Ingezonden.
(Builen verantwoordelijkheid der Red.)
Bloemisterij (c Rijnsburg.
Geachte Redactie! Vergun mij s.v.p.
voor de laatste maal nog eenige plaats
ruimte in Uw blad.
Mij rest nog even terug te komen op hot
intieme der zaak. Waarom zal menigeen
zeggen? Ik had dit maar laten rusten,
want, daar worden wij misschien niet beter
van. Tofih ga ik hierop in, en wel om de
volgende reden.
Ik spreek wel eens mensehen die zulk
eer» scheeve voorstelling van ons bedrijf
hebben, dat het mij niet ongewengcht voor
komt, daar even over to schrijven. Aller
eerst, er wordt wel eens gezegd, en die het
niet uitspreken denken het toch: die
bloemisten die bouwen en brekch maar,
daar wordt verdiend. Maar, wat is nu het
geval? Er zijn er velen op ons dorp, die
vroeger in het najaar voor, laten wij zeg
gen, twee duizend gulden (ik neem nu
maar een getal) tulpen in den grond zet
ten, doch hopende dat ons bedrijf moer
winst af zal werpen, die verkoopen, en
voor dat geld gaan houwen.
Het gevolg daarvan is, dat het geld wat
eerst in den grond zat, er nu bovenop
komt te staan; wat alzoo vroeger drie k
vier c.M. in den grond zat, prijkt er nu
vijf 5, zes voet bovenop, komt alzoo veel
meer in 't gezicht, maar vertegenwoordigt
daardoor toch niet meer waarde.
Vervolgens zijn er velen, die door fa
milie of vrienden geholpen worden enz.
En als wij dan de zaak aan den buitenkant
bekijken denkt men veel grooter van hen
dan voorheen. Doch komt men meer met
de intieme zijde der zaak in aanraking,
waar vooral een bestuur van een Vereeni-
ging veel gelegenheid toe heeft, dan blijkt
wel dat het niet alles goud is wat er blinkt
Zeer ceel onbekendheid hecrscht er ook,
betreffende de lulpenbroeicrij. De laatste
winter is voor ons allen een alleszins goe
de winter geweest. Vele menschcn leiden
daaruit af, tenminste uit hun dagelijks
spreken zou men dat kunnen constatee
ren, dat nu al die trekkers er in één keer
bovenop zijn. Ik zal slechts een uitspraak
aanhalen, deze is niet uit de lucht gegre
pen, want ik kan haar met getuigen sta
ven. In een gesprek met iemand dezen zo
mer over allerlei dorps-aangelegenheden,
zeide deze tot ons: Als ik in den gemeente
raad zitting had, zou ik die trekkers wel
krijgen. Bedoeld werd natuurlijk de be
lasting.
Ik zou meer van zulke uitdrukkingen
aan kunnen halen, doch genoeg. Nu zou ik
met een gewoon spreekwoord, dat op ons
dorp nogal eens gebezigd wordt kunnen
volstaan, en dat is dit: „Als men mager is
dan is men van een goed maal nog lang
njet vet". Maar ik heb beloofd op het in
tieme der zaak te komen en zal het ook
dóen.
Gesteld, iemand trekt 65.000 tulpen, dat
kan hij' met overleg alleen nalodpen. In
den winter, die nu voorbij is, kan er als
vrije winst, van bet begin tot het eind,
hoogstens overschieten 1.per honderd.
Nu moet mijn vrager mij goed begrijpen:
hier is af: brand, achteruitgang van broei
kas, kachel of leiding, Lrekbakjes, enz. Ook
het uitval medegerekend, want vergeet
dit niet, als iemand tachtig procent eerste
soort tulpen ter veiling brengt, kan bij
tevreden zijn. En nu ter zake: 65.000 tul
pen tegen één gulden per honderd winst
is zeshonderd en vijftig gulden.
De duur der tulpen-broeierij neem ik
vanaf 1 Deo. tof. 20 April. Alzoo ongeveer
20 woken, is dus per week ƒ32.50. En nu
weten wij allen wel dat daar, niet veel van
overgelegd kan worden. Daarbij komt dat
alle broeiers er nog lang niet zooveel heb
ben. Ziedaar de zaak, als men tot het in
tieme afdaalt.
Ik boor mij toeroepen: maar die er dan
200.000 hebben en nog meer, die maken
toch meer winst. Zeer zeker! Maar dan
komt juist wat ik in mijn eerste stuk ge
zegd heb, dan kan men het alleen niet
meer af, want aan 65.000 tulpen heeft mep
in doorsnee zijn werk wel.
Het Rome der Calvinisten.
II.
Debreczen is, wat de groote betreft, de
derde stad van Hongarije, en telt 120.000
inwoners, dus ongeveer tweemaal zooveel
als Leiden, 't Maakt echter heelcmaal niet
den indruk zoo'n groóte stad, ja zelfs niet
een stad te zijn. T Doet met zijn breede,
maar toch niet .boulcvard-acliUge straten;
z'n ruim-gebouwde, niet -(zooals.in Buda
pest) op kazernes gelijkende buizen, niet
z-eldcn met vrij~-groote tuinen, veel meer
aan een flink dorp denken. En ge meent
nog eer in een dorp, zij 't ook grootste
van Europa'', te zijn, als ge een boer met
z'n ossenwagen ziet voortsukkelen langs
de niet-altijd geasphalteerdo straten en
ge hem z'n sterk-gehoornde (vaak trek
ken de runderen soms zeer zware vrach
ten alleen met hun kop voort); maar wel
wat trage beesten boort aansporen.
Van' deze 120.000 inwoners is een zeer
groot gedeelte 63000 Gereformeerd.
,Toch ontleent Debreczen noch aan dit
groote getal, noch aan dit groote percen
tage Calvinisten zijn buitengewone betee-
kenis (Budapest overtreft het in aantal,
andere plaatsen in percentage). Die betee-
kenis, waarop deb ijnaam „Rome der Cal-
vmisten", ook wel „Mekka der Hongaar-
sche Gereformeerden" wijst, dankt het
vooral aan z'n Gereformeerde Hooge-
school, reeds in 1564 (dus nog 10 jaar eer
dan de eerste Nederlandsche in Leiden)
gesticht. Daardoor is Debreczen „hot sterk
sle bolwerk van het Protestantisme in
Hongarije geworden. Nog vóór een eeuw
,was liet 't wetenschappelijke en nog meer
het Gereformeerde middelpunt' van Hon-,
garije. Na Zevenburgen was deze stad de
plaats, vanwaar het felst gestreden is -te
gen den godsdienst en nationaliteit onder
drukkende heersohapij der Rabsburgers.
I>at strijden wc zagen het reeds ging
Nu neem ik een, ander .artikel, 'dat ook
veel voorkomt en dat is Dahlia's. Daar
wordt enorm aan verdiend zeggen' de men-
schèn, -want die snijdt, men 3 u 4 maanden.
Alles zeer terecht. Maar hu do intieme
zijde. Gesteld, iemand gaat Dahlia's telen.
Het land kost hier gemiddeld ƒ1.25 per r.
Aan planten kost het hem minstens 2.50,
mest ƒ0.50, latten ƒ1.50, arbeidsloon totdat
ze bloeien ƒ0.50; alzoo als hij begint te
snijden kost bet hem ƒ6.25 per R. R. Ziet
u wel, werkelijk niet overdréven ingelicht
gaat men wel eenigszins een andere ge
dachte vormen. Ny. moet men niet den
ken: dat is maar voor óén keer. Neen,
landhuur, mest, arbeidsloon, komen altijd
ieder jaar terug. Do 'planten moet men,
wil men trekken, telkens door nieuwe
soorten vervangen, en de latten of stok»
ken zijn in den grond zeer gauw verrot.
Ton slotte de zedelijke invloed! En-dan
moet ik aan mijn vrager dit antwoord ge
ven. Dat, vooral met liet oog op den
handel, die er op ons dorp aan verbonden
is, de zedelijke invloed niet best' kan ge
noemd worden. Dit ligt in den aard dei-
zaak. Als men veel op weg is met handel,
komt men vanzelf veel in do herberg, hei
zij om brood te eten of anderszins. Ilier
kómt bij dat men in doorsnee tor markle
veelal menschcn aantreft, die zedelijk nu
n-iot direct hoog staan. En^Jok, dat altijd
geld op zak hebben kan vooral voor jon
gere mcnsclïen niet altijd goed 'genoemd
worden. Doch dit is het geval met allen
handel. De ouders zullen daarom m.i. goed
doen strenge controle op hun kinderen uit
te oefenen. En toch ook weer niet al te
streng. B.v.: laat een oucler altijd zorgen
dat een kind even goed thuis durft le ko
men met verdienste als met zonder
verdienste. Want als gij zuur naar hem
kijkt als hij al is hij reeds twintig jaar
niet veel verdiend heeft, zal hij, als
hij op een anderen keer veel verdient het
geld in den zak houden om het er een
volgenden keer bij te passen. En zulk
soort van geld danst bij hem in den zak,
en daarom zou het kunnen gebeuren dat
voordat dié tijd kwam, hij het ver
brast had.
Alzoo, geachte Red., heb ik getracht den
invloed van ons bedrijf gebrekkig te
schetsen, en ook do menschcn eenigszins
in te lichten, die er wel eens verkeerd
over denken. Ninet om hen pessimistisch
te maken heb ik dit geschreven. Wie mij
kent weet dat beter. Maar om eenigszins
een kleinen kijk op de dingen to geven.
Alles er van zeggen gaat natuurlijk niet,
dan zou ik van uw blad veel meer ruimte
in beslag moeten nomen dan U lief zou
zijn. 1)Daarom eindig ik, doch niet voor
dat ik U hartelijk dank zég, dat U tot drie
maal toe Uw ruimte voor mijn schrijven
hebt willen afstaan.
Uw D\v, Dr.
T. K R ALT Cz.
1) Voor bijdagen als deze, die het alge
meen belang raken, stellen wij vóorzoover
mogelijk, gaarne ruimte beschikbaar.
Red.
DE VERARMDE WERELD.
In een Ame.-ikaanscb blad is een vrij betrouw
bare opsomming der staatsschulden over de gè-
lieele wereld verschenen.
Die schulden bedroegen voor den oorlog on
geveer 120 milliard gulden en zijn thans geste
gen lot omstreeks 1100 milliard.
Van dat bedrag moet natuurlijk rente worden
opgobracht.
Het is niet te verwonderen, dat onderschei
dene Staten in de onmogelijkheid verkeeren' aan
hunne verplichtingen te voldoen.
Deze tot zoo groot© hoogteaangewassen schul
denlast is natuurlijk voor ccn groot deel liet go-
volg van den wereldoorlog. Maar toch valt het
op, dat feitelijk eerst na het sluiten van den
wapenstilstand het enonn accres gekomen is.
Dit is verklaarbaar uit do mentaliteit, die door
den oorlog is ontstaan.
Men was er in de jaren 1914 tot 1918 aan
gewoon geraakt, dat uit de staatskas ongelooflijk
groote bedragen betaald werden, en in verband
met de precaire toestanden, aio overal hoor sek
ten, hadden de overheden allerlei zaken aap- zich
getrokken, die voorheen door do maatschappij
zelve bekostigd werden.
Met -dit systeem is men *•- «-to wapens
altijd altijd gepaard met lijden. Ook in
Debreczen. Toen Kossuth daar in 1848, de
duldelooze tyrannie moe, de onafhanke
lijkheid van Hongarije uitriep in een der
kerken waar ons in de ouderlingenbank
nog de gaatjes werden getoond, gemaakt
door do punaises, waarmee het sierdoek
bevestigd was geweest .wreekte Oosten
rijk zich niet alleen op bloedige wijze,maar
ook door een terugzetting van de Hooge-
scliool. Ze mocht geen Universiteit zijn,
en miste het promotierecht. In 1914
toen Oostenrijk de Hongaren noodig liad
in den roekeloos begonnen oorlog, werden
deze bepalingen opgeheven, en zoo is de
Hoogeschool nu een volledige Universi
teit, en behoeven de Hongnarsclie theolo
gen nu niet meer naar 't buitenland om
een teologisch doctoraat te krijgen of zioh
tevreden to stellen met een doctoraat ln
een andere faculteit wel de pliilosophi-
scho Deze Universiteit is wel een
S.taats-Univcrsiteit (in financieel' opzicht
en doordat de professoren, zelfs dé theolo
gische (8), door den koning worden be
noemd), maar draagt toch ccn beslist Ge
reformeerd karakter: in de Thcol. facul
teit kunnen b.v. niet anders dan Calvinis
ten hoogleeraar worden. De andere groo
te Universiteit van Hongarije, die te Buda
pest is daarentegen Roomsch: daar heb
ben do Gereformeerden dan ook een Theo
logische School", waar o.a. Prof. Sebes-
teyn hoogleeraar is. Het in 1564 in gebruik
genomen gebouw is later afgebrand; wat
wij zagen een grootsch, monumentaal
gebouw zal binnen afzienbaren tijd in
figuurlijken zin-plaats moeten maken
voor een ander. Dit zal een reusachtig ge-
houwen-complej: worden, waarvan wij het
terrein en het eerste begin bezichtigd heb
ben.
Natuurlijk is oe financieele toestand der
hoogleeraren en studenten uiterst slecht.
Natuurlijk want die van het hecle land
gestreken waren, in verdubbelde mate voei'g-v
.gaan.
Alles heeft men zooveel mogelijk op de pu
blieke kassen geladen. Ook hier le lande. En het.
natuurlijk gevolg daarvan ia geweest, dat de
schuldenlast op onrustbarende wijze gestegen is.
Juist omdat men ging drijv-en op het Staals-
crediet, voelde men aanvankelijk niet, hoe duir
do maatregelen waren die men overal nam.
Toen men het begon te voelen, was het loile-
lijk al te laat. -
Do vraag is gewettigd: Hoe komen wij weer
van dien ondraaglijken last af'?
En dan is het wol zeker, dat er niet weinig
Staten zijn, die het niet zullen knimen bolwer
ken.
Maar' ieder begrijpt, hoe ellendig dan de ge
volgen zullen zijn. Schier ieder is bij dat Sla^
tenerediel betrokken.
N. H. G.
Gezwavelde Fransche witte wijn.
Dr. Van H<i mei Roos waarschuwt in het
..Maandblad tegen de Vervalsch'mg" tegen
de gezwavelde Franacho witte wijnen. Rij
schrijft
,5Wij hadden gelegenheid in Fransche
witte wijnen een zoodanige groote hoeveel
heid zwavelig zuur te constateeren, dat
het geregeld gebruik er van naedelig voor
de gezondheid zal kunnen worden.
Gelijk bekend is, worden de wijnvaten
gezwaveld, en deze behandeling, mits des
kundig toegepast, wordt in allé landen
goedgekeurd, daar slechts geringe hoeveel
heden zwavelig zuur op deze wijze in den
wijn kunnen geraken.
Geheel anderswordt de zaak wanneer,
zooals dit in Frankrijk en ook elders ge
schiedt, een betrekkelijk groote hoeveel
heid zwavelig zuur op deze wijze in den
wijn toegevoegd worden, om de gisting
van het" druivensap te onderbreken, en
zoodoende deelswijze den zoeten smaak
van den most te behouden.
Deze hoeveelheden bereiken zooals wij
konden constateeren, soms c.a. een derde
gram per liter, ,d. i. ruim liet tienvoudige
van de b.v. in Italië en Zwitserland, en
ruim het vijfvoudige van de in Duifsch-
land toegestane hoeveelheid zwavelig
zuur. Het behoeft waarlijk geen verwonde
ring te baren, dat zoo menigmaal geklaagd
wordt, over hoofdpijn en -een onbehagelijk
gevoel, bij het geregeld, zelfs matig ge
bruik van dergelijke wijnsoorten.
Waar onze nieuwe Warenwet teil deze
zich niet naar den eisch kan doen géiden,
daar ten ontzeilt nog geen normen voor
wijnsoorten bestaan, achten wij het wen-
schelijk, in het belang der publieke ge
zondheid, cje aandacht der. autoriteiten op
deze zaak te vestigen. Zoo menigmaal
worden uit het. buitenland waren hierheen
gezonden, die in het land van oorsprong
niet toegelaten zijn, en die men derhalve,
met bekwamen spoed ar. ar het alles slik
kende Holland uitvoert, waar behoorlijk
deskundig toezicht aan de grenzen (waar
op wij reeds zoo herhaaldelijk aandrongen)
geheel ontbreekt,''
HET N?ILLIOEN
38e Verantwoord i ri g.
Kampen e. o., le storting 5.000.--
Pijn acker, le storting 225..
Ermclo 250^-ti
Rijnsburg 500.
G. van W. ie A. 20.
Katwijk "a; Zee 300.
R'dam, 9e storting 5.000
H. te A. 10.—
Totaal 11.305.—
37e Verantwoording 575.140 83
/597.146.S9 Yi
s i
8 Ons Babbelhoekje. I
8 1
Leiden, 10 Dcc. 1921.
Best-e Neefjes en Nichtjes!
Wat was ik Zaterdag j.l. boos op den
drukker, toen ik zag dat de oplossingen
niet in de krant- stonden van 26 Nov. Ik
dacht bij me zelf: ik zal het Zaterdag aan
de kinderen vertellen, dat het zijn schuld
is. Maar. nu ik aan mijn schrijftafel
en van al zijn bewoners is dit. on. we' heb
ben in ons eigen land kunnen zien/dat de
menschcn, die uitsluitend met het hoofd
werken daaronder 't meest te lijden heb
ben, nog meer (althans naar verhouding)
dan zij die alleen met hun handen 't brood
verdienen. Men kon 't velen aanzien, dat
ze gebrek leden, soms zelfs aan hun on
dervoed lichaam, maar heel dikwijls aan
hun klecding. Begrijpelijk: een boerenpak
kost bijna een derde van het gemiddelde
inkomen van een hoogleeraar (30.000 kro
nen, voor den oorlog ƒ15.000, nu 'ongeveer
zooveel centen!) Een professor, die bo
vendien nog langen tijd ziek geweest was,
vertelde me dan ook in 7 jaren geen nieuw
kostuum te hebben kunnen koopen. Hij
dacht er over, maar weer dominee te wor
den op een dorp: 't traktement was-daar
ook wel laag, maar daar Vulden de natu-
raliën nog veel aan. Hij woonde nog Wel
in' een heel klein stadje, Saraspatak, waar
dus alles veel goedkoop3r'is; dan in Buda
pest of Debreczen. En dezen hoogleeraar,
die ook in Nederland gestudeerd had, roem
de men als een zeer knappe geleerde!
Hoe treurig is do toestand van een kerk,
wier professoren zoo onder stoffelijke las
ten gebukt gaan. TeaneeV waar nóch hun
eigen inkomen, nóch dat van de bibliothe
ken het toelaten buitenlandse lie boeken en
tijdschriften (voor hen bijna even onmis
baar als levensmiddelen) aan to schaffen.
Nog slechter is die van de studenten, die
door verarmde ouders moeten onderhou
den worden. Dezen kunnen vaak nage
noeg niets voor hen doen: zij moeten dus
vooral in de vacanties proboeren, soms
zelfs door veldarbeid, wat te verdienen
en brengen 't gedurende hun vorhlijf in
de academie-stad meermalen niet verder
dan twee vreeselijk schrale maaltijden
(ontbijten doen zé dan niet.) per dag. Ge
lukkig zijn aan de Universiteiten en Hoo-
gescholep Internaten verbonden, waar .ve
ging zitten, én een en ander weer (c voor
schijn haal om aan jullie te schri jven, wat
vind ik daar?! het briefje waar de
antwoorden op staan. Dat' was per abuis
op mijn tafel blijven liggen. Wel, wel, wat
had ik een spijt! Eerstens omdat ik jullie
teleurgesteld had en ten tweede omdat ik
dien drukker valsch beschuldigd had in
mijn hart. Gelukkig nog niet in de krant.
Ik vraag jullie allemaal en ook den druk
ker heel vriendelijk of je het me vergeven-
wilt cn zal nu beter oppassen. Ditmaal
krijg je dus de opl. van 26 Nov. en van 3
Dec. tegelijk to Jczen.
Iptusschon is de Sint-Ni co laas weer
voorbij, 't Is in de stad als uitgestorven.
Hebben jullie véél pleizier gehad? Ja? en
ook veel gekregen? Ik ook! 't Is altijd'een
gezellig avondje. Maar nu gaan we weer
langzamerhand veel denken en j spreken
over een veel heerlijker feest. Kerstfeest!
Wat is het heerlijk, als we dat Kindje in
Bethlehem ook van harte liefhebben, want
van Hem zijn alle goede gaven. Als Jezus
niet gekomen was %onden we niets heb
ben dat dit leven veraangenaamt en nog
minder leven na dit leven. Laten we veel
bidden of die Jezus ook in ons hartje wil
komen. Dat is het heerlijkste wat je den
ken kuilt.
Nu jongens en meisjes, let vooral op het
antwoord dat. ik hieronder aan „Clivia*
schreef, want dat is ook voor jullie.
Ditmaal komen de Leidenaars weer ach
teraan.
L e i d e r d o r p.
„Rozetje". Je hebt zeker de vorige week
reeds het antwoord op je vraag gelezen. Ik
denk dat je nog uiet weet-, dat ik eerst
do volgende week antwoord geef op 'de
brieven. d.ie deze week binnenkomen.
A b b e n e s.
„Vlasvink". Ja, ijsvermaak is er al
vroeg van dezen winter. Je opl. was goeu
behoudens een paar foutjes.
S a s s e n h e i m.
„Iris en Tulp" Goed zoo jongens, jullie
hebt je best gedaan.
Voorschoten.
„Drietal". Of ik graag eens zou komen
kijken! Maar ik hel) het veel te druk ge
had, zoodat ik ditmaal zelfs niet eens
schaatsen gereden heb.
W o u b r u g g e.
S. en C. W. Dat is eigenaardig hè, dat je
van schaatsenrijden alliijd slaap en dorst
krijgt.
W assén a a r.
„Vérgeet-me-nietje". Houdt je niet van
koude? Ik wel', ik mag wel graag door de
koude loopen, als het er maar niet zoo
bij waait-, zooals verleden week.
L i s s e.
„Elfje". Natuurlijk behoefde jij nu geen
oplossing te geven, maar nu krijg jc-toch
een cijfer voor je inzending. „Kleine Trom
pettcr". Jou meester is verbazend goed op
jullie.: Hier zijn we! scholen waar ze hee
lcmaal geen vrij krijgen om schaatsen te
rijden. ..Knipmesjc", Nou, dat geloof ik
ook. Als jc .een week lang, iederen middag
schaatsen gereden hebt, dan is het langge-
.noeg.
Koudekerk.
M. G. Nu zal de drukte voor jou wel weer
een beetje over zijn, maar.,.: nu is hei
ijs weg! Jammer voor jou.
Leiden,
„Antoni". Je opl. was goed. „Appel-
steeltje". Zie je, zoo .was je bricl' veel net
ter. Jc moet maar steeds je b.ïst doen, dan
wordt je werk slecds netter. N. II. Jam
mer dat jc broertje niet meer meedoet. Jij
hebt al je opl. goed. „Tijl Uilenspiegel".
Jij dacht, zeker: Wie veel zegt, heeft veel
te verantwoorden en daarom zeg je maar
niets. Nu dan weet ik ook. niets. „Moeders
Oudste". Heb je liet druk gehad met St.
Nïcolaas? Zeker met pakjes uitpakken en
met. je verjaardag? „Vaders Jongste". En
jij, hoe heb jij het gehad? „Robinson Cru
soe". Ja. dat dacht ik wel, toen ik de ad
vertentie zag, dat het jouw grootmoeder
was. 't Is natuurlijk jammer voor jullie,
zoo'n goede •grootmoeder le verliezen,
maar als zij, zooals jij zegt bij Jezus is.
dan is het voor haar enkel winst. „Clivia".
Ik heb weieens gemerkt dat je voor de
Stads-Evangelisatio mei een busje loopt,
want dan las ik weieens- dat je een hoekje
i'nocht halen bij den heer v. d. Bos in de
Haarlemmers! raat No. 141.Deze heer vroeg
me onlangs-of ik nog niet een jongen
meisje wist die zoo'n busje wou hebbenj
Al was liet buiten dc stad, .dat hinderdr,
niet zei hij. Ik dacht toen, ik zal het maai
eens aan mijn neefjes en nichtjes vragcii
Mocht er eentje bij zijn die voor dat goed»-
doel een busje wil hebben laat die dam
maar aan bovengenoemden heer vrageif
of schrijven. Mocht je liever aan mif
schrijven, dat is ook goed, want dan zetf
ik het wel aan dien mijnheer.. „Eva." Zal
je niet te veel in dat mooie spiegel(j%
kijken? want dat is slecht, dan wordt
ü'otsch. D. D. Zoo, nu was het veel mooierj
ferm jongen! Dat vind ik heet aardig,
„Viooltje" en „Hannie". JuRie hebt he*
beiden nog al makkelijk gehad, doch reken*
maar dat het niet altijd zoo gaat.
Oplossingen Aan 26 November. 1
Prijsraadsel:
Smeed geen kwaad tegen uwen naast»;
aangezien hij met vertrouwen bij u woont»
Spr. 3 29.
Onderdeelen: Ede tijger aardcweii?
kast Som aas bij eed
Aaron Mozes gemeenten Eva
Sien wijn getrouw Teunis hen
uw noot. 'A
Letterraadsel:
Eben Haëzer
Van dc kleineren:
a. Daniël Anna Vasthi. Izaiik
Debora Koning David.
b. Jesse Othniel Naomi Asa
Do profeet Jona
De profeet Elia.
c. De thee, want die moet „trekken" en"
de koffie wordt „gezot".
Antwoorden der raadsels 3 Dee. '21.
Als het getij verloopt verzet men de ba
kens. Onderdeelen: GerardaEbsan
IJlst hij peer Klaas veen
teen arm vleet vrede poot
-zaad.
Willem van Oranje.
Van de kleineren:
a. Loevcstein.
b. Olm Den Iep.
c. Mik Ede bed lied. v
Medemblik.
NIEUWE RAADSELS.
Voor do gvoolereu.
Mijn geheel bes'aat uit 32 letters en is
een tekst uit den Bijbel.
20, 30, 31, 32 doet Moeder soms in het
eten.
Een 26. 2, 3, 22. groeit aan een boom.
De 1} 2, 26 ziet men in den zomer meer
dan in den winter.
Een 10. 9, li. 13 ruikt heerlijk.
16 20, 29, 15, 18, 28, 20, 20, 10 is een dorp
in Z.-Holland.
Een 25. 24; 23, 21 is een nuttig dier.
24 10, 17, 12, 6 wordt uit de rivier opge-»
vischt.
Het land 4. 5, 29. 23, 32 was bijzonder ge-,
schikt voor herders.
6, 20, 7, 27, 13 is een uitstekend verblijf
voor menschcn die een zekere ziekte heb
ben.
19, 8, 18, 22 is het tegenovergestelde vari
zuur.
4, 16, 6, 29 is iemand die den weg wijst.
Ingez. door: „Vlasvink",
Letterraadsel «/T
aaabnppijkosskrrst.
Voor de kleineren: Om in te vullen:
a. Een jongen, die, van het wandelen
moo geworden, in het gras ging «illcn,
kwam juist op een mierennes! terecht, v
Toen hij 's avond zijn kousen uittrok bij*-,
het naar bed gaan, kwamen er allemaal
uit.
b. Een zwart mannetje gaat over een
zwart landje en laat witle voet-stappen
achter. Roe kan dat?
c. 't Is weg cn hel blijft weg, cn is al-
tijd weg geweest en toch zie ik het eiken
dag. Wat is dat? v.
Ingez. door: „Het Drietal". -
Ik hoop dat ik ditmaal weer veel goede
oplossingen mag krijgen. Do-) daartoe al
len maar goed je best.
Tot de volgende week. Jo Gom
WILLEM.
le studenten voor betrekkelijk weinig geld
nog een té dragen beslaan hebben.
In het Internaat te Debreczen ontmoet
ten we hoewel 't vacanlie was nog
vrij veel studenten. Do arme jongens kon
den niet naar huis: hun ouders woonden
in T „bezette gebied": pas- en reiskosten-
bezwaren verhinderden hén hun vaeantie
thuis door le brengen!
Tn dit centrum van het- Ilongaarsehe
Calvinisme mede doordat de hervormer
van Hongarije, Melius, gewoond en ge
werkt had: hij had Pr o.a. een nog be
staande boekdrukkerij gevestigd cn had er
reeds in 1567 een Gercf. Synode bijeen
geroepen wérden wc rondgeleid door
de hoeren Erdös en Zambory.
Het Hdngaarsche leven is meer naar de
zon gcrcgeM dan 't onze: men gaat er vroe
ger naar bed dan hier en, daar een mid
dagslaapje er althans in den zomer, als de
middaghitte he|, werken onmogelijk maakt
heel gewoon is, staat men er ook vrij
vroeg op. Dus moesten ook wij ons weer
heel gauw losmaken uit de zachte, maar
stevig-klcnimehde armen van deii slaap
god, vooral omdat de hoogste personen
uit het kerkelijk Debreczen ons wachtten.
Als eerste nummer op het dagagendum
stond een bezoek aan den Bisschop en
don Opper curator. Deze beiden heeren onl
vingen ons tezamen en hielden zich ceni-
gen tijd met ons bezig, naar allerlei over
Holland informeerend. Do eerste geleek
in niets op een geestelijke: zijn militaire
knevel, zijn krijgshaftige gestalte, zij.,
geheele optreden, dat alles deed veel meer
denken aan een Roomscho bisschop uit,
do Middeleeuwen, die als keizerlijk stad
houder b.v. beter het wereldlijke, dan het
geestelijke zwaard wist te haritecren, dan
aan een Gereformeerden predikant, die
„schapen' en „lammeren" moet „weiden'.
De andere, een graaf, was al ccn oud
man. Hem zouden we veeleer voor het
geestelijke hoofd der Superintendent ie,
den Bisschop van het wereldlijke gehou
den hebben. Van hem vertelde men ons,
dat hij zeer rijk was, maar ook zeer mild.
Dat hij zijn schatten niet gebruikte voor
zichzelf, konden ook wij, als we letten op
zijn kieeding, constateeren 1
Na deze ..audiëntie" zooals ik die be
zoeken spottend noemde volgde die bij
den vader van den hoer Erdös, den voor—
naam sten professor in do Theologische
Faculteit. Déze oude, vriendelijke heer -
alle Hongaren waren vriendelijk voor ons,
deze bijvoeging wil dus alleen zeggen, dat
hij het buitengewoon was sprak gerui-
men tijd met ons, en toonde zich voora»
blij een lloll'andschen student in do Theo
logie te ontmoeten. Als mijn vriend vooz
do helft bereikt, van wat Prof. Erdös hem
voorspelde, dan wordt hij zeker een be
roemde dominee en nog ineerl
Het volle morgen-programma zorgde
ook voor afwisseling: eer we ons derde
bezoek gingen afleggen, gingen we eerst
naar de Bibliotheek, waar wn vela liol-
landsche boeken uit vroeger ecuwen za-
gen en ons als groote curiositeit een plat-
legrond van Amsterdam uit 1544 getoond
werd. Natuurlijk moesten wo aanwijzen, -
waar de „Vrije" lag! Daarna bezichtigden,
wo het Stadsmuseum, waarop zij even
trotsch waroD, als een Leidenaar op do
Lakenhal, maar dat -mij zoo nu en dan
half-slapende maar matig interesseerde -
Helaas was ook do Directeur, die ons rond -
leidde, het Duilsch niet gtnoeg machtig,
om ons in die taal de uitleggingen te ge
ven
Gelukkig volgde daarop een bezoek aan
een ouden vriend van Dr. Kuyper, dat ik
bet mooiste van den heelcn ochtend vond;
dus een mooi begin voor 't volgende arti
kel. A' SCH#