Dagblad voor Leiden en Omstreken.
ALLES
„DE BAZAR"
BINNENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS
I Ut LÓWKU BH BlUXBfl LBUMB 1-.
i Waak agksïbh obvesiiqd zus t
ifEB EWAEIAAft iw
PL'S WEEK ICOt
ÏRANCO KBB POKT PER KWABTAAD IU9
2de JAARGANG. - WOENSDAG 21 DECEMBER 1921 - No. 518
BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278
ADVERTENTIE-PRIJS
PEE GEWOKB REü&L
DES ZAIKSDAGS IMk
EN GEZONDEN RECLAMïS DUBBEL UJiEÖ*
ELSENB ADVERTEKTIS9 ru koet*t*»
00 woorden 60 temt: Zaterdags 76 tm% -}
3- voormiibe&Aag «1
V Niet in orde.
De Tweede Kamer is gisteren begonnen
meb de behandeling van do Indische be
grooting.
In tegenstelling met vorige jaren wordt
dio begrooting thans niet. in avondverga
deringen, maar overdag behandeld. Tot
vermeerdering van de belangstel
ling heeft dat echter niet. geleid.
Toen gestemd moest worden over een
voorstel van den heer Dresselhuys om de
begrooting na het reces te behandelen,
kon met veel moeite nog een voldoend
aantal leden worden bijeengetrommeld, om
ite voorkomen dat de vergadering wegens
onvoltalligheid moest worden gesloten.
Maar toen was het met de „belangstel
ling" dan ook gedaan en werden de debat
ten geopend in presentie van een tiental
afgevaardigden.
Dit schijnt ons toch niet in den haak
We gelooven gaarne dat de negentig af
wezige léden allen zeer gewichtige redenen
hadden om niet aanwezig te zijn, maar
daarmee is dit groote gebrek aan be
langstelling voor Indië nog niet goed ge
praat.
Iudië rs toch zeker voor ons land een
kostelijk bezit.
Groote belangen staan bier op het spel
Indië ontwaakt, zoo heet het telkens in
de bladen.
Welnn, wat moet dat ontwakend Indië
<lan wel denken, als men daar verneemt
dat in het Moederland, allo belangstelling
zoek is?
Zou het niet tijd worden dat de partij
besturen bieron eens de aandacht vestigen
van de Koorleden en een betere opkomst
bevorderen?
Het algemeen debat.
De algemeene beschouwingen over de
Staatsbegrooting waren ditmaal, ondanks
bet feit dat zekere Juni-gebeurtenissen in
bet zicht komen, buitengewoon onbelang
rijk.
Welk een tegenstelling vormen deze de
batten, met die uit de dagen toen mannen
als Kuyper, Lohman, Tydeman, Borgesi-
us e.a. nog in hun kracht waren.
Toen aanvallen in grooten stijl; toen
Bchitterende redevoeringen over groote be-
ginselen; toen een geheel bezette Kamer,
en tot berstens gevulde tribunes; toen
een grijpen naar de verslagen.
En nu? De redevoeringen waren mat.
Groote lijnen werden niert getrokken. De
•oppositie bepaalde zich in hoofdzaak tot
kleine prikjes en ondergeschikte punten en
het gevolg was ook, dat aan de regee-
ringstafel geen magistrale redevoeringen
geboren werden.
Daarbii is er een totaal gebrek aan be
langstelling.
In de Kamer, waar soms een tiental
leden aanwezig was, wat nog niet eens al
tijd mét luisteren gelijk stond, en b u i-
t e n de Kamer waar 'het geheel© begroo-
tingedobat de massa onbewogen liet.
Toch werden min of meor belangrijke
punten ter sprake gebracht en daar deze
debatten den inzot vormen van den ver-
kiezingsetriid, willen wij in volgende num
mers, op enkele momenten nader de aan
dacht vestigen.
Wij doen hier en daar een greep en be
palen ons daarbij, als vanzelf spreekt., tot
de pariomentairo leiders.
STADSNIEUWS.
J. L. G. V B.
Deze Chr. Geheel Onth. Bond van Jon-
gelieden. heeft, naar men ons verzocht
mede te rleelen, een openbare vergadering
belegd in het gebouw „Nathanaël", op
Vrijdag PO Dcember a.s.
De bons-secretaris, Kees Veerman, zal
dan een propaganda Tede houden getiteld:
„Taak, Roeping of Plicht?", voorts zal
optreden mej. M. Dreef, die een vorige keer
in de Stadszaal ons met haar stem inpo-
neerdo. Wat dit betreft, heeft do vereen,
geen slechte keus gedaan.
De aid. Den Haag, zal voorts optreden
met een samenspraak „ïn do vergunning"
on de afd. Leiden zorgt dan nog voor
muziek on andere aotracties, torwijl het ge
heel met een tableau zal gesloten worden.
Voor verdere bijzonderheden lette men
op do advertentie in bet blad van Maan
dag.
De melkprijs.
Naar wij vernemen zijn hier.ter stede
verschillende melkboeren, die buiten hunne
organisatie om, de melk tegen 18 ct. per
liter en dus goedkooper dan den vastge-
stclden prijs, verkoopen.
Misschien zal dit. oorzaak zijn, dat be
sloten wordt den melkprijs in 't algemeen
op 18 ct. te bepalen, zooals dat in ver
schillende plaatsen hier in don omtrek al
eonigen tijd hot geval is.
Do hoer F. T. Vrijhoff alhier heeft
aan het Conservatorium voor Muziek te
's-Gravenhage, het diploma orkestspel
voor violoncel behaald.
Prof. jhr. mr. W. J. H. van Eijzinga
alhier, is benoemd als bijzitter voor ge
schillen inzake doorvoer en verkeer aan
het Permanente Hof van Internationale
Justitie.
De boom welke, zooals we gisteren
meldde, in het Plantsoen ie omgevallen
on zooveel schade heeft, aangericht., is niet
door den wind omver geworpen.
Eenigo arbeiders waren bezig den boom
te rooien, toen hij vermoedelijk naar den
verkeerden kant is gevallen.
Men begroot de schade op een f1500.—
De Autodionst LeidenBoskoop en
omgekeerd, zal naar wij vernemen den 2en
Januari a.s. den dienst weer openen.
Het aantal bij do Gemeentelijke Ar
beidsbeurs ingeschreven wcrkloozen, be
droeg gisteren in totaal 487, waarvan 475
mannelijke en 12 vrouwelijke.
Hiorbij zijn ondor meer: 11 letferzetfcrs,
22 grondwerkers, 29 opperlieden, 60 schil
ders, 24 timmerlieden, 11 meubelmakers
24 bankwerkers, 22 scheepssmeden, 20
handdrukkere, 80 sigarenmakers, 13 brood
bakkers, 11 warmoeziere, 9 magazijn-
knechten, 60 losse werklieden, enz.
Mej. M. E. 01 ver alhier, slaagde te
Groningen voor het examen Engelsch
M.O. acte B.
Omstreeks 10 uur gisteravond werd
do politie medegedeeld, dat er brand was
in de Ververstraat.
De politie waarschuwde de brandweer
en rukte ook zelf dadelijk met het brand-
bluschmaterieel uit
Vanuit het centrum der stad zag men
in de richting van de Ververstraat do
lucht hoog rood gekleurd, terwijl van. tijd
tot. t.ijd vlammen zich vertoonden en von
ken op den wind omhoog gevoerd werden.
In de Ververstraat aangekomen, bleek
het. echter, dat noch daar, noch in den
omtrek, brand was, maar dat buiten de
gemeente, te Oudewelering een ernstige
brand woedde.
In den afgeloopen nacht, is door de
politie alhier aangehouden do 25-jarigo
A., wegens het opzettelijk en wederrechte
lijk vernielen van een vensterluik en een
glasruit, dio hom niet toebehoorden.
Gisteravond had op de Breeetrtnat
alhior, een vechtpartij plaats tusschen ze
keren v. d. O. n v. d. E. Een der vechten-
op liet gebied van kleeding en
meubileering desverkiezend
op gemakkelijke betalingswijze.
35S3 Breesiraat 16!.
den werd met een mes verwond en deed
daarvan aangifte bij de politie. Do zaak
is in onderzoek.
Alhier is proces-verbaal opgemaakt,
wegens vermoedelijke oplichting, tegen,
iemand, dio in een sigarenwinkel hier ter
stede een kistjo sigaren had aangeschaft
en daarbij een naam had opgegeven, wélke
naderhand een valsche naam bleek te
zijn.
Ernstige bezuinigingsplannen.
Namens de geheele regeering heeft gis
teren Minister De Geer in de Tweede Ka
mer de volgende verklaring afgelegd:
De Regeering,
gezien de noodzakelijkheid van verso
bering van den Staatsdienst,
is voornemens:
le. geen nieuwe vaste of tijdelijke amb
tenaarsbetrekking bij do departementaal
of daaronder ressorteerendo dienstvakken
in te stellen, tenzij die instelling nopdig
is, ter uitvoering van een bij de wet nieuw
opgelegde taak;
2e. noch ter vervulling van betrekkin
gen als onder 6ub le. bedoeld, noch in
ambten a ars corps vast of tijdelijk aan te
stellen, tenzij het betreft betrekkingen
waarvoor vereischt ie een bijzondere vak
bekwaamheid.
3o. ook wat het laatstgenoemde perso
neel aangaat, niet tot. zoodanige aanstel
ling over te gaan, voordat in elk bijzonder
geval uit een nauwkeurig onderzoek ge
bleken is, dat niet een ambtenaar, die reeds
op wachtgeld gesteld is of dio met inper
king van den dienst, in zijn tegenwoordige
functio zou kunnen worden gemist., de te
vervullen betrekking naar behooren kan
waarnemen;
4o. aan een der departementen een cen
traal punt in te stellen tot leiding van
het onderzoek als sub 3e>. bedoeld.
Dicnstvermindcring bij de post.
De directeur-generaal der posterijen
heeft het navolgende onder do aandacht
van de ambtenaren gebracht:
Het is voorgekomen, dat tengevolge
van den teruggang van het verkeer, of
van andere omstandigheden de duur van
diensten soms belangrijk minder bedroeg,
dan dedienstregeling aangaf, zonder dat
daarvan kennis was gegeven aan do be
trokken chefs, of voorstellen tot wijziging
waren ingezonden, zoodat niet do meest
economische bezetting werd verkregen.
Onder de aandacht van do toezichts-
ambtenaren en do hoofden van dionst
wordt gebracht, dat het nalaten van be
doelde kennisgeving c.q. tot vermindering
der hulpverleening als een ernstig verzuim
wordt, aangemerkt.
Ook van het personeel, dat met de uit
voering van de diensten is belast, wordt
verwacht dat het van blijvende verminde
ring van zijn dionst. aan zijn onmiddellij-
ken chef kennis geeft.
Een overcompleet aan kader.
Op do vragen van den heer Bijleveld,
betreffende het bestaan van een overcom
pleet aan kader (officieren en onderofficie
ren) heeft de heer van Dijk, Minister van
Oorlog, hot volgende geantwoord.
Ad. 1. In stede van ec-n overcompleet,
bestaat er op het oogenblik, ten aanzien
van de thans van kracht zijnde vredesor
ganisatie, een niet onbelangrijk incom
pleet. Niettemin heeft een deel van het ka
der thans geen voldoende dagtaak, als ge
volg van de geringe sterkte van de lich
ting 1921 en hot daarmede verband hou
dende vereenvoudigde opleidingsstelsel.
Ad 2 en 3. Wanneer de nieuwó organi
satie dio verband houdt met de aanhangige
Dienstplichtwet, zal kunnen worden inge
voerd, zullen ongeveer 250 officieren, 1750
onderofficieren, 200 muzikanten cn 100
werklieden overcompleet geraken. Deze
getallen kunnen niet anders dan als zeer
globaal worden aangemerkt, aangezien
niet. bekend is. hoeveel beroepsmilitairen
na het eventueel in werking treden van de
mede aanhangige Pensioenswet den dienst
zullen verlaten nog voor de reorganisatie
tot stand komt.
Ad. 4. Het overcompleet zal het leger
hebben te verlaten, met dit voorbehoud,
dat. voor zooveel mogelijk, van dit perso
neel gebruik gemaakt zal worden voor
dienstvervulling bij de reserve.
Ad. 5. De wijze van afvloeien van het
beroepskader is in de eerste plaats afhan
kelijk van het. tot stand komen van een
wettelijke regeling, die aan het Departe
ment in voorbereiding is. De grondslagen
van de regeling, waarbij zich tal van moei
lijkheden voordoen, staan nog niet zooda
nig vast, dat daaromtrent reeds thans
mededeolingen gedaan kunnen worden.
Ad. 6. Het afvloeien zal eerst na het in
werking treden van bovenbedoelde rege
ling kunnen aanvangen en voorts verband
moeten houden met den geleidelijken over
gang van de oude op de nieuwe organi
satie.
Zilverbons, die niet meer gangbaar zijn.
De aandacht van heb publiek wordt er
op gevestigd, dab einde dezer maand de
gelegenheid tob inwisseling van de navol
gende zilverbons is vervallen:
a. de bij Kon. Besluit van 20 Maart
1915 (no. E58) en 31 Maart 1915 (no. 174)
ingetrokken zilverbons van 1.en ƒ2.50
(beido oude vorm) en van 5.
b. de bij Kon. Besluit van 15 Februari
1919 (no. 42) en 15 April 1921 (no. 674)
ingetrokken zilverbons van 2.50 en 1,
aangeduid als zilverbons van de eerste
soort.
Naar men ons mededeelt ligt liet in de
bedoeling Aan den Minister de gelegenheid
tot inwisseling niet weder open te stellen.
Van 1 Januari 1922 zullen dus nog slechts
gangbaar zijn de. zilverbons van ƒ2.50 van
het laatste model met het medaillon aan
de voorzijde links, inhoudende „2.50" en
de zilverbond a 1.van het laatste mo
del me.t de beeltenis van dc Koningin aan
de voorzijde, terwijl dan alle oude zilver
bons zullen zijn vervallen.
Georganiseerd overleg.
Bij Kon. besluit is benoemd tot Voor
zitter van de Centrale Commissie voor ge
organiseerd overleg in ambtenarenzaken,
mr. S. de Vries Czn., oud-minislcr van
Financiën, wonende le 's-Gravenliage.
Aan het Zoeklicht.
Leiden, 21 Dec. 1921.
Wat zullen wij doen? vroeg ik gis
teren.
Zullen wij, aan den vooravond van het
Kerstfeest, als do Farizëer met afgewend!
gelaat, den nood van onze broeders en
zusters in Drente voorbijgaan, of zullen
we doen als de Samaritaan; of zullen we
Christenen zijn mot de daad?
Hot antwoord is niet uitgebleven.
Ik ontving reeds de volgende bijdragen*.
Familie R f 10.
H. W. J. S. 2.-
Vacantioclubje „"Minerva" 2.50
Een „werkman" 10.—
Familie N. N. 4.50
N.N. 1.-
De K. 5.—
J. H. 1.-
J. C. A. v. E. 2.5J
..Een werkman" 1- -
v. d. M. 1. -
N.N. 2. jö
Jhr. N. C. de G. 10 -
N.N. ,-Ï L—
Fam. v. d. H. 4 i.
C. J. it 1-
Totaal f 56.—
Een mooi begin.
Een moedgevend begin.
Maar toch nog slechtseo; begin
naar ik hoop en vertrouw.
Mag ik nog eens den nood van het
„Drentsche Dusland" den lezeresjen en lo
zers op het hart binden?
Ook uit de omgeving zal ik, eenzii men
aan rechtstreekscho verzending naar Dren
te de voorkeur mocht geven, gaarne bij
dragen ontvangen.
De n o o d is zoo groot-
En Wij zijn zoo r ij k gezegend.
OBSERVATOR
0p de Raadstribune.
Dat een avondvergadering noodig zou
zijn j.l. Maandag stond bij de „insidols"
wel vast,maar men meende er even vast op
te kunnen rekenen, dat dan ook de agenda
gemakkelijk afgehandeld zou kunnen wor
den, daar slechts enkelo punten een moer
breedo bespreking deden verwachten.
Ook ditmaal bloven echler do verrassin
gen niet uit. Een voorstel inzake de werk-
loozenuitkeeringen als spoedeiecbend op de
agenda geplaatst lokte brecde besprekin
gen uit cn verder werd, dank zij do ge
woonte om dingen die el zoo? goed her
haald ziin soms nog meerde: e malen te
herhalen de bespreking ven arderc punten
zoodanig gerekt, dat meerdere punten van
de agenda moesten worden afgevoerd.
Breedvoerig werd al dadelijk van gedach-
ten gewisseld over een motie van de hee-
ren v. Stralen on Heemskerk, waarin zij
op het Burgerlijk armbestuur druk wilden
uitoefenen, om voor dc uitkeer in gen aan
werkloozen als vorm te nomen, riet f 10.
maar f 15.plus een kindertoeslag van
f 1.35.
B. on W. gevoelden er niets voor deze
motie zonder nadere bestudeering te be
handelen. De heer van Stralen hof oogde
wel dat het „slechte een weasch" was,
maar te-recht voerde de Voorzitter aan. dat
oen besluit van den Raad toch ook reëele
beteekenis moet hebben.Een -niW bezwaar
was, dat in een door den Minister in uit-
zicht gestelde steunregeling, een bedrag
van f 12.als norm was genomen. Ten
slotte lieten de voorstellers zich overtui
gen, zoodat. B. en W. in dc gelegenheid
zijn prae-advies uit te brergon.
Onmiddelijk kwam daarop aan dc jte
de door den Minister van Arixi.z rït-i
zicht gestelde regeling tot sta'-n van nood
lijdende werkloozenkassen. Daar voor 20 3
Dec. antwoord verwacht werd. stelden B.
on W. voor tot do regolirg toe te treden,
maar daar zij verschillende bezwaren had
den. ondor protest.
Goed bezien, had de Raad nrc^rc de-
zelfdo bezwaren. Alleen werd één tocvoe- 1
ging gewenscht, n.l. dat de uitkceringen
niet verlaagd mochten worden. Hoewel
dus feitelijk volkomen overeenstemming
bestond, werd toch lang en breed gerede-
neerd en kreeg mon bii onncrvlakkigo be-1
FEUILLETON.
STEPHANUS.
ty- Maar hot Engelsch van
*n M. KTNG3LEY.
.71)
„Op een dag werd mij verteld, dat ge
in de gevangenis waart; dat den volgcn-
den morgen gogeeseld en gesteenigd
zoudt worden. Issachar zelf vertelde hot
mij met spottend medelijden."
„Zij is mij onverschilliger", verklaarde ik
hem op ijskouden toon, „dan de steenen
onder mijn voet. Maar ik 6prak. onwaar
heid, toen ik dit zeide. Dien avond bad ik
Annas op mijn knieën, om genado te
schenken."
„Ik zal genade uitoefenen," zeide hij.
„Ik zal een boodschap naai* de vrouw
zenden binnen het uur." En hij wenkte
Caleb. Ik heb den man teruggehouden, en
hem goud geboden, opdat hij mij de bood-
schap bekend zou maken. Hij toonde het
mij."
..Dien nacht zocht ik mijn kamer op met
vv. Ta?*0 besluit te sterven, voordat het
licht van den volgenden dag zou aanbre-
3 - ken, doch ieder keer, dat ik den dolk naar
mijn borst richtte, scheen een onzichtbare
machtmijn hand tegen te houden. Einde
lijk wierp ik hem van mij, en op de knio-
en vallende, riep ik luid: „God, wees mij
zondaar genadig!" Steeds weer herhaalde
ik do woorden, totdat .eindelijk volle vrede
in mijn ziel neerdaalde. God was genadig,
ik wist het; ik gevoelde het; en toen en
daar beleed ik al mijne schuld voor Hem.
„Ik en schuldig aan het bloed van Hem,
dien Gij gezonden hebt, om ons te verlos
sen," riep ik. „Toch bad Hij in Zijn groot
lijden, zeggende: „Vader, vergeef het hun,
want ze weten niet, wat ze doen."
„Ik ben schuldig aan het bloed van Hem
schonken en de morgen daagde. Ik wil
gaan, zeide ik, naar de plaats, waar zij
lijden zal, en daar, voor hen allen, zal ik
mijn 6chuld en mijn ongeloof belijden;
dan zal ik ook sterven."
„Doch toen ik de plaats bereikt had
buiten de Damascuspoort heel vroeg,
want ik kon den tijd niet afwachten
trof ik den man Ben Hesed aan, en pmdat
mijn ziel vol was van mijn besluit, vertel-
do ik hem alles. Ik wil sterven, zeide ik,
met hen."
„Neen," riep hij uit, „ge moet leven, op
dat ge de slechtheid van het verleden kunt
uitwisschen met het goud der gerechtig
heid."
„Ge weet het overige, geliefde."
Toen zwegen de 6temmen weer, en
slechts het geluid van het druppelende wa
ter verbrak de stilte.
Dien avond, toen de schaduwen weer do
overhand hadden op do brandende zon, en
de stem van de fontein tot een zacht ge
murmel was gedaald, door de luider wor
dende stemmen der vrouwen, die haar wa
terkruiken vulden aan den koelen stroom,
6prak Ben Hesed lang mot degenen, die hij
van den dood gered had. Hun gesprekken
waren lieflijk en vertroostend zooals van
hen, wier voeten den rand der rivier des
doods hebben betreden, waar de wande
laar de zachte echo's kan hooren van de
heöielsch© melodieën der afgestorvenen.
„Het is mij goed, den dood nabij te zijn
geweest," zeide Maria van Nazareth; om
dat het good is, de grens van het eeuwige
leven te hebben betreden. Er is geen vree-
ze voor hen, die gelooven in Hem, Die den
dood heeft overwonnen; hij die gelooft
heeft het eeuwige leven."
Daarna vertelden zij Ben Hesed alles,
wat hun overkomen was, sedc-rfc hij hen in
Jerusalem verlaten had, van do laatste da
gen van Sfcephanus. van zijn dood en zijn
begrafenis; van dien wreeclen vijand, Sau-
lu3 van Tarsus, eii zijn steeds aangroeicn-
den haat voor de geloovigen.
„Neen," zeide Anat, ria een poos gezwe
gen te hebben. „Ik weet, dat hij zich waar
lijk verheugd zou hebben indien wij
slechts bekend hadden, zooals hij ons ver
zocht had; uit zijn bik sprak cx*n haatf
misschien leidt God hem tot den vrede
langs een bepaalden weg van Hem, even
als hij den Egyptenaar, Arau, geleid heeft.
Voorzeker, Gods wegen zijn ondoorgron
delijk."
„Dat is een waar woord," zeide Ben He
sed peinzend. „Doch vortel mij nader van
den Egyptenaar, Amu."
Dus vertelde Anat hem, dat hij Stepha
nas van den dood gered had door opoffe
ring van zijn leven, van de geheele ge
schiedenis van hetgeen hij aan hen beiden
misdreven had. „Ik wenschte, dat God hem
nog iots langer had laten leven," zeide het
meisje met een diepen zucht, „want dan
had hij ons don naam van do bloedverwan
ten van onze moeder kunnen zoggen."
Ben Hesed zag naar het reine profiel
van het meisje, terwijl zij naar don rooden
gloed staarde van do ondergaando zon, en
een gedachte aan het verleden doemde
plotseling bij hem op. „Hebt go niets, wat
aan uw moeder heeft toebehoord?" vroeg
hij plotseling cn zijn stem beefde.
„Ik had brcedo zilveren ringen om miin
enkels, toen ik in Esypte kwam." zeide
Anat. langzaam, tcrwiil zij het hoofd om
wendde. „Ook een halssnoer van munten,
doch toen ik van mi in blindheid genezen
was, heb ik oen offer gebracht voor de
armen van onzen Heere. Het was alles,
wat ik geven kon Do<-h één uit bet
halsnoer heb ik bo waard; ik dacht, dat ik
dit ter nagedachtenis van mijn moedor; j
moest. doon. Het was een vreemde munt."
„Laat zo mij eens zien."
Zonder een woord to spreken, nam Anat
van haar hals den smallen zilveren ket
ting, waaraan het oenigo teeken hing, dat j
haar aan haar onbokend verloden verbond.
Bon Hesed nam het, terwijl zijn krach-
tigo vingers beefden als die van een
vrouw. In dien ecnvoudigen amulet lag een
eigenaardigen macht, want nauwelijks had
hij hem beschouwd in het verdwijnend* j
licht, of al het andere verdween voor ziin
oog. Het was nu een heldere morgen en da j
zon scheen neer op een karavaan van j
vreemdelingen uit Egypte. Hij was met
hen aan het onderhandelen; paarden, mi
schapen en kazen van geitenmelk, en in j
ruil daarvoor ontving hij balen stoffen en
verschillende oorlogswapenen, met goreed- j
6chnppcn van bewerkt koper en aarden
pannen. J
„Geef mij ook dat paard," zeido de J
hoofdman, naar hot dier wijzende, dat Ben j
Hesed bereed; „ik zal er u een baal schar
laken roode stof voor geven en fijn linnen j
voor uw vrouwen."
(Wordt vervolgd.)