Ingezonden. (Builen verantwoordelijkheid der Red.) Bloemisterij (c Rijnsburg. Geachte Redactie! Vergun mij s.v.p. voor de laatste maal nog eenige plaats ruimte in Uw blad. Mij rest nog even terug te komen op hot intieme der zaak. Waarom zal menigeen zeggen? Ik had dit maar laten rusten, want, daar worden wij misschien niet beter van. Tofih ga ik hierop in, en wel om de volgende reden. Ik spreek wel eens mensehen die zulk eer» scheeve voorstelling van ons bedrijf hebben, dat het mij niet ongewengcht voor komt, daar even over to schrijven. Aller eerst, er wordt wel eens gezegd, en die het niet uitspreken denken het toch: die bloemisten die bouwen en brekch maar, daar wordt verdiend. Maar, wat is nu het geval? Er zijn er velen op ons dorp, die vroeger in het najaar voor, laten wij zeg gen, twee duizend gulden (ik neem nu maar een getal) tulpen in den grond zet ten, doch hopende dat ons bedrijf moer winst af zal werpen, die verkoopen, en voor dat geld gaan houwen. Het gevolg daarvan is, dat het geld wat eerst in den grond zat, er nu bovenop komt te staan; wat alzoo vroeger drie k vier c.M. in den grond zat, prijkt er nu vijf 5, zes voet bovenop, komt alzoo veel meer in 't gezicht, maar vertegenwoordigt daardoor toch niet meer waarde. Vervolgens zijn er velen, die door fa milie of vrienden geholpen worden enz. En als wij dan de zaak aan den buitenkant bekijken denkt men veel grooter van hen dan voorheen. Doch komt men meer met de intieme zijde der zaak in aanraking, waar vooral een bestuur van een Vereeni- ging veel gelegenheid toe heeft, dan blijkt wel dat het niet alles goud is wat er blinkt Zeer ceel onbekendheid hecrscht er ook, betreffende de lulpenbroeicrij. De laatste winter is voor ons allen een alleszins goe de winter geweest. Vele menschcn leiden daaruit af, tenminste uit hun dagelijks spreken zou men dat kunnen constatee ren, dat nu al die trekkers er in één keer bovenop zijn. Ik zal slechts een uitspraak aanhalen, deze is niet uit de lucht gegre pen, want ik kan haar met getuigen sta ven. In een gesprek met iemand dezen zo mer over allerlei dorps-aangelegenheden, zeide deze tot ons: Als ik in den gemeente raad zitting had, zou ik die trekkers wel krijgen. Bedoeld werd natuurlijk de be lasting. Ik zou meer van zulke uitdrukkingen aan kunnen halen, doch genoeg. Nu zou ik met een gewoon spreekwoord, dat op ons dorp nogal eens gebezigd wordt kunnen volstaan, en dat is dit: „Als men mager is dan is men van een goed maal nog lang njet vet". Maar ik heb beloofd op het in tieme der zaak te komen en zal het ook dóen. Gesteld, iemand trekt 65.000 tulpen, dat kan hij' met overleg alleen nalodpen. In den winter, die nu voorbij is, kan er als vrije winst, van bet begin tot het eind, hoogstens overschieten 1.per honderd. Nu moet mijn vrager mij goed begrijpen: hier is af: brand, achteruitgang van broei kas, kachel of leiding, Lrekbakjes, enz. Ook het uitval medegerekend, want vergeet dit niet, als iemand tachtig procent eerste soort tulpen ter veiling brengt, kan bij tevreden zijn. En nu ter zake: 65.000 tul pen tegen één gulden per honderd winst is zeshonderd en vijftig gulden. De duur der tulpen-broeierij neem ik vanaf 1 Deo. tof. 20 April. Alzoo ongeveer 20 woken, is dus per week ƒ32.50. En nu weten wij allen wel dat daar, niet veel van overgelegd kan worden. Daarbij komt dat alle broeiers er nog lang niet zooveel heb ben. Ziedaar de zaak, als men tot het in tieme afdaalt. Ik boor mij toeroepen: maar die er dan 200.000 hebben en nog meer, die maken toch meer winst. Zeer zeker! Maar dan komt juist wat ik in mijn eerste stuk ge zegd heb, dan kan men het alleen niet meer af, want aan 65.000 tulpen heeft mep in doorsnee zijn werk wel. Het Rome der Calvinisten. II. Debreczen is, wat de groote betreft, de derde stad van Hongarije, en telt 120.000 inwoners, dus ongeveer tweemaal zooveel als Leiden, 't Maakt echter heelcmaal niet den indruk zoo'n groóte stad, ja zelfs niet een stad te zijn. T Doet met zijn breede, maar toch niet .boulcvard-acliUge straten; z'n ruim-gebouwde, niet -(zooals.in Buda pest) op kazernes gelijkende buizen, niet z-eldcn met vrij~-groote tuinen, veel meer aan een flink dorp denken. En ge meent nog eer in een dorp, zij 't ook grootste van Europa'', te zijn, als ge een boer met z'n ossenwagen ziet voortsukkelen langs de niet-altijd geasphalteerdo straten en ge hem z'n sterk-gehoornde (vaak trek ken de runderen soms zeer zware vrach ten alleen met hun kop voort); maar wel wat trage beesten boort aansporen. Van' deze 120.000 inwoners is een zeer groot gedeelte 63000 Gereformeerd. ,Toch ontleent Debreczen noch aan dit groote getal, noch aan dit groote percen tage Calvinisten zijn buitengewone betee- kenis (Budapest overtreft het in aantal, andere plaatsen in percentage). Die betee- kenis, waarop deb ijnaam „Rome der Cal- vmisten", ook wel „Mekka der Hongaar- sche Gereformeerden" wijst, dankt het vooral aan z'n Gereformeerde Hooge- school, reeds in 1564 (dus nog 10 jaar eer dan de eerste Nederlandsche in Leiden) gesticht. Daardoor is Debreczen „hot sterk sle bolwerk van het Protestantisme in Hongarije geworden. Nog vóór een eeuw ,was liet 't wetenschappelijke en nog meer het Gereformeerde middelpunt' van Hon-, garije. Na Zevenburgen was deze stad de plaats, vanwaar het felst gestreden is -te gen den godsdienst en nationaliteit onder drukkende heersohapij der Rabsburgers. I>at strijden wc zagen het reeds ging Nu neem ik een, ander .artikel, 'dat ook veel voorkomt en dat is Dahlia's. Daar wordt enorm aan verdiend zeggen' de men- schèn, -want die snijdt, men 3 u 4 maanden. Alles zeer terecht. Maar hu do intieme zijde. Gesteld, iemand gaat Dahlia's telen. Het land kost hier gemiddeld ƒ1.25 per r. Aan planten kost het hem minstens 2.50, mest ƒ0.50, latten ƒ1.50, arbeidsloon totdat ze bloeien ƒ0.50; alzoo als hij begint te snijden kost bet hem ƒ6.25 per R. R. Ziet u wel, werkelijk niet overdréven ingelicht gaat men wel eenigszins een andere ge dachte vormen. Ny. moet men niet den ken: dat is maar voor óén keer. Neen, landhuur, mest, arbeidsloon, komen altijd ieder jaar terug. Do 'planten moet men, wil men trekken, telkens door nieuwe soorten vervangen, en de latten of stok» ken zijn in den grond zeer gauw verrot. Ton slotte de zedelijke invloed! En-dan moet ik aan mijn vrager dit antwoord ge ven. Dat, vooral met liet oog op den handel, die er op ons dorp aan verbonden is, de zedelijke invloed niet best' kan ge noemd worden. Dit ligt in den aard dei- zaak. Als men veel op weg is met handel, komt men vanzelf veel in do herberg, hei zij om brood te eten of anderszins. Ilier kómt bij dat men in doorsnee tor markle veelal menschcn aantreft, die zedelijk nu n-iot direct hoog staan. En^Jok, dat altijd geld op zak hebben kan vooral voor jon gere mcnsclïen niet altijd goed 'genoemd worden. Doch dit is het geval met allen handel. De ouders zullen daarom m.i. goed doen strenge controle op hun kinderen uit te oefenen. En toch ook weer niet al te streng. B.v.: laat een oucler altijd zorgen dat een kind even goed thuis durft le ko men met verdienste als met zonder verdienste. Want als gij zuur naar hem kijkt als hij al is hij reeds twintig jaar niet veel verdiend heeft, zal hij, als hij op een anderen keer veel verdient het geld in den zak houden om het er een volgenden keer bij te passen. En zulk soort van geld danst bij hem in den zak, en daarom zou het kunnen gebeuren dat voordat dié tijd kwam, hij het ver brast had. Alzoo, geachte Red., heb ik getracht den invloed van ons bedrijf gebrekkig te schetsen, en ook do menschcn eenigszins in te lichten, die er wel eens verkeerd over denken. Ninet om hen pessimistisch te maken heb ik dit geschreven. Wie mij kent weet dat beter. Maar om eenigszins een kleinen kijk op de dingen to geven. Alles er van zeggen gaat natuurlijk niet, dan zou ik van uw blad veel meer ruimte in beslag moeten nomen dan U lief zou zijn. 1)Daarom eindig ik, doch niet voor dat ik U hartelijk dank zég, dat U tot drie maal toe Uw ruimte voor mijn schrijven hebt willen afstaan. Uw D\v, Dr. T. K R ALT Cz. 1) Voor bijdagen als deze, die het alge meen belang raken, stellen wij vóorzoover mogelijk, gaarne ruimte beschikbaar. Red. DE VERARMDE WERELD. In een Ame.-ikaanscb blad is een vrij betrouw bare opsomming der staatsschulden over de gè- lieele wereld verschenen. Die schulden bedroegen voor den oorlog on geveer 120 milliard gulden en zijn thans geste gen lot omstreeks 1100 milliard. Van dat bedrag moet natuurlijk rente worden opgobracht. Het is niet te verwonderen, dat onderschei dene Staten in de onmogelijkheid verkeeren' aan hunne verplichtingen te voldoen. Deze tot zoo groot© hoogteaangewassen schul denlast is natuurlijk voor ccn groot deel liet go- volg van den wereldoorlog. Maar toch valt het op, dat feitelijk eerst na het sluiten van den wapenstilstand het enonn accres gekomen is. Dit is verklaarbaar uit do mentaliteit, die door den oorlog is ontstaan. Men was er in de jaren 1914 tot 1918 aan gewoon geraakt, dat uit de staatskas ongelooflijk groote bedragen betaald werden, en in verband met de precaire toestanden, aio overal hoor sek ten, hadden de overheden allerlei zaken aap- zich getrokken, die voorheen door do maatschappij zelve bekostigd werden. Met -dit systeem is men *•- «-to wapens altijd altijd gepaard met lijden. Ook in Debreczen. Toen Kossuth daar in 1848, de duldelooze tyrannie moe, de onafhanke lijkheid van Hongarije uitriep in een der kerken waar ons in de ouderlingenbank nog de gaatjes werden getoond, gemaakt door do punaises, waarmee het sierdoek bevestigd was geweest .wreekte Oosten rijk zich niet alleen op bloedige wijze,maar ook door een terugzetting van de Hooge- scliool. Ze mocht geen Universiteit zijn, en miste het promotierecht. In 1914 toen Oostenrijk de Hongaren noodig liad in den roekeloos begonnen oorlog, werden deze bepalingen opgeheven, en zoo is de Hoogeschool nu een volledige Universi teit, en behoeven de Hongnarsclie theolo gen nu niet meer naar 't buitenland om een teologisch doctoraat te krijgen of zioh tevreden to stellen met een doctoraat ln een andere faculteit wel de pliilosophi- scho Deze Universiteit is wel een S.taats-Univcrsiteit (in financieel' opzicht en doordat de professoren, zelfs dé theolo gische (8), door den koning worden be noemd), maar draagt toch ccn beslist Ge reformeerd karakter: in de Thcol. facul teit kunnen b.v. niet anders dan Calvinis ten hoogleeraar worden. De andere groo te Universiteit van Hongarije, die te Buda pest is daarentegen Roomsch: daar heb ben do Gereformeerden dan ook een Theo logische School", waar o.a. Prof. Sebes- teyn hoogleeraar is. Het in 1564 in gebruik genomen gebouw is later afgebrand; wat wij zagen een grootsch, monumentaal gebouw zal binnen afzienbaren tijd in figuurlijken zin-plaats moeten maken voor een ander. Dit zal een reusachtig ge- houwen-complej: worden, waarvan wij het terrein en het eerste begin bezichtigd heb ben. Natuurlijk is oe financieele toestand der hoogleeraren en studenten uiterst slecht. Natuurlijk want die van het hecle land gestreken waren, in verdubbelde mate voei'g-v .gaan. Alles heeft men zooveel mogelijk op de pu blieke kassen geladen. Ook hier le lande. En het. natuurlijk gevolg daarvan ia geweest, dat de schuldenlast op onrustbarende wijze gestegen is. Juist omdat men ging drijv-en op het Staals- crediet, voelde men aanvankelijk niet, hoe duir do maatregelen waren die men overal nam. Toen men het begon te voelen, was het loile- lijk al te laat. - Do vraag is gewettigd: Hoe komen wij weer van dien ondraaglijken last af'? En dan is het wol zeker, dat er niet weinig Staten zijn, die het niet zullen knimen bolwer ken. Maar' ieder begrijpt, hoe ellendig dan de ge volgen zullen zijn. Schier ieder is bij dat Sla^ tenerediel betrokken. N. H. G. Gezwavelde Fransche witte wijn. Dr. Van H<i mei Roos waarschuwt in het ..Maandblad tegen de Vervalsch'mg" tegen de gezwavelde Franacho witte wijnen. Rij schrijft ,5Wij hadden gelegenheid in Fransche witte wijnen een zoodanige groote hoeveel heid zwavelig zuur te constateeren, dat het geregeld gebruik er van naedelig voor de gezondheid zal kunnen worden. Gelijk bekend is, worden de wijnvaten gezwaveld, en deze behandeling, mits des kundig toegepast, wordt in allé landen goedgekeurd, daar slechts geringe hoeveel heden zwavelig zuur op deze wijze in den wijn kunnen geraken. Geheel anderswordt de zaak wanneer, zooals dit in Frankrijk en ook elders ge schiedt, een betrekkelijk groote hoeveel heid zwavelig zuur op deze wijze in den wijn toegevoegd worden, om de gisting van het" druivensap te onderbreken, en zoodoende deelswijze den zoeten smaak van den most te behouden. Deze hoeveelheden bereiken zooals wij konden constateeren, soms c.a. een derde gram per liter, ,d. i. ruim liet tienvoudige van de b.v. in Italië en Zwitserland, en ruim het vijfvoudige van de in Duifsch- land toegestane hoeveelheid zwavelig zuur. Het behoeft waarlijk geen verwonde ring te baren, dat zoo menigmaal geklaagd wordt, over hoofdpijn en -een onbehagelijk gevoel, bij het geregeld, zelfs matig ge bruik van dergelijke wijnsoorten. Waar onze nieuwe Warenwet teil deze zich niet naar den eisch kan doen géiden, daar ten ontzeilt nog geen normen voor wijnsoorten bestaan, achten wij het wen- schelijk, in het belang der publieke ge zondheid, cje aandacht der. autoriteiten op deze zaak te vestigen. Zoo menigmaal worden uit het. buitenland waren hierheen gezonden, die in het land van oorsprong niet toegelaten zijn, en die men derhalve, met bekwamen spoed ar. ar het alles slik kende Holland uitvoert, waar behoorlijk deskundig toezicht aan de grenzen (waar op wij reeds zoo herhaaldelijk aandrongen) geheel ontbreekt,'' HET N?ILLIOEN 38e Verantwoord i ri g. Kampen e. o., le storting 5.000.-- Pijn acker, le storting 225.. Ermclo 250^-ti Rijnsburg 500. G. van W. ie A. 20. Katwijk "a; Zee 300. R'dam, 9e storting 5.000 H. te A. 10.— Totaal 11.305.— 37e Verantwoording 575.140 83 /597.146.S9 Yi s i 8 Ons Babbelhoekje. I 8 1 Leiden, 10 Dcc. 1921. Best-e Neefjes en Nichtjes! Wat was ik Zaterdag j.l. boos op den drukker, toen ik zag dat de oplossingen niet in de krant- stonden van 26 Nov. Ik dacht bij me zelf: ik zal het Zaterdag aan de kinderen vertellen, dat het zijn schuld is. Maar. nu ik aan mijn schrijftafel en van al zijn bewoners is dit. on. we' heb ben in ons eigen land kunnen zien/dat de menschcn, die uitsluitend met het hoofd werken daaronder 't meest te lijden heb ben, nog meer (althans naar verhouding) dan zij die alleen met hun handen 't brood verdienen. Men kon 't velen aanzien, dat ze gebrek leden, soms zelfs aan hun on dervoed lichaam, maar heel dikwijls aan hun klecding. Begrijpelijk: een boerenpak kost bijna een derde van het gemiddelde inkomen van een hoogleeraar (30.000 kro nen, voor den oorlog ƒ15.000, nu 'ongeveer zooveel centen!) Een professor, die bo vendien nog langen tijd ziek geweest was, vertelde me dan ook in 7 jaren geen nieuw kostuum te hebben kunnen koopen. Hij dacht er over, maar weer dominee te wor den op een dorp: 't traktement was-daar ook wel laag, maar daar Vulden de natu- raliën nog veel aan. Hij woonde nog Wel in' een heel klein stadje, Saraspatak, waar dus alles veel goedkoop3r'is; dan in Buda pest of Debreczen. En dezen hoogleeraar, die ook in Nederland gestudeerd had, roem de men als een zeer knappe geleerde! Hoe treurig is do toestand van een kerk, wier professoren zoo onder stoffelijke las ten gebukt gaan. TeaneeV waar nóch hun eigen inkomen, nóch dat van de bibliothe ken het toelaten buitenlandse lie boeken en tijdschriften (voor hen bijna even onmis baar als levensmiddelen) aan to schaffen. Nog slechter is die van de studenten, die door verarmde ouders moeten onderhou den worden. Dezen kunnen vaak nage noeg niets voor hen doen: zij moeten dus vooral in de vacanties proboeren, soms zelfs door veldarbeid, wat te verdienen en brengen 't gedurende hun vorhlijf in de academie-stad meermalen niet verder dan twee vreeselijk schrale maaltijden (ontbijten doen zé dan niet.) per dag. Ge lukkig zijn aan de Universiteiten en Hoo- gescholep Internaten verbonden, waar .ve ging zitten, én een en ander weer (c voor schijn haal om aan jullie te schri jven, wat vind ik daar?! het briefje waar de antwoorden op staan. Dat' was per abuis op mijn tafel blijven liggen. Wel, wel, wat had ik een spijt! Eerstens omdat ik jullie teleurgesteld had en ten tweede omdat ik dien drukker valsch beschuldigd had in mijn hart. Gelukkig nog niet in de krant. Ik vraag jullie allemaal en ook den druk ker heel vriendelijk of je het me vergeven- wilt cn zal nu beter oppassen. Ditmaal krijg je dus de opl. van 26 Nov. en van 3 Dec. tegelijk to Jczen. Iptusschon is de Sint-Ni co laas weer voorbij, 't Is in de stad als uitgestorven. Hebben jullie véél pleizier gehad? Ja? en ook veel gekregen? Ik ook! 't Is altijd'een gezellig avondje. Maar nu gaan we weer langzamerhand veel denken en j spreken over een veel heerlijker feest. Kerstfeest! Wat is het heerlijk, als we dat Kindje in Bethlehem ook van harte liefhebben, want van Hem zijn alle goede gaven. Als Jezus niet gekomen was %onden we niets heb ben dat dit leven veraangenaamt en nog minder leven na dit leven. Laten we veel bidden of die Jezus ook in ons hartje wil komen. Dat is het heerlijkste wat je den ken kuilt. Nu jongens en meisjes, let vooral op het antwoord dat. ik hieronder aan „Clivia* schreef, want dat is ook voor jullie. Ditmaal komen de Leidenaars weer ach teraan. L e i d e r d o r p. „Rozetje". Je hebt zeker de vorige week reeds het antwoord op je vraag gelezen. Ik denk dat je nog uiet weet-, dat ik eerst do volgende week antwoord geef op 'de brieven. d.ie deze week binnenkomen. A b b e n e s. „Vlasvink". Ja, ijsvermaak is er al vroeg van dezen winter. Je opl. was goeu behoudens een paar foutjes. S a s s e n h e i m. „Iris en Tulp" Goed zoo jongens, jullie hebt je best gedaan. Voorschoten. „Drietal". Of ik graag eens zou komen kijken! Maar ik hel) het veel te druk ge had, zoodat ik ditmaal zelfs niet eens schaatsen gereden heb. W o u b r u g g e. S. en C. W. Dat is eigenaardig hè, dat je van schaatsenrijden alliijd slaap en dorst krijgt. W assén a a r. „Vérgeet-me-nietje". Houdt je niet van koude? Ik wel', ik mag wel graag door de koude loopen, als het er maar niet zoo bij waait-, zooals verleden week. L i s s e. „Elfje". Natuurlijk behoefde jij nu geen oplossing te geven, maar nu krijg jc-toch een cijfer voor je inzending. „Kleine Trom pettcr". Jou meester is verbazend goed op jullie.: Hier zijn we! scholen waar ze hee lcmaal geen vrij krijgen om schaatsen te rijden. ..Knipmesjc", Nou, dat geloof ik ook. Als jc .een week lang, iederen middag schaatsen gereden hebt, dan is het langge- .noeg. Koudekerk. M. G. Nu zal de drukte voor jou wel weer een beetje over zijn, maar.,.: nu is hei ijs weg! Jammer voor jou. Leiden, „Antoni". Je opl. was goed. „Appel- steeltje". Zie je, zoo .was je bricl' veel net ter. Jc moet maar steeds je b.ïst doen, dan wordt je werk slecds netter. N. II. Jam mer dat jc broertje niet meer meedoet. Jij hebt al je opl. goed. „Tijl Uilenspiegel". Jij dacht, zeker: Wie veel zegt, heeft veel te verantwoorden en daarom zeg je maar niets. Nu dan weet ik ook. niets. „Moeders Oudste". Heb je liet druk gehad met St. Nïcolaas? Zeker met pakjes uitpakken en met. je verjaardag? „Vaders Jongste". En jij, hoe heb jij het gehad? „Robinson Cru soe". Ja. dat dacht ik wel, toen ik de ad vertentie zag, dat het jouw grootmoeder was. 't Is natuurlijk jammer voor jullie, zoo'n goede •grootmoeder le verliezen, maar als zij, zooals jij zegt bij Jezus is. dan is het voor haar enkel winst. „Clivia". Ik heb weieens gemerkt dat je voor de Stads-Evangelisatio mei een busje loopt, want dan las ik weieens- dat je een hoekje i'nocht halen bij den heer v. d. Bos in de Haarlemmers! raat No. 141.Deze heer vroeg me onlangs-of ik nog niet een jongen meisje wist die zoo'n busje wou hebbenj Al was liet buiten dc stad, .dat hinderdr, niet zei hij. Ik dacht toen, ik zal het maai eens aan mijn neefjes en nichtjes vragcii Mocht er eentje bij zijn die voor dat goed»- doel een busje wil hebben laat die dam maar aan bovengenoemden heer vrageif of schrijven. Mocht je liever aan mif schrijven, dat is ook goed, want dan zetf ik het wel aan dien mijnheer.. „Eva." Zal je niet te veel in dat mooie spiegel(j% kijken? want dat is slecht, dan wordt ü'otsch. D. D. Zoo, nu was het veel mooierj ferm jongen! Dat vind ik heet aardig, „Viooltje" en „Hannie". JuRie hebt he* beiden nog al makkelijk gehad, doch reken* maar dat het niet altijd zoo gaat. Oplossingen Aan 26 November. 1 Prijsraadsel: Smeed geen kwaad tegen uwen naast»; aangezien hij met vertrouwen bij u woont» Spr. 3 29. Onderdeelen: Ede tijger aardcweii? kast Som aas bij eed Aaron Mozes gemeenten Eva Sien wijn getrouw Teunis hen uw noot. 'A Letterraadsel: Eben Haëzer Van dc kleineren: a. Daniël Anna Vasthi. Izaiik Debora Koning David. b. Jesse Othniel Naomi Asa Do profeet Jona De profeet Elia. c. De thee, want die moet „trekken" en" de koffie wordt „gezot". Antwoorden der raadsels 3 Dee. '21. Als het getij verloopt verzet men de ba kens. Onderdeelen: GerardaEbsan IJlst hij peer Klaas veen teen arm vleet vrede poot -zaad. Willem van Oranje. Van de kleineren: a. Loevcstein. b. Olm Den Iep. c. Mik Ede bed lied. v Medemblik. NIEUWE RAADSELS. Voor do gvoolereu. Mijn geheel bes'aat uit 32 letters en is een tekst uit den Bijbel. 20, 30, 31, 32 doet Moeder soms in het eten. Een 26. 2, 3, 22. groeit aan een boom. De 1} 2, 26 ziet men in den zomer meer dan in den winter. Een 10. 9, li. 13 ruikt heerlijk. 16 20, 29, 15, 18, 28, 20, 20, 10 is een dorp in Z.-Holland. Een 25. 24; 23, 21 is een nuttig dier. 24 10, 17, 12, 6 wordt uit de rivier opge-» vischt. Het land 4. 5, 29. 23, 32 was bijzonder ge-, schikt voor herders. 6, 20, 7, 27, 13 is een uitstekend verblijf voor menschcn die een zekere ziekte heb ben. 19, 8, 18, 22 is het tegenovergestelde vari zuur. 4, 16, 6, 29 is iemand die den weg wijst. Ingez. door: „Vlasvink", Letterraadsel «/T aaabnppijkosskrrst. Voor de kleineren: Om in te vullen: a. Een jongen, die, van het wandelen moo geworden, in het gras ging «illcn, kwam juist op een mierennes! terecht, v Toen hij 's avond zijn kousen uittrok bij*-, het naar bed gaan, kwamen er allemaal uit. b. Een zwart mannetje gaat over een zwart landje en laat witle voet-stappen achter. Roe kan dat? c. 't Is weg cn hel blijft weg, cn is al- tijd weg geweest en toch zie ik het eiken dag. Wat is dat? v. Ingez. door: „Het Drietal". - Ik hoop dat ik ditmaal weer veel goede oplossingen mag krijgen. Do-) daartoe al len maar goed je best. Tot de volgende week. Jo Gom WILLEM. le studenten voor betrekkelijk weinig geld nog een té dragen beslaan hebben. In het Internaat te Debreczen ontmoet ten we hoewel 't vacanlie was nog vrij veel studenten. Do arme jongens kon den niet naar huis: hun ouders woonden in T „bezette gebied": pas- en reiskosten- bezwaren verhinderden hén hun vaeantie thuis door le brengen! Tn dit centrum van het- Ilongaarsehe Calvinisme mede doordat de hervormer van Hongarije, Melius, gewoond en ge werkt had: hij had Pr o.a. een nog be staande boekdrukkerij gevestigd cn had er reeds in 1567 een Gercf. Synode bijeen geroepen wérden wc rondgeleid door de hoeren Erdös en Zambory. Het Hdngaarsche leven is meer naar de zon gcrcgeM dan 't onze: men gaat er vroe ger naar bed dan hier en, daar een mid dagslaapje er althans in den zomer, als de middaghitte he|, werken onmogelijk maakt heel gewoon is, staat men er ook vrij vroeg op. Dus moesten ook wij ons weer heel gauw losmaken uit de zachte, maar stevig-klcnimehde armen van deii slaap god, vooral omdat de hoogste personen uit het kerkelijk Debreczen ons wachtten. Als eerste nummer op het dagagendum stond een bezoek aan den Bisschop en don Opper curator. Deze beiden heeren onl vingen ons tezamen en hielden zich ceni- gen tijd met ons bezig, naar allerlei over Holland informeerend. Do eerste geleek in niets op een geestelijke: zijn militaire knevel, zijn krijgshaftige gestalte, zij., geheele optreden, dat alles deed veel meer denken aan een Roomscho bisschop uit, do Middeleeuwen, die als keizerlijk stad houder b.v. beter het wereldlijke, dan het geestelijke zwaard wist te haritecren, dan aan een Gereformeerden predikant, die „schapen' en „lammeren" moet „weiden'. De andere, een graaf, was al ccn oud man. Hem zouden we veeleer voor het geestelijke hoofd der Superintendent ie, den Bisschop van het wereldlijke gehou den hebben. Van hem vertelde men ons, dat hij zeer rijk was, maar ook zeer mild. Dat hij zijn schatten niet gebruikte voor zichzelf, konden ook wij, als we letten op zijn kieeding, constateeren 1 Na deze ..audiëntie" zooals ik die be zoeken spottend noemde volgde die bij den vader van den hoer Erdös, den voor— naam sten professor in do Theologische Faculteit. Déze oude, vriendelijke heer - alle Hongaren waren vriendelijk voor ons, deze bijvoeging wil dus alleen zeggen, dat hij het buitengewoon was sprak gerui- men tijd met ons, en toonde zich voora» blij een lloll'andschen student in do Theo logie te ontmoeten. Als mijn vriend vooz do helft bereikt, van wat Prof. Erdös hem voorspelde, dan wordt hij zeker een be roemde dominee en nog ineerl Het volle morgen-programma zorgde ook voor afwisseling: eer we ons derde bezoek gingen afleggen, gingen we eerst naar de Bibliotheek, waar wn vela liol- landsche boeken uit vroeger ecuwen za- gen en ons als groote curiositeit een plat- legrond van Amsterdam uit 1544 getoond werd. Natuurlijk moesten wo aanwijzen, - waar de „Vrije" lag! Daarna bezichtigden, wo het Stadsmuseum, waarop zij even trotsch waroD, als een Leidenaar op do Lakenhal, maar dat -mij zoo nu en dan half-slapende maar matig interesseerde - Helaas was ook do Directeur, die ons rond - leidde, het Duilsch niet gtnoeg machtig, om ons in die taal de uitleggingen te ge ven Gelukkig volgde daarop een bezoek aan een ouden vriend van Dr. Kuyper, dat ik bet mooiste van den heelcn ochtend vond; dus een mooi begin voor 't volgende arti kel. A' SCH#

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 7