Aa*s het einde der week. De afgeloopen week is voor den I e r- schen vrijstaat geen ongunstig tijdvak geweest. Mot haar geregelde, good gedisciplineer de troepen drijft de regeering meer en meer het rebellenleger achteruit en weet door goed overlegde tactiek de verschil lende afdeelingen van elkaar te scheiden. De republikeinen nemen thans het uiter ste middel te baat en verschansen zich in enkele steden, om van daaruit de omge ving te bestoken en in het ergste geval een belegering te ondergaan. Maar van plaats tot plaats dringt men hen achteruit en hun nederlaag wordt dan ook nog slechts als een quaest.ie van tijd beschouwt. En dan kan de herbouw be ginnen van den door de veelvuldige crises uitgeputten Ierschen staat. Duitschland maakte iïi het ver streken week vak heel wat wederwaardig heden door, doch gelukkig waren de om- etamdigheden vergelijkenderwijs gespro ken wat gunstiger dan vorige weken. De politieke crisis werd door een be sluit der krakeelende socalistische par tijen om gezamenlijk voor de wet ter be scherming der republiek te stemmen op gelost. Een evenement, dat verscheidene goede gevolgen had en zal hebben. Vooreerst werd ontbinding van den Rijksdag vermeden en werd voer de socia listische partijen de weg tot nauwere sa menwerking door haar overeenkomst ge opend, terwijl in de laaitste plaats de aan genomen wet tot handhaving der rust in he<t. Rijk ook bet hare zal bijdragen; slechts laat de verhouding tusschen Beie ren en de Rijksregeering nogal iets te wenschen over, doch dat i€ een kwaad, dat men niet in eeni ge dagen verhelpt. De jongste gebeurtenis, de overeen komst tusschen de garantie-commissie en de republiek getroffen, waarvan wij gis teren reeds eenige bijzonderheden mede deelden, schijnt op zichzelf ook al hoop gevend, ofschoon er natuurlijk nog geen peil op te trekken valt hoe deze zaak zich verder kan ontwikkelen. De jongste kabinets-crieie irn I tali 8 baarde nogal veel opzien. Hoewel alle kar binetten, die tot nu toe Italië bestierden, zich door haar instabiliteit naam hebben gemaakt, werd toch niet verwacht, dat dit ministerie, dat zich door moeilijke tij den heen heeft moeten worstelen zoo spoe dig af zou treden. Van verschillende zijden werd er ook terecht, op gewezen, dat de toenemende verwijdering tusschen Italië en Frankrijk door dit komen en gaan van landsbe stuurders aanmerkelijk in de hand wordt gewerkt. De moordenaars van de beide bekende mannen, die zoo noodlottig om 't leven kwamen, Wilson en Rathenau, hebben in deze dagen hun verdiende straf ontvan gen. Werden de beide Duitechere dood in de ruïne van Saaleck gevonden, de Ieren boorden voor eenige dagen het doodvon nis tegen zich eiechen. Vermelden we tenslotte nog de ontstel tenis wekkende ramp bij de hoog ovens te Couillet, waarvan steeds treuriger bijzonderheden worden geseind, dan hebben we de voornaamste gebeurte nissen in het buitenland van de verstre ken week besproken. In ons land was merkwaardig in de afgeloopen dagen dat veel ever de eventu- eole vorming van een Kabinet werd ge sproken, zonder dat we weten of er een crisis is of k o m t. Bekend is alleen dat H. M. de Koningin de leiders der voornaamste partijen in ge- boor heeft ontvangen, maar van de resul taten van de besprekingen lekte niets uit. Uit een opmerking in de Standaard valt alleen af te leiden dat in elk geval gewacht zal moeten worden tot de Kamer bijeenkomt, wat gelijk men weet as. Dinsdag het geval is. Eerst na afhande ling van de Grondwetsherziening schijnt als wij wel begrepen hebben, een defini tieve beslissing te worden genomen. Gebleken ie voorts, dat ondanks de anti-papistische strooibiljetten, door som mige Chr. Hist. Kio6vereeuigingen ver spreid, door de Nederlander een samen gaan van de drie rechtsche partijen op prijs wordt gesteld. Werd in de verkiezingsdagen den men- schen voorgehouden, dat Rome overal moest worden tegengestaan, het hoofdor gaan van de Unie is zoo verstandig te verklaren, dat tegen een aanblijven of het optreden van een R. K. Kabinetsfor mateur niet het minste bezwaar kan wor den gemaakt. Daarmee is ook dit been dat een oogen- blik was uitgegleden in het lid. Op economisch gebied blijft het rom melen. Telkens weer in er 6prake van loons verlaging en werktijd verlenging en van pogingen van arbeiderezijde om daaraan te ontkomen. Zelfs wist gisteren een der bladen te vermelden dat in leidende kringen op een algemeene spoorwegstaking wordt gere kend. Wij dienen hier echter bij te vermolden, dat dit bericht uit Het Volk afkom stig ie, en dat dus zeer goed, de wensch hier de vader van de gedachte kan zijn. Van harte hopen wo intusschen dat we voor dergelijke conflicten die tot niets an ders dan tot ontreddering kunnen leiden, bewaard mogen blijven. Van een gunstige toekomst kan echter niet worden gesproken. Uit het Sociale Leven. Spoorwegpersoneel. „Het Seinlicht", het orgaan van den Chr. Prot. Bond van Spoor- en tramweg personeel bevat een artikel van het hoofd bestuurslid, den heer Ekelboom, tot op schrift dragend: „Weg met minister Kö- nig". In het artikel wordt gezegd, dat de min. andermaal is gezwicht voor de spoorweg directie, n.l. verlaging der loonen - met ingang van Aug. van het „De Loonraad met z'n kundigen voor zitter, de heer Kooien, en de organisaties, hoe ze ook hebben gepraat, zij allen heb ben het pleit verloren! 10 pCt. verlaging der loonen. Wie weten wil wat dat zeggen wil, moet na 1 Augustus eens de blauwe kiel aantrekken en in de fabrieken der spoor wegen voor luistervinkje gaan 6pelen. Neen, we dreigen en hitsen de massa niet op. We hopen onze hersens goed te gebrui ken en in geen enkel opzicht, mede te wer ken om dooT—ongeoorloofde daden rancu nemaatregelen te treffen, waard.ooT onder onze kameraden nog méérderen het slacht offer zullen worden. Maar we willen ons toch de vrijheid veroorloven door hier openlijk te zeggen, en z o o luid-op, dat Regeering en Direc tie het. duidelijk kunnen hooren, dat de klap in het aangezicht, die men het ruim '4000 man sterke werkplaat spersoneel heeft gegeven, op 'n wijze die door geen "Onkelen verantwoordelijken minister kan goed gepraat worden, onder al deze colle ga's een geest van onverschilligheid en op stand gebracht heeft, die aan den „lust tot arbeiden" ernstig schade zal doen en weinig bevorderlijk zal wezen om door „trouwe plichtsbetrachting" nog verder mede te werken dat het spoorwegbedrijf uit de misère zal worden geholpen." Er wordt krachtig aangedrongen op te rugname van het besluit. Nieuwe loonsverlaging. Men meldt aan het „Volk", dat de 5 groofe samenwerkende patroonsorganisa^ ties in de sigarenindustrie aan de werkne mersorganisaties een schrijven hebben ge richt, waarin zij berichten dat ze de 48- urige arbeidsweek wenechen in te voeren, ingaande op 31 Juli en gepaaid gaande met. eene aan do werktijdverlenging even redige verlaging van. de uur- en stukloo- nen. De hoofdbesturen der werknemers or-, ganieat.ies zijn uitgenoodigd heden met de patroönsbesturen over de heid te confereeren. Uit de ri garen-in dustrieL51^ Men meldt aan het „Volk", dat de vijf groote samenwerkende patroonsorganisa ties oen schrijven hebben gericht, waarin zij berichten dat ze de 48-urige arbeids week wenschen in te voeren, ingaande op 31 Juli en gepaard gaande met eené aan de werktijdverlenging evenredige verla ging van de uur- en etukloionen. De hoofd besturen der werknemersorganisaties zirjn uitgenoodigd heden met de pat.roonsbestu- ren over deze aangelegenheid te conferee- PIET NOLTING ALS KAMERLID. Bij gelegenheid van den zeventigsten verjaardag, van den heer P. Nolting geeft de T e 1 e g r. enkele herinneringen uit diens Kamerlidmaatschap. „Hij zat vlak onder de perstribune, en had de typische gewoonte om, als er in de Kamer iets bijzonders gebeurde, het aller-eerst naar boven te kijken, naar óns, journalisten, om van ouze gezichten Af te lezen hoe we de zaak opvatten. Zoo was er eens eenheftig incident tusschen eeni ge leden van rechts. Nolting genoot er van. Hij keek, met een broeden grijnslach op het gelaat, naar de perstribune, en riep: „Ze hebbe mét!" Dit woord leeft nog tegenwoordig op de perstribune voort, en bij frissche ruzietjes in do Ka mer zeggen we het tegen elkaar. Er is nog een andere uitdrukking van Nolting, die onder ons bestaat. Nolting zal eens te luisteren naar een speech van K. ter Laan. Deze sociaal-de mocraat was de eenige van zijn fractie, die toen aanwezig was. Dc overige soci's waren door den heer Van Kol meegeno men naar de groote lustrum-feesten te Delft; van Kol heeft in Delft gestudeerd, z'n hart ging er naar uit, cn hij nam z'n fractie mee. Allen K. ter Laan bleef over. en hield een speech. Er was veel rumoer om hem heen, maar Piet Nolting zat zwij gend en aandachtig te luisteren. Tóen echter het lawaai wat hl te erg werd, keerde ter Laan zich nijdig om, zag Nol ting zitten en riep: „Och, meneer Nolting, wilt u zoo goed zijn te zwijgen?" Piel, die werkelijk geen stom woord had gezegd, zat even verpletterd van zooveel onrecht vaardigheid. Dhn keerde hij zich naar de perstribune en riep den journalisten toe: „Wat seg je me ttaorfhn?" Vervolgens keek hij als een tijger naar K. ter Laan en brulde: „Je eigen mensche binne na Delft I" HET WONDERLAND. Daar zijn heerlijke oorden op de aarde, waar bet natuurschoon n overweldigd. Ja, daar zijn tooverlanden Bedenk echter bij het aanechouwen en genie ten, dat er nog een ander tooverland is; heer= Kjker, 6choonar; een wonderland 1 Jacqueline van der Waals zong er van: „Waar gouden de portalen zijn, Hoe moe ben daar de zalen zijn!" En wederom „Als goudene de gangen zajtt, Hoe groot moet-mijn verlangen zijn De zalen in te gaan!" Leidsche Penkrassen. Amice. Ik «had eigenlijk nog iets willen schrij ven over den uitslag der verkiezingen, mede in verband met een de vorige week geplaatst schrijven van A. W. te Sassen- heim, waarin de groote beteekenis van onze plaatselijke pers en van een goed ge organiseerde propaganda nog eens weer opnieuw duidelijk werd gemaakt. 't Behoeft wel geen betoog, dat ik het daarmee heelemaal eens ben. Ik ben ook voor niets zoo bang, dan dat we met onze 16 zetels in de Tweede Kamer nu z o o te vreden zijn, dat we vergeten dat de kring Leiden dan toch maar een bedroefd slecht figuur heeft gemaakt en dat een Bterke organisatie en een goed geregelde propa ganda voor deze omgeving meer dan ooit eisch ie. Het wil mij ook voorkomen, dat een Persvereeniging inderdaad zeer goede diensten zou kunnen bewijzen en dat een .^Centrale" van A. R. Propagan- .dacluba eveneens niet zonder beleekeni6 zou zijn. De vraag ie echter of het thans wel de juiste tijd is om deze dingen aan de orde te stellen. - 't Is nu de vacantietijd, althans voor een doel van de menschheid. De scholen zijn. gesloten en de onder wijzers voorzoover ze geen examen doen of anderen examineeren, genieten de eerste vier of zes weken van een vacantie, die hen in staat stelt straks weer met nieuwe kracht zich te geven aan de onderwijzing en de opvoeding der jeugd en misschien ook wel aan het sociale en staatkundige leven. De laatste jaren liet. de belangstelling van vele onderwijzers in die dingen wel wat te wenschen over. Heel verklaarbaar meende een mijner kennissen, ge kent im mers het rijmpje: toen de kerken waren van hout, waren de predikanten van goud, maar toen de kerken werden van goud. werden de predikanten van hout. Hij be doelde daarmede te zeggen, dat de verbe terde positie van de onderwijzers oorzaak zou zijn, dat ze zich nu minder dan vroe ger bekommeren om den socialen en staat kundigen strijd. Ik voor mij geloof echter niet, dat we daar de oorzaak moeten zoeken. Mij zijn althans verschillende onderwijzers be kend, die niet. mee wilden werken omdat 'het tegenwoordige Kabinet en zeer spe ciaal Minister de Visser hen teleurgesteld had. Ze hadden gerekend op een veel be tere salarisregeling, en omdat nu "het Ka binet niet. alleen gerekend heeft met wat voor een bepaalde groep wenschelijk zou zijn maar ook met wat voor de schatkist mogelijk was, hebben ze do verkiezingen eenvoudig langs zich heen laten gaan. Dat is opzichzelf al erg, maar veel erger is, dat zulke mannen die zelf onverschil lig staan tegenover de groote vragen die het volksleven beheereohen, onwillekeurig ook een onverschillig geslacht kweeken. Dat kan niet andere. In verband met den financieeJen nood van een deel van onze gepensionneorde onderwijzers wat in dezen dagen van gelijkstelling ons Christenvolk niet tot eer strekt sprak ik onlangs een leer ling van een van onze oud-strijders. Zijn hart was met dankbaarheid vervuld. Aan bet. onderwijs ihdj gaf het toe ont brak wel een en ander. De leermiddelen, de lokalen het. was alles even gebrekkig en misschien had de opleiding van den on derwijzer ook wel iets te wenschen over- En toch, zei hij, zal ik heel mijn leven met dankbaarheid vervuld blijven, voor het onderwijs dat ik ontving. Hoe wist onze oude onderwijzer oiis in dagen van verkiezingen en bij belangrijke gebeurte nissen, de groote beteekenis van den strijd die op elk gebied gevoerd wördt, in het licht te stellen. Wat wist hij de rijke historie van ons volk te doen leven. Met hoeveel vuur en lièfde werden ze~ gewee kend, de groote figuren die toen leiding gaven, «natonen als Kuyper, Lohman 'en anderen. Hij wiet een stempel te zetten Op ons leven. Do liefde voor de beginselen, de geest drift veor den strijd om die beginselen, gingen van den onderwijzer op de kinde ren over. Maar boe moet het. dan gaan als de on derwijzer tegenover die dingen onver schillig staat, als de kinderen voelen dat de meester zich voor die dingen niet interesseert en als hij. terwijl iedereen in actie ie, rustig zijn pijpje etopt, en kalm een wandeling gaat maken. En zoo wae het toch, bij de laatste ver kiezing en enkele jainen daarvoor, bij meerdere onderwijzers. Mij Ï6 bekend hoe bij hot overlijden van Dr. Kuyper, in ver schillende Christelijke scholen, zelf6 in de hoogste klassen van dat gewichtige feit niet werd g e r e p t. Nu wil i'k niet gaan onderzoeken, mijn waarde, wat daarvan de oorzaak ie. Maar wel weet ik*dat het anders moot worden en- dat we ook meer dan tot nu toe, onze onderwijzers in qnze actie moe ten betrekken. En daarom fts raet nu in den vacantietijd niet het geschikte oogenblik om verschil lende zaken aan te pakken. Trouwens ook de predikanten bc-ginnen langzamerhand te reizen en te trekken en althans inde week vacantie te houden. Gelukkig is het zoover gekomen lang zamerhand, dat ook breede groepen van arbeiders het begrip „vacantie" in hun eigen leven ^gerealiseerd zien. Zij mogen d.an niet als onderwijzers, leeraren enz. van vier tot zes weken vacantie heb ben, een vacantie van vier dagen be hoort al niet. meer tot de uitzonderingen- En 't is vreemd, ook al heeft men zelf geen vacantie en al weef. men niet bij er varing wat dat eigenlijk wil zeggen, toch komt men in een soort vacantie-6temming en trekt men niet bij voorkeur naar een vergadering om b.v. de winterpropaganda te regelen en de organisatie op pooten te zetten. We zullen dus geduld moeten hebben tot September. Maar dan moet ook worden aange- p a k t, en moet zeer speciaal aan de pun ten door A. W. in zijn ingezonden 6tuk behandeld, aandacht worden geschonken. Doen we dat niet, dan is voor do a.s. Statenverkiezingen met vrij groote zeker- ihieid op het verlies van een zetel te reke nen en zal onze positie in deze omgeving een geweldigen knoei krijgen. Ik behoef het wel niet te zeggen m'n waarde, dat ik van organisatie en wat daarmede in verband staat niet alles verwacht. Hoofdzaak is het persoonlijk belijden en beleven van onze beginselen en het leven in onze gezinnen. Als daar ver ach tering komt en daarop mogen we ook wel terdege letten dan ziet het er donker voor ons uit. Tot mijn groote epijt heb ik gezien, dat B. en W. voot het. verzoek tot het invoe ren van een tapverbod op bepaalde dagen niets anders hadden dan c r i t i e k, en dat zij daarin door vooraanstaande leden uit. de rechterzijde gesteund werden. Zij hebben ongetwijfeld gelijk, als zij zeggen dat 'hier practische bezwaren zijn en ik wil gaarne toegeven dat het resul taat allicht niet mee zal vallen. En ik ben ihet met den heer de Lange eens, dat we dit kwaad het be6t bij de bron bestrij den, dat de harten moeten worden ver anderd, terwijl bij 'het maken van regelin gen tot beperking van het misbruik een Rijksregeling de voorkeur verdient. Dat ie allemaal jui6t. Maar zoolang er geen rijksregeling is, en zoolang de zon dige begeerten nog hunne verderfelijke werkingen oefenen, kan de Gemeentelijke Overheid zich niet zonder meer van deze ernstige zaak afmaken. Het. alcoholisme maakt ook hier in Lei den tal en tal van slachtoffers, ongeacht het feit dat de politie daarvan niets schijnt te bemerken. Wie op straat rond kijkt., die weet het; wie gelegenheid heeft, eens in de gezinnen te komen, die weet het. De kroeghouders, zij weten hc-t. En laat anders de vrouwen spreken, die 's a zonde liare mannen, met zoete woordjes naar huis moeten zien'te'lokken; dó i'móeders, die wanhopige pogingen doen, om de schande van vader vooï de kinderen te verbergen. Onlangs zag ik op een Zondagavond, een oude vader en moeder, die hun dron ken volwassen zoon, naar huis voorden. Is het niet treurig, dat overal de gelegen heid open is, om zoo de levens en de le vensvreugde te verwoesten? 't Zal toch niet baten, zegt men. Och, m'n waarde, dat is hetzelfde argument, waarmee men vroeger den ouden Pierson naar huis trachtte te sturen als hij tegen de publieke oneerbaarheid te velde trok. Dat er bezwaren zijn tegen een rege ling als gevraagd werd, neem ik gaarne aan. Maar waarom kwamen B. en W. dan niet met een advies, waarin een betere weg werd gewezen? Wat Maandag in den Leidsehen Raad gebeurde, 'heeft mij bedroefd en ik hoop van harte dat de eerste gelegenheid de beste zal worden aangegrepen, om wat toen verzuimd werd, weer goed te maken. VERITAS. Mevr. van Itallie^van Embden. Hd van den Lcddeahen Gemeenteraad en een der voor-vrouwen van de Vrouwenbe weging', hield de vorige week m het Han delsblad een gezellige causerie over den uitslag der verkiezingen. Deze 'beschouwingen zijn voor ons voor al daarom interessant, omdat de bekwa me schrijfster daarin zij het dan onbe doeld -- aan de vrouwen van Christelijke belijdenis een welverdiend pluimpje geeft. Zij vestigt er onder meer de aandacht op, dat de 8. D. A. P. en de Vrijz. Dem, Bond, volgens den regel „voor wat hoort wat", van de vrouwenstemmen profiteer den, omdat op hunne lijsten aan vrouwen goede plaatsen waren gegeven. De Vrij heidsbond daarentegen, wa6 door de toe passing van denzelfden regel minder ge- lokkig. Wij laten wat Mevr. van Itallie daar omtrent opmerkt hier volgen: „Ik geloof wel, dat de S. D/ A. P. èn iVrijz.-Dem. Bond tevreden zullen zijn over de hulp door hun vrouwelijke propa gandisten in de verkiezingsactie verleend. Allen waren ze in touw en ieder nam, naar den aard van haar aanleg, een deel van de taak op zich. Dat is zoo genoeg- Kjk. oandat het weer Kniertje's ©envioudi- de levensles in het licht zet: „voor wat ifaoort wat". Beide partijen hebben hard gewerkt voot het vrouwenkiesrecht, heb ben vrouwen goede plaatsen gegeven, dus werkten vrouwen flink voor hen, en wat •terker ie: moeten veel vrouwen op haar lrjston gestemd hebben, anders zou b.v. de D. ondanks de sterke zuiging naar rechte en innerlijke strubbelingen die af zonderlijke politieke lijsten ut 't leven riepen van twee van zijn eigen Kamerle den niet op zijn vol getal afgevaar digden kunnen blijven staan. Ook de Vrijheidsbond vertoont een blanco schuldenlijst ten opzichte van het vrouwenkiesrechtaan de partijen, waar uit hij i6 samengesteld de Vrij-Libera- len b.v. kan door de jaren heen zoo'n zelfde getuigschrift niet worden uitge reikt. Ook zou heb mij niet verwonderen als bet élan van de vrouwen, die buiten den V. B. staan (daarbinnen hebben de propagandisten uitstekend gewerkt en ie (het ledental zeer groot) door de on-vaste plaats van mevr. W.Fr. beïnvloed was De vrijzinnige en socialistische vrou wen zouden due bepaalde partijen hebben gesteund, omdat die partijen aan vrou welijke candidaten een goede plaats had den gegeven. Nu ie dit zeer goed mogelijk. In het gewone leven is het maar al te veel regel dat het „voor wat, hoort wat" de handelingen der menschen beïnvloedt. Men wil nog wel iet6 doen, zich nog wel geven voor een bepaalde zaak, mits men er beter van wordt. Zeer verklaarbaar is dat. Maar het is toch' niet de hoogste levens wijsheid. H o o g e r staat, wie zich geeft, wie werkt en steunt, zonder dat daartegenover staat ©en belooning voor het goede ge drag. En zoo was het nu zeer speciaal bij de Antirevolutionaire partij, die meende aan hare beginselen verplicht te zijn, geen en kel© wouw op hare candidatenlijsten te plaatsen. Ziet go nu wel, zoo werd van links ge roepen, gij anti-revolutionaire wouwen, hoe slecht daar, met uwe belangen gere kend wordt? Eerst heeft de A. R. partij zich verzet tegen het Vrouwenkis-ereeht en nu wordt op de candidatenlijston voor geen enkele .vrouw een plaats ingeruimd. Én daarom vrouwen, steunt de partijen, die het op nemen voor de vrouw, en die haar ook willen brengen in Raden en Staten. En wat ie het resultaat geweest? De Vrijz. Dem. Bond wist zich te hand haven, hij behield zijn vijf zetels, de S. D. A. P. moest twee zetels afstaan en de Vrijheidsbond, die op groote overwinnin gen had gehoopt, keert met slechts tien zetels in het Parlement terug. De A. R. partij daarentegen klom van 13 op 16 le den, of als we het resultaat der lijsten- groepoering buiten beschouwing laten van 13 op 15 leden, dank zij vooral de hulp der vrouwen. Dat zegt wat. De A. R. wouwen lieten zich niet lei den dioor het: „voor wat, hoort wat", maar zij lieten zich leiden door hare be ginselen. Zij plaatsten zich niet op een eng standpunt, maar zij hielden het ge heel in het oog en vroegen welke partij het meest beantwoordde aan hare begin selen. Zij hebben begrepen, om met Mevr. van Itallie te spreken, „dat. allerlei wetten die zij wenschelijk achten, zullen verschijnen, die zij schadelijk oordeelen zullen verdwij nen." Zoo is Eet. En dat beteekent voor onze vróuwen een onverdachte hulde. Dat beteekent dat zij zich niet met kleine dingen hebben be zig gehouden, maar dat zij de groote be teekenis yan den strijd hebben doorzien. De waag bij deze stembus was niet of nu ook enkele vrouwen zich in ihet parle ment zouden kunnen laten hooren, maar in wolken geest, naar welk© beginselen ons land in de toekomst zal worden be stuurd. En dat is ook voor de vrouwen van veel meer beteekenis dan de waag, of al dan niet vrouwen op de candidaten lijston waren geplaatst. Onzo wouwen hebben blijk gegeven van een niet te waardeeren nuchterheid Het werd haar zoo gemakkelijk gemaakt naar links af te wijken. Die linksche par tijen hadden immers zoo krachtig geijverd voor de invoering van het vrouwenkies recht ©n ze toonden ook de consequenties daarvan te willen aanvaarden. Maar onze vrouwen, ze dachten aan de beginselen waarmee z© van jongsaf zijn vertrouwd geraakt. Neen, z© beschouwen het niet als ©en achteruitstelling, wanneer de A. R. partij haar wil laten op de plaats, op de eere- plaate haar in het leven gegeven. Ze voelden zieh niet verongelijkt. Ze dachten aan de school waar hare kinderen moeten worden onderwezen en aan de gevaren waaraan die Christelijke scholen zouden blootstaan als een vrijzin- nig-socialistische meerderheid hot roer in handen zou krijgen. Ze dachten aan de gevaren die in onzen tijd het gezin en het huwelijk bedreigen. Aan de pogingen die gedaan worden om het gezin te ontbinden, tot 6chade van de kinderen en zeker niet in de laatste plaats van de zwakkere eexe. Aan de pogingen om den huwelijksband losser te maken, waarvan de wouw in de eerste plaats de dupe moet worden. Aan het geroep om gelijkstelling van dö gehuwde met. de ongehuwde moeder. Aan de theoriön omtrent het moeder schap- dat genoemd wordt een „maat schappelijke. functie" die „betaald" moet worden. Aan deze dingen dachten onze wouwen en daarom hebben ze zich geen ©ogenblik door allerlei schoonschijnende theoriön op een dwaalspoor laten leiden, maar hebben ze welbewust de antirevolutionaire begin selen verdedigd, en gestemd op de A. R candidaten. 0, ze weten het ook wel dat ze van ze kere zijde als dom, minderwaardig ©n nog onbewust worden aangeduid, maar dat heeft haar niet verhinderd te stemmen volgens haar beginsel. Aan Mew. van Itallie komt een woord van dank toe, dat zij deze beginselvast heid nogcens hóeft willen belichten. En aan onze vrouwen mag een woord van diepgevoelde erkentelijkheid niet wor den onthouden. Zij hebben aan on6 land een grooten dienst bewezen. Ongetwijfeld wachten haar nu 6cherpe aanvallen. Eenmaal in een politieken strijd betrok ken, zullen zij zich daaraan liet meer kunnen onttrekken. Het lid van de Eerste Kamer, Carry Pothuis, schreef dezer dagen in H e t Volk, naar aanleiding van het optreden der rechtsche vrouwen: „Andere vrouwen, nieuwe vrouwen, be tere vrouwen zien wij in de toekomst; on ze heilige plicht, is 't om, gevoelend onze verantwoordelijkheid in dit- opzicht, aan de vorming van zulke vrouwen, ook door eigen voorbeeld, in eigen leven, mee te werken." Men zal du6 trachten "haar om te vor men, haar anders, haar „beter" te ma ken. Waakzaamheid en nuchterheid blijft dus noodzakelijk ook voor onze vrouwen. O HUISHOUDELIJKE ZAKEN. Koffie- of theevlekken ver* wijdert men uit tafellinnen door het. ge vlekte gedeelte over een kom te spannen. Los een lepel borax in een kan kokend water op en giet het door het linnen tot de vlek verdwijnt. Koffie- en theevlekken laten zich uit wit tafelgoed uitstekend verwijderen door middel van bleekwater of verdunde chloorkalk. Het- goed moet dan onmiddellijk in koud water nagespoeld worden. Vruchten vlekken drenkt men voor het wasschen oen tijd lang in to matensap. Ook zoutoplossing wil soms helpen. Vrucih ten vlekken- in linnengoed, verwijdert, men door ititwasaehei: in te kende melk. Ook worden dergelijk* vlok ken in jenever gewoeld. uitgewreven tot de vlek verdwijnt en o*v.cbeidoii kcere» nagespoeld in frisch, schoen «ater.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1922 | | pagina 6