lineLeiUeComt
Tweede Blad.
Zaterdag 23 Sept. 1922
De deur open doen.
Zie, Ik sta aan d-e deur, en Ik klop;
indion iemand Mijn stern zal hooren,
en de deur opendoen. Ik zal tot hem
inkomenOpenb. 3 20
De kloppend© Heiland vraagt tweo din
gen.
Hij, ©ificht van de gesloten gemeente ©n
do gesloten harten, aan wier deuren Hij
etaat, dat zij eerst zullen hooren, en
dan de deur opendoen, en pas, als
de zielepoort door ons ontsloten is, treedt
Hij me(; Zijn zegenende genade binnen.
Maar 16 Jezuö dan van ons afhanke
lijk?
Ligt Zijn komst is ons nart dan m onze
hand?
Hangt Zijn gemeenschap af van onze
bereidheid om de deur open te werpen, en
stiidt dit woord van den verhoogden Heer
nie't met. hetgeen telkens ons gepredikt
wordt.: Het is niet uit u, het is Gods
gave?Neen, want zooals onze kantteeke-
naren bij dit vers terecht opmerken, „dit
binnenlaten van Jezus wordt, niet gesteld
in den vrijen wil van den mensch, maar
deze vermaning is eeri middel, waardoor
Christus de deur van ons hart opent, de
wijl Hij hier spreekt tot leden van Zijn
gemeente, waarvan velen reeds Zijn
Geest deelachtig waren".
Hier wordt het werk der bekeering van
onzen kant bezien, en dan moeten wij, ze
ker door den Geest geleid, den kloppenden
Christus hooren en opendoen.
Wat bedeelt Jezus nu met dat hoo
ren?
Het is natuurlijk heel iets anders en
hoogers dim het uitwendig hooren met
uw lichamelijk oor. Het is ook meer dan
dat ge alleen met aandacht en belangstel
ling naai* Christus luistert, doch hoo
ren heeft in de Schrift de beteekenis van
„gehoorzamen" of „van het
hart neigen". „Hoort en uw ziel zal
leven", spreekt de profeet Josaja, en zoo
is ook" hier het hooren de opening van
het bewustzijn en de omsluiting der ziel
voor den Heiland, en als ge hoort, onder
werpt ge u in volle levensovergave aan
Jezus en aan Zijn Woord.
Dat hooren is verre van gemakke
lijk.
O, er zijn zooveel stemmen, die uw ziel
■bestormen, want satan spreekt, en de we
reld lokt, en menschen praten, en uw
eigen zondig hart heeft een stem, en al dat
rumoer overstemt dikwerf het liefelijk
geMamk van het Evangelie van Christus.
Daarom duurt het ook vaak zoo lang,
eer ge Jezus' stem hoort. Zij dringt niet
tot door. Gij hebt in uw gesloten wo- 1
ning vele andere dingen, waarnaar ge
hoort.
Voor Hem is er geen aandacht, en ge
mist Hem niet, en begeert Hem niet, tot
dat eindelijk Zijn klop tot uw hart
doorklinkt, en weet ge, wat Gods Geest
u dan eerst laat zien? Uw armoede. Uw
leegheid. Uw kilheid. Uw ongenoegzaam
heid, en uw zielehuis, dut ge zoo lang ge
sloten bieldt, wordt u een houde, gebrek
kige stulp, en ja, dan begint ge te hoo
ren, en uw ziel aan Jezus te( geven.
Dat Ï6 het eerste wat de Heiland vraagt..
Gehoorzamen!
Niet eerst genieten of eerst iets erva
ren.
Niet eerst Hem proeven en smaken,
maar eerst- buigen, en eerst u kwijt ra
ken aap Hem, en eerst zelf zwijgen en
Hem laten spreken, en eerst volgen en
komen en vragen: „Heere, wat wilt Gij,
dat ik doen zal?"
En als ge boort, doet ge ook
open.
Wanneer Jezus' stem in uw ziel weer
klank vindt, betoont gij uw innerlijke
overgegevenheid in een besliste bekeering,
en uw ziel ontsluit zich in de volle wijdte
der liefde voor Hem.
En dat kimt ge doen, door alle grende
len weg te schuiven, en alle st&keiselen der-
.zondo uit den weg te runnen, en de onge
rechtigheid af te breken, en voor Chris
tus een vrije baan te maken, en u te laten
zinken op Zijn werk, en over te geven
aan Zijn genade.
Da/t is heel iels anders, dan de lijdelijk
heid wil.
__Wat Christus van ons vraagt, veroor-
^ÜILLËim
Vervolgd en bevrijd.
Historisch verhaat
uit den Napoleontischen tijd.
8)
HOOFDSTUK Y.
Ongeveer een© maand later wandelde op
een avond een oudachtig heer door de
drukke Kruisstraat van Haarlem.
Hij was met de mode een jaar of tien
ten achter, en maakte dus den indruk
van ergens uit den achterhoek gekomen
te zijn.
Op zijn gepoederd pruikje droeg hij een
buitengewoon klein steekje, den „C h a-
pe a-u bas." Verder was hij gekleed in
een grijzen rok met lange panden, korte
zwarte broek en slobkousen. Een paar
lage schoentjes met gespen en een flinke
stootdegen voltooiden, met een gouden
snuifdoos, zijn toilet. Een lichtgekleurde
knijpbril beschermde zijne oogen voor de
koele avondlucht, en met de rechterhand
hield hij voortdurend een zakdoek voor
den mond.
De oude heer was vermoedelijk slechts
'weinig© malen in eeno stad van eenige uit
gebreidheid geweest, want. hij zag telkens
°m wanneer hij het. geratel van wielen
hoorde,, en als werkelijk een wagon voor
deelt alle bedenkingen van hen, die lui en
traag achter hun onmacht wegschuilen,
cuach, ©r zijn nog zoovelen. in de ge
meente des Heeren, die zulke vonden zoe
ken.
Menigeen laat Jezus maar kloppen, en
tracht zich vrij te pleiten, door te bewe
ren ik kan er toch niets aan doen, en
ik moet. wachten, totdat het den Geest be
lieft mij te veranderen, endan moet
Christus maar aan de deur staan.
En in zulke zielen is het doorgaans
leeg en koud. Zulke harten zijn arm en
donker. Zulke Christenen zijn geen sie
raad voor de gemeente, en met zulk een
Christendom if) de Heiland niet tevreden.
Hij roept u toe: Hoort Mijn stem!
Hij eischt: opent de deuren, en al weet
gij, dat gij uit uzelf geen enkele grendel
der zond© kunt wegschuiven, en dat God
in u werken moet 'het willen en het wer
ken, gij zijt toch geroepen de deuren te
ontsluiten, en aan Jezus vrij baan te ge
ven.
Doch.moet Hij langs dezen weg bin
nentreden?
Kan Hij, voor Wien de poorten des
grafs opensprongen, niet met één wo-ord
en één slag onze zielewoning openen?
Moet Hij, de heerlijke en verheven Ko
ning, aan onzo deur 6taan? Is Hij naet in
staat om met één wenk Zich den weg te
banen?
Zeker, dat alles vermag Jezus, en toch
klopt Hij, want Hij wil geen gedwongen
volk. Hij redt geen zondaar tegen wil en
dank. Gij-moet, willem Gij moet zelf
heilhegeerig zijn, en zelf verlangen, want
die wil neme het water des levens om
niet..
Hoort gij Jezus' stem?
Hebt. gij de deuren voor Hem geopend?
Zet gij uw treden in Zijn spoor, en stelt
gij u in Zijn weg, en legt gij u zelf ge
vangen onder Zijn "Woord?
Zoo moet het zijn, en onderzoekt u
nauw, of er misschien bij u gesloten deu
ren zijn. Ze vallen om onze zonden en
eigengerechtigheden en geestelijke lauw
heid zoo 6poedig dicht, en de Heiland
vraagt diat gij de zond© verlaat en vliedt
en afsterft, opdat er open vensters en deu
ren voor Hem zijn.
Die eisch geldt een ieder.
Christus maakt geen onderscheid.
Indien iemand
Niemand zondert Hij uit, en een iege
lijk hoore Zijn stem. en, welk een genade!
voor een iegelijk, die hoort en opendoet
is er gemeenschap met Hem, maarin
dit indien iemand ligt nog meer.
- Hierin spreekt ook het persoonlijke
van het hooren.
Een ander kan voor u de deur niet
opendoen.
Zalig worden is een persoonlijke zaak.
Zelf moet ge uw hart. ontsluiten, en
Christus binnenlaten, dloch, wanneer ge
het doet, komt Hij.
Hij wacht geen oogenblik om binnen t©
treden. Gij kunt van Zijn gemeenschap
zeker zijn. -
Bij ieder, die naar Hem boort, neemt
Hij intrek, en... o zalige weelde, Hij
komt om met, u avondmaal te houden, eij
gij met. Hem.
LIED DER VERWONDERING.
Ja, Hoor! dat mag een wonder boeten,
Een wonder Uwer sterkte en roaoht:
Ik ben er nog, zoo teer van maaksel.
Zoo zwak van moed, zoo klein van kracht!
Gevallen is zoo moerige ceder,
Geknakt zoo meen'ge eikenstam:
En ik ik mag nog ademhalen,
Daar God mij in Zijn hoedo nam.
Ja Hoer! dat mag oen wonder heeten,
Eon wonder van Uw wijs beleid;
Mijn dwaasheid had mij duizend noodon
En duizend dooden toebereid,
Maar G ij boogfc recht wat i k verkeerde;
Wat i k bcdiorï, horsteklet G ij
En waar ik mijnen voet verstuikte,
Daar maaktot Gij mijn schreden vrij.
Ja Hoor! dat mag een wonder hoeten.
Een wonder der barmhartigheid:
Dat Go aan den wortel van mijn leven,
Nog niet do bijl hebt aangeleid;
Dat Go al mijn ongerechtigheden,
Zoo lang genadig hebt geduld,
En mij, die al uw gunst verbeurde.
Met spijze nog en vreugd vervult.
0, leer mij inzien in die wonderen,
Opdat mijn hart Uw naam vereer,
En» in aanbidding neergezonken,
Volkomen zich tot U bekeer!
O, geef mij wijsheid, om te merken,
Waartoe dit alles mij geschiedt,
Opdat rnijn hart van goede werken
Een rijken vollen oogst U biedt!
J. DE LIEFDE.
bijging stapte hij op een stoep en wacht
te tot het gevreesde voertuig voorbijgere
den was.
Hij liep langs de straat te wandelen
als een hedendaags ch - toerist, bleef üüer
en daar voor een winkel staan en slenter
de dan weer een eindje vorder. Daar sloeg
de klok der St. Bavo-Kerk elf liur; van
den eenen winkel voor. den anderen na,
doofde het, licht uit en slechts weinige lie
den bevonden zich meer buiten.
Toen de laatste man verdwenen, en in
de gansebo Kruisstraat niet één lampie
meer zichtbaar was, bergde onze kennis
zijn zakdoek op, nam zijn knijpbrilletje
af en liep met vluggen tred de Bakenes-
scrgracht op, welke toenmaals niet ge
heel bebouwd was, doch waar de huizen
door tuinen van elkander waren geschei
den. Voor een dezer tuinen, welke door
een hoogon muur van de straat afgesloten
was, hield hij stand en klauterde met eene
vlugheid, di© men niet hij den ouden heer
gezodht zou hebben, tegen een der schui
ne beren op. Veel dienst bewezen hem
daarbij een aantal gaten, welke blijkbaar
opzettelijk reeds vroeger door het uitbre
ken van kantsteenen in het. muurwerk
waren, gemaakt. Eenmaal bovenop geko
men viel het onzen klimmer, die dezen weg
meermalen scheen afgelegd te hebben,
niet moeieliik om op een schuurdak en
vandaar op den grond af te dalen. Nu
KERK EN SCHOOL
NED. HERV. KERK.
Beroepen. Te Bennebroek: W. J. Roecam
.Abbiug, em.-pred. van Leiden, wonende te Baarn
te Staphorst: B. N. B. Bouthoorn te Wapeu*
void.
GEREF. KERKEN.
Beroepen. Te St. Laurens: J. H. Kroozo
cand, te Middelburg; te Opoindo-NijegaK.
Winkelman te Eindhoven; te Nederhoret den
Berg: L. J. Maart, cand. te Delft.
EVANG. LUTH. GEM.
Drietal. Te Deventer: W. M. Duyker te
Tiel; J. P. van Hoost to Greed© en G. J. Duy-
vendak te Stadskanaal
Emeritaat.
Ds. H. J. L. de Yrios, predikant bij de
Chr. Gerof. Kerk te Hilversum, hoeft om g©=
zondihoidsredenen emeritaat aangevraagd. In de
claasisvorgadering van 16 Oct. as. zal deze aan
vrage behandeld worden.
Predikantsplaatsen.
Het classicaal bestuur van Tiel hooft gewei*
gord de aanvraag van don kerkoraad dor Ned.
Herv. gemeente te Kuilenburg tot ophef
fing van de tweede prodikantsplaate aldaar.
Het Provinciaal Kerkbestuur van Gelderland
heeft zijn goedkeuring onthouden aan het be
sluit van liet classicaal bestuur van Arnhem
tot opheffing van de derde predikantsplaata
van de Ned. Herv. Gemeente te Wageningen.
Toegelaten tot de Evangeliebediening.
Het Provinciaal Kerkbestuur van Gelderland
heeft tot de evangeliebediening in de Nod. Herv.
Kerk toegelaten den heer J. W. Dippel, cand.
aan de universiteit te Groningen.
Provinciaal Kerkbestuur.
Het provinciaal kerkbestuur van Gelderland
hoeft benoemd tot secundus-lid der algemeen©
synode der Ned. Horv. keric ds. N. A. Becht Jr.
te Arnhem, tot lid der commissie van voor
dracht voor de benoeming van kerkelijke hoog
leeraren de. J. C. Prins te Geldermalsen en tot
diens secundus ds. J. J. van Ingen te Harder*
wijk.
Dr. W. G. Harienstein.
Naar wij voor enkele-dagen berichtten, is
door de Gerof. Kork van Soorabaja beroepen
Dr. W. G. Harrenetein, van Mcdan. Indien de
gezondheidstoestand van Mevr. Barrens tein
goen bezwaar maakt togen het verblijf te Soera*
baja, is, zoo schrijft Dr. de Moor in de „He
raut", de kans groot, dat ditmaal Soorabaja'»
roepstem niet onverhoord zal blijven.
Leden der Ned. Herv. Kork.
Het Weekblad van de Ned. Hervormde Kerk
schrijft
„Volgens de thans gepubliceerde uitkomsten
van de tien-jaarlijksch© volkstelling bedroeg het
aantal personen behoorende tot de Nederland*
sche Hervormde Kerk op 31 December 1920:
2.835.597.
Op 31 December 1909 bedroeg hot 2.597.872;
derhalve thans 237.725 moer.
Bij laatste schriftelijke kerkvisitatie over 1920
werd hot aantal zielen, der Nederlandsche Her
vormde kerk opgegeven als 3.062.354.
Men ziet dus hoe onbetrouwbaar die dikwijls
slechte geraamde, opgaven der Kerkeraden zijn.
Want het verschil met de toch zeker zoo nauw
keurig mogelijk verzamelde gegevens dor rijks*
telling is niet minder dan 126,757, dat is onge*
veér het geheel© aantal Nederlandsch Hervorm
den van Zeeland of Drenthe.
Het is van belang, dat er bij de schriftelijke
kerkvisitatie door de kerkelijke besturen op
worde geldt, dat de opgaven zoo zuiver mogolijk
zijn."
De Vrije Universiteit en do Gerei. Herv.
In de „Waarheidsvriend" is door een inge*
zonden stuk van den heer A. Uittenbroek, te
Gortel, weer in bespreking gekomen de positie
van. de Gereformeerd Hervormden ten opzichte
Yan do Vrije Universiteit.
Niet voer wo een antwoord' hebben op do
vraag of men in de kringen van de V. U. de
richting uit wil van „één Hoogeschool op Ge
reformeerden grondslag voor héél het land" of
dat men liever een Hoogeschool houdt voor do
kerkelijk Gereformeerden aldus Ds. van
Grieken worden we zelf Ikl van do Vereeni*
ging voor Heogêr Onderwijs op Geroformoorden
grondslag, en zullen we ook anderen niet. advi-
seeren lid of contribuant te worden.
Voorts werd in hot „Ingezonden" gevraagd:
of wij niet een paar Gereformeerd Hervormde
mannen kunnen opgeven aan het Curatorium der
Vrije Universiteit ter benoeming als professor
aan die Universiteit?
Daarop antwoordt Ds. v. Gr.:
„Misschien niet. Dergelijke monschen zijn
niet zoo dik gezaaid. Dat ervaren de kerkelijk
Gereformeerden ook wol, waarom sommige vaca-,
luren hoelemaal niet worden aangovuld en an*
tere open plaatsen geruimen tijd' epen blijven.
Er is gebrek. En daarom hebben we elkaar voor
liep hij op de ieenen naar het huis, waar
de hof bij behoorde en floot zachtjes de
eersl© regels van het Wilhelmus-lied.
Dit romantische sein bleef niet onbe
antwoord. Op de gordijnen van een der
verlicht© bovenvensters verscheen de scha
duw van een vrouwelijke gestalte. Een
weinig later werd het venster geopend,
en oen verschrikt meisjesgezicht vertoon
de zich.
„Constance, ik ben het!" fluisterde de
bezoeker.
De aangesprokene liet op die woorden
een zacht gilletje hooren.
„Hou-je stil, en doe het. licht uit," her
vatte hij.
Het licht doofde eensklaps uit, en het
hoofdje kwam weder te voorschijn, als om
nieuwe orders t© ^ragen.
„Kunnen we elkaar hier zonder gevaar
spreken?" vroeg 'hij.
„Neen, neen!" antwoordde zij angstig.
„IÉier dicht bij zijn twee schildwachten;
luister maar, je kunt ze hooren praten."
Hij. „Welnu, kom dan in 't tuin mans-
hu is. De tuinman is een goede kennis van
mij; hij zal ons niet verraden."
Zij. „Maar 'hoe kom ik de deur uit zon
der dat oom Henri het merkt? Als hij
het. ziet, zal hij verschrikkelijk'boos wor
den*'
Hij, (na een poosje zwijgen©). „Weet
je wat, zeg dat vrouw Te \jfinkel riek ge-
een volledige Universiteit zoo noodig in ons klei
ne landje. Waarom zouden Hervormde mannen
afe Dy. Eekhof, Dr. Troeleira, Dr. Soverijo,
Dr. Haitjoma en anderen we spreken maar in
eenvoudigheid aan een Universiteit op positief
Christelijken grondslag staande, niet kunnen
helpen en bijstaan dan?
En om de wille van de hoogleeraren en om
de wille van de studenten zouden wo zeggen
Noderland meet zoo spoedig mogelijk één Uni
versiteit voor héél het beüijcïend, Christelijk
volksdeel krijgen.
Ook om de wille van '6 Lande financiën
sferaks, waar de zaak van het Hooger Onder
wijs roods lang om behandeling en om oplos
sing vraagt.
Hier geven de lijnen, magistraal getrokken
door den heer Colijn, directeur der Vrije Duiver*
siteit en boleekenisvollo figuur in onze politieke
wereld, h,oop, dat ér iets goeds gezocht en ge
vonden zal worden."
Tegen het kweeken van wachtgelders.
In het Chr. Schoolblad „Onze Vaca bi ros"
achrijft do redacteur K.:
„De nieuwe onderwijswet en de komende tech
nische herziening zullen ons zeer veel-wachtgel
ders brengen en daardoor zal de post voor wacht
gelden op do begrooting aanmerkelijk stijgen.
Naturlijk zal dit aanleiding geven tot oen be-
zoinigiagepoging.
Nu moet er op twee dingen gelet.
In do eerste plaats meet zooveel mogelijk
voorkomen, dat jonge, gezonde, frissche meii-
echen eenvoudig gaan leven ep kosten van den
«taat. Tegen waakzaamheid op dit punt kan n;e-
njand zijn.
Maar eveneens moet er op gelet, dat zij, die
zonder hun wil en zonder hun toedoen op wacht*
gold worden gestold ten gevolge van een wets
wijziging, geheel en al de dupe worden van
de bezuinigingspogingen, die met de verhooging
van den post voor wachtgelders verband hou*
den."
Predikanten en Sociaal leven.
Ds. D. A. van den Boech, Ned. Herv. pred.,
en Dr. K. Dijk, Geref. pred., beiden te Den
Haag, zullen aldaar op Donderdag 5 October
a.s. voorgaan in een wijdingssamenkomst van
den Chr. Besturenbond, welko bestemd is als de
aanvang van de werkzaamheden voor (ten n.«.
winter.
Lesrooster cn Schooltoezicht.
Het leerplan der Lagere Scholen, d.w.z. de
leerstof, de verdeeling er van over de leerja
ren, boekenlijsten, enz., moet en moest ook
vroeger hot Rijkaschooltoezicht ter goedkeu
ring worden voorgelegd. De yraag is (geweest):
moet ook de lesrooster, do verdeeling dor leer
vakken over de verschillende lesuren, aan de
godkeuring Yan den inspecteur worden onterwor*
pen? Deze vraag is vroeger al eens in Arnster*
dam aan de orde geweest, toen er verschil van
inzicht in dezen bestond tusschen B. en W. en
den toenmaligen districtschoolepziencr, Dr. J.
H. Gunning Wzn. De Minister moest ten slotte
beslissen en zijn uitspraak was dat den district**
schoolopziener de lesrooster ter beoordeéüng
moest worden aangeboden.
Eenigen tijd geleden is dezelfde kwestie weer
aan do orde geweest. Doordat do bewoordingen
over deze aangelegenheid in do nieuwo Wet op
bt Lager Onderwijs ©enigszins anders zijn dan
in de vorige Wet, waren B. en W. van Amster
dam van- oordeel, dat wel het leerplan, maar Diet
de lesrooster do gocdeuring van het Rijksschool-
toezichfc behoeft.
Het „Hbl." kan thans mededeolen, dat de
Minister van Onderwijs als zijn oordoel heeft te
kennen gegeven, dat ook de lesrooster het Rijks-
schooltoezicht moet worden voorgelegd. Om
voor good een eind te maken aan mogelijke ver
schillen van opvatting, zal bij te technische
Wetsherziening uitdrukkelijk worden bepaald,
dat leerplan, zoowol als lesrooster goedkeuring
yan de Onderwijsinspectie behoeven.
Whitefield em Wesley.
Zooals bekend, hebben de bekende En-
gélsche methodisten Whitefield ©n Wesley
soms scherp tegenover elkaar gestaan.
Dit belette echter niet, dat zij elkaar
toch ook als dienstknechten Gods wisten
te waardeeren,
In zijn mooie boekje over John Wesley
vertelt Dr. van Nes o.rn. het volgende:
Het gebeurde eene, dat aan Whitefield
door een zijner aanhangers gevraagd
word:
„Wat dunkt u? Zouden wij Wesley wel
in den hemel zien?" i
„Ik vrees van niet", luidde het ant
woord; juist, zooals weid verwacht.
Doch de blijdschap van den liefdeloozen
vrager werd aanmerkelijk getemperd,
toen Whitefield voortging:
„Ik vrees van niet, want Weöley zal
zeker heel dicht bij den troon zijn, en wij
zullen op zulk een afstand ètaan, dat wij
hem nauwelijks zullen kunnen zien."
Zoo oordeelde zegt Dr. van Neg
d© rechte Calvinist, die, juist omdat hij
worden is en dat. ze je gc re epen heeft.. Of,
wacht eten; ik zal naar den tuinbaas gaan
en zeggen dat hij je moet afhalen. Vin-j©
't goed?"
Constan-ce maakte eenige tegenwerpin
gen doch stemde eindelijk toe en deed het
raam dicht. De pruikerige heer keerde
op zijne schreden terug, liep don ganschen
hof door en klopte aan de deur van een
kleine woning, welke den tuinbaas Te
Winkel tot verblijf diende.
Te Winkel toonde al zeer weinig blijd
schap bij de (herkenning van den laten be
zoeker. Hij wist zeer goed wie Lee Cui-
lenburg thans was een ontsnapte ge
vangene, en tevens dat er straf, op het
herbergen van een vluchteling stond. Op
aandringen zijner vrouw om Leo ter wille
te zijn, gaf hij echter toe, 6lak eene kaars
aan en geleidde hem naar de voorkamer,
waarna hij onder het bekende voorwend
sel de nicht van den kommandant afhaal
de.
Een oogenblik later werd de deur van
genoemde kamer weder geopend; Con
stance viel over den drempel in Leo's ar
men. en ....het tooneeltj© dat nu volg
de, kan men nagenoeg in eiken roman te
rugvinden en naslaan.
,,0 Leo, hoe heb ik naar je vorlangd!"
fluisterde het meisje, loon beiden, na de
©enigszins onstuimige begroeting, tot
kalmte waren gekomen, en ze verborg
al de eer aan God gaf, had geleerd oot
moedig Ie zijn.
En zijn oordoel is do schoonste lofrede^
die immer op John Westley kan gehoude©
worden.
IIHI lIBMn—
Hst het Sociale Leven.
Uit de Sigarenindnstric.
In verband met de hangende besprekin
gen tusschen d© patroons- en werklieden-
organisaties in de si garennijverheid over
verlenging van arbeidstijd en daaraan,
evenredige loonsverlaging, waaromtrent
de organisaties zich bij monde harer
hoofdbesturen voor 1 October a.e. zouden
uitspreken, hebben de gecombineerde pa
troonsbonden besloten om zonder eenige
accoord verklaring. van de werknemersor
ganisaties af te wachten, den langeren
werktijd etc. op 1 October in te voeren.
In do fabrieken is en wordt eene mede
tel© cling aan de arbeiders opgehangen dat
met ingang van 1 October e.k. de 48-
urige werkweek wordt ingevoerd en de
volgende loonsverlagingen worden toege-
l>ast. Het weekloon voor sigaren met op-
brengstprijs (inclusief accijns) boven 15
coat 4 percentopbrengst 13. 14 en 15
cent. 9 percent; 11, 12 en 12^ cent 14
percent; 7, 8, 9 en 10 cent 19 percent en
beneden 7 cent 24 percent.
Vierde Arbeddsconferentie.
Tusschen de besturen van het Neder
landsch Verbond van Vakvereenigingen,
Bureau voor de R. K. Vakorganisatie,
Christelijk Nationaal Vakverbond en Al
gemeen Nederlandsch Vakverbond ie
overleg gep'ecgd inzak© het aanwijzen
van don arbeidersvertegen woo rd i ger naar
de vierde Arbeidsconferentio, welke in Oc
tober te Gonève zal plaats hebben. Dit
overleg heeft tot volledige overeenstem
ming geleid.
Aan den minister van Arbeid zal wor
den verzocht vtoor dit jaar dc-n arbeiders-
afgevaardigde uit het Nederlandsch Ver
bond van Vakvereenigingen te benoemen.
Op deze bijeenkomst werd tevens be-
sprokon in hoeverre het mogelijk zou zijn,
dat in den raad van beheer van het Ar
beidsbureau ook het Internationaal Chris
telijk Vakverbond (I. C. V.) zou kunnen
worden vertegenwoordigd. Hel bestuur
van het N. V. V. verklaarde zich bereid,
wanneer tusschen de besturen van het I.
V. V. en het I. C. V. in deze overleg zal
worden geplegd, aooveel mogolijk zijn in
vloed aan te wonden, opdat het I. V. V.
medewerk© om nit het I. C. V. oen verte
genwoordiger in den raad van beheer van
genoemd Bureau te doen benoemen.
Tevens zal aan den minister van Arbeid
gevraagd worden aan den arbeidersafge
vaardigde technische adviseurs uit de
drie andere vakcentrales toe te voegt 11.
Wat moeten onze mêisjcs worden?
Het Maamdbulletin van hot. Nat. B ure an
voor Vrouwenarbeid bevat deze raadge
ving:
Nog steeds stroomL het vrouwelijke
leerlingen naar handelsschool en steno-
typistencursus. Nü als vroeger wordt
door henderde meisjes, die spoedig geld
moeien verdienen, of wel die geen uitge
sproken aanleg in andere richting vertoo-
nen, naar een kant oorbet rekking gesolli
citeerd.
De meesten harer zoeken tevergeefs.
Vooreerst toch wordt, in vele zaken
personeel weggestuurd. Do vraag naar
deze 'soort, van arbeid vermindert dus. En
die oudere krachten waarvan ook een
zekere percentage tijdelijk zoo niet voor
goed zonder emplooi blijft, verzwaren
niet weinig de concurrentie voor de jonge
ren, die ervaring zoowel als getuigschrif
ten missen.
Daarenboven zal het in gebruik nemen
van nieuwe rekenmachines, die verschei
dene ook gecompliceerde becijferingen uit
voeren, de diensten van administratief
personeel dit 'geldt in het bijzonder
voor bankinstellingen moer en meer
'overbodig maken.
Is de kans op plaatsing gering gewor
den, do financieel© vooruitzichten van de
genen, die alsnog een aanstelling bemach
tigen, zijn belangrijk achteruitgegaan.
Thans werden weer correspondentie-
bol rekkingen aangeboden voor f90, f80,
f 75 per maand. Machineschrijfelers en op
dictaat werkende steno-typisten worden
zelfs "weer voor f 50, f 40, f 35 gevraagd;
bedragen, welke de treurige salarissen in
dit vak van voor den oorlog bedenkelijk
dicht naderen.
De kantoor-loopbaan moet Voor do
naaste en vermoedelijk ook voor de ver
der verwijderde toekomst niet alleen niet
worden aan-,, maar ten sterkste worden
afgeraden."
'haar blond kopje aan zijn breed© borst.
„En ik niet. minder naar jou, lieve!"
ant woordde hij, en leidde haar zacht je*
naar de rustbank welke in den hoek stond.
„Wat zie je er raar uit; en hoe heb-je
toch hier durven komen?" vroeg Constan
ce, terwijl ze, schertsend aan. zijn staart-
pruikje trok.
„Wol, ik kon toch niet zoo hel land
uil gaan zonder mijne Constance vaarwel
1© kussen; kon ik wel?"
„O Deo, ga-je weg? Waarheen? -Blijf
hier; anders word-je misschien doodge
schoten en zie ik je nooit weerom." En
van schrik rolden de tranen over haar
wangen.
„Dom gansje," zeide hij en kust© da
zilt© droppeltjes weg, „je begrijpt toch'
wel dat ik hier dadelijk voor de haaien
ben als ik gesnapt word! De soldaten
zoeken Jan en mij naar alle streken en in
alle hoekon. Eene maand geleden moe*
men hem bijna betrapt hebben in de dui
nen bij Beverwijk. W< et je al boe ilr
weggekomen ben?" -
„Neen. Ik heb er we) iels n gehoord,
doch het rechte weet ik «er niet van." Eb
ze zit Ie zich naast hom, redht op haar ge
mak en leunde met het hoofd tegen zijn
schouder.
(Wordt vervolgt).