RATINÈ DAMES- EN KINDERMANTELS
A. WAALS,
DAMES- EN KINDERCONFECTIE
Ziet onze étalages
Staten-Generaal.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van gisteren.
De exploitatio-k yslen dor Nc<l. Spoorwegen
Een dertigtal kleine -wetsontwerpen worden
aangenomen zonder beraadslaging of stemming
Voortgegaan wordt met de behandeling van
d» interpellatie-Van Braambeek over de spoor
weg-exploitatie.
De heer Hermans (R.K.) critiseert de
nota der commissarissen van de spoorweg
maatschappij aan de regeering. De nota vestig
de den indruk, dat bij bezuiniging het eerst
aan de positie van het spoorwegpersoneel moest
worden gedacht en dit komt volgens spreker
eerst in aanmerking, als alle andere middelen
zijn uitgeput. De motie-Van Braambeek is on
aannemelijk, omdat ze verslechtering van ar
beidsvoorwaarden wil uitstellen, tot de commis
sie van bezuiniging met haar taak gereed zal
zijn.
De heer Snoeck Henkemans (Chr.H.)
steunt het denkbeeld van instelling eener com
missie, doch bestrijdt de motie. Spreker be
toogt, dat bet spoorwegpersoneel op gelijken
voet met bet rijkspersoneel moet worden be
handeld.
Mej. Van Dorp (Vrijheidsbond) betoogt,
dat er verband moet zijn tusschen loon en be-
drijfsuitkomsten. Het loon moet juist zijn, d.w.z.
gezamenlijke loonen moeten gelijk zijn aan ge
zamenlijke uitkomsten. Spreekster is voor de
commissie, doch tegen de motie.
De heer Bongaerts (R. K.) bestrijdt het
betoog van den heer v. d. "Waarden, om retri
buties voor het gebruik van waterwegen. Hij
acht een dergelijke opvatting onjuist en niet
redelijk voor een goede behandeling van het
spoorwegbedrijf.
De heer Weit kamp (Chr.-H.) bestrijdt
tariefverhoogjng in het belang van land- en
tuinbouw. Daardoor zal het verkeer aanzienlijk
worden verhoogd.
De heer Oud (V.-D.) waarschuwt tegen den
eisch dat een zuivere rekening van het bedrijf
moet worden gegeven. Spreker beschouwt dat
'bedrijf als een tak van openharen dienst en
daarom acht hij het toelaatbaar dat de Staat
eventueel bijspringt. Een lijn die niet rendeert
kan toch zeer in het belang van een stelsel
zijn en dus indirect voordeel afwerpen voor ons
lend. En daarin ligt een reden voor staatssteun
Do bezoldiging van bet personeel moet be
schouwd worden in verband met die van bet
staatspersoneel.
Spreker betoogt ten slotte, dat met inkrimping
van het personeel nog heel wat is te bereiken
De motie-Van Braambeek acht bij gevaar
lijk, omdat zij don uitslag van het onderzoek
van de commissie vastkoppelt aan de eventueele
loonsverlaging. Wanneer men die verlaging uit
stelt tot de commissie gereed is, is men ge
bonden aan die verlaging als de commissie
daartoe adviseert.
Als conclusie dient spreker een motie in,
waarin de Kamer uitspreekt, dat bet loonpeil
voor het spooTwegpeTsoneél moet; worden be
paald in verband met bet loonpeil van perso
neel in openbaren dienst en dat in dat loonpeil
niet incidenteel een wijziging moet' worden ge
bracht. 1 I 1 'I 1
De heer T r o e 1 s t r a'. (S.-D.) verwijt mej.
Van Dorp, dat zij de geschiedenis van het
spoorwegpersoneel niet kent en "daarom ver
keerde conclusies trekt.
Mej. Van Dorp (Vrijheidsbond): Die ge
schiedenis heeft ©r niets mee te maken.
De heer Troelstra' (B.-ffO bespreekt bet
begrip „t edel ijk loon". Z. i. is dit stelsel in "het
bestaande nrod.-stelsel niet toe té passen: het
past veeleer in bet gesocialiseerde stelsel (Ge
lach). Met de stelling van den heer Van
'Braambeek over de retributies voor bet ge
bruik van waterwegen gaat spreker niet geheel
mee.
Spreker meent, dat de bdnnenschipperij al
veel te veel van allerlei retributies en allerlei
heffingen lijdt, zoodat daar niéts bij kan.
Voor handhaving van de loonen beroept spr.
zich op do noodzakelijkheid om den gi
veilig te «tellen. Verlaagt men de loonen en
daalt de koopkracht van den gulden, dan a
men weer tot verhooging moeten overgaan.
De Minister van Waterstaat, de heer Van
Swaay, antwoordt nog 1 I.
Inkrimping van het bedrijf gaat nog steeds
door, maar het gaat niet zoo snel.
De motie-Van Braambeek wijst spreker te
•enenmale af; de motie-Oud is z. i. geheel
•verbodig.
De heer f. Braambeek (S. D.) erkent;
4at hij de gr pot e kwestie van de waterwegen en
5fo retributies daarvoor niet in de diepste con-
sequenties heeft gepeild. Hij zal «r maar niet
aader op ingaan.
De interpellatie wordt gesloten. Dinsdag de
«lemmingen.
De vergadering wördt verdaagd tot Dinsdag
één unr. i I
De ondste bibliotheek.
Ib .Bergopwaarts" deelt Prof. Obbink
4e volgonde merkwaardige Mjzoiwka'h&dm
mode over de beroemde „bibliotheek van
Assiirbanipal."
Aesurbainapal, die ook in het O. T,
voorkomt (Ezra 4:10) en daar Aenapper
boeken door de Grieken Saadaarapallos
wordt genoemd, was koning in Assyrië
<669626 v. Chr.) en resideerde te Ni-
3ive. Hij was een groot liefhebber van
kunst en literatuur, waarin hij door de
morgen van zijn vader Aesarhaddon was
onderwezen. Hij zond zijne geileerden"
"ait om in allerlei openbare en particulie
re „bibliotheken" te zoeken naar oude
Schriftstukken, om die öf in originaü èf
m afsclirift te brengen naar de residentie,
waar hij in het koninklijk paleis een paar
«alen als bibliotheek beschikbaar stelde.
Van al deze schriftstukken liet !hij eei
lalogus makes, waarin zorgvuldig werd
opgeteekend wat in zijn verzamelde boe
kenschat aanwezig was.
Dat was wel de oudste bibliotheek ter
wereld, en het is te begrijpen dat een En-
gelschnian op de gedachte kwam om in
elke bibliotheek de buste van dezen ko
ning to laten opstellen: den uitvinder van
het bibliotheekwezen.
(Tu&9cheu haakjes: erg handzaam"
was zoo'n Assyrische bibliotheek niet:
men schreef toen met spijkerschrift in
Wij bogen op een reputatie, die wij door een plm. 40-jarigen verkoop van
hebben verkregen.
Door onze ontzag'lijke voorraden, die zelfs dagelijks door Nouveauté's worden aangevuld,
bevredigen wij de smaak van iedereen.
Dit seizoen hebben wij zeer veel succes met onze sorteering
Damesmantels, in prima Velour de Laine, vanaf
Kindermantels, in Velour de Laine, Ratiné in div.
kleuren, vanaf
Haarlemmerstraat 114.
f 17.75
f 8.75
Uitsluitend solide
kwaliteiten
logge tafels vam gebakken klei-; zoo'n bi
bliotheek leek meer- op een steenhouwere-
wcricplaate dan op een boekerij).
Van deze „bibliotheek" nu is rn 1854
door don Engelschman Ease am het groot-
deel teruggevonden te Kujundsjik op.
de plaats van het oude Nkiive, diep onder
den grond. Andqre onderzoekers hebben
de opgravingen daar ter plaatse voortge
zet, en deze geweldige verzameling stee-
nen boeken) van meer dan 22000 num
mers bevinden zich thans in ihet Britsch
museum te Londen en vormen de beroem
de „Kujundsjik-cellection".
Alle mogelijke literatuursoorten vifndt
men ei* bijeen: geschiedenis, astrologie,
voorspellingen, myfthen, romans, fabels,
epen, maar ook en dit interesseert ons
'hier het meeste grammaticale en lexi
cografische teksten. Populair uitgedrukt,
kunnen we zeggen-: in die bibliotheek be
vond zich ook het oudste woordenboek
der wereld, het woordenboek, waaruit on
getwijfeld de jonge prins Assurbanipal
zelf het. Assyrisch heeft geleerd, en. waar
uit wij het eigenlijk nog loeren.
Om die reden moet die bibliotheek van
Ninive tot de belangrijkste vondsten wor
den gerekend, omdat ze meer dan eenig
andere heeft bijgedragen om ons de As
syrische en Babylonisdlae teksten leesbaar
te maken. Deze vondst is dus „grundle-
gend" geworden voor de verdere ontwik
keling der Assyriologie.
Op sommige belangrijke „boeken" uit
deze merkwaardige „bibliotheek" kom ik
later nog wel terug; hier is het er mij
om te doen de algemeene en vérstrekkende
boteekenis van deze belangrijke vondst te
laten zien.
Ik weerhoud mij met moeite iets te ver
tellen van de interessante geschiedenis
van de ontcijfering van dit spijkerschrift.
Het is de onvergankelijke roem van
scherpzinnige onderzoekers, deze geheim
zinnige teekons, en de volkomen verloren
taal, waarvan ze de uitdrukking zijn, op
nieuw te hebben doen spreken. Maar het
verhaal daarvan zou ons hier to ver voe
ren: Wie er iets meer van wil weten, kan
prachtig terecht in een klein boekie van
Prof. Bruno Meissner, Die Keilschrift, dat
als No. 708 veirsch3en in de bekende
Göschen-Sammlung.
Gemengd Nieuws
Moord?
Donderdagavond is zekere Gouraans in de
nabijheid van zijn woning te Klein Gent out
(Beek) doodgeschoten. De vermoedelijke daders
zekere J. uit Klimmen en zijn meisje W. zijn
voortvluchtig. Minnenijd schijnt d® oorzaak te
zijn.
Brand.
Donderdagavond is brand ontstaan in
brandstoffenloods van den heer G. Willerman
te Santpoort. Spoedig geraakte ook de groote
houton hooisdhuur en stal van den heer Th.
Braam in brand. Na eenige uren "was de brand
weer het vuur meester. Twee aangrenzende wo
ningen Weven'behouden. Bij Braam, die laag
verzekerd was, ie een groote hoeveelheid hooi
verloren gegaan. "Willerman's loods en -huis
waren verzekerd, echter niet de brandstoffen,
o,m, een flinke hoeveelheid eierkolen, 50 ton
antlhraciet en 65,000 turven.
Oplichting.
De oplichter, een 53-jarige Amsterdammer,
die er zijn work van maakto onder allerlei val-
sche voorwendsels pastoors te bewegen hem
'geld af te geven 9tond gisteren terecht voor de
rechtbank te Zwolle, omdat hij op 14 September
pastoor Went holt te Kampen bewogen had
hem 20 te geven onder voorwendsel, dat hij
propagandist was van de B. K. SpoorveTeeni-
girg ,ySt. Raphael". De officier van Justitie
eischte zes maanden gevangenisstraf.
Het veroaan van de Cornells.
Volgens een bericht uit Stockholm is aan de
Zweedsche kust ten Noorden van Stockholm
het lijk van don tweeden machinist Ambrosius
Visser, uit Delfzijl, van do Cornelia, aange
spoeld.
Het tweede te Oregrund aangespoelde Lijk
is herkend als dat van don 16-jarigen mess-
roombediende Jan Maas', uit Hoek, van het
stoomschip Cornelia.
De berging8sloomer Herakles heeft op de
Cornelia een d°bk©ronderzoek ingesteld, waar
bij bleek, dat daar geen lijken meer aanwezig
waren. Het stoomschip Cornells is geheel
wrak.
.Voorts zijn nog drie andere lijken -gevonden.
Te Haarlem is bij de familie van W. Wal-
drecht, stoker aan boord van de Gornelis, be-
ri-.'ht ontvangen, dat Waldrecht nog in leven
is. Hij heeft gemeld, dat hij nog -bijtijds van
het schip is gekomen.
De afschuwelijke moord tc Neurenberg.
Men meldt uit Neurenberg aan de „Msb.":
Omtrent den afschuwelijken moord dezer da
gen op een Hollander, den heer Engelsman, ge-
?d is noch door de stedelijke noch door de
Staats overheid aan de vertegenwoordigers der
Nederlandsohe regeering eenige kennis gege-
n.
Omtrent dit drama verneemt de „Tel." nog
het volgende: Reeds geruimen tijd had de 26-
jarige Jacobs een ongeoorloofde verhouding
met zekere juffrouw J. W., dié een buurmeisje
van den vermoorden Caumans was. Caumans
had reeds meermalen het meisje op het verkeer
de van deze verhouding gewezen, hetgeen voor
Jacobs aanleiding was hem te dreigen. Gister
avond nu zagen Jacobs en zijn méisje Caumans
nabij zijn woning. Hij bedreigde hem weder en
toen het meisje riep: „Maak hem kapot", schoot
Jacobs op hem met zijn geweer. Do kogel ging
door het hart, de long en de leyer. Caumans
zakte dood neder. Hoewel spoedig hulp aan
wezig was, had Jacobs nog gelegenheid met
het meisje te vluchten. Onmiddellijk werd de
marechaüseo gewaarschuwd, die het signale
ment van -den moordenaar en het meisje rond
end.-
Men vermoedt, dat zij over dc grens gevlucht
zijn.
Zenuwoverspanning.
Donderdagnacht is te Goes een jonge, pas
gehuwde vrouw haar woning ontvlucht. 7\\
s'oeg bij haar buurman met de handen een
paar ruiten in, waardoor zij zich aan pols en
vingers ernstig verwondde, en riep met het
geschreeuw van „moord, moord" do buren wak
ker. Men wist haar met veel moeite te kalmee-
ren. maar even later herhaalde het treurige
feit zich Ditmaal liep zij echter naar den
bavenkant, waarschijnlijk om zelfmoord te
plegen.
Men kon haar echter nog intijds grijpen. De
geneesheer, die haar inmiddels verbonden had,
constateerde ernstige zenuwoverspanning en
mede op zijn advies werd de ongelukkige zoo
spoedig mogelijk naar haar ouders terugge
bracht.
Pest op Mauritius.
Uit Lorence-Marquez wordt gemeld, dat op
het eiland Mauritius in de afgeloopen week
65 gevallen va.n pest zijn geconstateerd, alle
met doodelijken. afloop.
Een piip uit Gods pijlkoker.
In hot jaar 1809 leefden twee gebaren
in zeker dorp in onverzoenlijke vijand
schap met elkaar. De hoofdoorzaak dezer
oneenigheid was een grenspaal tusechen
him landerijen. Het liep tu&schen die twee
zoo boog, dat de een zich voornam den
ander dood te slaan.
Ongelukkigerwijze on-lmoelie hij hem
alleen in een bosch en al spoedig kwam
het van bittere verwijten t.ot schelden en
slaan;, ja ten slotte bracht hij zijn vijand
een zware verwonding toe aan hot h-oofd.
Daarop keerde hij naar huis terug en in
plaats van berouw te voelen over het
groote kwaad, beroemde hij zich op zijn
daad tegenover de verschrikte vrouw on
kinderen. Schreiend en klagend kwam
weldra de vrouw van den mishandelden
buur aanloopcn, doch de vertoornde man
wierp haar zijn huis uit, en dreigde zelf6
haar man geheel dood te zullen slaan.
Herhaald bidden en emeékbn, vermanin
gen noch bedreigingen konden zijn toorn
stillen.
Kort daarop zou cr in een naburige
kerk een plechtigheid plaats hebben. Aan
vankelijk gevoelde onze woesteling eeni
ge opgewektheid deze plechtigheid te
gaan bijwonen. Hij kon dan eens oen an
deren leeraar booren. Zoo altijd naar den
zelfden dominee te luist/eren, werd toch
Oip den duur ook wol wat vervelend,
meende hij.
Weldra werd de lust om kerkwaarts te
gaan in het. naburige dorp evenwel veel
minder. Het echeen echter dat hij gaan
moest, want op den bepaalden dag over
won hij allen tegenzin en trok met. andere
dorpsgenoot-en naar de plechtigheid. Daar
zou maar de woestaard vermoedde er
niets van een pijl uit Gods pijlkoker
hem treffen. De leeraar was geheel onbe
kend met den man. en wiet zelfs niet, dat
deze zich onder zijn gehoor bevond. Hoo
werd deze dan ook getroffen, toen bij don
prediker boorde zeggen: „Die zijn naas
te niet liefheeft, dien hij ziet, hoe zal hij
God liefhebben, dien hij niet ziet! Hoe
kunt gij zalig worden, als gij uw naaste
haat en een doodslager zijt voor het aan
gezicht des Heeren?" Als een bliksem
troffen- deze woorden het hart van den
grimmigen man. „Ik ben zulk een man,
i k haatte mijn naast© en heb Gods gebo
den veracht! Hoe zal ik dan zalig wor
den?"
Gelukkig had de leeraar ook nog een
ander woord. Niet slechts een pijl, die
het geweten trof. Maar bovendien balsem
voor een gewond hart. Het heerlüke
evangelie van Gods genade greep den
getroffene aan. Hij werd er door opge
richt in dezelfde ure, dat hij werd nedcir-
geworpen. Dat is Gods doel. Ook met een
ieder onzer. Do man ging bewogen en
dankbaar terug naar zijn dorp en maakte,
ook naar de eieehen dor menschen, alles
goed.
i Ons Babbelhoekje, g
Beste Jongens en Meisjes.
t Begint nu weer gezellig te worden in ons
hoekje. Als ik zoo al de briefjes eens doorlees,
dan is 't of ik allerlei stemmen hoor van jongens
en meisjes die allemaal in ons babbelhoekjo be-*
langstellen.
Sommigen vroegen hoe 't nu dezen winter
gaat met de prijsraadsels. Mijn plan is weer te
doen net als het vorig jaar en iedere maand oen
of meer prijzen beschikbaar te stellen.
Tot nu toe hebben w© telkens ©en boek als
prijs geliad. behalve een keer,, toen een der
nichtjes een poëzie-album h©eft gekregen.
Hoo do prijzen er diezen winter uit zullen zien
weet ik nog niet. Misschien worden het weer
boeken maar het kan ook wel zijn dat ik an
dere prijzen kan vinden.
hoop dat jullio allemaal flink jo best zult
doen om eens een prijs machtig te worden, maar
tevens hoop ik dat jullie niet alleen meedoet
om eens een prijs te krijgen want dan is de aar
digheid er al gauw af.
Met het een© raadsel heb ik jullie lastige oogen
blikken bezorgd.
De bedoeling wa6, dat een diamant gesle
pen wordt, maar bij het maken van het raadsel
is een vergissing begaan, zoodat er nu kwam te
staan dat een geslepen, geslepen wordt, wat na
tuurlijk niet kaïn.
Daar ik niet zelf de raadsels maak ik heb
daarvoor een vrijwillig© hulp was ik eerst al
bang dat ik het verkeerd had overgenomen,
maar dat was niet het geval, zoodat ik mot
recht de schuld van mij af kan schuiven. Dat
doen jullie denk ik ook wel graag als je er kans
toe ziet
Gelukkig was het voor de meesten geen be
zwaar om het raadsel op te lossen en begrepen
ze wel dat hier een vergissing was bogaan.
Terwijl ik dit schrijf brandt het kacheltje al
weer lekker, of liever de apthraciet. Vanmorgen
is de kachel gezet en jullie begrijpt, dat we
hem gauw in dienst hebben gesteld.
Met dit koude weer kan men, vooral als men
veel stil moe-t zitten, de kachel best gebruiken
en bovendien geeft 't ook zoo'n echt wintoreche
gozelligheid als 't kacheltje lekker brandt.
Voor wie loeft voor zijn pleizier of wio ten
minste alles kan krijgen wat hij noodig heeft,
is het wel mooi weer do laatste dagen, al is het
dan wat koud. Maar d'r zijn ook zooveel anderen
voor wie do kou al een zeer onwolkome gast is.
Er zijn heel wat menschen die geen werk heb
ben, die weinig verdienen en dio dus niet gaarne
de kachel zien branden,, maar voor wio 't ook
al heel slecht gelegen komt om de noodzakelijke
winterkleoding to koopen.
Dat is een kwaad ding jongens en meisjes, en
voorzoover wij het voorrecht hebben, dat we
alles wat er neodig is ook kunnen krijgen, mo
gen we daarvoor wel recht dankbaar zijn.
Zoo licht vat de gedachte post. dat we be
ter zijn dan anderen. Laten we echter noöit
vergoten, dat we alleen wat meer b e w o 1 d a-
d i g d werden.
Maar nu ben ik aan het afdwalen en om nu
weer op het goedo pad to komen zal ik maar
oorst do briefjes beantwoorden.
Bij de briefjes was er één, dat niet onder
teekend was, zoodat ik niet weet van wie het
komt. Ik vermoed echter dat 't van Sneeuw
klokje is. Tenminste het schrift lijkt ex veel
op. Ik zal maar met. haar beginnen. Mocht ik het
mis hebben dan zal dat vanzelf wel blijken.
S n o o u w It 1 o k j e Leiden. Daar
geen vaste ouderdom voor bepaald. Wil je met
de grooteren meedoen dan is dat goed, maar als
je liever nog wat bij de klointjes bent, dan is
daar ook geen bezwaar tegen, 't Zou wel leuk
zijn als je broertje ook mee ging babbelen.
Vraag t hem nog maar eens.
„Achilles" Leiden. Natuurlijk mag je mee
doen. Hoe meer boe liever. Neen van „Appel-*
steeltje" hoor ik niet veel den laatsten tijd,
maar hij zal wel weer terugkeeren denk ik! Je
hebt wél een mooie naam bedacht. Heb je wel
eens gehoord van de Achilleshiel en d©
Achillesspier en weet je wat dat beteo-
kent?
S. en C. W. Woubrugge. 't Is zeker een prach-*
tig mooi book. Misschien hebben vader en moe
der wel gelijk, dat het beter ie om het nog wat
te bewaren. Eigenlijk wel leuk voor jullie. Dan
heb je er later nog Wat aan. Mochten jullie weer
een prijs winnen, dan zal ik toch zorgen dat j©
iets krijgt waar je dadelijk genot van hebt.
„Tijl Uilenspiegel". Wel bedankt voor
je aanbod. Ik vrees echter dat er wel meer jon«-
gens en meisjes zijn die zoo'n raadselboek hebi
ben en dan wordt het wel wat al te gemakkelijk.
Je kunt echter weieens een paar sturen, dan
zullen we eens een proef nemen. De meest© jon
gens en meisjes houden geloof ik echter meer
van letterraadsels.
„Moeders Oudste" Leiden. Je hadt dio
fout ook al ontdekt zie ik. Als ik op school ging,
zou ik zeker ook mijn werk hebben moeten over
maken. Dat huiswerk valt niet altijd mee. 't
Beste lijkt me dat je hèt werk zooveel mogelijk
nogeens naleest.
„Napoleon" Leiden. Je hebt gelijk, 't- is
ook een beetje vreemd, maar je begrijpt nu ze
ker wel hoe de zaak in mekaar zit. Je briefje
was wel wat heel kort vond ik. Schrijf een vol
gend maal maar eens wat meer, dan kan ik ook
gemakkelijker terugschrijven weet je.
„De twee broertjes" Bodegraven. Jullie
hebt je goed geweerd hoor 1 Geen wonder dat
je last had, met dat derde zinnetje. Wel jam
mer dat je Vader niet naar den partijdag Lon.
Hij is anders wel graag van de partij, geloof ik.
We hebben bij mij thuis ook al een poos.'e vau
de oliekachel genoten, 't Beviel me wat beet!
M. G. Koudekeric. Of 't een mooie dag wasi
Ik denk wel, dat er bot volgend jaar weor een
partijdag gehouden wordt. Nu 't tweo keer goed
gogaan is, zal 't ook de derde maal wol slagen.
Wat die vragen betreft: het adres is goed en
de bedoeld© datum ook. De brief wa3 niet te
lang hoor! Ik heb hom met veel bel misstelling
gelezen.
„Annoke" Leiden. Wel wel, twee taarten.
Maar als er zooveel grage moncen zijn, dan is
een taart gauw verdwenen. Had je oen prettigen
dag en kreeg je veel geschenken? Ik ben al be
nieuwd naar je volgend briefje.
„Batavier" Leiden. Dat zal een Imke dag
geweest zijn. Jongen, wat een pret! Jo Vader
heeft het jo goed verteld hoor. He ben benieuwd
of je er nog aan denkt me een ansicht Ie st.u-
n.
„H y a c i n t" Oegstgeest. Dat denk ik teu-
minste. Je had n.l. vergeten je naam onder het
briefjo te zetten. Do volgendo week komen den
kelijk alweer do prijsraadsels. Ik ben een boelen
tijd niet in Oegstgeest geweest. Naar ik hoor
wordt er nogal druk gebouwd en komen er ook
allemaal .nieuw© straten, 't Zal zoo nog een
groot© plaats worden.
„Clivia" Leiden. Door de groote haast is
naar ik begrijp het briefjo er bij ingeschoten.
Een volgend maal bïter zullen we honen. Jo
briefje zag er anders wel netjes uit
„Dtio" Voorschoten. Ja, ik dacht wel dat
jullio het beek mooi zouden vinden. Fijn toch
i'n knapenvereeniging al was 't maar alleen
om do boeken. Ik kan me nog goed herinnoren,
dat ik ook op zoo'n veroeniging ging, hoewel
dat nu al heel wat jaartjes geleden is. Is dat
een Friesche naam. dio er onder stond?.
„Vergeet mij nietje" Wassenaar. .To
hebt misschien al gedacht dat jo vergeten zoudt
worden, maar hoewel je 't laatste komt. ditmaal,
vorgeten ben je tocli niet. Wat dio derde regel
betreft, heb je gelijk. Ik ben blij, dat de meeste
jongelui liet raadsel toch nog hebben kunnen
vinden.
Als ik me niet vergis héb ik nu weer alle
briefjes beantwoord'.
En nu moeten er weer nieuwe raadsels zijn.
Om wat afwisseling te houden geef ik dit*
maal een Bijbelseh raadsel op.
Mijn geheel bestaat uit 47 letters en vindt
men in 'de Spreuken.
3 8 45 42 10 27 40 23 zijn tempeldienaars.
47 16 7 1 15 32 11 is oen gebergte in Syrië.
8 30 35 26 6 33 was een koningin nit 't O. T.
De 33 24 46 5 37 20 37 43 eon oude ham»
dolsweg van Indië naar Egypte.
Do 31 19 44 wordt iedere week gelezen.
21 38 22 25 26 16 39 2 was een profeet.
18 13 45 42 34 was een koning uit 't O. T.
9 24 17 16 29 12 4 41 een bijbelboek.
14 36 28 een vrouw van Lamech.
Sommigen vroegen of ik ook niet eens een m-
der raadsel kon geven dan een lettorraadsel.
Hier volgt er een:
Vervang deze punten door letters.
De eersts regel is dan ©en medeklinker.
De tweede iets wat men in het kippenhok
vindt.
De derde: is nog niet voorbij.
De vierde: wordt door do boeren gebruikt.
Do vijlde: een land in Europa.
Do zesde: gebruikt do molenaar.
Do zevende: een erf om een Javaanecho wo*
ning.
De achtste: een gewicht.
Do laatste: een medeklinker.
De middellijn geeft van linke naar rechts ea
van boven naar onder gelezen hetzelfde woord.
Voor de jongeren laat ik hier eveneens eea
Bijbelseh raadsel volgen:
Mijn geheel bestaat uit 17 lettere.
6 16 13 14 10 17 .oen vrouw van Jacob.
7 8 3 een neef van Abraham.
1 15 11 11 16 do mooder van Richter.
Een 17 15 9 2 7 is van groote waarde.
Do Joden moesten op bepaalde tijden 4 15 12
3 10 11.
Ziezoo jongelui, nu is 't jullie beurt weer.
Vele groeten van
Oom FELIX.