Dagblad voor Leiden en Omstreken. WL-Jezeniilenvya. BINNENLAND. ABONNEMENTSPRIJS r IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN v"' WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN PER KWARTAAL j '2.50 TER WEEK 10.19 FRANCO PER POST PER KWARTAAL 12.90 3de JAARGANG. - MAANDAG 24 JULI 1922 - No. 869 Bureau: Hooigracht 35 Leiden - Tel. Int. 1278 - Postrekening 58936 ADVERTENTIE-PRIJS. PER GEWONE REGEL a 10.221» DES ZATERDAGS t lOJOJ INGEZONDEN RECLAMES DUBB7T TAIilER KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens 30 woorden 50 cent; Zaterdags 75 cent h|.| '5a: bij vooruitbetaling. t-r' V Kabinetscrisis. We kunnen thans van een Kabinots- jC T 1 SI De vorige week heeft, naair gemeld [wordt, het Kabinet besloten de portefeuil les ter beschikking te stellen, waarna' H.M. «de Koningin aan J'hr. Ruys c ibrouck oen nieuwe opdracht tot formatie heeft verstrekt. Het wil .ons voorkomen dat de Minister raad verstandig deed met dit besluit te nemen. In het afgetrokkene had het kunnen re- S&eneeren, dat de verkiezing in elk geval ;geen votum tegen het Kabinet bevatte, zoodat het rustig had kunnen aanblijven, imaar voor de zuiverheid van de politieke [verhoudingen ©n niet het minst ook in [verband met de moeilijke periode die we tegemoet gaan, schijnt ons dit niet de meest aanbevelenswaardige weg. De Kabinetsformateur staat nu geheel vrij en kan trachten op een voioraf vast gesteld regeeringsprogram met de ver schillende partijen tot overeenstemming te komen en mannen te vinden die met hem bereid zijn ruik een program uit te voe ren. Leiden de onderhandelingen niet tot een [goed resultaat, dan zal H. M. genood zaakt zijn, een anderen formateur aan te Wijzen. Gewichtige dagen zijn thans aangebro ken. Het komende regeeringsprogram zal voor den verderen loop dor zaken in ons land van de grootste beteekenis zijn. STERK DOOR ORGANISATIE. Men kent, zegt de Nederlander, de klacht, dat zoo dikwijls de Roomschen de Protestanten vooruit zijn. Doch men zie wel toe, wat deze klacht inhoudt en waér de sehuld ligt, wanneer hier of daar van een misstand zou kunuen Worden gesproken. Neem thans het onderwijs. De novelle-Onderwijswet, noodig om de bezuiniging maar zeer ingrijpend voor do scholen, doet ernstig vragen, dat het toch mogelijk zij om in deze ,gewichtige zaak het onderwijs-zelf te kennen. In zijn geheel, als dat kon; in zijn groote onder- veydeelingen, nu dat niet kan. Welnu: hier zijn de Roomschen klaar. De heer Van Wijnbergen herinnert in Roomsche bladen aan het bestaan van •„'bet R.-K. Centraal Bureau voor Onder wijs en Opvoeding", opgericht door het Episcopaat- Hij zegt er van, dat dit Bureau o.a. de Regeering heeft op de hoogte te brengen omtrent hetgeen voor ons bijzonder on derwijs van no ode is. De minister van Onderwijs heeft bij de plechtige opening .verklaard, alle gegevens en wenschen en verlangens juist gaarne te zullen ontvan gen langs dien weg. Zoo zullen nu alle opmerkingen inzake de novelle gemaakt aan Roomschen kant, „in een stuk ver werkt" den minister aangeboden worden. Ieder ziet, hoeveel invloed zulk een stuk zal oefenen. Het is één, het is af; het geeft vat op zich; en Bet wordt door de grootheid van het gansche Roomsche on derwijs gedragen Zulk een stuk geeft aan de Roomsohe visie een enormen voorsprong. Is dat onrecht? O.i. ja. Maar niet een onrecht, door Roomschen aan Protestantsche visie aan gedaan. Doch een onrecht jegens het Pro- itestantsch onderwijs, veroorzaakt door ide vrienden van dat onderwijs-zelf. Vrien den, die de eenheid niet hebben gezocht of (althans niet hebben gevonden. De Schoolraad het is waar heeft een rapport uitgelokt; dat zelfs niet wei nig invloed op het ontstaan der wet kan hebben geoefend. Dooh1 hij is niet het „Centraal Bureau" van al het Christelijk onderwijs in Nederland. Een ander lichaam is dat ook niet. Wij hebben geen Centraal Bureau. Maarde Roomschen hebben dat niet op hun geweten. STADSNIEUWS. Evangelisatie. De „Zaterdagsche Markt"mag zich in veel belangstelling verheugen. Reeds in den morgen gaan velen naar het marktterrein, om de noodige inkoo- pen te doen en vooral ook, om voor den Zondag het huis van b l o e m e n te voor zien. Leiden staat wel niet als bloemen stad bekend, maar er zijn, naar ter zake kundigen ons verzekerden, toeh weinig steden, waar zooveel bloemen worden om gezet als in Leiden. Ook 's middags is er voor de markt veel belangstelling, maar de eigenlijke „trek" komt toch pas tegen den avond, wanneer zeker ongeveer de helft van de Leidsohe bevolking zich naar het marktterrein be geeft, de een om te keopen en de ander om getuige te zijn van de vaak handige pogingen van de kooplieden om hunne waren aan den man te brengen. En 't is vaak ook een lust om te zien wat voor kunstgrepen gebruikt worden om de aandacht te trekken. Daar staat de man met de sigaren die allerlei wonderlijke verhalen weet te doen over de groote verdiensten in de winkels en de superieure kwaliteit van de rooker- tjes door hem aangeboden. En ter afwis seling wordt dan zoo nu en dan een sigaar „geopend" om de verbaasde toeschou wers te doen zien do voortreffelijke grond stoffen die gebruikt worden. En al pratende en schreeuwende en de mons treerende wordt het cene kistje na het andere verkocht. De bezoekers zijn voldaan over. wat ze hoorden en de koop man strijkt met welgevallen het geld in zijn laadje. Daar staat de man met de parapluies. Met een sterk Duitsch accent, vertelt hij van het vernuftig mechaniek, dat het mo gelijk maakt met zijn regenschermen re gen en storm te trotseeren. Open vliegt de parapluie; zij wordt naar buiten om gebogen en op hetzelfde oogenblik weer dichtgeslagen. En dan begint het: Niet fier gooiden meinen herren, niet drie gooiden, maar en dan daalt hij af tot hier of daar een hand omhoog gaat en weer een regen scherm van eigenaar verwisselt. Met open monden staat het publiek te luisteren, naar de geheimen van deze wonderp ar apluie. Oude menschen wagen zich in het ge drang om ook te kunnen luisteren naar de verhalen die de Duitecher weet te doen eu jonge moeders laten een oogenblik de kinderwagen in den steek. Er valt veel te h-oo ren en te beleven op de markt. Zoo gek kan men 't niet bedenken of met kan heb op de markt koopen. Toch ontbrak er tot op dit oogenblik nog iets. De Zaterdagsche markt, waar zich de duizenden verdringen bood tot nu toe al leen stoffelijke zaken. Men kan er koopen alles en nog wat, het fijnste kant even goed als het ruwe oudroest, maar de din gen die blijven, die werden tot nu toe op de markt niet aangeboden. Zoo kwamde Evangelisatie der Go- ref. Kerken tot de vraag of het niet tijd werd ook temidden van het marktgewoel, het licht van het Evangelie te laten schij nen. Die vraag werd toestemmend beant woord en zoo kon men Zaterdag op den Nieuwen Rijn dan ook de tent vinden waar de Commissie hare waren telao op aanbood maar ook,voorzoover mogelijk, teksten, tractaatjes, enz., om niet ver spreidde. Klein was 't begin. eer Uie berichtend&(onzelanlorenen v 'erkpJaaisen wegens dejaarlükscrv? vacanlk Gnonsperjoneefvan «27 J'jU-5 /l'jp 9 5 óejlolen zullen zijn ey&oóachlencf: *.^P/Q.cIeOink&^ De tent heeft oen zeer bescheiden om vang en zij was niet geplaatst in het centrum van de marktdrukte. Maar zij was er en naar wij vernamen viel over gebrek aan belangstelling niet te klagen. Er was belangstelling van de zijde der vrienden, die voor de totstandkoming van dit werk hadden gearbeid en gepleit. Er was belangstelling van het meelevende publiek, dat zich verrast toonde, dat met dit werk reeds thans een aanvang werd gemaakt. Maar er was ook belangstelling van andore zijde. Geconstateerd werd, van de zijde van het publiek dat het „oude ge loof" dan toch nog niet dood was, en dat ihet zich zoowaar nog in het. publiek durf de vertoonen. Boekjes en teksten en pla ten werden door vele voorbijgangers meestal met graagte in ontvangst geno men en de verkoop was naar men ons •meedeel to voor den eersten avond niet onbevredigend. Er werd niet gesproken. Straat- prediking ligt wel in de bedoeling, maar voor ditmaal had men niet een „spreek plaats" gehuurd. Men kan n.l. plaatsen 'huren waar de artikelen wel en waar ze niet mogen worden aangeprezen. Een moeilijkheid hierbij is, dab over den inhoud van de aangeboden lectuur in ver band met de beperkende bepalingen van de polifcie-verordeuing niet mag wer den gesproken. Er isdus heel veel bacb noodig, niet alleen om het juiste woord te vinden, maar ook om niet met de politie verordening in botsing te komen. Toch zal naar wij verwachten in het vervolg wel een „spreekplaats" worden gekozen. Waar indereen het woord voert, mogen de belijders niet zwijgen. De „tentbewoners" waren over den eer sten avond niet ontevreden. Het eerste zaad is gestrooid en van tegenstand is niets gebleken. Wel echter, deelde men ons mede, dat er nog verschillende onvervulde wenschen zijn. De t e n t is er, maarhet zeil doek is nog niet betaald. Wie verrast de Evangelisatiecommissie met een grootere of kleinere gift? Reeds vroeg in den avond moest voorts de tent worden opgebroken, omdat de (noodige verlichtingsartikelen ontbraken. Een voor dit doel geschikte lamp is nood zakelijk, maarwie zal dart betalen? Dat zijn al een paar punten van be- Maar van meer belang is tooh neg, dat glfcschikltet personen zich voor dit werk als vrijwilligers komen aanbieden. Men kan niet vergen, dat een paar broe ders en zusters al het werk doen, en dan bovendien nog de financieele lasten gaan dragen, en wij twijfelen dan ook niet, of het zal blijken dat er voor dezen arbeid niet alleen belangstelling is in woor den maar ook in daden. Met genoegen hebben we gezien, dat het door de „Commissie voor Evangelisatie" gegeven voorbeeld, aanstekelijk heeft ge werkt. Ook de Stadsevangelisatie „Jeruel", was op de markt met bijbels en evangeli- satielectuur. Deze tent had een plaats gekregen tus- 6chen Koombeurs en Beschuitsteeg. Hoewel van meer bescheiden omvang als die der Evangelisatie van de Geref. kerk, liep ook deze tent goed in het oog. Op de met wit zeildoek overdekte stal ling, prijkte met groote duidelijke letters: „De straf die ons den vrede aanbrengt was op Hem!" Worde ook dozen arbeid door de men schen gesteund en door God den Hee- re gezegend. De bclastingquaestie in Leiden. De gemeenteontvanger te Leiden heeft aan een groot aantal belastingplichtigen een aanslag tot navordering van te wei nig betaalde gemeentebelasting voer het belastingjaar 1919/1920 uitgereikt. Een aantal van deze aangeslagenen hebben een actie tegen deze invordering op touw ge zet geleid door den Centralen Midden standsbond; rechtskundigen bijstand ver- leenen mrs. F." K. de Haan en A. J. Ro- mijn. Nadat een waarschuwing en een aanma ning tot betaling aan de belaetingschuldi- digen was gedaan i§ de ontvanger den 13en dezer er toe overgegaan de dwangbe velen te dioen beteekenen. Daar het hier een principieele quaestie betreft en de beslissing van één zaak mede de beslissing van alle andere zaken betee- kent hebben de procureurs van de belas tingschuldigen zich in verbinding gesteld met den procureur der gemeente ten einde besparing van noodelooze kosten een van de circa 120 zaken door de Rechtbank te doen beslissen en alle andere tot de uit spraak op deze eene te doen aanhouden. De gemeente heeft geen termen gevon den om aan dit verzoek te voldoen. De genoemde rechtskundigen zijn nu te gen het aan de aangeslagenen uitgebrach te dwangbevel in verzet gegaan en hebben den ontvanger gedagvaard tegen Vrijdag 28 dezer te verschijnen voor de arrondis sementsrechtbank te 's-Gravenhage. De rechtsgeleerden meenen dat de bil jetten van navordering te laat zijn ver zonden en de belastingschuld derhalve if verjaard. (H.B1.) De heer G. H. v. Leeuwen uit Voor schoten slaagde alhier voor het Mercurius- boekhouden-diploma. De heer v. L. is een leerling van den heer Piinacker te Voorschoten. Door de N. Z. H. T. M. em de M. E. T. zijn op de lijnen van Leiden naar Kat wijk en Noorwijk, van Leiden naar Heem stede en van Leiden naar Den Haag in de afgeloopen maand respectievelijk vervoerd 281.052 pers., 59.704 pers. en 132.498 pers. De opbrengst bedroeg respectievelijk f55.190,38; f 18.025,23 en f 26.075,47 to gen in dezelfde maand van het vorige jaar respectievelijk f52.398,68; f16.445,57 l/s en f 23.693,77. Zaterdagavond vielen twee dronken jongelui op de Haven herhaaldelijk voor bijganger lastig; toen ze echter zekeren d. 1. R. de pet van 't hoofd trokken ont popte deze zich als een amateur-boxer, die een der straatslijpers in een ommezien out-knockte. De man viel bewusteloos op straat en moest in een naburigen winkel worden bijgebracht. Aan het Zoeklicht. Leiden, 24 Juli 1922. Dat leek me niet precies in orde Zat eri dagavond. 1 i Ik zag daar op de Zaterdagsche markt#» een tent van de Evangelisatie der Gereo Kerk, vanwaaruit men het helderste lichffr over de donkerheid dezer tijden wil lateul uitstralen. En die tent stond zelf in het donker. Een helder-lieht gevende lamp ontbrak^ En de mannen die met de grootste op?i gewektheid hun werk dienen te verricht ten zij brengen immers de b 1 ij d 41 Boodschap waren niet geheeL; zonder zorg, omdat het geld voor heb' zeildoek nog niet aanwezig wa6. was. Het gaat hier niet om groote som- men. Met kleine steentjes is dit huie te bouwen. Als vele handen een weinig helpen en vele beurzen maar op een kiertje) opengaan, dan baadt zich de tent in een zee van licht. Ik ben benieuwd hoelang deze tent nog in het donker zal staan en het zeildoek nog onbetaald zal blijven. OBSERVATOR. Een andere alcoholist werd naar het politiebureau gebracht, waar hij een ent?" stigen aanval van delirium tremens bleeEj te hebben. Hij werd naar Endegeest v<£r voerd. Toch blijven de kroegen open! De fabrieksarbeider I. K., die om hoek 4e Binnevestgracht—Rijnstraat fiolste 6libte en viel. De man werd naar het Acad. Zieleen- huis vervoerd, waar meu een gecompli- ceerde beenfractuur 'constateerde. Aangifte is gedaan door Mej. 0. H^j dat haar op de Markt een taschje inhou dende haar portemonnaie is ontvreemd. In de Stedelijke' Werkinrichting zijn in de week van 16 Juli tot 22 Juli opgeno; men: 132 volwassen personen en 18 kin-' deren, totaaal 150 personen. HET KABINET TREEDT AF. Het Ned. Gerre&pondentio-hureau meldtq Naar wij vernemen heeft, de Koningin op Dinsdag 18 Juli den tijdelijken voor zitter van den Ministerraad ontvangen tert mededeeling van het dienzelfden dag geno- men besluit van het Kabinet tot beschik baarstolling van de portefeuilles op Za* terdag 2*2 Juli, en heeft H. M. aan jhr. Ruys de Beerenbrouck een nieuwe op< dracht verstrekt tot kabinetsformatie. Minister van Kaniekcek. Naar men vernoemt, heeft jhr. mr. H. A. van Karnebeek, Minister van Buiten»»' landsche Zaken, daartoe uitgenoodigd; door dé Zweedsche en Chileensche regeo-'. ringen, het voorzitterschap aanvaard der] Permanente commissie van onderzeek en conciliatie, welke bij verdrag tusschen bci-j de staten is ingesteld. Aan het oordeel- van die commissie zullen worden onder-, worpen alle geschillen, welke niet lange diplomatieken weg opgelost kunnen wor-, don, noch naar een rechterlijke uitspraak hetzij van arbitragehof, hetzij van hot, Permanente Hof van Internationale Justi tie verwezen worden. Bezuiniging. Aan het personeel der registratie is oen ministerieele circulaire gericht, waarbijl voor 1 September voorstellen worden ver-' zocht, die tot vermindering van 's rijks1 uitgaven en tot bezuiniging kunnen leiden. FEUILLETON. De Germaansche gevangene Een verhaal uit de eerste eeuw onzer jaartelling. 65) Zij keerde zich om, maar opnieuw greep de vuist van de tooveres haar arm en 't mes bliksemde voor ihaar oogen. De .vrouw siste tusschen geklemde tanden: „Ge zijt een spion; omgekocht om mij aan den keizer te verraden. Maar ge komt hier niet. vandaan! Ge zult me uw mis maakt lichaam geven; dat kan ik goed gebruiken." Diodora glimlachte kalm en zonder vrees. „Dan zult go mijn innigst verlangen vervullen! Er is een weg, waardoor ge mij do begeerde geheimen kunt loeren ken nen. Dood me, dan zal ik weten, en mie- echion mijn gestorvene ontmoeten. Ik kom tot u, mijn schoone zuster!" De forsche greep liet los, en de fiere gelaatstrekken ontspanden zich. „Kind!" zei de tooveres na eenige oogenblikken, „wat ge vraagt kan ik niet geven! Gij hebt wat ik niet geven kan; niet aan mijzelve hergeven kan." De harde handen bedekten het strenge fcelaat, „Gij hebt liefde. Alleen liefde geeft zul- kem moed; geen wanhoop. Toen de liefde in mij stierf, vond ik ook iots anders dan wanhoop! Maar liefde ie boter! Ga, en kom mij niet meer dat verwijten!" Langzaam keerde do maagd door het eenzame woud, in de etilte des nachts naar haar plaats in het Pomaerium terug. Zij omhelsde opnieuw het marmer en 't was -haar alsof ze de wang tegen de hou- de hand barer zuster drukte. „Zie mijn lieve!" mompelde zij: ,,'k Wil geen tijding van u koopen voor een prijs, dien gij niet betaald wilt zien. Ik kom zeker niet dichter bij u, door toe te nemen in boosheid!" En spoedig viel ze in een diepen slaap, mot iets van 't gevoel van den krijgsman, die na de overwinning op 't slagveld insluimert. Daar vonden haar den volgenden mor gen Laon en Siguna, die teruggekeerd was van haar vruchteloozen tocht om Olaf te zoeken. Zij bespiedden de kleine gestalte met het oudachtig gelaat langen tijd in stilte. Slaap was haar eenige rust top aarde; dat wisten die beide liefhebbende harten zoo goed, dat ze bijna' wenschten haar in den laatsten langen slaap te zien liggen. Maar v o p r de volle dag verrezen was, ontwaakte zij. Half rijzend, half tegen Jt marmer leunend, reikte zij ieder een hand, „Hebt ge niets gevonden,?" yroeg zq Si guna. „Ik heb verloren. O Laon" en ze wierp zich hartochtelijk aan zijn voe ten; „neem mij mede naar Athene! So crates was tevreden met gissingen. Maar dat betrof alleen hemzelf. Ik moet we ten! Ergens moet het geheim ontsluierd kunnen worden; indien er een geheim is! Laat mij in de mysteriën ingewijd wor den! De menschen zeggen, dat die ons kunnen mededoelen, wat na den dood volgt. Neem mij mede naar Athene, naar de mysteriën. Ik moet weten! „Kind"! sprak hij droevig. „Was So crates niet te Athene? Wat kunnen myste riën u meer vertellen, dan wat men sedert eeuwen ihoopt, en wat gij en ik nu moeten liepen? Er is slechts één weg om tot ken nis te komen." Ze zag hem met verwijtenden blik aan, alsof ze zich verdedigen wilde tegen de de beschuldiging van lafhartigheid, ,,'k Weet wat ge bedoelt", zeide zij. „Maar ik beloofde haar, dien weg niet eigenwil lig te betreden. Zij ded het mij beloven, yoor mezelvo en om uwentwil, Laon!" Zijn oogen werden vochtig. „Dacht ze dus nog stervend aan ouden Laon?" „En aan Siward!" wae 't antwoord. „16 haar wensch vervuld?" „Eerst had do trotsche jongen zwaren 6trijd met zichzelf; hij wilde zich zelf vrij- juaken. Hij hcrinnerdq zjck sral zij tot hem gezegd had jaren geledon in mijn oude werkplaats. Vrijheid, had ze gezegd, is beter verworven dan gegeven! Maar •ten laatste stemde hij toe. Hij verzocht me u te zeggen, dat hij vrijheid door haar stervende hand hem ^geschonken grooter schab achtte, dan wanneer hij ze zelf ver diende. De knaap werd zoo teeder en ont roerd als een vrouw, toen hij vornam dat ze heengegaan was. H'ii zeide dat het schoonste licht, dat de wereld ooit voor hem gehad ihad of hebben zou, gedoofd was." Siguna, zijne moeder, was door dit woord niet beleedigd. XXVI. Andermaal zeilde Siguna door de Mid- dellandeche zee oostwaarts. Haar eerste reis had ze gemaakt als slavin van Ger- manicus, met haar beide kinderen, even- teeos dienstbaar. Dertien jaren waren voorbijgegaan, en nu waren alle drie vrij. Siward was eigenaar van de wapen- smederij te Antiochiö. waardoor hij ziine moeder, Laon en Cloelia Diodora onder houden zou. Maar meest trok het hart der moeder naar het gezin van Hilda, waar drie vrijgeboren kinderen rondom haar en Gallias opgroeiden. Siguna was ornstige^ aa iP£9ilQkkcn>OE geworden sedert haar vruchteloos zoekon: naar Olaf. De hoop hem levend terug te vinden was niet uitgestorven; integendeel* die was sterker geworden. Eens dat wist ze zeker zou ze de welbekende stem hooren! En 't was haar vaste voor nemen, maar dat ze niemand mededeelde, om wanneer ze haar, kinderen ontmoet, had, naar Rome terug te keeren en daat te blijven, opdat er geen Germaansch ge vangene mocht binnenkomen, dien ze niet ondervroeg. De aanblik der Grieksclie kusten on 6teden riep treurige oude herinneringen voor haar geest terug. Zij herdacht aan het schitterend leven, zoo spoedig afgo- sneden, en de schoone mannelijke gedaan te, zoo droovig geveld te Epiphane. Ze, herdacht de verheven vrouw, toen zoo vol' hoop en liefde, thans door jaren van ver-* deuking, gevaar, kleingeestige tyrunnie> onderdrukt, die haar bestaan in eenzaran ballingsohap te Pandataria voortsleepte^ Ze hoopte, bevend, dat het aandeel, 't; wolk Hilda in den voorspoed en 't geluk'; had, niet groot genoeg zou zijn om den' naijver der goden te wekken. Menigmaal bespraken zij on Laon sa- - men op welke wijze het mogelijk zou zijn do arme Diodora eenig bolang in hot lo* ven te doen stellen. X (Wordt vervolgd.),

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 1