NieuweLeidsctieCourant
Tweede Blad
Woensdag 22Novemberl922
DE A. R. PARTIJ EN DE NED. HERV.
KERK.
In eon cursusvergadering to Zufcphen
gehouden, hoeft Prof- Dr. Hugo Vie
st her over bovengenoemd onderwerp
gesproken.
Hii deed dit aan de hand van de vol-
gendo stellingen.
1. De A. R. Staatspartij wordt gedra
gen door do Calvinistische levens- en we
reldbeschouwing. Zij pretendeert zich aan
te sluiten bij den geest der Reformatie, die
ons volksbestaan opriep, met. dien ver
stande dat zij daarbij niet uit het oog
verliest den ontwikkelingsgang der histo
rie en ook dus voeling wenscht te houden
met het karakter van het leven onzea
tijde.
2. Als staatspartij dankt zij haar op
komst aan do herleving van hot Calvinis
me in ons vaderland, die vooral door Dr.
Kuyper's arbeid tot, invloed kwam. Haar
politieke groei hangt ten nauwste samen
met het roligieuso leven van het Gerefor
meerde volk in ons land. Zij is dus krach
tens haren oorsprong feitolijk oeaie Gere
formeerde partij.
3. Hoewel zij een principieel Gerefor
meerd karakter draagt, is zij toch niet
eene kerkelijke partij, d.w.z. dat zij met
betrekking tot het kerkelijke vraagstuk,
dat ons Gereformeerde volk verdeelt, eene
interkerkelijke plaats inneemt, zich in de
kerkelijke vraagstukken, die de onder
scheiden groepen der Gereformeerden ver
doelen, geen partij stolt; met name geldt
dit het vraagstuk van het kerkherstel.
4- Als politieke partij heeft, zij slechts
met dio kerkelijke vraagstukken van
doen. die betrekking hebben op het poli
tieke loven onzes volks, b-v. het publieke
recht der kerk, de verhouding van Kerk
en Staat.
5. Zij heeft echter krachtens haar we
zen in het bijzonder de roeping te waken
voor do belangen van alle uit de oor
spronkelijke nationale kerken geboren
kerkformatics, dus voor de belangen der
Gereformeerde gezindheid.
6. Zij heeft volgens art. 20 van „Ons
Program" te stroven naar eene verhou
ding van Kerk en Staat- die de volstrelcle
vrijheid der Kerk waarborgt en hare wet
telijke veiligheid verzekert. Deze vrijheid
der korkformat.i©s is het grootst indien
volkomen scheiding van Kerk en Staat
wordt ingovoerd met betrekking tot do
financieele verhouding en allo kerkforaia-
ties zijn aangewezen op eigen onderhoud.
Voor do Gereformeerde Gezindheid is
daarom deze scheiding hel, verkieselijks!,
■wijl zij in overeenstemming ia met art.
36 der Qonfessie. Do vrijheid en gelijk
heid voor de wet der vei-scliillonde kerk-
forrrtaties is de beste becherming. dio de
Overhead bieden kan.
7. Zij heeft dus in haar Program ge-
oischt losmaking van de zilveren koorde,
maar wijl zij de rechten der kerken verde
digt. staat zij niet voor schrapping, maar
uitbelahng aan do rechthóbbonden aan het
rechtens verschuldigde.
8. Krach tone hare belijdenis behoort do
Gereformeerde Gezindheid in een kerkver
band te loven. De politiek der A. R.
Partij behoort do hinderpalen daarvoor
uit den weg te ruimen en voorzoover dit
op politiek gebied ligt, rnede te werken
zulk ceno toekomst mogelijk te maken.
9- Daar de Synodale Organisatie de
'grootste belemmering is voor de verwer
kelijking van het kerkelijk ideaal der Ge
rei, is het de taak der A. R. Poli
tiek om den steun, die de Overheid aan
deze Organisatie verleent, weg te nemen,
opdat de in hare boeion geklonken kerken
weder tot vrijheid kunnen komen, zonder
daarbij de Staatsmacht tegenover zich te
vinden.
10. Het is de roeping van alle Gerefor
meerden in den lande z'-ch daarom politiek
aaneen te sluiten. Deze aaneensluiting
behoort te geschieden in do bestaande
A. R. Partij, dio om dit mogelijk te ma
ken. zorg moet dragen trouw te blijven
aan baTO bceinselen ,niet slechts met
woorden, doch ook met daden, want hef,
veria'en der beginselen geeft voedsel aan
de neiging tot afscheiding en ook, tot
zekere hoogte, hot recht daarftoe.
KERK EN SCHOOL
NED HERV. KERK.
Beroepen. Te IJsselmuiden en Graf
horst en te Sprang: J. van Amstel, eand.
te Zeist; te Rotterdam: P. G. de Vey
Mestdagh te "Wassenaar.
GEREF. KERKEN.
Beroepen. Te WesfcerleeB. Roorda
te Driesum; te EottevalleA. J. Noorde
wier, doet. te Meppel.
GEREF. GEMEENTEN.
Beroepen. Te Westzaan: R. van
Oordt te Ridderkerk.
BAPTISTEN GEMEENTEN.
Bedankt. Voor Workum-Stavoren: J.
Louw te Niouwe-Pekela.
Ds. Bolkestein.
Na des morgens bevestigd te zijn door
Ds. L. J. van Leeuwen, van Hilversum,
met een predikatie over Openbaring 1:
16a: „En hij had zeven sterren in zijn
rechterhand", verbond Ds. G. Bolkestein,
van Katwijk overgekomen, zich Zondag
avond aan de Hervormde Gemeente van
Apeldoorn en Het Loo met een predikatie
over Efeze 6: 19, waarin hij schetste des
apostels getuigenis aangaande een heilige
taak, een diepe afhankelijkheid cn een
heerlijke eenheid. Des morgens na do be
vestiging werd hem toegezongen Ps. 134:
3 en des avonds Gezang 913. Beide malen
was heb grooto kerkgebouw geheel gevuld.
Synodale wijzigingen.
De Algemeene Synodale Commissie heeft
vastgesteld, dat de vier door de synode
voorloopig aangenomen wijzigingen, waar-:
onder de* instelling van het vrouwenkies
recht, met 52 togen 15 stemmen door de
provinciale kerkbesturen zijn aangenomen.
Groote offervaardigheid.
De Zondag in de Geref. Kerken te Rot
terdam gehouden wintereollecto voor de
armen, bracht op f 4600.en de gewone
collecte voor de armen f 1000.zoodat
voor de arme broeders en zusters totaal
dien dag inkwam f 5600.
Predikant-Christusbestrijder.
De vrijzinnige predikant der Ned. Herv.
Gemeente te Middelie (N.-H.), D s. H. J. D.
K. Thee sing, sprak Woensdagavond in
zijn kerkgebouw over het onderwerp; „De
groote Fabel." Een bijzonderheid hierbij
was, dat cr gelegeenheid bestond om na
de rede vragen te stellen.
De predikant trachtte aan te toonen, dat
er een absolute tegenstelling is tusschen
het Evangelie van Jezus en de leer van
het Christendom. Het Evangelie is idealis
tisch, doet een beroep op het goede in den
mensch en stelt hem de opdracht deze, we
reld uit duisternis, haat en onrecht te lei
den tot licht, liefde en rechtvaardigheid.
Het stellen van dezen eisch veronderstelt
de mogelijkheid, dat die eisch ook kan
worden vervuld. Het i3 absurd het onver
vulbare den mensch op te leggen. De leer
van het Christendom gaat uit van de men-
sclieïijke onmacht, van de zonde. Deze leer
is pessimistisch, waar het den mensch be
treft en wijst lvem niet op de aarde als
zijn wezenlijk doel, maar op het hierna
maals.
Tegenover den Eeuwige staat de mensch
strafwaardig als eon zondaar, die het goe
de, dat hij weet, toch niet doet, niet kan
doen, krachtens zijn zondigen aanleg. Spr.
lichtte uitvoerig toe, hoe dit pessimisme
ontstaan was, hierbij teruggaande tot
verschillende oude godsdiensten, in den
tijd, dat b.v. aan heilige maaltijden God
werd gegeten cn gedronken. Want was
God in den mensch, dan zou ook do mensch
uit den dood opstaan. Wie deel had aan
den God werd door dien God verlost. Al
deze gedachten zijn terug te vinden in de
Christelijke leer. Historisch en in realiteit
hebben de oude Goden niet. bestaan en is
al het van hen verhaalde een fabel. H i s-
torisch en in realiteit heeft
ook de God's zoon van de
Christelijke leer niet be
staan is zijn opstanding
als historisch reëel feit een
fabel. En gelijk niemand de oude fabelen
gelooft, zoo zou ook niemand de Christe
lijke fabel gelooven, ware het niet, dat do
Bijbel hier als autoriteit moet dienen om
de leer te bewijzen.
Deze levensrichting, n.1. het geloof in fa
belen en wonderen, met gemis aan activi
teit om deze wereld te herscheppen, is vol
gens Ds. Theesing de vloek van
Europa geweest.
De predikant concludeerde, dat eerst in
een wereld, waarin de groote fabel dood
is, het Evangelie zal kunnen leven. Want
-dan eerst zal de mensch alle krachten con-
cenfcreeren op do aarde en op zijn eigen
leven cn daar vinden als zijn levensdoel
do eeuwige schepping en herschepping van
heiliger leven en een rechtvaardige wereld
orde.
Bij het debat verklaarde spr. nog, dat
hij het Avondmaal boschouwt, als een sym
bool van het samen eten en drinken aan
één tafel. ?Js een familie: de broederschap
dus. Zoo kr»mt er bovendien ook in de
Herv. Kerk nog een beetje symboliek. Het
Avondmaal is ecter een instelling uit het
verre verleden en als hot er niet was, zou
het er thans zeker niet komen. En als spr.
er niet toe verplicht werd, zpu hij het
Avondmaal niet houden.
Is het niet in-droevig dat een predikant
van de Ned. Herv. Kerk, op deze wijze
het Christendom ondermijnt en kan on
dermijnen?
De verbetering der predikantstraktementen
Men schrijft uit Westelijk Noord-
Brabant
Terwijl bijna alle Hervormde gemeenten
in dezen hoek van ons land en in het na
burige Zeeland zich aan den aanslag, door
den Raad van Beheer vastgesteld, onder
worpen en door hqt fhvoeren van een Ker
kdijken Hoofdelijken Omslag getracht
hébben hun predikantstraktement althans
tot het minimum d. i. f 2500 op te voeren,
dreigt daarvan in verschillende platte
landsgemeenten thans weinig te zullen ko
men. Die H. O. wordt bepaald naar den
omslag door do, burgerlijke gemeente vast
gesteld. Maar, nu het den landbouwers zoo
slecht gaat en deze voor hun producten
bijna geen prijs maken kunnen, dringen
deze haast overal op- verlaging van dien
omslag aan. 't Gevolg daarvan is natuur
lijk dat de Kerkelijke Omslag minder op
levert en het eenmaal daarvoor vastgestel
de bedrag door zooveel minder gemeente
leden zal moeten worden bijeengebracht.
Doch deze weigeren in dezen tijd van ma
laise meer dan liet voor hen vastgestelde
bedrag te betalen. De kerkvoogdij is zoo
doende niet bij machte de eenmaal op den
ligger gebrachte f 2500 te voldoen, zoodat
en dit geval doet zich reeds in een paar
gemeenten voor waar kerkelijke fondsen
ontbreken, men wel genoodzaakt is tot
verlaging van het predikantstraktement
o-ver te gaan.
Zending.
Ook de Generale Zendingskas der Geref.
Kerken is in nood. Dèputaten der Gen.
Synode voor de Zending Ds. J. D. van
der Munnik, Ds. H. Scholten, Dr. J. Hania
en Ds. W. Breukelaar vormen het modera-
men hebben een circulaire aan de Ker
keraden der Geref. Kerken gericht, waar
in zij er op wijzen, dat de kas ledig is
en dat er toch betaald moet worden. „Al
do gemeenschappelijke kosten van het
werk der Zending moeten door haar ge
dekt. Uw Theol. Opleidingsschool op Java,
uw Kcuchenius-School, uw Christ. Holl.
Inl. Kweekschool, uw op te richten Theol.
Opleidingsschool op Soemba, uw aandeel
in de kosten van het Zendingsconsulaat,
onz. enz. komen, finantieel voor rekening
van deze kas. Niet minder dan elf Zen
dingsarbeiders staan in dienst van dc ge
zamenlijke Kerken.
„Thans is het zoover, dat er geleend
moet worden om de noodzakelijke uitgaven
te dekken. Mitsdien zijn wij genoodzaakt
'n extra-collecte aan te vragen. Dat is
sinds lang niet gebeurd. Het laatst in
1911. Ook nu hadden we het nog graag
uitgesteld. We hebben de uitgaven tot heb
volstrekt noodzakelijke beperkt. Maar
thans moeten wij een collecte vragen. Wij
doen dit in opdracht van de 1. g. Gene
rale Synode. Dezo was van de dreigende
tekorten zoo zeer doordrongen, dat zij ons
opdroeg, des noodig driemaal een extra-
collecte uit te schrijven. Wij hopen ech
ter, dat we met één extra-collecte tot aan
de e.k. Gen. Synode kunnen volstaan. En
dat kan. Maar dan moet het een flinke
collecte zijn. Er zal tenminste f 30.000 moe-
ton inkomen. Anders zullen we weldra op
nieuw een collecte moeten vragen.
„Wij weten wel, dat de malaise ook onze
Kerken drukt. Wat niet volstrekt noodza
kelijk is, moet uitgesteld. Ook wij doen
dit. Maar de traktementen en salarissen
moeten toch betaald wordon. En ook de
Opleidingsschool op Soemba moet ge
sticht. De Generale Synode becsloot daar
toe. En te recht. Er moet dus een extra
collecte komen. Anders loopt het vast."
Het a.s. Kerstfeest wordt voor een extra
collecte voor de Zonding zeer geschikt ge
acht.
De „Technische."
Het Hoofdbestuur der Yereeniging van
Chr. Onderwijzers(essen) zal, in verband
met de classificatie en de technische her-
„Mijn goeie man, er loopen honderden
van die soort over do straat, maar je
treft ze niet altijd zoo dronken en zoo
mededeelzaam aam als hem," verklaarde
Taco wijsgeerig
„Och, 'fc is zoo'n kwade vent niet,"
meende do Passer. „Hij kan goed togen
plagen."
„Geen wonder," zei Evert, „had hij geen
vrij bier van avond? Daar zou hij een
pak ransel voor over hebben, ja."
„Hleei hef tenminste tweemaol mien
glas louggod ronken," zei Klaas.
„Van 't mijne bleef hij wel af, toen ik
hom een tk op do vinders gaf," grinnikte
Jan de Weerd.
„Jongens, dat wordt een heel sommetje
van avond," zei Taco- „Moeten we zijn
vertering ook betalen?"
„Warempel niet," riep Evert, „wo heb
ben hem niet vrij gehouden!"
Hierover ontstond een v-rij hevige
twist van welke verwarring de vreemde
ling gebruik maakte om, na zijn bier be
taald te hebben, ongemerkt, de herberg
te verlaten. Hij sloeg den weg naar Haar
lem in.
Hot. was omstreeks negen uur, en z o o
donker dat men ternauwernood een hand
war oogen kon zien. Een frisscbo Zuid
westenwind. droef de dikke wolken door
de lucht, die van waterdamn verzadigd
m Aanhoudend viel een fijne motregen
ziening, een buitengewone vergadering
beleggen met de afgevaardigden der af-
dcelingen.
Bezuiniging en Schooltoezicht.
Naar aanleiding van de hooge reiskosten
enz. die de leden van het Schooltoezicht
moeten maken, schrijft do heer J. Lens in
de „Scli. m. d. B." als volgt:
Er zijn 27 Inspecteurs en 4 Hoofdinspec
teurs. Gemiddeld wordt dus per Inspoctie
per jaar f 5000 verwoond en verreisd. Dus
per week f 100. Geen wonder, als men de
samenstelling der Inspectie ziet.
Ik beperk me tot één ding, dat ik weet:
De gemeente Den Haag is één Inspectie.
Op een kwartier afstands van mijn school
ligt een Openbare School te Loosduinen.
Om die te inspeeteeren moet komen een
ambtenaar uit de Inspectie Leiden. Reis
kosten en verblijfkosten.
Rijswijk idem.
Voorburg behoort weer tot Gouda, even
als Veur, Monster en Naaldwijk worden
van Leiden uit bediend. Zoo zal ieder uit
zijn omgeving op dv/aasheden kunnen wij
zen, ambtelijke dwaasheden, die do inspec
tie onnoodig duur maken, doordat de post
reis- ;en verblijfkosten onnoodig wordt op-
gedreven.
Zelfde opmerkingen zijn te maken over
de examens. Soms hebben bijna alle in
specteurs en schoolopzieners eener in
spectie zitting in examen commissies. En
dan bij voorkeur in een andere plaats, dan
waarin de Inspectie gevestigd is. De eene
ambtenaar reist zes weken lang uit Gouda
naar Rottei*dam, de ander uit Leiden naar
Amsterdam, uit Assen naar Groniugen, uit
Rotterdam naar Utrecht, uit Gouda naar
Middelburg. Grooter en nuttcloozer geld
verspilling is toch eigenlijk niet denk
baar.
Men begrijpt, dat hot hier gaat over de
organisatie. Bij de reorganisatie van het
Schooltoezicht is 'fc parool geweest: iedere
Inspectie 30.000 kinderen.
Begrijpelijk, bij zoo automatische behan
deling, dat dwaasheden van dislocatie als
wo daareven aanwezen, dingen als ieder
in zijn omgeving kan aanwijzen, gebeur
den.
In do vrij algemeene klacht over do dure
inspectie zit géén etrijd tegen de inspoc
tie. Daarbij zijn tal van bekwame, hard
werkende menschen, die echter langzamer
hand tot de ontdekking komen, dat ze al
les kunnen doen, cn er extra-voor betaald
worden ook, behalve liet eene, waarvoor
ze eigenlijk betaald worden: inspeeteeren,
cn met het leven, het dagelijksclie, intie
me leven der school kennis maken: de
ecnige weg, om voor de school wat anders
te zijn dan een soort politie-autoriteiten.
IETS OVER DE KANKER.
In de Rotterdammer worden in een Me-
disclien brief aan het KankervraagHtuk
enkele interessante beschouwingen gewijd.
Wij ontleenen daaraan het volgende:
Wat is kanker feitelijk in den grond der
zaak? Dank zij het microscopisch onder
zoek heeft men daarin steeds meer een
inzicht gekregen. Het is niet meer dan dat
een cel van het een of ander orgaan zich
losmaakt van de anderen en op eigen ge
legenheid zich begint te vermenigvuldigen
door deeling.
Feitelijk zien wo hetzelfde gebeuren, als
wij zagen bij de ontwikkeling cn groei
van een levend wezen. Daar was ook spra
ke van één oorspronkelijke cel, die zich
eerst in twee cellen splitste, waarna ieder
dier twee cellen zich weer ging deelen, zoo
dat er vier ontstonden. En doze vier gaven
weer het aanzijn aan acht anderen. Zoo
ging dat door, voortdurend maar door, tot
dat eindelijk het lichaam gevormd was.
En gedurende den groei van het lichaam
ging die deeling nog door tot het zijn vol
wassen vorm bereikt had, waarna er dus
een zekere rust kwam en een oven wicht
zich instelde tusschen do verschillende
cellen.
Welnu, zoo ook begint bij don kanker
één cel zich te splitsen. Eu dio splitsing
komt geen oogenblik tot stilstand, ze zot
zich voortdurend voort. Maar nu is er één
groot principieel onderscheid tusschen den
groei van de bewuste cel en de kankercel.
In de ontwikkeling van de bevruchte col
zit een godachte. Eon ordenende macht
leidt dat zich ontplooiend wezen en in den
groei beslaat er ongetwijfeld con strenge
harmonie. Dit is echter bij den kanker uit
gesloten. Die zich vermeerderende kauker-
cel groeit maar raak door het orgaan,
waarin het ontstaan is. Het gezwel, dat
van dat groeien gevolg is, eerbiedigt geen
grenzen meer. De gezondo cellen worden
verwoest door de kankercellen. Overal
groeien ze maar door. Van het eene orgaan
neer die alles doornat en do wegen zoo
glibberig maakte alsof ze mot ijzel be
dekt waren, zoodat niemand louter voor
zijn pleizier hedenavond een wandeling
zou doen. Onze nieuwe kennis, of beter
onze oude vriend want hot was Leo
Cuilenburg liep echter ötovig door, en
lette zoo weinig op, dat lui twee malen
in onzachte aanrakin- kwam mot do hek
ken en boomstammen langs don weg.
Daarna keek hij wat boter uit. maar 'fc
was zoo duister dat bij telkens van 't
middelpad afdwaalde en hem do. takken
in 't gezicht sloegen.
Omstreeks halfweg Beverwijk en Vel-
sc-n gekomen, hoorde hij tot zijn niet ge
ringe verbazing iemand zingen. Nieuws
gierig te weten wie in dit fraaie weder
nog neiging had tot het aanheffen van
liederen liep hij verder, en zijn vorbazing
bereikte het toppunt, toen hij de woordon
en de wijze van een der psalmen herken
de. „Uit diepten van ellenden," klonk
hot hem langzaam <?n 6tatig togemoet.
Hot vors was ontegenzeggelijk zeer toe
passelijk; de weg word aan do eono zijde
begrensd door de hooge duinen, terwijl
de andere zijde tamelijk steil en diep af
daalde; het gezang nu kwam van bone
den.
„Wie zingt daar beneden?" riep Leo,
toen een hoestbui den zanger noodzaakte
«enige maten rust aan te brengen.
springt het gezwel over op hei audvre cn
cok daarin woekert het, terwijl hot alles
vermeldt, wat in zijn weg komt. Dc uit
drukking: „voortvreten als* de kanker" is
alleszins gewettigd, doordat niets dat ge
zwel kan tegenhouden.
Wo willen het bovenstaande toelichten
met een voorbeeld. "Wc gaan uit vau de
maag. Door de een of andere ooraak, dio
we niet kennen, raakt een maagcol uit zijn
verband los; Deze begint te groeien eerst
merkt men daar niets van, maar langza
merhand ontstaat een gezwetlc'tjc aan do
oppervlakte van de maag. Die wordt
steeds grooter en begint de hcolo breedte
van de maagwand in to nemen. Van do
maagwand kruipt het over op een orgaan,
dat vlak daarbij gelegen is, de lover. Het.
dringt daarin en verwoest als het door
gaat, het grootste deel van het levens-
weefsel. Al woekerend, "ontmoet liet gezwel
ook een bloedvat. Het vreet dit aan cn
weldra komen er kankercellen in het bloed.
Dit sleept die cellen mee, totdat ze ergens
vast blijven zitten in een heel klein bloed
vat, waar ze moeilijk door heen kunnen.
Vaak is dit. op oen plaats, die ver ver
wijderd is van de oorspronkelijke, bijv. in
het beendennerg. En daar gaat die losge
raakte cel weer woekeren en geeft daar
eveneens een kankergezwel dat in hevig
heid niet behoeft onder to doen voor het
eerste. Zoo kan dc kanker zich \loor het
heelo lichaam verspreidon en dit doeet
makkelijk den dood ontstaan.
Een andere mogelijkheid is echter, dat
de kanker van de maag zoo de hecle maag
wand doortrekt, dat de maagholte geheel
opgevuld is met dat gezwel. Gevolg daar
van is, dat het voedsel niet meer door do
maag passeeren kan, zoodat ten spoedig
ste een operatief ingrijpen noodig is, om
een doortocht to kunnen banen.
Bovendien vervallen de kankergezwellen
spoedig tot verzweringen. Dat dit, vooral
in de maag, groot-en last kan veroorzaken,
is te begrijpen. De voedselopname is veel
geringer dan en daardoor verzwakt do pa
tient aanmerkelijk. Maar ook verzwakt hij
heel dikwijls, doordat de kanker vergiftige
stoffen afscheidt, die in het bloed komen
cn zoo hun slechte werkingen kunnen ver
richten door heel het lichaam.
Gezien de ontstaanswijze van den kan
ker, kan zijn optreden overal verwacht
worden. Geen orgaan, of zijn ontstaan
daar is mogelijk, hoewol er natuurlijk vel
lievelingsplaatsen zijn. Maagkanker is wel
de meest voorkomende; maar ze is ook
vaak gezien aan de lippen, aan de borst,
aan de schildklier; in één woord aan elk
orgaan, dat ge nemen wilt. Vandaar, dat
er verschillende soorten van kanker zijn, al
naar de plaats, waar hij zijn oorsprong
neemt. Maar ook verschilt de eene kanker
in het zelfde orgaan, vaak met den ande
ren. Nu eens is hij meer hard en stevig
van consistentie; dan weer uiterst zacht
en gelei-achtig. De kwaadaardigheid van
beiden loopt echter niet veel uiteen; mis
schien dat de hardere vorm iets minder
ongunstig is dan do weeke.
De plaats van ontstaan maakt wei eemg
onderscheid. Kanker van de huid verloopt
vaak minder fataal dan die van do inge
wanden. Dat komt wel daardoor dat de
eerste vroeger herkend kan worden en
daarom makkelijker bestreden, maar nJ.
ook omdat huidkanker dikwijls minder
snel groeit, dan *-i;«
Do Arabieren in i'akstir.a.
Blijkbaar wensehen do Arabieren ge
bruik, te makon van de moeilijk1"oden. d;o
bet Oostersc-he vraagstuk ann do groo!o
mogndheden bezorgt. Dit. blükt oa. uit
een uitlating vau den Hcxb'azgezant to
Washington, Prins Habib, dio verklaarde
dat Engeland Mesopotamia en dat Frank
rijk Syri! diondo to ontruimen-
Prins Habib zeide verder, dat e n ver-
eenigd Arabisch koninkrijk den Vrede in
het nabije Oosten zou gara mice ren. Des
tijds heeft men beloofd te zul'en overgaan
tot. do stichting Van zulk oen Arabisch
rijk. begrensd tuschen den Taurus, Pe^ziö
de Perzisch* Golf. de Roode en do Middel-
landscho Zee. Doch het een i co wat ge
schiedde, ie de stichting geweckt van lan
den als Palestina en Irak.
Prins Habib stolde de vrmg. waarom
men de belofte niet had nagekomen. Ko
ning Koessein wordt door al ziin land
genoten geëerbiedigd. De rodhtcn. die
men den Zionisten wil toekernen, zoude»
geen bezwaar opleveren, en er zou ge
makkelijk een rogehng kunnen worden
getroffen, waarbij hun werd toegestaan
allerlei plaatselijke kweslice owier elkaar
te regelen, zoodafc van moeilijkheden in
het Heilige I/and ge*n prmak* behoefd? te
Zijn. iniMT-n^M
„Wie roept daarboven?" was de leuke
wedervraag.
„Dat doet er niet toe- Bon je naar be
neden gevallen?"
„Wel neen ik, maar de weg is sinds
gisteren hier verbazend steil en glad ge
worden, zie-je. on toen glipte ik zoo zoet
jes aan naar onderen."
„Wil ik je weer naar boven helpen?"
„Dank je wel," zeide do zanger. „Uier
kan ik niet lager vallen, begrijp-iC, en
wanneer ik daar weer boven was, dan
kon ik weer duikelen, zie-je- Je moei nu
niet denkon dat ik dronken ben, vooral
niet, hoor! Maar 'fc is zoo donker, cn ik
ben een beetje duizelig in de boenen."
Leo schoot in oen lach. „Jo kunt daar
toch niet blijven liggen! Zie dat .*e naar
huis komt on ga naar bed."
„Nog eens, meneer, dank u voor u be-
loefdheid," klonk het detfig van brac ton.
„Ik lig hier heel gemakkelijk cn zae'ht,
cn voel rustiger dan lhu».s. want bij mo
thuis vliegen stoeltjes door de lucht.
Maar als UEd. mo soms" sproken moei
kunt. UEd. wel hier komen; geneer m
niet, 'fc is hier alleen maar een beetjo
vochtig. Veel moeite heb jo er niet voor
to doon; je gaat maar naar den kant, cn
dan elii-je van zelf wol Uier heen."
(Wordt verrold.) -
FtiülLLE 1 QM.
Vervolgd en bevrijd.
Historisch verhaal
uit don Napoleon! i3chen tijd.
51)
„Och," zei hij weemoedig, „de zonden
anoneeren, zit ons zoo diep in 't harte, en
wanneer dan me kinders schreien en me
lieve vrouwtje speelt togen me op on
gooit me met stooltjes en zulko dingen
naar 't hoofd danIk hob daar straks
wel gehoord wat jolui van de kroeg zei
den. maai* is 't dan wonder, dat zoo'n des"
peraafc man eens heen loopt waar geen
kinderen schreien ca geen stoelen door
do lucht vliegen? Och," ging hij snikkend
voort, „ik weet wol, dat hot niet, "-oed ie
-om een ander mans konijnen naar huis fa
sleep en; ik ben voorzanger geweest in do
groote kerk, dus jo hooft me daar niemen
dal vau lo vertellen. Geon. mensch kon
«oo goed als ik de tien geboden voorle
zen, cn wanneer ik kwam aan het adhtste
igebodGij zult niet stelen! dan zaten
pilo zondaars van mijn stem to rillen op
ban bankje. Maar toch, wanneer jo dan
Sn verzoeking komt en do duivel pakt jo
weet, dan zondigt hot zwakke vkeseh
Weer cn je sleept weer eon mager konijn-
1*3 weg om den honger van je dierbaren
to stillen- En later heb jo or berouw van.
Ja, zoo is do m&nöch, helaas!"
Na dit laatste woord jammerend uitge
snikt to hebben, goot hij het volle glas
van zijn buurman nog eons in zijn keel
leeg zijn oogen waren te zeer door
tranen beneveld om nog to kunnen zien
welk glas 'fc zijne was en strompelde,
om de kracht zijner redeveoering niet te
verzwakken, zonder "een enkel woord de
deur uit.
De soldaten oogen hem na, en koken
vervolgens elkander aan; onkelen begon
nen to lachen.
„Lacht niet, jongelui," zeide de Pas
ser met een uitdrukking op 't aangezicht
die men bijna „eerwaardig" zou noemen,
„we moeten geon zondaren dio berouw
'hebben bespotten; je weet noojfc waar jo
zelf toe komen leunt."
„Een mooio berouwvolle zondaar!"
pruttelde Evert terwijl hij zijn pijpje uit
klopte en opnieuw stopte, „begrijp-jo dan
niet dat die kerel ons kool zat te vet-koo-
pon?"
„Dat heb-jo mis," zoi Taco, „niet al
leen kinderen en gekken, maar ook dron
ken lui zeggen de waarheid. Hij heeft
stukjes van zichzelf verteld die je, als hij
nuchter was, met geen 3t-ok er uitgekre
gen zoudfc hebben."
„Hij toont zich in elk geval een rechte
fielt," hervatte Evert kregelig.