ontvangen. Kleedjes, hoekenleggertjes, teksten enz. Er waren heel aardiire din-* gen bij. De volgende week hoop ik precies te vertellen wat ik zooal ontvangen heb, dan welen jullie meteen dat 't goed terecht ge komen is. Naar ik hoorde zal de bazaar gehou den worden 27 en 28 Februari en 1 Maart. Me dunkt we moesten afspreken dat Zaterdag 17 Februari alles klaar is. Mocht er iemand zijn die verhindering heeft gekregen, door ziekte b.v. of wat dan ook, laat die dat dan even opgeven, dan kunnen we daarmee rekenen. Hierbij moet ik het ditmaal laten. De volgende week een extra lange brief hoop ik. Hier volgen nog een paar raadsels. I. Voor de grooteren: De middellijnen van bovenstaande fi guur van boven naar beneden en van links naar rechts, moeten den naam van een land in Europa aangeven. Op de eerste lijn komt een medeklin ker. Op de tweede een roofdier. Op dc derde iets wat men graag ziet. Op dr vierde naam van een vogel. Dan volgt de middellijn. Op de zesde lijn komt ds naam van een bekende stad in Zuid-Hol land. Op de zevende wat onmisbaar is voor ieder mensch. Op de achtste een scherp voorwerp. Op de negende een me deklinker. Ingezonden door „Vergeet-mij-nielje". II. Voor de kleineren: Mijn geheel bestaat uit 20 letters. Uit een 1, 20, 6 komt water. Een 3, 5, 6, 2, 20 is een bloem. 5, 20, 12 is een cijfer. In Amsterdam is een 7, 18, 16, 2u, 8, 7. Roovers wonen in. 4, 17, 6, 5, 12. 19, 11, 15 komt van de bij. Iedereen heeft een 10, 14, 13. Ingezonden door „Narcis". Ziezoo jongelui, nu maar weer aan 't werk. Tot a.s. Woensdag liopenwe. Vele groeten. Oom FELIX. Grapjes. Een mijnheer zei tegen een jongetje: „Hoe heet je, beste jongen?" Jongen: „Net als mijn vader, mijnn heer." Mijnheer: ..En hoe heet je vader dan?" Jongen: „Net als ik, mijnheer." Mijnheer: „Hoe noemen ze je dan als ze je roepen te eten?" Jongen: „Ze roepen me niet te eten." Mijnheer: „Waarom roepen ze jo niet te eten?" Jongen: „Ik zorg wel, dat ik er op tijd ben, mijnheer." De wandelaar tot den hengelaar: „Wil len ze nogal bijten?" Hengelaar: „Bij honderden." Wandelaar: „Baars of snoek?" Hengelaar: „Muggen". Twee matrozen zijn bezig een scheeps kabel uit het ruim op dek te trekken. Eerste matroos: Wel nu nog mooier, komt er geen eind aan het touw? Tweede matroos: Weet je wat ik ge loof? Dat ze het eind er hebben afge sneden! „Vader, ik zit niet meer op den achter ste. bank." „Mooi zoo, jongen. En hoe is dat ge komen?" „De bank wordt geschilderd, vaderI" Omvergereden voetganger: „Kun je niet hellen?" Fietser: „Jawel, maar ik kan niet fiet sen." Onderwijzer: Zog me eens, Jan, wat hebben wij voor koloniën. Jan: Vacantiekoloniën, meester.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1923 | | pagina 7