Dagblad voor Leiden en Omstreken. ALLES „DE BAZAR" BINNENLAND. ABONNEMENTSPRIJS I Ut LÓWKU BH BlUXBfl LBUMB 1-. i Waak agksïbh obvesiiqd zus t ifEB EWAEIAAft iw PL'S WEEK ICOt ÏRANCO KBB POKT PER KWABTAAD IU9 2de JAARGANG. - WOENSDAG 21 DECEMBER 1921 - No. 518 BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278 ADVERTENTIE-PRIJS PEE GEWOKB REü&L DES ZAIKSDAGS IMk EN GEZONDEN RECLAMïS DUBBEL UJiEÖ* ELSENB ADVERTEKTIS9 ru koet*t*» 00 woorden 60 temt: Zaterdags 76 tm% -} 3- voormiibe&Aag «1 V Niet in orde. De Tweede Kamer is gisteren begonnen meb de behandeling van do Indische be grooting. In tegenstelling met vorige jaren wordt dio begrooting thans niet. in avondverga deringen, maar overdag behandeld. Tot vermeerdering van de belangstel ling heeft dat echter niet. geleid. Toen gestemd moest worden over een voorstel van den heer Dresselhuys om de begrooting na het reces te behandelen, kon met veel moeite nog een voldoend aantal leden worden bijeengetrommeld, om ite voorkomen dat de vergadering wegens onvoltalligheid moest worden gesloten. Maar toen was het met de „belangstel ling" dan ook gedaan en werden de debat ten geopend in presentie van een tiental afgevaardigden. Dit schijnt ons toch niet in den haak We gelooven gaarne dat de negentig af wezige léden allen zeer gewichtige redenen hadden om niet aanwezig te zijn, maar daarmee is dit groote gebrek aan be langstelling voor Indië nog niet goed ge praat. Iudië rs toch zeker voor ons land een kostelijk bezit. Groote belangen staan bier op het spel Indië ontwaakt, zoo heet het telkens in de bladen. Welnn, wat moet dat ontwakend Indië <lan wel denken, als men daar verneemt dat in het Moederland, allo belangstelling zoek is? Zou het niet tijd worden dat de partij besturen bieron eens de aandacht vestigen van de Koorleden en een betere opkomst bevorderen? Het algemeen debat. De algemeene beschouwingen over de Staatsbegrooting waren ditmaal, ondanks bet feit dat zekere Juni-gebeurtenissen in bet zicht komen, buitengewoon onbelang rijk. Welk een tegenstelling vormen deze de batten, met die uit de dagen toen mannen als Kuyper, Lohman, Tydeman, Borgesi- us e.a. nog in hun kracht waren. Toen aanvallen in grooten stijl; toen Bchitterende redevoeringen over groote be- ginselen; toen een geheel bezette Kamer, en tot berstens gevulde tribunes; toen een grijpen naar de verslagen. En nu? De redevoeringen waren mat. Groote lijnen werden niert getrokken. De •oppositie bepaalde zich in hoofdzaak tot kleine prikjes en ondergeschikte punten en het gevolg was ook, dat aan de regee- ringstafel geen magistrale redevoeringen geboren werden. Daarbii is er een totaal gebrek aan be langstelling. In de Kamer, waar soms een tiental leden aanwezig was, wat nog niet eens al tijd mét luisteren gelijk stond, en b u i- t e n de Kamer waar 'het geheel© begroo- tingedobat de massa onbewogen liet. Toch werden min of meor belangrijke punten ter sprake gebracht en daar deze debatten den inzot vormen van den ver- kiezingsetriid, willen wij in volgende num mers, op enkele momenten nader de aan dacht vestigen. Wij doen hier en daar een greep en be palen ons daarbij, als vanzelf spreekt., tot de pariomentairo leiders. STADSNIEUWS. J. L. G. V B. Deze Chr. Geheel Onth. Bond van Jon- gelieden. heeft, naar men ons verzocht mede te rleelen, een openbare vergadering belegd in het gebouw „Nathanaël", op Vrijdag PO Dcember a.s. De bons-secretaris, Kees Veerman, zal dan een propaganda Tede houden getiteld: „Taak, Roeping of Plicht?", voorts zal optreden mej. M. Dreef, die een vorige keer in de Stadszaal ons met haar stem inpo- neerdo. Wat dit betreft, heeft do vereen, geen slechte keus gedaan. De aid. Den Haag, zal voorts optreden met een samenspraak „ïn do vergunning" on de afd. Leiden zorgt dan nog voor muziek on andere aotracties, torwijl het ge heel met een tableau zal gesloten worden. Voor verdere bijzonderheden lette men op do advertentie in bet blad van Maan dag. De melkprijs. Naar wij vernemen zijn hier.ter stede verschillende melkboeren, die buiten hunne organisatie om, de melk tegen 18 ct. per liter en dus goedkooper dan den vastge- stclden prijs, verkoopen. Misschien zal dit. oorzaak zijn, dat be sloten wordt den melkprijs in 't algemeen op 18 ct. te bepalen, zooals dat in ver schillende plaatsen hier in don omtrek al eonigen tijd hot geval is. Do hoer F. T. Vrijhoff alhier heeft aan het Conservatorium voor Muziek te 's-Gravenhage, het diploma orkestspel voor violoncel behaald. Prof. jhr. mr. W. J. H. van Eijzinga alhier, is benoemd als bijzitter voor ge schillen inzake doorvoer en verkeer aan het Permanente Hof van Internationale Justitie. De boom welke, zooals we gisteren meldde, in het Plantsoen ie omgevallen on zooveel schade heeft, aangericht., is niet door den wind omver geworpen. Eenigo arbeiders waren bezig den boom te rooien, toen hij vermoedelijk naar den verkeerden kant is gevallen. Men begroot de schade op een f1500.— De Autodionst LeidenBoskoop en omgekeerd, zal naar wij vernemen den 2en Januari a.s. den dienst weer openen. Het aantal bij do Gemeentelijke Ar beidsbeurs ingeschreven wcrkloozen, be droeg gisteren in totaal 487, waarvan 475 mannelijke en 12 vrouwelijke. Hiorbij zijn ondor meer: 11 letferzetfcrs, 22 grondwerkers, 29 opperlieden, 60 schil ders, 24 timmerlieden, 11 meubelmakers 24 bankwerkers, 22 scheepssmeden, 20 handdrukkere, 80 sigarenmakers, 13 brood bakkers, 11 warmoeziere, 9 magazijn- knechten, 60 losse werklieden, enz. Mej. M. E. 01 ver alhier, slaagde te Groningen voor het examen Engelsch M.O. acte B. Omstreeks 10 uur gisteravond werd do politie medegedeeld, dat er brand was in de Ververstraat. De politie waarschuwde de brandweer en rukte ook zelf dadelijk met het brand- bluschmaterieel uit Vanuit het centrum der stad zag men in de richting van de Ververstraat do lucht hoog rood gekleurd, terwijl van. tijd tot. t.ijd vlammen zich vertoonden en von ken op den wind omhoog gevoerd werden. In de Ververstraat aangekomen, bleek het. echter, dat noch daar, noch in den omtrek, brand was, maar dat buiten de gemeente, te Oudewelering een ernstige brand woedde. In den afgeloopen nacht, is door de politie alhier aangehouden do 25-jarigo A., wegens het opzettelijk en wederrechte lijk vernielen van een vensterluik en een glasruit, dio hom niet toebehoorden. Gisteravond had op de Breeetrtnat alhior, een vechtpartij plaats tusschen ze keren v. d. O. n v. d. E. Een der vechten- op liet gebied van kleeding en meubileering desverkiezend op gemakkelijke betalingswijze. 35S3 Breesiraat 16!. den werd met een mes verwond en deed daarvan aangifte bij de politie. Do zaak is in onderzoek. Alhier is proces-verbaal opgemaakt, wegens vermoedelijke oplichting, tegen, iemand, dio in een sigarenwinkel hier ter stede een kistjo sigaren had aangeschaft en daarbij een naam had opgegeven, wélke naderhand een valsche naam bleek te zijn. Ernstige bezuinigingsplannen. Namens de geheele regeering heeft gis teren Minister De Geer in de Tweede Ka mer de volgende verklaring afgelegd: De Regeering, gezien de noodzakelijkheid van verso bering van den Staatsdienst, is voornemens: le. geen nieuwe vaste of tijdelijke amb tenaarsbetrekking bij do departementaal of daaronder ressorteerendo dienstvakken in te stellen, tenzij die instelling nopdig is, ter uitvoering van een bij de wet nieuw opgelegde taak; 2e. noch ter vervulling van betrekkin gen als onder 6ub le. bedoeld, noch in ambten a ars corps vast of tijdelijk aan te stellen, tenzij het betreft betrekkingen waarvoor vereischt ie een bijzondere vak bekwaamheid. 3o. ook wat het laatstgenoemde perso neel aangaat, niet tot. zoodanige aanstel ling over te gaan, voordat in elk bijzonder geval uit een nauwkeurig onderzoek ge bleken is, dat niet een ambtenaar, die reeds op wachtgeld gesteld is of dio met inper king van den dienst, in zijn tegenwoordige functio zou kunnen worden gemist., de te vervullen betrekking naar behooren kan waarnemen; 4o. aan een der departementen een cen traal punt in te stellen tot leiding van het onderzoek als sub 3e>. bedoeld. Dicnstvermindcring bij de post. De directeur-generaal der posterijen heeft het navolgende onder do aandacht van de ambtenaren gebracht: Het is voorgekomen, dat tengevolge van den teruggang van het verkeer, of van andere omstandigheden de duur van diensten soms belangrijk minder bedroeg, dan dedienstregeling aangaf, zonder dat daarvan kennis was gegeven aan do be trokken chefs, of voorstellen tot wijziging waren ingezonden, zoodat niet do meest economische bezetting werd verkregen. Onder de aandacht van do toezichts- ambtenaren en do hoofden van dionst wordt gebracht, dat het nalaten van be doelde kennisgeving c.q. tot vermindering der hulpverleening als een ernstig verzuim wordt, aangemerkt. Ook van het personeel, dat met de uit voering van de diensten is belast, wordt verwacht dat het van blijvende verminde ring van zijn dionst. aan zijn onmiddellij- ken chef kennis geeft. Een overcompleet aan kader. Op do vragen van den heer Bijleveld, betreffende het bestaan van een overcom pleet aan kader (officieren en onderofficie ren) heeft de heer van Dijk, Minister van Oorlog, hot volgende geantwoord. Ad. 1. In stede van ec-n overcompleet, bestaat er op het oogenblik, ten aanzien van de thans van kracht zijnde vredesor ganisatie, een niet onbelangrijk incom pleet. Niettemin heeft een deel van het ka der thans geen voldoende dagtaak, als ge volg van de geringe sterkte van de lich ting 1921 en hot daarmede verband hou dende vereenvoudigde opleidingsstelsel. Ad 2 en 3. Wanneer de nieuwó organi satie dio verband houdt met de aanhangige Dienstplichtwet, zal kunnen worden inge voerd, zullen ongeveer 250 officieren, 1750 onderofficieren, 200 muzikanten cn 100 werklieden overcompleet geraken. Deze getallen kunnen niet anders dan als zeer globaal worden aangemerkt, aangezien niet. bekend is. hoeveel beroepsmilitairen na het eventueel in werking treden van de mede aanhangige Pensioenswet den dienst zullen verlaten nog voor de reorganisatie tot stand komt. Ad. 4. Het overcompleet zal het leger hebben te verlaten, met dit voorbehoud, dat. voor zooveel mogelijk, van dit perso neel gebruik gemaakt zal worden voor dienstvervulling bij de reserve. Ad. 5. De wijze van afvloeien van het beroepskader is in de eerste plaats afhan kelijk van het. tot stand komen van een wettelijke regeling, die aan het Departe ment in voorbereiding is. De grondslagen van de regeling, waarbij zich tal van moei lijkheden voordoen, staan nog niet zooda nig vast, dat daaromtrent reeds thans mededeolingen gedaan kunnen worden. Ad. 6. Het afvloeien zal eerst na het in werking treden van bovenbedoelde rege ling kunnen aanvangen en voorts verband moeten houden met den geleidelijken over gang van de oude op de nieuwe organi satie. Zilverbons, die niet meer gangbaar zijn. De aandacht van heb publiek wordt er op gevestigd, dab einde dezer maand de gelegenheid tob inwisseling van de navol gende zilverbons is vervallen: a. de bij Kon. Besluit van 20 Maart 1915 (no. E58) en 31 Maart 1915 (no. 174) ingetrokken zilverbons van 1.en ƒ2.50 (beido oude vorm) en van 5. b. de bij Kon. Besluit van 15 Februari 1919 (no. 42) en 15 April 1921 (no. 674) ingetrokken zilverbons van 2.50 en 1, aangeduid als zilverbons van de eerste soort. Naar men ons mededeelt ligt liet in de bedoeling Aan den Minister de gelegenheid tot inwisseling niet weder open te stellen. Van 1 Januari 1922 zullen dus nog slechts gangbaar zijn de. zilverbons van ƒ2.50 van het laatste model met het medaillon aan de voorzijde links, inhoudende „2.50" en de zilverbond a 1.van het laatste mo del me.t de beeltenis van dc Koningin aan de voorzijde, terwijl dan alle oude zilver bons zullen zijn vervallen. Georganiseerd overleg. Bij Kon. besluit is benoemd tot Voor zitter van de Centrale Commissie voor ge organiseerd overleg in ambtenarenzaken, mr. S. de Vries Czn., oud-minislcr van Financiën, wonende le 's-Gravenliage. Aan het Zoeklicht. Leiden, 21 Dec. 1921. Wat zullen wij doen? vroeg ik gis teren. Zullen wij, aan den vooravond van het Kerstfeest, als do Farizëer met afgewend! gelaat, den nood van onze broeders en zusters in Drente voorbijgaan, of zullen we doen als de Samaritaan; of zullen we Christenen zijn mot de daad? Hot antwoord is niet uitgebleven. Ik ontving reeds de volgende bijdragen*. Familie R f 10. H. W. J. S. 2.- Vacantioclubje „"Minerva" 2.50 Een „werkman" 10.— Familie N. N. 4.50 N.N. 1.- De K. 5.— J. H. 1.- J. C. A. v. E. 2.5J ..Een werkman" 1- - v. d. M. 1. - N.N. 2. jö Jhr. N. C. de G. 10 - N.N. ,-Ï L— Fam. v. d. H. 4 i. C. J. it 1- Totaal f 56.— Een mooi begin. Een moedgevend begin. Maar toch nog slechtseo; begin naar ik hoop en vertrouw. Mag ik nog eens den nood van het „Drentsche Dusland" den lezeresjen en lo zers op het hart binden? Ook uit de omgeving zal ik, eenzii men aan rechtstreekscho verzending naar Dren te de voorkeur mocht geven, gaarne bij dragen ontvangen. De n o o d is zoo groot- En Wij zijn zoo r ij k gezegend. OBSERVATOR 0p de Raadstribune. Dat een avondvergadering noodig zou zijn j.l. Maandag stond bij de „insidols" wel vast,maar men meende er even vast op te kunnen rekenen, dat dan ook de agenda gemakkelijk afgehandeld zou kunnen wor den, daar slechts enkelo punten een moer breedo bespreking deden verwachten. Ook ditmaal bloven echler do verrassin gen niet uit. Een voorstel inzake de werk- loozenuitkeeringen als spoedeiecbend op de agenda geplaatst lokte brecde besprekin gen uit cn verder werd, dank zij do ge woonte om dingen die el zoo? goed her haald ziin soms nog meerde: e malen te herhalen de bespreking ven arderc punten zoodanig gerekt, dat meerdere punten van de agenda moesten worden afgevoerd. Breedvoerig werd al dadelijk van gedach- ten gewisseld over een motie van de hee- ren v. Stralen on Heemskerk, waarin zij op het Burgerlijk armbestuur druk wilden uitoefenen, om voor dc uitkeer in gen aan werkloozen als vorm te nomen, riet f 10. maar f 15.plus een kindertoeslag van f 1.35. B. on W. gevoelden er niets voor deze motie zonder nadere bestudeering te be handelen. De heer van Stralen hof oogde wel dat het „slechte een weasch" was, maar te-recht voerde de Voorzitter aan. dat oen besluit van den Raad toch ook reëele beteekenis moet hebben.Een -niW bezwaar was, dat in een door den Minister in uit- zicht gestelde steunregeling, een bedrag van f 12.als norm was genomen. Ten slotte lieten de voorstellers zich overtui gen, zoodat. B. en W. in dc gelegenheid zijn prae-advies uit te brergon. Onmiddelijk kwam daarop aan dc jte de door den Minister van Arixi.z rït-i zicht gestelde regeling tot sta'-n van nood lijdende werkloozenkassen. Daar voor 20 3 Dec. antwoord verwacht werd. stelden B. on W. voor tot do regolirg toe te treden, maar daar zij verschillende bezwaren had den. ondor protest. Goed bezien, had de Raad nrc^rc de- zelfdo bezwaren. Alleen werd één tocvoe- 1 ging gewenscht, n.l. dat de uitkceringen niet verlaagd mochten worden. Hoewel dus feitelijk volkomen overeenstemming bestond, werd toch lang en breed gerede- neerd en kreeg mon bii onncrvlakkigo be-1 FEUILLETON. STEPHANUS. ty- Maar hot Engelsch van *n M. KTNG3LEY. .71) „Op een dag werd mij verteld, dat ge in de gevangenis waart; dat den volgcn- den morgen gogeeseld en gesteenigd zoudt worden. Issachar zelf vertelde hot mij met spottend medelijden." „Zij is mij onverschilliger", verklaarde ik hem op ijskouden toon, „dan de steenen onder mijn voet. Maar ik 6prak. onwaar heid, toen ik dit zeide. Dien avond bad ik Annas op mijn knieën, om genado te schenken." „Ik zal genade uitoefenen," zeide hij. „Ik zal een boodschap naai* de vrouw zenden binnen het uur." En hij wenkte Caleb. Ik heb den man teruggehouden, en hem goud geboden, opdat hij mij de bood- schap bekend zou maken. Hij toonde het mij." ..Dien nacht zocht ik mijn kamer op met vv. Ta?*0 besluit te sterven, voordat het licht van den volgenden dag zou aanbre- 3 - ken, doch ieder keer, dat ik den dolk naar mijn borst richtte, scheen een onzichtbare machtmijn hand tegen te houden. Einde lijk wierp ik hem van mij, en op de knio- en vallende, riep ik luid: „God, wees mij zondaar genadig!" Steeds weer herhaalde ik do woorden, totdat .eindelijk volle vrede in mijn ziel neerdaalde. God was genadig, ik wist het; ik gevoelde het; en toen en daar beleed ik al mijne schuld voor Hem. „Ik en schuldig aan het bloed van Hem, dien Gij gezonden hebt, om ons te verlos sen," riep ik. „Toch bad Hij in Zijn groot lijden, zeggende: „Vader, vergeef het hun, want ze weten niet, wat ze doen." „Ik ben schuldig aan het bloed van Hem schonken en de morgen daagde. Ik wil gaan, zeide ik, naar de plaats, waar zij lijden zal, en daar, voor hen allen, zal ik mijn 6chuld en mijn ongeloof belijden; dan zal ik ook sterven." „Doch toen ik de plaats bereikt had buiten de Damascuspoort heel vroeg, want ik kon den tijd niet afwachten trof ik den man Ben Hesed aan, en pmdat mijn ziel vol was van mijn besluit, vertel- do ik hem alles. Ik wil sterven, zeide ik, met hen." „Neen," riep hij uit, „ge moet leven, op dat ge de slechtheid van het verleden kunt uitwisschen met het goud der gerechtig heid." „Ge weet het overige, geliefde." Toen zwegen de 6temmen weer, en slechts het geluid van het druppelende wa ter verbrak de stilte. Dien avond, toen de schaduwen weer do overhand hadden op do brandende zon, en de stem van de fontein tot een zacht ge murmel was gedaald, door de luider wor dende stemmen der vrouwen, die haar wa terkruiken vulden aan den koelen stroom, 6prak Ben Hesed lang mot degenen, die hij van den dood gered had. Hun gesprekken waren lieflijk en vertroostend zooals van hen, wier voeten den rand der rivier des doods hebben betreden, waar de wande laar de zachte echo's kan hooren van de heöielsch© melodieën der afgestorvenen. „Het is mij goed, den dood nabij te zijn geweest," zeide Maria van Nazareth; om dat het good is, de grens van het eeuwige leven te hebben betreden. Er is geen vree- ze voor hen, die gelooven in Hem, Die den dood heeft overwonnen; hij die gelooft heeft het eeuwige leven." Daarna vertelden zij Ben Hesed alles, wat hun overkomen was, sedc-rfc hij hen in Jerusalem verlaten had, van do laatste da gen van Sfcephanus. van zijn dood en zijn begrafenis; van dien wreeclen vijand, Sau- lu3 van Tarsus, eii zijn steeds aangroeicn- den haat voor de geloovigen. „Neen," zeide Anat, ria een poos gezwe gen te hebben. „Ik weet, dat hij zich waar lijk verheugd zou hebben indien wij slechts bekend hadden, zooals hij ons ver zocht had; uit zijn bik sprak cx*n haatf misschien leidt God hem tot den vrede langs een bepaalden weg van Hem, even als hij den Egyptenaar, Arau, geleid heeft. Voorzeker, Gods wegen zijn ondoorgron delijk." „Dat is een waar woord," zeide Ben He sed peinzend. „Doch vortel mij nader van den Egyptenaar, Amu." Dus vertelde Anat hem, dat hij Stepha nas van den dood gered had door opoffe ring van zijn leven, van de geheele ge schiedenis van hetgeen hij aan hen beiden misdreven had. „Ik wenschte, dat God hem nog iots langer had laten leven," zeide het meisje met een diepen zucht, „want dan had hij ons don naam van do bloedverwan ten van onze moeder kunnen zoggen." Ben Hesed zag naar het reine profiel van het meisje, terwijl zij naar don rooden gloed staarde van do ondergaando zon, en een gedachte aan het verleden doemde plotseling bij hem op. „Hebt go niets, wat aan uw moeder heeft toebehoord?" vroeg hij plotseling cn zijn stem beefde. „Ik had brcedo zilveren ringen om miin enkels, toen ik in Esypte kwam." zeide Anat. langzaam, tcrwiil zij het hoofd om wendde. „Ook een halssnoer van munten, doch toen ik van mi in blindheid genezen was, heb ik oen offer gebracht voor de armen van onzen Heere. Het was alles, wat ik geven kon Do<-h één uit bet halsnoer heb ik bo waard; ik dacht, dat ik dit ter nagedachtenis van mijn moedor; j moest. doon. Het was een vreemde munt." „Laat zo mij eens zien." Zonder een woord to spreken, nam Anat van haar hals den smallen zilveren ket ting, waaraan het oenigo teeken hing, dat j haar aan haar onbokend verloden verbond. Bon Hesed nam het, terwijl zijn krach- tigo vingers beefden als die van een vrouw. In dien ecnvoudigen amulet lag een eigenaardigen macht, want nauwelijks had hij hem beschouwd in het verdwijnend* j licht, of al het andere verdween voor ziin oog. Het was nu een heldere morgen en da j zon scheen neer op een karavaan van j vreemdelingen uit Egypte. Hij was met hen aan het onderhandelen; paarden, mi schapen en kazen van geitenmelk, en in j ruil daarvoor ontving hij balen stoffen en verschillende oorlogswapenen, met goreed- j 6chnppcn van bewerkt koper en aarden pannen. J „Geef mij ook dat paard," zeido de J hoofdman, naar hot dier wijzende, dat Ben j Hesed bereed; „ik zal er u een baal schar laken roode stof voor geven en fijn linnen j voor uw vrouwen." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 1