T weede Blad. Woensdag 13 Sept. 1922 Uit de Pers. Yan dubbele moraal gesproken. De oproerige grappenmaker A. B. K. jegt de Maasbode, schrijft Reiskrab- fceltjes in „Het Volk", dat deze weken we melt van reisbeschrijvingen, van eerzame partijgenooten, die een vacant ietoert je fcebcn gedaan door het gosjochte Dnitsch- land. Wij hebben gelezen van A. B. K., van guze Groeneweg, van den hoer Ralph Springer, rich noemend „trekkend mede werker". A. B. K. 'heeft 't niet zuinig genomen, in een elders gepubliceerd versje van de zen productieven geest lezen wij, dat hij niet minder dan van Juli tot September van de yaluta-geneugteti genoten heeft. Maar 't grappigst van al is dat de hoogmogend© heer A. B. K. zich op reis naast zijn vele genoegens ook diep ge- crgerd heeft. Wat toch heeft de heer A. B. K. teza men met zijn jonge bruid ondervonden? De lezers van „De Voorwaarts" die thuis moesten blijven, mogen het hoeren. Hij heeft n.l. een hoogst merkwaardige ontdekking gedaan. Hij was, naar hij ver telt, op de grens van twee landen. Duitschland was het eene land. Steeds dieper zonk de Mark weg. En de uitwer king was: stijgende duurte der levens middelen, stijgende wanhoop bij de ver bruikers. Tsjecho-Slowakië was het andere land. Steed6 hooger klom daar de koers van de Kroon. De uitwerking was: stijgende werkloosheid in de bedrijven, stijgende wanhoop bij de tienduizenden zonder koopkracht. Wat deden nu de Tsjech© -6I0 waken Zij deden precies, wat de heer A. B. K. in Holland deed, zij gingen gemoedelijk de Duitsche gren6 over. En terwijl in de groote Tsjechische hotels in het grensge bied (waar men geheel van het vreemde lingenverkeer bestaan moet) het perso neel ontslagen werd, omdat geen sterve ling meer kwam opdagen, zaten al de Tsjechen in de Duitsche hotels te schran sen, omdat het hun bijna niets kostte, an maakten de ellende en werkloosheid van Iran eigen volksgenooten nog groot©, dan ze reeds waren. En diep verontwaardigd roept A. B. K., na dit alles verteld te hebben, voor de naïeve Voorwaarts-lezers uit: „Dit is nu vaderlandsliefde!" In hetzelfde nummer, waarin de lezers van de „Voorwaarts" doze ontboezeming van hun ernstige® moralist kunnen lezen, dicht dezelfde A. B. K. in oen versje, dat hij van Juli tot September net als die vermaledijde Tsjedhon in Duitschland heeft gezeten en van de valuta-geneugten rijn portie heeft gehad. Daags tevoren hadden rij in hun lijf- Had kunnen lezen, wat „dubbele moraal" beteekent. Maar A. B. K. mag brutaal een potje breken. Van „dubbele moraal" gesproken. Minister van IJsselsteijn. De N e d e r 1. wijdt een waardeeronde beschouwing aan Min. van IJsselsteijn en zegt.: De heer Van IJsselsbeyn aanvaardde op 9 September 1918 het Ministerschap on der zeer moeilijke omstandigheden. Zijn optreden was voor velen een reden tot verwondering. Bogend op een eervolle loopbaan, als ingenieur, directeur der gemeentewerken te Rotterdam en Directeur-Generaal van den Arbeid- zou oen© benoeming tot Minister van Waterstaat of Minieter van Arbeid niemand hebben verwonderd. Maar aan het hoofd van het Departement van Landbouw en Handel verwachtte men den benoemde niet. Na vier jaren beklaagt echter noch de landbouw, nodh de handel zich over het Ministerschap van den boor Van IJs>?el- rieyn. Integendeel, rij zijn hem dankbaar en zien hem noode heengaan. De hoer Van IJeselsteyn is een prak tisch man, met veel zaakkennis en een dubbele dosis gezond verstand. Hei steu nen, waar mogelijk, van het bedrijfsleven, zonder gevaar.te loopen andere brangen FEUILLEt ©N. Vervolgd en bevrijd. Historisch verbaal uit den Napoleoniischen tijd. 1) HOOFDSTUK I. Het was een schoon© Juli-avond van het jaar 1811. Langzaam zonk de gouden zonbol weg achter Holland's duinonlijn met haar laatste stralen do hooge eiken van den .3roesaap" bronzende. Met aangeboren deftigheid stonden talloze reigers aan het strand met elkaar sprekende over de dagelijksehe vogel- nieuw fjos en de onverzadolijke vraatzucht dor meeuwen die zoo goed als niets voor hun mede-strandjutters overlieten. Gansche scharen meeuwen hadden zich .neergezet op een groot© zandplaat voor de kust en vervulden do lucht met hun klissende veromtwaardigingski-eten, wan neer een groot© schuimgolf hen van hun schuilplaats dreigde te verdrijven. Alles ademde rust en de gansi.-he na tuur was in zomeravondstemming. Plotseling knalde eon geweerschot los t«n weerkaatste duizendvoudig tegen don d ïii n rug. Al wat vleugels had zakte, al» ware het heden, waarvoor een Regeering rich" ge plaatst ziet. to schaden, is een der grootst© moeilijk- De heer Van IJsslsteyn heeft in dit op zicht, eerst als Algemeen Secretaris van het Kon. Nationaal Steuncomité en (in die qualiteit) als raadsman van de toen malige Ministers daarna gedurende zijn vierjarig Ministerschap meer goeds voor ons volk gedaan, dan velen weten. Hij kon het uiteraard niet allen naar den zin maken, hij oogstte niet altijd dank niet zelden was miskenning zijn deel, aan menigen vinnigen aanval stond hij bloot maar die rijn arbeid van nabij gade sloegen weten hoe hij altijd vervuld was van het zooken van den besten weg en hoe hij in het vinden van dien weg niet zelden slaagde. Opgetreden in oen tijd, dat het econo misch leven veelszins was verwrongen door allerlei buitengewone maatregelen (er waren niet minder dan 212 crisis-com mission) slaagde Minieter Van IJeselsteyn er in al deze belemmeringen geleidelijk op t© ruimen. Dat de toenemende interna tionale malaise, het hem onmogelijk maak te meer te doen voor de werkelijke opbeu ring van het bedrijfsleven, was in den laiatston tijd den Minister een oorzaak van zorg en teleurstelling. Bij zijn aftreden als Minister brengen wij den heer Van IJsselsteyn dank voor het vele goede door hem voor de ontwik keling van het bedrijfsleven bij ons volk gedaan. Keere hij, na en voorspoedige reis. in goede gezondheid weder in ons midden terug! KERK EN SCHOOL NED. HERV. KERK. Drietal. To RotterdamP. G. de Voij Mestdagh te Wassenaar; H. W. J. C. Hanse laar te Heerjansdam en P. H. van Oosten te Capelle a. d. IJsseL Beroepen. Te Feijenoord: F. H. van Oosten te Capelle d. IJssel; te Maassluis (toez.): P. G. de Vey Mestdagh te Wassenaar; te MiddelharnisJ. H. Koster te Wouterewou- de; Te Nieuw-Boijerland: E. H. Jonkers te Waspik; te Abcoude: G. J. J. Bleeker te Uitn hiHzermeoden. Aangonotnen. Naar Lekmtitfen: G. J. r. d. F lier te Ootmarsum. GEREF. KERKEN. Drietal. Te Laren (N.-H.): H. C. van den Brink te Zandvoort; J. van Horteen te Twijzei en J. Visscher te HijlaartL Tweetal. Te SchiedamG. Kruijswijk te Oudega (Small) en P. C. do Bruijn te Oude water. Beroepen. Te Wijhe en HoinkenswmdJ. H. Kroeze, cand. te Middelburg; te Grijpskcrke (Z.)T. L. Kroes te Workum; te Oostburg: E. H. Woldringh. cand. te Groningen; te Oost* kapelle: S. v. Dijken te Zweeloo. Aangenomen. Naar BergenthcimG. H. Dijkstra te Lioessenp. Bedankt. Voor Ter Aar: J. Dekkor te Ambt-Vollcnhove (A-.); voor Arum: R. Mid- delveld te Hoogkerk. CHR. GEREF. KERK. Tweetal. Te Noordoloos: J. D. Barth te Werkendam en P. Zwier, cand. te Zaandam; te Hillegom: J. A. RLekel te Zaandam en P. Zwior, cand. te Zaandam. BAPTISTEN GEMEENTE. Bedankt. Voer Workum-StavorenJ. v. d. Schors te Emmererfscheidenveen. Niet beroepbaar. De heer A. van Willigen, theologisch docto randus te Feijenoord (Rotterdam), stelt rich voorloopig met het oog op verdere studio nog niet beroepbaar in de Nod. Herv. Kerk. Beroepingswcrk. De algomeene Kerkel. Kiesvoreeniging „Ge meentebelang" heelt in de Ned. Herv gemeente t# Rotterdam het volgende drietal opgemaakt in de vacature da. J. Ravealoot 1. da. B. C. Kool haas te Utrecht; 2. da. F. C, Willekoe te Hcndr. Ido-Ambacht; 3. da. J. Puneelie te Leiden. 2e Predikantsplaats. Korkvoogden en notabelen dor Ned. Herv. Gem. te Baara hebben gunstig beschikt op hot verzoek van een groot aantal gemeenteleden ora een tweede prodikantsplaata te stichten. Afscheid, Bevestiging, Intrede. s-» Cand. B.. Allee ma van Apeldoorn werd Zondag bij de Geref. Kerk van Maaraaen be vestigd door De. A. Doorn, van Apeldoorn, 's Avonds deed Ds. AJkenia zijn intrede. Da. Alkoma, jongste predikant bij de Geref. Kerken, heeft .reeds een lange loopbaan ach ter zich. Eerst was hij Chr. onderwijzer. In 1893 ging hij als zendoling naar West-Java. zelf getroffen, in elkaar en drukte verplet van schrik over het ongehoord gebeuren den snavel in het zand om zoodra de laat ste echo was weggestorven onder woede- en angstkreten zich in de lucht te verhef fen. De reigers verzaakten door de verwar ring het stuk visch door te slikken wat ze in den bek hadden, strekten hun lange hals en pooten en vertrokken, zonder om zien van de plaats d©6 onheils. De bonder den meeuwen zwierden in onregelmatige' kringen door elkaar been-fladderend om liet lijk van den gevallene een volte kokmeeuw heen, doch maakten zich eveneens uit de voeten teen do veroorza ker van al de onrust naderde, om zijn prooi te halen. Met snelle schreden, terwijl hij herhaal de malen om zich heen speurde, spoedde deze zich voort. Angst en verwildering spraken uit heel zijn optreden. De jonge man hij mocht ongeveer negentien zomers tellen was geklood in een vuil, versleten, en met gaten over dekt s^latenpak. De besmeurde witte kruisbanden verrie den in hem den Keizerlijken soldaat. Na den meeuw gegrepen te hebben worstelde hij zich naar hij meende on bemerkt door het mulle zand tegen de duinen. Juist had hij den top bereikt en wild© Gerepatrieerd wogen» riekte van zijn scfctgsuoo" te, werd hij hier te lande in 1912 leeraar aan do Kol. Landbouwschool te Deventer. Nu predi kant va^ Maarseen,, zal hij nog enk oio lessen to Deventer blijven geven. ^Ds. D. J. van Brammen te Alphen aan den Rijn nam Zondag jj. afscheid van de Chr, Geref. Gemeente aldaar, sprekende over Handelingen 20: 32. D». N. Buff in ga, die het boroep naar de Geref. Kerk van Rotterdam aannam, preekte Zondag te IJmuiden zijn afscheid. j—Ds. C. Hengeveld, overgekomen van Eeek (L.), word Zondag bij do Nod. Henr. Ge- moento van Oud-Gas tri bevestigd door Ds. F. G. Meester, van Helenaveen, en dood avonds zijn intrede. Ds. C. 3. Leenman» nam Zondag il afscheid van de Ned. Herv. Gemeente van Waar* dor (bij Woerden.) Ds. Sj. Rijper, overgekomen van Reeu- wijk, deed Zondag j.l. na des voormiddags be vestigd to zijn door Ds. W. Oo6terhoert, van Ter A pel, rijn intrede bij do Geref. Kerk van Niouw-Weerdinge. j—Na des morgens bevestigd te rijn door ds. J. G. R. Langboot van Mijdrecht, deed ds. H. van Eist, o\srg;lom?n van Genera,rijn intrede in do Hervormde kerk te Vinkeveeo. Na des morgens bevestigd te rijn door da. Oosterhaort yan Ter Apri, deed Zondag da. Sj. Rijper, gekomen van Roeuwijk-Sluipwijk rijn in trede bij de Gereformeerde kerk te Nieuw-Weor- dinge. - Zondagmorgen is ds. Herbschleb in de Luth. kerk te Doetinchem in zijn ambt be vestigd door ds. d'Auron uit Zutphen. „Alle Gereformeerden bij elkaar.** Ds. C. A. Lingbeek schrijft in, ,.De Geref. Kerk", het orgaan der Confessioneelen: „Zooals bekend is, is dat de leus, die vau de rijde van de brooders van den Bond meer-' malen wordt aangeheven. Wat zou daartegen zijn? Begeoren wij dan ook niot, dat de scheur worde geheeld en wat nu gscheiden leeft worde veroenigd? Ja, gewis, maar als wij dfe leuze hoorden aarihriSen van gereformeordden fc»j el kaar", kregen wij telkens den indrak, dat het or om gaat oen zeker min of moer ge reformoord deel van onze Kerk langzamerhand en onge merkt van die Kerk te vervreemden. Totdat dan straks de als een draad zoo dun geworden band, die nog aan onze Kerk verbindt, op het gegeven oogenblik gemakkelijk kan worden doorgesneden. Dat iunerlijk los worden van onze Kerk zien wij dan ook bij menschen uit de kringen van den Bond ziendoroogen. Dozer dagen hoorden wij van een dorp, al waar een Confessioneel predikant etond. Er kwamen daar hoorders logeeren, mannen van den Bond, die in een nabijgelegen dorp een Bondsdominé zouden hooren. De tocht naar dat nabijgelegen dorp werd volbracht en do Bondsdominé gehoord. Toen koorden de hoorders naar het Confessioneels dorp terug, om daar in do herberg nog den nacht door te brengen. Dien Zondagavond was in dat Confessioneel» dorp Kerkedien6t. Zoowel in de Kerk dor Her vormden als in die der Gereformeerde Kerken. Maar die hoorders dachten er niet aan e9ü Confessioneel predikant te gaan hooren. En hoewel in onze kerk dus dienst wa» en hoewel de mannen broeders in onze kerk hun beloften als ouderling en diaken hadden atge< legd, stapten rij nochtans met geringschatting het kerkgebouw van hun eigen kerk voorbij en gingen dien avond kerken bij ,4» gerefor* meerden."1 Het beele dorp was er vol van. Ziet, daarop loopt nu uit wat men bedoelt met dio leuze „de vereeniging van alle gerelor-» meerden.'* Nog een ander staaltje daarvan! Zooals men woot hebben de gereformeerde 'kierkcn hun JongriiingBYereeniging^ waar de jongelingen in de beginselen hunner richting duchtig worden onderlegd. Waar zo gelijk in hebben. En zooals do lezer ook weet, i» er sinds eenige jaren in onze kerk een Bond van JongriingSYer- oenigingen opgericht „op gereformeerden grond slag." Maar wat trof ons nu dezer dagen in de bla den? Een voorslag van 't Gereformeerde Jongelings blad. In het nummer van 4 Aug. j.l. werd voorga stcld om maar vast eens te pogen do Gerefor* meerde Jongelingschap in één Bond te vereend gen. Dus: nu onze Go reformeerde Hervormd jon gelingen met de Gescheiden jongelingen in één Bond. Wat zullen onze jongelingen daar in liefde voor onzo Kerk worden opgeleid! Hot Noord-Holl. Kerkblad, onder redactie van den hoogleeraar aan de Vrije Universiteit, zich rechtstreeks naar hot bosch begeven toen hij struikelde en met een kroot van schrik languit ter aarde viel, want op oon twintig passen afstand kwam, mot eon grijnslach op het gezicht, en haveloos ge kleed man, de sluike haren over de oogpn hangend, op hem af. „Goeden avond burger!" riep de man mét heesche stem en maakte een beweging naar zijn hoofddeksel, wat een groet moest voorstellen. „Op jacht geweest en een goeie vangst gehad wel!" Aldus sprekende trad het. ougunelig uit ziend individu op den jongen man toe op een wijze die ten duidelijkste aangaf dat Jiij geen slechte klant van den her bergier was. Do blauwe adereu die door zijn aange zicht liepen, en de gezwollen nous bewe zen ton duidelijkste dat de drank de harts tocht tan zijn leven was. Blijkbaar oefende de nieuw aan geko- mene naast het beroep van drinker ook nog het eerzame stroopen, uit want hij had een oud-gekorven zakmes in do han den, en uit de uit gpscljeurde broekzak hin gen oen paar eidjes strooperskoond. Was de jonge jager bij het zien van den strooper van schrik op den grond geval len, de ander merkte dit. blijkbaar inet ©enig genoegen op. „Ah zoo m'n brave Jan Cuilonburg", teide hij met eon grijnslach elk woora prof. Grosheide, is dan ook wonder mot hot plan ingenomen. „Een goed plan!" zoo schrijft hij. En: „Meer dan één weg leidt naar Roino.q Inderdaad, dat beamen wij. Dit ia weer oca weg naar Rome. Tenminste: *t ia weer een weg v»n onze Kerk af." Catcchiseerende ouderlingen. Mogen ouderlingen catechisatie geven? In liet Oudorlingenblad beantwoordt prof. dr. G. Cb. Aaldors deze vraag bevestigend. „Waar het", aldus schrijft hij, „altijd bij wijze van uitzondering en in bepaalde gevallen nooit aan bedenking onderhevig is geweest dat een ouderling sommige onderdeelen van het work do» Dienaars in diens plaats waarnam, zoo schijnt het van te voren ook niet ongeoorloofd dat een ouderling eveneens bij wijze van uit zondering catechisatie houdt. Want het cat<M chisooren moge wel uit de roeping van don Denaar om het Woord te bedienen voortvloeien, maar is geen bediening des Weords, Evenals de private vermaning aan huis wel voortvloeit uit dos' Dienaars ambt om het Woord te bedie nen, maar niet in den eigenlijken zin bediening dos Woords is. En evenals deze private verman ring en onderrichting uit het Woord ook door eon ouderling geschieden kan, evenzoo kan ook de catechese plaats hebben door een ouderling." Ned. Zondagschoolvereeniging. Do zes en vijftigste Algomeene Vergadering der Ned. Zondagsschool-Vereen., zal op Woens dag 13 Sopt. te Zwolle in de Buiten-societeit gehouden worden onder leiding van Dr. G. P. Marang De agenda bevat een voorstel om in 1923 in den voorzomer een Conferentie te boaden in hot Westen des lands. In de Middagvergadering zal een referaat over: „De zang op de Zondagsschool" gehouden worden door den heer H. A. de Boor Azn.. cn over: „De Ouderavond" door den heer R. Steen stra, van Zwolle. Te 7 uur is or een Avondsamcnkmst in do Croote Kerk. Sprekers Dr. G. P. Marang on Ds. A, J. A. Vermeer, van 'o-Gravenhage. Dominee moet *n graad hê. In die Christian Journal uit Grand Rapids (Noord-Amerika) leest „De Hervorm mer" (Z. A.): *n Kleurlingkork van die naam van „Silo", het 'n predikant gehad, wat agter sy naam D.D. kon set en dit ook gedoen het—D.D. beteken „Doctor of Divinity" (Dokter in die Godge» leerdheid)—Nou was daar 'n ander kleurling- kerk op dieselfde plok, wat 'n predikant gehad het, wat dié letters nie agter sy naam het kan set nie. Dit het die lede van die kerk baie seer gomaak. En daarom bet oen van die lede aan 'n seminarie geskryf, om te vra, wat *n D.D.- graad vir hul herder kou kos. Die antwoord was 50 dollars. Op dio eersvolgende gemeen tere rg axlering is daar toe baie oor gepraat en omdat hulle kas meer as loog was, het hul nie geweet wat om te doen nie. Eindelik het die gemeente besluit om aan dei seminarie voor te stol om dadelijk 25 dollars te betaal vir een „D" agter die lorar se naam, om dan die volgendee jaar «vir dio andere „D" die nodige geld to stuur-* Hoe daardie aaak afgeloep het, wordt nie verteld nie. Do trouwe loods. Dr. Gunning verhaalt onder bovenstaand op* schrift de volgende geschiedenis Als een loods de schepen door al de omrin gende rotsen en banken in en uit de haven van Boston geleidt, moet hij op drie lichten lettea, die hem achtereenvolgens den weg wijzen: de lichten van Minot, Highland on Boston. Eon oude Bostonner loods lag op rijn sterf bed. Vijf en zestig jaren lang had hij de ach©* pen geleid en veilig door de branding heenge bracht nu 6choot rijn stuurmanskunst te kort en had hij een anderen Loods noodig. Golukkig, hij kende dien Andere ook! Een paar kameraden zaten aan zijn bod om bij hem te waken en hem to verzorgen. Daar zagen ze, dat hij probeerde overeind ts komen. Zij hielpen hem. „Ik «ie een licht," zei hij. „Is het 't licht van Minot?" vroegeu ze. „Noen, dat is eerst wit en dan rood, maar dit is aldoor wit." Toen viel hij weer op rijn kussens terug. Na enkele minuten beproefde hij weer over eind te komen. „Ik rie een licht", zeide hij. „Ie liot 't licht van Highland?" vroegen „Neen, dat is eerst rood en dan zwart: maar dit in aldoor wit." Toen zonk hij weer terug en ze dachten dat het met hem gedaan was, maar hij kwam weer bij, als uit oen andere wereld ontwakend. Zij zagen hoe zijn lippen bewogen: ,lk zie een licht.14 „Is het 't licht van Boston, hot laatste van de drie?" vroegen ze. „Neon, dat is onkel nood, maar dit is aldoor wiU" Zijn handen beefden an hij strekte rijn zwak* ko armen uit. Plotseling word rijn gericht m«4 oen glans van heerlijkheid over logen. „Ik lie oen licht," fluisterde hji in zij» doodsstrijd, „en het is het licht dor heerlijk» beid. Laat het anker vallen!" En zijn riel wierp haar anker in de haven dar rust» Het zwerven op zee is voorbij. Goen storm jaagt mij weg yan de veilige ku»k. Verlossing brengt Jezus ook mij! Ja vrienden, daar moeten wo rijn! Daar ie ds haven der rest! Gaat gij mode? Een nieuw ijstijdperk? Volgens de „Daily Chronicle" heeft Prof. Sir C. S. Sherrington. op het dezer dagen te Huil gehouden 90ste congres vaa de „British Association" een rede gehou den waarin hij de meaning uitsprak dat de individuen, gedwongen door hun eigen biologie, zich langzamerhand zullen ven ©enigen tot een sociaal organisme, dat nieuw zal zijn in de geschiedenis vein de-z6 planeet Op een vraag van den correspondent van de „Daily Chronicle" of hij bedoelde dat in de eeuwen die zouden komen een volkomen fuete van aAIe nationaliteiten zou ontstaan, antwoordde prof. Sherrington: „Ongetwijfeld, in een zeer ver verwijderde toekomst". Wij gaan deze richting uit. Eens zal de openbaring in het Nieuwe Testament worden verwezenlijkt en zul len de menachenmasea's zich vereen i gen tot een harmonieus geheel. Het zal eeuwen en eeuwen duren, maar waaneer men do geschiedenis der biologie nagaat, kan men zien dat ?1 de ^recessen or» dit einde aan sturen. De wetenschap, zegt Prof Sherrington, bevestigt slechts de voorspelling va© een Koninkrijk Gods op aarde D© correspondent mn de „Daily Chro nicle" vroeg Prof. S. eveneens of er geen groote wereMmamp in de toekomst té wachten was waardoor deze harmonie van rassen zou worden veroorzaakt Het ant woord luidde dat hot zeer mogelijk wa» dat e>r een nieuw ijwtijdperk zou ontstaan, wat inderdaad, een waarschuwend tee ken voor d© wereld zou beteekenen. Deze romp zal ongetwijfeld komen onder geliïke om standigheden als de üetiiden van het ver leden. Door hot versohurven van de tarda» zullen de atreken waarin wij leven kouder worden dan zij nu zijn en de Lropieeh© ©breken zullen een gem*'"cd nan nemen. Onze hoofdbronnen van enor.-ie raken op, hoewel na de steenkolen gebruik xaE worden gemaakt van die waterkracht. Ia dien door de vindingrijkheid van dec mensoh een andere energiebron zon kun nen worden gevonden, zal het komende ijstijdperk van niet veel bet eekenis zijn. Zulk een periode zou volgens Prof. Sher rington 10 000 jaar duren. Dat deze geleerde groote toekomst ver wachtingen heeft, laten wij daar, wa«r niet duidelijk is, hoe in dit verband het N. F. kan wonden aangelvaaJd. NACHTLIED. (Vrij vertaald.) Rwda vangt de scbeem'ring aan Ala herder komt de maan, Eu ringt rijn wolkenschapen Een nachtlied toe, tot slapen. En daarbij hoor ik. teoder ook t lied dor starren weder. Zij zingen samen zacht: „Gij, moede pelgrim, slaap nu. De liefde Gods bedekt u Slaap zacht in dozen nacht." Toen zonno is gaan neigen Kw;un ook do smart tot zwijgen, dio deze dag ons bracht. - 't Geweten tikt nu zacht Rust wol nu, goeden nacht. God zelf houdt hier és wacht. Rust, pelgrim, slaap nu zacht, De aard' rij bard en ruw. Do liefde Gods bedekt u Slaap zacht in dezen nacht. Een goeden nacht, gij moedon. Eena rust "gij "in Gods hoode Tot 't licht der morgenster U tegenlacht van ver. De nachtogtal alleene. Zendt nog zijn zangen honen voor 't rustig slapond woud: „Gij, moede pelgrim, slaap nu. „De liefde Gods bedekt u „Opdat gij rusten zoudL" Adelboden. P. mot nadruk uit sprekend. „Eindelijk zijn we dan gelijk: jij deserteur en ik strooper." Do tijden yerandoren ©n wij met hom. Eertijds joeg je vader mij als schurk en dief van zijn erf en dreigde mij door de koddebeiers te doen gripen en nu meneer tje "hoof ik slechts en wandelingetje naar dn commissaris te Haarlem te maken om jou naar cem plaals t© laten brengen waar ie nooit van torug keint.. Dat is nu eens hot rechtvaardig© noodlot, voyoz-vous!" De jongeman sidderde toen hij zich bij don naam hoorde noemen. Zweetdroppels parelden op zijn voorhoofd en nauwolijk6 had de ander geëindigd of hij viel voor do voetep van den snoodaard neer'en sta melde snwekeod: „Ora al wat ie lief is. Koes, heb meelij e© verraad me niet! Hier bob je mijn over gebleven rest-halven, die krijg te van ine maar beloof me dan op je (erewoord mijn schuilplaats nie! to verraden!" Smalend grinnik fa de ander hom loe zei met minachting: „Wat, zest hal ven! Als ik naar Haar lem ga krijg ik op slag vijftig gulden voor mijn nieuwtje. Loop door, ak je niet andere weet. „Kees. help me toch", huilde de deser teur; „hier heb jo het goud horlogo van m'n vader, maar verraad me toch niet," „Hm, 't is wel niet bar veel waard, maar op, ik zal maar weer de minste zijn al zal het me wel woer opbrekeu. Ja wel, die rijke lui mogen doen wat ze wil len on worden toch voor deugdzaam ver sietan, maar als een arme schobbert al» ik oen Iconijntjo meeneem, dat per onge luk in een strik ie geloepen wordt hij met den nok aangezien en verjaagd en moot dan maar weer zien dat hij aan de kost komt. Maar zoodra is de jongeheer uit het leger weg geloop en om ik weet niet wat. voor moord of plundert» ff aire dan i» het: „Och, lieve Keo%je, maal. verraad me toch niet. Dan „Zwijg"! bulderde Jon Cuilenburg, wioa het bloed naar de wangen gestegen was, hem toe. „Wat weet ji.i or van, waarom ik gedeserteerd ben! Nog één woord. e« ie lastertaal i6 voorgoed gesmoord." Dit zeggende omklemde bij met vasten hand dun loop van zijn geweer <m lijn drei genden blik waartchliwdon den wilddief niot. verder te gaan. Deze, bemerkende dat de rollen omge keerd waren en bemesd, dat do belooning hen» ontgaan zou, ging nu uit «en anik* vaatje tappen en sprak: „Bedaar, bedaar maar wat. zoo erg meende ik liet niri. Geef dan maar op. m'n ewijgewloou, d«» zal ik niet klappen". „Op je woord van eor?" „Zoo waar ik Koes Veklere beet". (Wordt Vervólgd)",

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 5