RATINÈ DAMES- EN KINDERMANTELS A. WAALS, DAMES- EN KINDERCONFECTIE Ziet onze étalages Staten-Generaal. TWEEDE KAMER. Vergadering van gisteren. De exploitatio-k yslen dor Nc<l. Spoorwegen Een dertigtal kleine -wetsontwerpen worden aangenomen zonder beraadslaging of stemming Voortgegaan wordt met de behandeling van d» interpellatie-Van Braambeek over de spoor weg-exploitatie. De heer Hermans (R.K.) critiseert de nota der commissarissen van de spoorweg maatschappij aan de regeering. De nota vestig de den indruk, dat bij bezuiniging het eerst aan de positie van het spoorwegpersoneel moest worden gedacht en dit komt volgens spreker eerst in aanmerking, als alle andere middelen zijn uitgeput. De motie-Van Braambeek is on aannemelijk, omdat ze verslechtering van ar beidsvoorwaarden wil uitstellen, tot de commis sie van bezuiniging met haar taak gereed zal zijn. De heer Snoeck Henkemans (Chr.H.) steunt het denkbeeld van instelling eener com missie, doch bestrijdt de motie. Spreker be toogt, dat bet spoorwegpersoneel op gelijken voet met bet rijkspersoneel moet worden be handeld. Mej. Van Dorp (Vrijheidsbond) betoogt, dat er verband moet zijn tusschen loon en be- drijfsuitkomsten. Het loon moet juist zijn, d.w.z. gezamenlijke loonen moeten gelijk zijn aan ge zamenlijke uitkomsten. Spreekster is voor de commissie, doch tegen de motie. De heer Bongaerts (R. K.) bestrijdt het betoog van den heer v. d. "Waarden, om retri buties voor het gebruik van waterwegen. Hij acht een dergelijke opvatting onjuist en niet redelijk voor een goede behandeling van het spoorwegbedrijf. De heer Weit kamp (Chr.-H.) bestrijdt tariefverhoogjng in het belang van land- en tuinbouw. Daardoor zal het verkeer aanzienlijk worden verhoogd. De heer Oud (V.-D.) waarschuwt tegen den eisch dat een zuivere rekening van het bedrijf moet worden gegeven. Spreker beschouwt dat 'bedrijf als een tak van openharen dienst en daarom acht hij het toelaatbaar dat de Staat eventueel bijspringt. Een lijn die niet rendeert kan toch zeer in het belang van een stelsel zijn en dus indirect voordeel afwerpen voor ons lend. En daarin ligt een reden voor staatssteun Do bezoldiging van bet personeel moet be schouwd worden in verband met die van bet staatspersoneel. Spreker betoogt ten slotte, dat met inkrimping van het personeel nog heel wat is te bereiken De motie-Van Braambeek acht bij gevaar lijk, omdat zij don uitslag van het onderzoek van de commissie vastkoppelt aan de eventueele loonsverlaging. Wanneer men die verlaging uit stelt tot de commissie gereed is, is men ge bonden aan die verlaging als de commissie daartoe adviseert. Als conclusie dient spreker een motie in, waarin de Kamer uitspreekt, dat bet loonpeil voor het spooTwegpeTsoneél moet; worden be paald in verband met bet loonpeil van perso neel in openbaren dienst en dat in dat loonpeil niet incidenteel een wijziging moet' worden ge bracht. 1 I 1 'I 1 De heer T r o e 1 s t r a'. (S.-D.) verwijt mej. Van Dorp, dat zij de geschiedenis van het spoorwegpersoneel niet kent en "daarom ver keerde conclusies trekt. Mej. Van Dorp (Vrijheidsbond): Die ge schiedenis heeft ©r niets mee te maken. De heer Troelstra' (B.-ffO bespreekt bet begrip „t edel ijk loon". Z. i. is dit stelsel in "het bestaande nrod.-stelsel niet toe té passen: het past veeleer in bet gesocialiseerde stelsel (Ge lach). Met de stelling van den heer Van 'Braambeek over de retributies voor bet ge bruik van waterwegen gaat spreker niet geheel mee. Spreker meent, dat de bdnnenschipperij al veel te veel van allerlei retributies en allerlei heffingen lijdt, zoodat daar niéts bij kan. Voor handhaving van de loonen beroept spr. zich op do noodzakelijkheid om den gi veilig te «tellen. Verlaagt men de loonen en daalt de koopkracht van den gulden, dan a men weer tot verhooging moeten overgaan. De Minister van Waterstaat, de heer Van Swaay, antwoordt nog 1 I. Inkrimping van het bedrijf gaat nog steeds door, maar het gaat niet zoo snel. De motie-Van Braambeek wijst spreker te •enenmale af; de motie-Oud is z. i. geheel •verbodig. De heer f. Braambeek (S. D.) erkent; 4at hij de gr pot e kwestie van de waterwegen en 5fo retributies daarvoor niet in de diepste con- sequenties heeft gepeild. Hij zal «r maar niet aader op ingaan. De interpellatie wordt gesloten. Dinsdag de «lemmingen. De vergadering wördt verdaagd tot Dinsdag één unr. i I De ondste bibliotheek. Ib .Bergopwaarts" deelt Prof. Obbink 4e volgonde merkwaardige Mjzoiwka'h&dm mode over de beroemde „bibliotheek van Assiirbanipal." Aesurbainapal, die ook in het O. T, voorkomt (Ezra 4:10) en daar Aenapper boeken door de Grieken Saadaarapallos wordt genoemd, was koning in Assyrië <669626 v. Chr.) en resideerde te Ni- 3ive. Hij was een groot liefhebber van kunst en literatuur, waarin hij door de morgen van zijn vader Aesarhaddon was onderwezen. Hij zond zijne geileerden" "ait om in allerlei openbare en particulie re „bibliotheken" te zoeken naar oude Schriftstukken, om die öf in originaü èf m afsclirift te brengen naar de residentie, waar hij in het koninklijk paleis een paar «alen als bibliotheek beschikbaar stelde. Van al deze schriftstukken liet !hij eei lalogus makes, waarin zorgvuldig werd opgeteekend wat in zijn verzamelde boe kenschat aanwezig was. Dat was wel de oudste bibliotheek ter wereld, en het is te begrijpen dat een En- gelschnian op de gedachte kwam om in elke bibliotheek de buste van dezen ko ning to laten opstellen: den uitvinder van het bibliotheekwezen. (Tu&9cheu haakjes: erg handzaam" was zoo'n Assyrische bibliotheek niet: men schreef toen met spijkerschrift in Wij bogen op een reputatie, die wij door een plm. 40-jarigen verkoop van hebben verkregen. Door onze ontzag'lijke voorraden, die zelfs dagelijks door Nouveauté's worden aangevuld, bevredigen wij de smaak van iedereen. Dit seizoen hebben wij zeer veel succes met onze sorteering Damesmantels, in prima Velour de Laine, vanaf Kindermantels, in Velour de Laine, Ratiné in div. kleuren, vanaf Haarlemmerstraat 114. f 17.75 f 8.75 Uitsluitend solide kwaliteiten logge tafels vam gebakken klei-; zoo'n bi bliotheek leek meer- op een steenhouwere- wcricplaate dan op een boekerij). Van deze „bibliotheek" nu is rn 1854 door don Engelschman Ease am het groot- deel teruggevonden te Kujundsjik op. de plaats van het oude Nkiive, diep onder den grond. Andqre onderzoekers hebben de opgravingen daar ter plaatse voortge zet, en deze geweldige verzameling stee- nen boeken) van meer dan 22000 num mers bevinden zich thans in ihet Britsch museum te Londen en vormen de beroem de „Kujundsjik-cellection". Alle mogelijke literatuursoorten vifndt men ei* bijeen: geschiedenis, astrologie, voorspellingen, myfthen, romans, fabels, epen, maar ook en dit interesseert ons 'hier het meeste grammaticale en lexi cografische teksten. Populair uitgedrukt, kunnen we zeggen-: in die bibliotheek be vond zich ook het oudste woordenboek der wereld, het woordenboek, waaruit on getwijfeld de jonge prins Assurbanipal zelf het. Assyrisch heeft geleerd, en. waar uit wij het eigenlijk nog loeren. Om die reden moet die bibliotheek van Ninive tot de belangrijkste vondsten wor den gerekend, omdat ze meer dan eenig andere heeft bijgedragen om ons de As syrische en Babylonisdlae teksten leesbaar te maken. Deze vondst is dus „grundle- gend" geworden voor de verdere ontwik keling der Assyriologie. Op sommige belangrijke „boeken" uit deze merkwaardige „bibliotheek" kom ik later nog wel terug; hier is het er mij om te doen de algemeene en vérstrekkende boteekenis van deze belangrijke vondst te laten zien. Ik weerhoud mij met moeite iets te ver tellen van de interessante geschiedenis van de ontcijfering van dit spijkerschrift. Het is de onvergankelijke roem van scherpzinnige onderzoekers, deze geheim zinnige teekons, en de volkomen verloren taal, waarvan ze de uitdrukking zijn, op nieuw te hebben doen spreken. Maar het verhaal daarvan zou ons hier to ver voe ren: Wie er iets meer van wil weten, kan prachtig terecht in een klein boekie van Prof. Bruno Meissner, Die Keilschrift, dat als No. 708 veirsch3en in de bekende Göschen-Sammlung. Gemengd Nieuws Moord? Donderdagavond is zekere Gouraans in de nabijheid van zijn woning te Klein Gent out (Beek) doodgeschoten. De vermoedelijke daders zekere J. uit Klimmen en zijn meisje W. zijn voortvluchtig. Minnenijd schijnt d® oorzaak te zijn. Brand. Donderdagavond is brand ontstaan in brandstoffenloods van den heer G. Willerman te Santpoort. Spoedig geraakte ook de groote houton hooisdhuur en stal van den heer Th. Braam in brand. Na eenige uren "was de brand weer het vuur meester. Twee aangrenzende wo ningen Weven'behouden. Bij Braam, die laag verzekerd was, ie een groote hoeveelheid hooi verloren gegaan. "Willerman's loods en -huis waren verzekerd, echter niet de brandstoffen, o,m, een flinke hoeveelheid eierkolen, 50 ton antlhraciet en 65,000 turven. Oplichting. De oplichter, een 53-jarige Amsterdammer, die er zijn work van maakto onder allerlei val- sche voorwendsels pastoors te bewegen hem 'geld af te geven 9tond gisteren terecht voor de rechtbank te Zwolle, omdat hij op 14 September pastoor Went holt te Kampen bewogen had hem 20 te geven onder voorwendsel, dat hij propagandist was van de B. K. SpoorveTeeni- girg ,ySt. Raphael". De officier van Justitie eischte zes maanden gevangenisstraf. Het veroaan van de Cornells. Volgens een bericht uit Stockholm is aan de Zweedsche kust ten Noorden van Stockholm het lijk van don tweeden machinist Ambrosius Visser, uit Delfzijl, van do Cornelia, aange spoeld. Het tweede te Oregrund aangespoelde Lijk is herkend als dat van don 16-jarigen mess- roombediende Jan Maas', uit Hoek, van het stoomschip Cornelia. De berging8sloomer Herakles heeft op de Cornelia een d°bk©ronderzoek ingesteld, waar bij bleek, dat daar geen lijken meer aanwezig waren. Het stoomschip Cornells is geheel wrak. .Voorts zijn nog drie andere lijken -gevonden. Te Haarlem is bij de familie van W. Wal- drecht, stoker aan boord van de Gornelis, be- ri-.'ht ontvangen, dat Waldrecht nog in leven is. Hij heeft gemeld, dat hij nog -bijtijds van het schip is gekomen. De afschuwelijke moord tc Neurenberg. Men meldt uit Neurenberg aan de „Msb.": Omtrent den afschuwelijken moord dezer da gen op een Hollander, den heer Engelsman, ge- ?d is noch door de stedelijke noch door de Staats overheid aan de vertegenwoordigers der Nederlandsohe regeering eenige kennis gege- n. Omtrent dit drama verneemt de „Tel." nog het volgende: Reeds geruimen tijd had de 26- jarige Jacobs een ongeoorloofde verhouding met zekere juffrouw J. W., dié een buurmeisje van den vermoorden Caumans was. Caumans had reeds meermalen het meisje op het verkeer de van deze verhouding gewezen, hetgeen voor Jacobs aanleiding was hem te dreigen. Gister avond nu zagen Jacobs en zijn méisje Caumans nabij zijn woning. Hij bedreigde hem weder en toen het meisje riep: „Maak hem kapot", schoot Jacobs op hem met zijn geweer. Do kogel ging door het hart, de long en de leyer. Caumans zakte dood neder. Hoewel spoedig hulp aan wezig was, had Jacobs nog gelegenheid met het meisje te vluchten. Onmiddellijk werd de marechaüseo gewaarschuwd, die het signale ment van -den moordenaar en het meisje rond end.- Men vermoedt, dat zij over dc grens gevlucht zijn. Zenuwoverspanning. Donderdagnacht is te Goes een jonge, pas gehuwde vrouw haar woning ontvlucht. 7\\ s'oeg bij haar buurman met de handen een paar ruiten in, waardoor zij zich aan pols en vingers ernstig verwondde, en riep met het geschreeuw van „moord, moord" do buren wak ker. Men wist haar met veel moeite te kalmee- ren. maar even later herhaalde het treurige feit zich Ditmaal liep zij echter naar den bavenkant, waarschijnlijk om zelfmoord te plegen. Men kon haar echter nog intijds grijpen. De geneesheer, die haar inmiddels verbonden had, constateerde ernstige zenuwoverspanning en mede op zijn advies werd de ongelukkige zoo spoedig mogelijk naar haar ouders terugge bracht. Pest op Mauritius. Uit Lorence-Marquez wordt gemeld, dat op het eiland Mauritius in de afgeloopen week 65 gevallen va.n pest zijn geconstateerd, alle met doodelijken. afloop. Een piip uit Gods pijlkoker. In hot jaar 1809 leefden twee gebaren in zeker dorp in onverzoenlijke vijand schap met elkaar. De hoofdoorzaak dezer oneenigheid was een grenspaal tusechen him landerijen. Het liep tu&schen die twee zoo boog, dat de een zich voornam den ander dood te slaan. Ongelukkigerwijze on-lmoelie hij hem alleen in een bosch en al spoedig kwam het van bittere verwijten t.ot schelden en slaan;, ja ten slotte bracht hij zijn vijand een zware verwonding toe aan hot h-oofd. Daarop keerde hij naar huis terug en in plaats van berouw te voelen over het groote kwaad, beroemde hij zich op zijn daad tegenover de verschrikte vrouw on kinderen. Schreiend en klagend kwam weldra de vrouw van den mishandelden buur aanloopcn, doch de vertoornde man wierp haar zijn huis uit, en dreigde zelf6 haar man geheel dood te zullen slaan. Herhaald bidden en emeékbn, vermanin gen noch bedreigingen konden zijn toorn stillen. Kort daarop zou cr in een naburige kerk een plechtigheid plaats hebben. Aan vankelijk gevoelde onze woesteling eeni ge opgewektheid deze plechtigheid te gaan bijwonen. Hij kon dan eens oen an deren leeraar booren. Zoo altijd naar den zelfden dominee te luist/eren, werd toch Oip den duur ook wol wat vervelend, meende hij. Weldra werd de lust om kerkwaarts te gaan in het. naburige dorp evenwel veel minder. Het echeen echter dat hij gaan moest, want op den bepaalden dag over won hij allen tegenzin en trok met. andere dorpsgenoot-en naar de plechtigheid. Daar zou maar de woestaard vermoedde er niets van een pijl uit Gods pijlkoker hem treffen. De leeraar was geheel onbe kend met den man. en wiet zelfs niet, dat deze zich onder zijn gehoor bevond. Hoo werd deze dan ook getroffen, toen bij don prediker boorde zeggen: „Die zijn naas te niet liefheeft, dien hij ziet, hoe zal hij God liefhebben, dien hij niet ziet! Hoe kunt gij zalig worden, als gij uw naaste haat en een doodslager zijt voor het aan gezicht des Heeren?" Als een bliksem troffen- deze woorden het hart van den grimmigen man. „Ik ben zulk een man, i k haatte mijn naast© en heb Gods gebo den veracht! Hoe zal ik dan zalig wor den?" Gelukkig had de leeraar ook nog een ander woord. Niet slechts een pijl, die het geweten trof. Maar bovendien balsem voor een gewond hart. Het heerlüke evangelie van Gods genade greep den getroffene aan. Hij werd er door opge richt in dezelfde ure, dat hij werd nedcir- geworpen. Dat is Gods doel. Ook met een ieder onzer. Do man ging bewogen en dankbaar terug naar zijn dorp en maakte, ook naar de eieehen dor menschen, alles goed. i Ons Babbelhoekje, g Beste Jongens en Meisjes. t Begint nu weer gezellig te worden in ons hoekje. Als ik zoo al de briefjes eens doorlees, dan is 't of ik allerlei stemmen hoor van jongens en meisjes die allemaal in ons babbelhoekjo be-* langstellen. Sommigen vroegen hoe 't nu dezen winter gaat met de prijsraadsels. Mijn plan is weer te doen net als het vorig jaar en iedere maand oen of meer prijzen beschikbaar te stellen. Tot nu toe hebben w© telkens ©en boek als prijs geliad. behalve een keer,, toen een der nichtjes een poëzie-album h©eft gekregen. Hoo do prijzen er diezen winter uit zullen zien weet ik nog niet. Misschien worden het weer boeken maar het kan ook wel zijn dat ik an dere prijzen kan vinden. hoop dat jullio allemaal flink jo best zult doen om eens een prijs machtig te worden, maar tevens hoop ik dat jullie niet alleen meedoet om eens een prijs te krijgen want dan is de aar digheid er al gauw af. Met het een© raadsel heb ik jullie lastige oogen blikken bezorgd. De bedoeling wa6, dat een diamant gesle pen wordt, maar bij het maken van het raadsel is een vergissing begaan, zoodat er nu kwam te staan dat een geslepen, geslepen wordt, wat na tuurlijk niet kaïn. Daar ik niet zelf de raadsels maak ik heb daarvoor een vrijwillig© hulp was ik eerst al bang dat ik het verkeerd had overgenomen, maar dat was niet het geval, zoodat ik mot recht de schuld van mij af kan schuiven. Dat doen jullie denk ik ook wel graag als je er kans toe ziet Gelukkig was het voor de meesten geen be zwaar om het raadsel op te lossen en begrepen ze wel dat hier een vergissing was bogaan. Terwijl ik dit schrijf brandt het kacheltje al weer lekker, of liever de apthraciet. Vanmorgen is de kachel gezet en jullie begrijpt, dat we hem gauw in dienst hebben gesteld. Met dit koude weer kan men, vooral als men veel stil moe-t zitten, de kachel best gebruiken en bovendien geeft 't ook zoo'n echt wintoreche gozelligheid als 't kacheltje lekker brandt. Voor wie loeft voor zijn pleizier of wio ten minste alles kan krijgen wat hij noodig heeft, is het wel mooi weer do laatste dagen, al is het dan wat koud. Maar d'r zijn ook zooveel anderen voor wie do kou al een zeer onwolkome gast is. Er zijn heel wat menschen die geen werk heb ben, die weinig verdienen en dio dus niet gaarne de kachel zien branden,, maar voor wio 't ook al heel slecht gelegen komt om de noodzakelijke winterkleoding to koopen. Dat is een kwaad ding jongens en meisjes, en voorzoover wij het voorrecht hebben, dat we alles wat er neodig is ook kunnen krijgen, mo gen we daarvoor wel recht dankbaar zijn. Zoo licht vat de gedachte post. dat we be ter zijn dan anderen. Laten we echter noöit vergoten, dat we alleen wat meer b e w o 1 d a- d i g d werden. Maar nu ben ik aan het afdwalen en om nu weer op het goedo pad to komen zal ik maar oorst do briefjes beantwoorden. Bij de briefjes was er één, dat niet onder teekend was, zoodat ik niet weet van wie het komt. Ik vermoed echter dat 't van Sneeuw klokje is. Tenminste het schrift lijkt ex veel op. Ik zal maar met. haar beginnen. Mocht ik het mis hebben dan zal dat vanzelf wel blijken. S n o o u w It 1 o k j e Leiden. Daar geen vaste ouderdom voor bepaald. Wil je met de grooteren meedoen dan is dat goed, maar als je liever nog wat bij de klointjes bent, dan is daar ook geen bezwaar tegen, 't Zou wel leuk zijn als je broertje ook mee ging babbelen. Vraag t hem nog maar eens. „Achilles" Leiden. Natuurlijk mag je mee doen. Hoe meer boe liever. Neen van „Appel-* steeltje" hoor ik niet veel den laatsten tijd, maar hij zal wel weer terugkeeren denk ik! Je hebt wél een mooie naam bedacht. Heb je wel eens gehoord van de Achilleshiel en d© Achillesspier en weet je wat dat beteo- kent? S. en C. W. Woubrugge. 't Is zeker een prach-* tig mooi book. Misschien hebben vader en moe der wel gelijk, dat het beter ie om het nog wat te bewaren. Eigenlijk wel leuk voor jullie. Dan heb je er later nog Wat aan. Mochten jullie weer een prijs winnen, dan zal ik toch zorgen dat j© iets krijgt waar je dadelijk genot van hebt. „Tijl Uilenspiegel". Wel bedankt voor je aanbod. Ik vrees echter dat er wel meer jon«- gens en meisjes zijn die zoo'n raadselboek hebi ben en dan wordt het wel wat al te gemakkelijk. Je kunt echter weieens een paar sturen, dan zullen we eens een proef nemen. De meest© jon gens en meisjes houden geloof ik echter meer van letterraadsels. „Moeders Oudste" Leiden. Je hadt dio fout ook al ontdekt zie ik. Als ik op school ging, zou ik zeker ook mijn werk hebben moeten over maken. Dat huiswerk valt niet altijd mee. 't Beste lijkt me dat je hèt werk zooveel mogelijk nogeens naleest. „Napoleon" Leiden. Je hebt gelijk, 't- is ook een beetje vreemd, maar je begrijpt nu ze ker wel hoe de zaak in mekaar zit. Je briefje was wel wat heel kort vond ik. Schrijf een vol gend maal maar eens wat meer, dan kan ik ook gemakkelijker terugschrijven weet je. „De twee broertjes" Bodegraven. Jullie hebt je goed geweerd hoor 1 Geen wonder dat je last had, met dat derde zinnetje. Wel jam mer dat je Vader niet naar den partijdag Lon. Hij is anders wel graag van de partij, geloof ik. We hebben bij mij thuis ook al een poos.'e vau de oliekachel genoten, 't Beviel me wat beet! M. G. Koudekeric. Of 't een mooie dag wasi Ik denk wel, dat er bot volgend jaar weor een partijdag gehouden wordt. Nu 't tweo keer goed gogaan is, zal 't ook de derde maal wol slagen. Wat die vragen betreft: het adres is goed en de bedoeld© datum ook. De brief wa3 niet te lang hoor! Ik heb hom met veel bel misstelling gelezen. „Annoke" Leiden. Wel wel, twee taarten. Maar als er zooveel grage moncen zijn, dan is een taart gauw verdwenen. Had je oen prettigen dag en kreeg je veel geschenken? Ik ben al be nieuwd naar je volgend briefje. „Batavier" Leiden. Dat zal een Imke dag geweest zijn. Jongen, wat een pret! Jo Vader heeft het jo goed verteld hoor. He ben benieuwd of je er nog aan denkt me een ansicht Ie st.u- n. „H y a c i n t" Oegstgeest. Dat denk ik teu- minste. Je had n.l. vergeten je naam onder het briefjo te zetten. Do volgendo week komen den kelijk alweer do prijsraadsels. Ik ben een boelen tijd niet in Oegstgeest geweest. Naar ik hoor wordt er nogal druk gebouwd en komen er ook allemaal .nieuw© straten, 't Zal zoo nog een groot© plaats worden. „Clivia" Leiden. Door de groote haast is naar ik begrijp het briefjo er bij ingeschoten. Een volgend maal bïter zullen we honen. Jo briefje zag er anders wel netjes uit „Dtio" Voorschoten. Ja, ik dacht wel dat jullio het beek mooi zouden vinden. Fijn toch i'n knapenvereeniging al was 't maar alleen om do boeken. Ik kan me nog goed herinnoren, dat ik ook op zoo'n veroeniging ging, hoewel dat nu al heel wat jaartjes geleden is. Is dat een Friesche naam. dio er onder stond?. „Vergeet mij nietje" Wassenaar. .To hebt misschien al gedacht dat jo vergeten zoudt worden, maar hoewel je 't laatste komt. ditmaal, vorgeten ben je tocli niet. Wat dio derde regel betreft, heb je gelijk. Ik ben blij, dat de meeste jongelui liet raadsel toch nog hebben kunnen vinden. Als ik me niet vergis héb ik nu weer alle briefjes beantwoord'. En nu moeten er weer nieuwe raadsels zijn. Om wat afwisseling te houden geef ik dit* maal een Bijbelseh raadsel op. Mijn geheel bestaat uit 47 letters en vindt men in 'de Spreuken. 3 8 45 42 10 27 40 23 zijn tempeldienaars. 47 16 7 1 15 32 11 is oen gebergte in Syrië. 8 30 35 26 6 33 was een koningin nit 't O. T. De 33 24 46 5 37 20 37 43 eon oude ham» dolsweg van Indië naar Egypte. Do 31 19 44 wordt iedere week gelezen. 21 38 22 25 26 16 39 2 was een profeet. 18 13 45 42 34 was een koning uit 't O. T. 9 24 17 16 29 12 4 41 een bijbelboek. 14 36 28 een vrouw van Lamech. Sommigen vroegen of ik ook niet eens een m- der raadsel kon geven dan een lettorraadsel. Hier volgt er een: Vervang deze punten door letters. De eersts regel is dan ©en medeklinker. De tweede iets wat men in het kippenhok vindt. De derde: is nog niet voorbij. De vierde: wordt door do boeren gebruikt. Do vijlde: een land in Europa. Do zesde: gebruikt do molenaar. Do zevende: een erf om een Javaanecho wo* ning. De achtste: een gewicht. Do laatste: een medeklinker. De middellijn geeft van linke naar rechts ea van boven naar onder gelezen hetzelfde woord. Voor de jongeren laat ik hier eveneens eea Bijbelseh raadsel volgen: Mijn geheel bestaat uit 17 lettere. 6 16 13 14 10 17 .oen vrouw van Jacob. 7 8 3 een neef van Abraham. 1 15 11 11 16 do mooder van Richter. Een 17 15 9 2 7 is van groote waarde. Do Joden moesten op bepaalde tijden 4 15 12 3 10 11. Ziezoo jongelui, nu is 't jullie beurt weer. Vele groeten van Oom FELIX.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 7