Dagblad voor Leiden en Omstreken.
3de JAARGANG. - WOENSDAG 13 SEPTEMBER 1922 - Ne. 742
Bureau: Hooigracht 35 - Leiden - Tel. Int. I278 - Postrekening 53936
ABONNEMENTSPRIJS
IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN
WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
PER KWARTAAL 12.50
PER WEEK 10.19
FRANCO PER POST PER KWARTAAL 12.90
Dit nummer bestaat uit twee bladen
V Het nieuwe Kabinet.
Het nieuwe Kabinet is dan eindelijk
geformeerd.
Of liever,- het Kabmet-Ruye is thans
gereconstrueerd.
Het heeft toch geen zin, om, waair de
politieke departementen door dezelfde
Ministers blijven beheerd, terwijl de ver
wisseling zich tot de meer practische de
partementen bepaalde, van een nieuw
Kabinet te gaan 6preken.
Maar al is het dan geen nieuw Kabinet,
het zal dan toch, in verband met de ge-
I wijzigde omstandigheden, in een nieuwe
richting moeten sturen.
Do tijd dat allerlei w en s ch el ij ke
I zaken ook m o g e 1 ij k bleken, is voorbij.
Het roer moet finaal worden omgegooid
Bezuiniging op groote schaal is thans
noodzakelijk.
Het eert de bewindslieden, die van het
oude in het nieuwe Kabinet overgaan, dat
zij den moed hebben die frontverandering
mee te maken.
Hot zou voor hen veel gemakkelijker
zijn, om, nu het scfhip tegen den wal
stoot, van boord te springen en aan ande
ion over te laten pogingen te doen om
'het sdhip weer vlot te krijgen.
Een gemakkelijke taak hebben zij daar
mee niet op hunne schouders genomen-.
Wanneer het werkelijk ernst wordt met
de bezuiniging, dan zal het, zooals on
langs reeds de Standaard voorspel
de. steenen regenen.
Er zal onrust worden gewekt, veel ver
klaarbare onrust ook.
Aan pogingen tot verdachtmaking zal
het niet ontbreken.
De oppositie zal niet steeds een loyaal
karakter dragen.
Daarbij komt nog, dat de bezuiniging
op zichzelf ook een ver van gemakkelijke
taak is.
Men is er niet. mee klaar een bepaald
r percentage van de begrootingen te schrap
pen.
We moeten versoberen, maar tevens is
hot noodig maatregelen te nemen, opdat
I wo weer vooruit komen.
I In verband daarmede is het de vraaer of
(toet verstandig is, thau6 het departement
j van Landbouw op te heffen.
De opmerking is gemaakt, dat er toch
voor belangrijke uitgaven goen middelen
I boschikbaar zijn.
Maar is het dan niet temeer noodig, dat
or is krachtige leiding en kan daarom op
dit o-ogenblik wel een leidende kracht, die
do behoeften van den Landbouw kent, ge-
i mist worden?
Wij vragen slechts en denken daarbij
tevens aan het gebeurde bij Marine.
Niet lang geleden is bij de Kamer een
ontwerp ingediend om te komen tot op
heffing van het Departement van Marine.
Do Regeering was toon van oordeel,
dat door samenvoeging van de Departe
menten van Marine en Oorlog aan het
6treven dor Kamer om te bezuinigen te
gemoet kon worden gekomen. Zij achtte
de samenvoeging zoo vanzelf spre
kend, dat zij meende met een korte toe
lichting te kunnen volstaan. „Het geldt
hier toch het samenvoegen van de behar
tiging van twee belangen, die in meenig
j opziciht samenloopen en menig ^unt van
1 overeenkomst hebben. Het gevolg hiervan
- zal zijn, dat de belangen beter worden
I behartigd en dat vereenvoudiging kan
worden ingevoerd, die noodzakelijk
j bezuiniging zal medebrengen", al
dus de toelichting.
Sinds is men blijkbaar tot ander inzicht
gekomen en heeft men ingezien dat ook
in het belang van de bezuiniging, het
zelfstandig bestaan van het Marine-Kabi
net noodzakelijk is.
De nieuwe minister van Marine is, naar
gemeld wordt, niet. een man van rechts,
wat een der liberale organen aanleiding
gaf de opmerking te maken, dat dit wijst
op een koersverandering ook in principi
eel opzicht.
Dit is natuurlijk niet jutet.
Do langdurige onderhandelingen tus-
echen dep, Kabinets-formateur en de recht-
sche Kamerfracties zullen ook verband
hebben gehouden met de beginselen, en
het ie ondenkbaar, dat er op dat punt
van marchandeeren. 6prako zou zijn ge
weest.
Intusschen, 'hoofdzaak is thans niet
wclko -pe r e o ne n in het nieuwe Kabinet
zitting hebben, maar wel, met welk pro
gram dit. Kabinet optreedt.
De komende troonrede zal daaromtrent
het. gewonschte licht verschaffen.
De Pers over het nieuwe Kabinet
De Persbeschouwingen over het nieuwe
Kabinet zijn uiteraard weinig belangrijk.
Terecht merkt het Handeleb 1. op,
I dat hetl thans gepubliceerde waairechijn-
I lijk slechts de schil is van de oplossing
der crisis.
„Wat daar binnen zit, aldus dit or
gaan, de k e r n van do zaak, zullen wé
eerstdaags uit de Troonrede moeten lezen.
Immers dan eerst, uit het regeerings-
program, zullen wo kunnen afleiden of
we met een nieuw of slechts met een wat
opgelapt kabinot-Ruvs te doen hebben.
De vorm waarin de crisis-oplossing nu
♦ot ons komt, is, gelijk men weet, niet die
welke wij de meest aangewezene achtten.
Op den uitslag van de stembus paste
onzs inziens, een rechtsch kabinet onder
pro test an'tsche leading en met een veer
krachtige figuur aan Financiën als pre
mier. Maar quand on n'a pas ce qu'on
aime, il faut aimer oe que l'on a en wij
zullen waarlijk niet onwelwillend tegen
over dit ministerie gaan staan, omdat
een zoo welwillend man als de heerr Ruys
premier ie gebleven.
Hij heeft trouwens geloond, een groot
aanpassingsvermogen te bezitten aan al
lerlei, soms zeer moeilijke, omstandighe
den.
Wij wachten dus met zeer bijzondere
belangstelling de Troonrede af, vertrou
wend dat die ons de kern der crisis-oplos
sing zal doen kennen.
Waarvan ons thans nog slechts de
schil werd getoond."
De N. R o 11. Cr t. is verheugd over
het heengaan van de Ministère van Land
bouw en König.
Dit liberale orgaan zou ook gaarne
hebben gezien, dat Minister Aalberse zou
zijn heengegaan.
Overigens ie het blad van oordeel, dat
minder de personen dan de drang der
omstandigheden de lijn van den
regeeringsarbeid aangeven.
Zelfs de minst practisch aangelegde zal
gedwongen worden om met de praktijk
rekening te houden. Die dwang zal kracht
kunnen geven aan degenen onder de le
den van het Kabinet, die een scherpe lijn
voor zich zien. Op deze manier zal het
mogelijk zijn, dat. het nieuwe gerecon
strueerde ministerie-Ruys, uiterlijk niet
veel verschillend van het vorige, toch een
zeer gewijzigde politiek zal volgen wat
wij van harte zouden wenschen.
Het Vaderland zegt o.m.
„Men heeft de vraag gesteld, of het mi
nisterie van 1918, dat in den tijd van
hooge conjunctuur zoo royaal met 's lauds
gelden omsprong, zij het dan ook door
de Staten-Generaal daarin gesteund, wel
aangewezen is om thans als ministerie
van bezuiniging op te treden. En de con-
ensvatieve bladen, die in 1918 de eerste
waren om het ministerie een: Steeds har
der, toe te roepen, hebben gemeend die
vraag in ontkennenden zin te moeten be
antwoorden.
Wij zijn van gansch ander gevoelen.
Wie zou beter weten dan de huidige regee
ring, waar ingebonden kan worden, zij,
die met on6 allen in den waan heeft ver
keerd. dat geld geen bezwaar was, en dus
de plekkeu zoo goed kent waar de be
snoeiing kan worden aangebracht?
Naturlifk hadden wij liever gewild, dat
de uitslag van de stembus eene zoodanige
geweest was, dat ook leden uit de Linker
zijde deel hadden uitgemaakt van het mi
nisterie, dat de zoo uiterst moeilijke en
ondankbare taak op zich moest nemen,
weer tot sluitende begrootingen te komen.
Dan had de bezuiniging sterker gestaan.
Nu loopt de Linkerzijde groot gevaar
voor de verleiding te bezwijken den
mooien man te spelen tegenover maatre
gelen. die zij zelve als onafwijsbaar zou
verdedigen, als zij achter de groene tafel
zat. Wij h.open nog altijd, dat zij zal be
grijpen, dat die zoogenaamd mooie rol in
derdaad op het tegendeel van die qualifi-
catio aanspraak zal maken, al is die hoop
dan ook door het geluid, dat tot nog t.c«
de sociaal-democratische en vrijzinnig-de
mocratische pers liét hooren, niet ver
sterkt."
Dit liberale orgaan is blijkbaar niet ge
nist op de houding door de vrijzinnigen
in te .nemen.
Het besluit, met de opmerking, dat de
hoofdzaak is het program van het nieu
we Ministerie, dat bij de indiening der
Staatsbegroeting zal blijken.
Het blad noemt het tenslotte ieders
plicht in de tegenwoordige omstandighe
den dit ministerie te steunen. De opposi
tie zij Her Majesty's loyal opposition.
De Tijd (R.-K.) is van oordeel, dat
het nieuwe Ministerie ter rechterzijde een
rechtmatige bevrediging zal wekken.
„Wij welen wat wij hebben en wij
weten wat wij k r ij gen. Al wat loyaal
denkt in ons land en zich niet door par
tijdriften het politieke oordeel laat ver
bijsteren, erkent het gezonde verstand en
de voorzichtige wijsheid der staatsmans
kunst, welke ons uit de gevaren van den
na-oorlogstijd heeft geleid naar een pe
riode, waarin het thans, door ervaring
gerijpt, do wegen zal vinden, om ook de
moeilijkheden eener algemeene malaise,
die niet zij heeft geroepen, te boven te
komen.
Dat de premier zelf liet op te heffen de
parlement van Landbouw, Handel en Nij
verheid ad interim zal waarnemen, kan
van bijzondere beteekenis worden in het
bezuinigingstijdperk, dat wij thans voor
goed zijn ingegaan. Evenals het een tee-
ken voor een gelukkige oplossing van de
vlo twetkwestie schijnt, dat het departe
ment van Marine weer afzonderlijk zal
komen te staan en beheerd zal worden
door een Minister, die na zijn zeeofficier-
schap als directeur-generaal der Poste
rijen getoond heeft, dat hij kan organisee-
ren naar den eisch eener goede staathuis
houdkunde.
Mot bijzondere sympathieën begroeten
wij den nieuwen Minister van Waterstaat
vele jaren hoogleeraar in de electrotech-
niek aan de Technische Hoogeschool te
Delft, waar de studenten nog uitmuntende
herinneringen aan zijn wetenschap en
zijn christeliijk karakter bewaren, gelijk
de Eerste Kamer aan zijn parlementaire
geven en hooggewaardeerde technische
adviezen"..
STADSNIEUWS.
Jubileum Ds. Thomas.
Had Ds. Thomas reeds in den loop van
den dag een overstelpend aantal blijken
van liefde en waardeering in ontvangst
te nemen, ook gisterenavond toen hij met
de gemeente zijne 25-jarige ambtsbedie
ning herdacht, werd het duidelijk welk
een groote plaats de jubilaris heeft in de
harten der gemeenteleden.
De Hooigrachtkerk, was overvol, teen
De. Kouwenhoven de vergadering
opende, door te laten zingen Ps. 68:13 en
17.
Onder het zingen van het tweede vers
werd Ds. Thomas met zijne familie bin
nengeleid.
Machtig klonk het gewijde lied:
't Is Isrels God, die krachten geeft
Van Wien het. volk zijn sterkte heeft,
Looft God, elk moet Hem vreezen.
In 'het midden van de kerk, voor den
preekstoel was een door palmen omge
ven ruimte gereserveerd, waar met de ju
bileum-commissie, Ds. Thomas met zijne
familie plaats nam.
Nadat De. Kouwenhoven in ge
bed was voorgegaan, nam deze het woord
om namens de Commissie die dit samen
zijn organiseerde Ds. Thomas toe te
spreken.
Niet alleen namens de Commissie, al
dus Spr., maar namens de gansche ge
meente, wensch ik U van harte geluk, nu
gij met uwe familie moogt herdenken dat
het 25 jaar geleden is, dat gij te Puime
rend in het ambt van Dienaar des Woords
bevestigd werd.
Het doel van deze vergadering is niet
u w roem te verkondigen. Dat zoudt gij
niet willen. Wii wenschen niet den meneeh
te verheerlijken, maar den naam van
God, die U in deze bediening stelde en 25
jaren sterkte, groot te maken.
Wij wcmschen nadruk te leggen op het
groote voorrecht -xlat daarin gelegen is.
Voorheen toen nog Latijn gesproken
werd, werden de predikantten aangeduid
met Verbi divini minister, be
dienaar des Goddelijken Woords.
Wanneer iemand i6 Minister der Kroon,
dan staat hij met den matschappelijke®
en staatkundigen maatstaf gemeten, ver
boven den predikant. En Spr. wil van die
achting niets afdoen.
Maar al6 we dat woord nu nemen niet
in maatschappelijken of staatkundigen,
maar in geestelijken zin, als we zie® hoe
een Minister staat in dienst van den al-
lerhoogsten Koning, Wiens Woord hij
heeft te brengen, dan mogen we dat mi
nisterschap zeer hoog sbollen.
Is het een groote eer, minister te zijn
van een koning, welk een onuitsprekelijk
voorrecht is het dan, geroepen te worden
tot het ministerschap van den allerhoog-
sben Koning, Zijn Woord uit te dragen,
te vertroosten, te vermanen, te bouwen
en af te breken en in alles de eere van
dien Koning te zoeken.
Het is nu, aldus Spr., 25 jaar geleden
dat gij geroepen werd als Minister in een
der Kerken op te treden. Gij hebt ver
schillende Kerke® mogen dienen, en nu
ruim 9 jaar de Kerk van Leiden.
Wanneer we daaraan denken, dan is
er voor on6 allen reden om met dankbaar
heid vervuld te zijn.
Toen gij kwaamt stond Ds. Roorda nog
in zijn volle kracht. Deze Minister werd
afgelost van zijn plaats. En als gij dan
nog steeds den arbeid moogt voortzetten,
dan past een toon van lof en dank jegens
God Die kracht verleende en u toerustte
met de talenten die Hij noodig oordeelde.
Gij hebt Uwen Koning mogen dienen,
en in dien arbeid hebt- ge tevens verwor
ven de liefde en de sympathie van de ge
meente, wat niet alleen op dezen avond
blijkt.
Zien we terug, dan mag het Soli Deo
Gloria den boventoon hebben.
Spr. wenscht Ds. Thomas en de zijnen
van harte geluk met dezen blijde® dag.
Er zijn, zegt hij, ook schaduwen ge
gaan over uw levenspad, maar ook temid
den van die schaduwen hoeft do Heere u
niet begeven en verlaten, zcw>dat er oor
zaak is, om Zijn Naam groot te maken.
Wij doen het met blijdschap en met
een dankbaar hart.
Wij verblijden on6 in uw feest.
Als bewijs daarvan, biedt. Spr. namens
de gemeente een eikenhouten boekenkast
voor de studeerkamer en een enveloppe
met inhoud aan.
Laat dit geschenk u sterken in do over
tuiging dat cle Gemeente u liefheeft.
Moge God u nog lang als Minister van
Zijn Woord gebruiken en schenko Hij u
daartoe de vermogens van lichaam en
ziel.
Hij verheerlijke Zijn kracht in uwe
zwakheid.
Worde in u openbaar wal we zongen:
't Is Isrels God die krachten geeft, en
moge de Gemeente van Leiden daarvan
nog vele jaren profijt trekken.
Op verzoek van De. Kouwenhoven,
werd nu den jubilaris toegezongen Ps.
1134:3.
Had Ds. Kouwenhoven namens meer
dan 4000 personen gesproken, D s.
Bouwman, die nu het woord kreeg
had slechts namens twee personen, de
beide collega's het woord te voeren.
Deze ure, aldus Spr. ie niet alleen voor
li, maar ook voor uwe collega's een
vreugdevol uur, omdat ze zich zoo van
harte verheugen in het voorrecht dat u
en de gemeente ten deel valt.
Met vrijmoedigheid kan Spr. verklaren
dat er zelden een zoo broederlijke samen
werking is, als hier gezien wordt. Dat
voorrecht is te kostelijker, omdat er toch
ook zelden in een Kerk drie predikante®
zullen zijn met zoo onderscheidon aanleg
en gaven.
Maar ondanks dat groote verschil is er
doorgaans volle harmonie. Ook bij ver
schil van inzicht blijft steeds de broeder-
liike samenwerking.
Spr. is een Groninger en Ds. Thomas
oen Drentenaar. Deze volksgroepen heb
ben dit gemeen, dat ze niet houden van
vleien, maar dat ze elkaar als 't moet,
recht in 't gezicht de waarheid zeggen.
Juist die oprechtheid, eerlijkheid on
rondborstigheid, waardeert Spr. in Ds.
Thomas.
Deze „Noorecho trek" mag ons ochter
niet al te zeer parten spelc®. Wo moeten
ook eens zeggen wat we goeds en schoons
in elkaar vinden en wat wo in elkaar
waardeeren.
En dan respecteert Spr. allereerst de
eerlijkheid en rondborstigheid die Ds.
Thomas steeds kenmerkt.
Ds. Thomas is niet een man van afge
pakte vormen en van strakke lijnen.
Heeft men Spr. wel eens een „wandelend
wetboek" genccmd, de jubilaris durft het
weieens uitspreken, dat hij maling heeft
aan reglementen.
Er is dus een groot verschil. En als ze
het dan toch zoo goed met elkaar vinden
kunnen, dan is dat, omdat Ds. Thomas
altijd bgeert, de zaak des Hoeren te die
nen.
Wat ons, zegt Spr. in u bekoort, dat is
uw trouw, uw broederlijke trouw, do har
telijkheid waarmee gij de collega's tege
moet treedt, de broederliefde die straalt
uit uw oog en trilt in- uw 6tem.
Verder wijst Spr. op den humor, die
Ds. Thomas kenmerkt, zoowel in het da-
gelijksch leven alö in het kerkelijk samen
zijn. Als wij wat al te strak en scherp
zijn cn gevaar loopen de broederliefde in
gevaar te brengen, dan weet Ds. Thomas
met zijn onbetaalbare® humor de strakke
lijnen te breken.
Ook in de prediking komt die humor
uit.
Niemand kan hem dat nadoen en ook
niemand neemt het hem kwalijk, omdat
gevoeld wordt, dat achter die humor
-schuilt degelijke, diepe ernst. Soms is 't
misschien juist die ernst, die de® humor
wekt.
In 't bijzonder waardeert Spr. hot. dat
Ds. Thomas heeft een1 warm gemoed.
Gij hebt, aldus Spr. iets eigens.
Gij zijt geen copie en ook geen model.
Gij zijt u zelf.
In dat eigendommelijke ligt het bekoor
lijke en het aantrekkelijke van uw spre
ken.
Gij zijt in ons trio een element, dat we
niet gaarne missen.
Daarom stemt deze ure ons tot harte-
liikc blijdschap.
Spr. eindigt met den wensch en de be-
-de, dat God Ds. Thomas nog vole jaren
mag spare® en, dat hij nog vele jaren als
brooder met de collega's mag samenwer
ken tot ophouw van Gods Koninkrijk, tot
verheerlijking van Gods Naam en tot ze
gen van de Kerk van Leiden.
Het zou ons te ver voerc® van alles
wat. verder gesproken werd, melding te
maken.
We moeten daarom volstaan met korte
aanduidingen.
De heer Blommendaal voerde het
woord namens de ouderlingen, en bood
namens deze broeders zijne hartelijke
gelukwenschen aan.
Namens de diakenen werd gesproken
door den heer Hogervor6t die even
eens Ds. Thomas feliciteerde en voor de
toekomst de beste wenschen aanbood.
De heer J.d e R o o v wenschte namens
do catechisanten De. Thomas van harte
geluk en bood hem 'n gangklok aan, bene
vens een geschenk dat „met voeten wordt
getreden", (zeil met kleed op de studeer
kamer).
Nadat gezongen was Ps. 136:1, werd
het woord gegeven aan t) s. Broek
stra van Rijnsburg, die namens de Clas
sis den jubilaris in zeer hartelijke en
waardeorendo bewoordingen toesprak.
Hij sprak den wensch uit, dat in deze
tiiden van twijfel, Ds. Thomas nog vele
Thomasse®, ook in Leiden, dc-n weg mag
wijzen naar het Kruis.
Dat. Ds. Thomas ook in zijn vroegere
gemeenten neg niet vergeten is, bleek
mede (lezen avond.
De lieer W e 6 t e r v e 1 d van P n r m e-
rend, de eerste standplaats van <Ln ju
bilaris, bracht de gelukwcr- hen over van
deze gemeente, waar Ds. Thomas de
hoogachting genoot ook van velen dio
niet tot den kring dor K rk behoorden.
ADVERTENTIE-Pfttu-.
PER GEWONE REGEL 8 l'J.22J
DES ZATERDAGS 10.30
INGEZONDEN RECLAMES DLB^ .KIER
KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens
30 woorden 50 cent; Zaterdags 75 rent
bij vooruitbetaling.
Namen6 die Kerk, werd een sigarenkist
van gedreven zilver met inscriptie aange
boden.
De heer van Tuinen vertolkte de ge
voelens van de Kerk van Berlikum,
die 9 jaar geleden Ds. Thomas aan Leiden
moest afstaan, die in droeve dagen met
haren vrcegeren leer aar meeleefde en die
hem op dezen dag van blijdschap mede
niet vergeet.
Namens de Kerk van Berlikum bood
Spr. een enveloppe met inhoud aan en liet
daarna zingen Ps. 85:1, welk vers den
arbeid van De. Thomas te Berlikum ty
peerde.
Na het zingen van dit vers, sprak D s.
T h o m as nog een kort w-oord. Hij begon
met terug te wijzen naar wat gezongen
was:
Gij vindt in gunst en niet in wraak uw*
lust,
De hitte van uw gramschap is gebluseht.
Die herinnering van den afgevaardig
de van Berlikum, aldus Spr. heeft mij
getroffen. Deze feestelijke ure, zoo dui
zendmaal door mij verzondigd, 6taat in
het. teeken van deze heerlijke woorden.
Spr. kan niet uitspreken, wat zich in
zijn hart verdringt. Hij zal tot zichzelf
moeten inkeeren, in de binnenkamer, om
daar de zegeningen- te tellen, één voor
één.
Wij zijn thans hier bijeen en morgen
hopen we weer hier te zijn.
Er is geen contrast tusschen die beide
samenkomsten.
Het is niet zoo, dat we eerst bijeenko
men om den mensch groot te maken en
morgen God.
God alléén is groot!
Hij is groot ook daarin, dat hij onder
de mensch cn liefde geeft.
't Is Spr. een heerlijk voorrecht, dat de
liefde van de gemeente op zoo heerlijk»
wijze tot uiting komt.
Hartelijk dankt hij voor alle hew ij-
zen van liefde die hij mocht ontvangen.
Hij brengt dank aan de collega's voor
(hunne woorden, die hij op hoogen prijs
stelt, dank aan de ouderlingen cn diake
nen, aan de catechisanten en aan de Clas
sis cn de Kerken van Purmerend c® Ber
likum.
Dank voor alle liefde, waarmee men
hém 'dezen avond omringt.
Iemand heeft gezegd, dat hij liever had
een ijzeren ring van zijn geliefde, dan een
gouden ring van iemand anders. Spr. ech
ter geeft aan een gouden ring van liefde
de voorkeur.
Als Spreker alles overziet dezen dag,
dan denkt hij aan het vereje:
Tel uw zegeningen.
Tel ze, één voor één.
En gij ziet Gods liefde,
Over alles heen.
Zijn hart is vol van dank aan God.
Er valt een schaduw over deze feestda
gen. Maar er zijn schaduwen, die beter
zijn dan 't licht. Het komt er maar op
aan of 't ook van on6 geldt: in Uwe scha
duw zal ik vroolijk zingen.
Er zijn schaduwen.
Maar nu te 't licht!
Hartelijk dank.
Nadat nog een tweetal verzen van den
Morgenzang waren gezongen, ging Ds.
Kouwenhoven in dankzegging voor.
Van 'de gelegenheid die geboden werd
om Ds. Thomas persoonlijk geluk te,
wenschen, werd door velen gebruik ge
maakt.
Onder de aanwezigen merkten wij o.a.
op: Ds. Sap van Gouda, Dr. Ruys van
Lisse en Ds. Kruijswijk van Voorschor
ten.
Zooals wij gisteren reeds nuldd -n had
Ds. Thomas in den loop van den dag van
alle zijden blijken van belangstelling in
ontvangst te nemen.
De hu r gem eest ei kwam don jobi'a-ris
persoonlijk geluk wenschen.
Ons bericht van gisteren behoeft in
zooverre rectificatie dat de zilveren vork
en lepel, met servetring word aangeboden
door de zustere van het. Academisch Zie
kenhuis, waar Ds. Thomas een cursus
geeft.
Gelijk bekend, hoopt Ds. Thomas he
denavond in de Hooigrachtskerk een ge
dachtenisrede uit te spreken.
Genootschap Mathesis Seientiamm Genitrix.
Wij vestigen nogmaals do aandacht op do
opening van den óénjarigen dagcursusvan Lot
Genootschap M. S. G. to Leiden, waarvan de
inschrijving van leerlingen is opengesteld tot
20 Sept. a.s.
Over het algemeen 6cliijnt men nog niet door*
drongen to zijn van de belangrijkheid van dezen
cursus, vooral belangrijk voor hen, die d®
avondschool van Mathesis geheel ol vrijwel ge
heel doorloopen hebben, of de lossen van een
soortgelijke school gevolgd hebben.
De dagcursus is bestemd voor hen, dio zichi
willen bekwamen in do burgerl. bouwkunde,
waterbouwk. en werktuigkunde verder dan wanrv
toe de avondschool gelegenheid goeft. Om da
lossen van den dagcursus te kunnen volgen,
wordt in het algemeen vereischt een kennis, dj®
overeenkomt met het cind?xamen 5e klasae M.
S. G.. aangevuld voor de beide bouwkundig®
vakken met de kennis vereischt voor bot eind
examen bouwkunde M. S. G. Dit diploma en
het diploma 5o kl. geven vrijstelling van bot
tor-lat i ngsexamen.
Zij, die den bouw- en waterbouwkundigen
cursus willen volgen, ontvangen een zooJani#
onderricht, dat zij mot goed gevolg deel zouden