Dagblad voor Leiden en Omstreken- ABONNEMENTSPRIJS as uaüaa eb euiima uaoaa V A4B AGfiSÏEM ÜEÏCSÏiÜO 2AI9 et» kwartaal f&w MUt WEEKISU9 ÏUANOO i'KB POST PER KWARTAAL l&M 2de JAARGANS. - VRIJDAG 25 NOVEMBER 1921 - No. 505 BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278 ADVERTENTIE-PRIJS PEE GEWOEK RIÜHj{«JSql DES ZATKRBAQS 1039 DiOEZOMifiü B8CLAJES DEKSEL TAJU1* KLBNX ADTBETHirnES rma faagib» m ncnha 58 «at: Zatedap ffi «ai, I a. m «Mrattfetaitaf i Dit nummer bestaat uit twee bladen fichoolgeldhelfing op de bijzondere scholen na 1 Januari 1922 en do voorgestelde gemeentelijke verordening. De nieuwo vet op 't L. 0. heeft de be doeling openbare en bijzondere scholen go- lijk te stellen ten opzichte van de publieke Daarom heeft zo ook voorgeschreven, dat op de bijz. 6chool gaan andere schoolgeld mag worden geheven niet meer en niet minder dan op de openbare school. De aanslag in het. schoolgeld moet voor alle 6öliolen geschieden door 't gemeentebestuur- Daarentegen gaat de wet uit van de ge dachte, dat de inning van 't door 't gemeen- bestuur, naar de regelen in de wet. genoemd irr tgestelde schoolgeld, voor de bijzondere scholen geschiedt door het schoolbestuur. Immers in art. 95 staat woordelijk: „Het innen van 't schoolgeld geschiedt, indien het (schoolbestuur dit wenseht, door het ge- tebestuur, naar de regel in de wet genoemd het schoolbestuur. Alleen ala dit de wensdh daartoe te kennen geeft, moot het gemeen tebestuur die zorg op zich nemen. Rijst dus voor de schoolbesturen de vraag: wat .zullen we na 1 Januari doen? Ik hoop ilat de besturen der bijz. scholen alle zullen besluiten, gelijk tot dusver, het zelf te doen. Allereerst om een princi- piöole reden: ep deze wijze blijven de nar tuuiiijke verhoudingen bewaaid. De oud» rs .van de leerlingen der bijz. school hel' -n als zoodanig alleen »e maken met het schoolbestuur, die feitelijk weer hun verte genwoordigers zijn bij io Overheid. In alle schoolzaken werkt het ft'ik en ook 't ge- meantébesbuur rechtstaats met het «chcol- bestuur, nooit met de individueele ouders. Gewenscht is het, ook voor het prin ipe der bijz. school, dat dit zoo blijft. Verder ook om allerlei pract.isdhe rede nen. Volgens art. 89 lie lid is het schoolbe stuur aansprakelijk voor de verschuldigde schoolgelden. Let goed op 't woord ver schuldigde, d.w.z.als het kohier van ohoolgeld, door B. on W. voor een bijzon dere school vastgesteld, bijv. f 4000.aan wijst in totaal, is heb schoolbestuur voor 14000 aansprakelijk, onverschillig wie er int of hoeveel er van de inning terecht komt. Maar dan is 't ook voor de school besturen het beste zelf die inning te doen plaats hebben. Ze beschikken wel niet over wettelijke dwangmiddelen als 't. gemeente bestuur, maar over moreele middelen be schikken ze wel.Ze hebben bovendien op dit terrain tem ervaring van tientallen van jaren. Daarom zelf heffen. Er is nog meer. Omtrent de w i j z e van inning is niets voorgeschreven. Indien dus het schoolbestuur zelf int, kan 't laten be talen, aooals dat zelf 'he' beste oordeelt. Het kan bijv. voor kleine beurzen per week laten betalen. Int het gemeentebestuur, dan gaat het op de manier van de belastingen. B. en W. maken kohieren op voor 't ge bed* schooljaar, die kohieren gaan naar den gemeente-ontvanger, deze zendt binnen ©en maand een aanslagbiljet aan ieder aan geslagene. Als men zich nu erven herinnert, dat do belastingbiljetten soms pas aan 't adres komen, als een groot deel van 't be- lasting jaar verstreken is, dan kan men zich voorstellen hoe het. met de school geldaan- elagen zal gaan. Dat zal de gemakkelijk heid en geregeldheid van betaling aller minst bevorderen en daarom doen de bijz. •ohoolbesturen wijs de zaak in eigen hand to houden. Er is nog een practisch voordeel ver bonden aan eigen heffing door do sohoolbe- «twrem. 't Schoolgeld komt in ieder geval ton bate van de gemeentekasmaar wordt verrekend met de bijdrage in de kosten, van instandhoudingdie de gemeente aan de vrije scholen verschuldigd is volgens art. 103 der wet De uitkeoring dier bij drage heeft volgens datzelfde artikel o u- verwijld plaats na de afslui ting der gemeenterekening over het afgdoopen dienstjaar, d.w.z. de bijdra- go, verschuldigd aan de bijz. scholen over 1922, zal pas worden uitbetaald, als het jaar 1923 voor oen groot deel verstreken is enz. Als een schoolbestuur de inning der school gel don overlaat aan 't gemeentebe stuur, vloeien die rechtstreeks in de ge- xneonieka>3 en zal dus geen .geld uit de ge meentekas in de echoolkas vloeien voor 't laatste halfjaar van 1923. Int hot. sohool- bestnnr zelf, dan komt hot schoolgeld in de schoolkas in den loop van 1922 en 1923 en hooft het bestuur dus kasgeld voor do loopendo uitgaven van'onderhoud, vuur, licht, leermiddelen, enz. Dat is een voordeel dat m.i. heel wat meer. waard is dan de evoutuoelo kosten die voor de inning ge maakt moeten worden. En nu do voorgestelde vorordeningen dar igeiiToon-te. Er zijn er twee:'een op do h e f- i i n g cm één o.p do invordering. Di» op de heffing zal ik op het oo gen- blik la/ten nisten, al wil ik oven op merken, dat de- .progross ie der tabel veel te wcitockm overlaat en dat de Ix^alingcm omtr»t ontheffing van schoolgeld zeer onduidelijk en onpraetiedh zijn. Maar de verordening op de invordering, die in verband met hot vorenstaande voor de schoolbesturen van groot belang i6, hoe staat die tegenover de wet., en de besturen der bijz. scholen? Daar valt wel wat op aan te merken. Dat begint al in art.. 1, luidende: „De invordering van het schoolgeld voor 't genieten van onderwijs aan do in art. 1 der verordening tot hef fing van schoolgeld voor het lager onder wijs genoemde scholen geschiedt door den •Gemeenteontvanger." Nu worden in bedoeld art. 1 ook de bijz. scholen genoemd, m.a.w. de verordening op de invordering schrapt in art. 1 het heele roc'ht der bijzondere schoolbesturen tot invorde ring. Nu ie het wel niet zoo erg als het lijkt, want in art. 4 wordt bepaald, dat de kohieron aan de besturen dor bijzondere 6cholen worden toegezonden, maar 'fc tee kent toch: lo. de mentaliteit van den sa mensteller ton opzichte van 'fc bijzonder onderwijs, 2o. de weinige accuratesse, waaimee da verordening is samengesteld. Een gewichtige moeilijkheid zit nog in art. 9, dat bepaalt., dat B. cn W. aanslagen oninvorderbaar kunnen verklaren. Blijkens de memorie van toelichting hebben. B. en W. hier uitsluitend liet oog op het open baar onderwijs. Ze steunen zich daarbij op de aansprakelijkheid van het schoolbestuur met deze woorden: „Int het schoolbestuur, dan is het aansprakelijk voor de op brengst." Doze zin i6 geheel onjuist. De wet zegt art. 89, 11e lid dat de scboollxst.uren aansprakelijk zijn voor de verschuldigde schoolgelden. Do aan sprakelijkheid der schoolbesturen hangt dus niet af van de wijze van inning, maar bestaat in ieder geval. En die aansprake lijkheid gaat niet. over het opgebrachte, maar over het verschuldigde school- Uifc de economie der wet, die financieel* gelijkstelling veronderstelt van openbaar en bijzonder onderwijs, volgt, dus logisch, dat, als aanslagen van ouders, wier leerlin gen de openbare school bezoeken, oninvor- derbaar kunnen verklaard worden, dit ook moet kunnen gebeuren ten opzichte van aanslagen, die de bijzondere school betref fen. Art. 9 behoort dus m.i. te worden aan gevuld met een bepaling bijv. luidende als volgt: „Deze oninvorderbaarheidsverkla- ring kan door B. en W. worden uitgespro ken ten opzichte van aanslagen van ouders, wier leerlingen de bijz. school bezoeken. In dien het 'bestuur oenor bijz. school zelf het schoolgeld int, geschiedt de verklaring van onin vorderbaarheid -op eon door dat. be stuur aan B. en W. ingediend, met redenen omkleed voorstel. Ook art. 12 der invorderi n gsvoro rdening vertoont weer dezelfde omissie als art. 1 Terwijl in art. 2 al. 3 de indiening van de lijsten met de gegevens wordt, opgedragen aan de b e s t u r en der bijzondere scholen, worden deze in art. 12 weer eenvoudig over 't hoofd gezien. J. SCHAAP, Hz. Secr. der Geref. School vereen. STADSNIEUWS. Dé verborgenheden van liet Spiritisme. Gisterenavond vervolgde Moj. M. J. Betli haar lezing over bovengenoemd onderwerp. Na de opening dor vergadering door den voor zitter van „Patrimonium", den heer N. de Graaf, die voorging in gebed verkreeg Moj. Bet-h dadelijk het woord. Spr. maakte oeret een opmerking over het feit, dat zij niet in debat wilde treden en ging vervolgens na, wat het spiritisme leert. Eenigen. tijd geleden is door de spiritisten het Nieuwe Testament „verbeterd" uitgegeven. Boven do Evangeliën leest men Herzien en gecorrigeerd door den geest van Jezus Christus." Ook de geesten van Paulus Johannes Jacobus enz hebben do onderscheidene zendbrieven, door hen gesehroven, herzien en verbeterd. Van het hook der Openbaringen ontbreekt hot grootste gedeel te. Waar in het N. T. van ontucht, onreinheid e. d. gesproken wordt, is dit in het verv;üsehte N. T. of verklaart door afgodendienst, of weg gelaten. Zoo is dit vaJsche N. T. bijna hot tegenover gestelde van het ware. Spit ging vewolgens na. hoe tegenstrijdig do loeringen der verschil lende geesten in onderscheideno landen, zijn. Daarna toonde spr. aan, hoe deze rjoestsn aan do macht van Christus zijn onderwerpen en hoe een waarachtig gelopvige (geen spiritist) hen in Naam van Christus kan boheersehen en dwtagpri tót waarheid spreken. Hiervan gaf spr. oeuige voorvallen weer. Een artikel in Het toekom- ig leven" (een epiiitistdsch blad) werd door spr. be_>.. den en de inconsequenties er van aangewezen. Nog eeni- gö leerstellingen van hot spiritism© werden door spr. goncemd. De spiritist noemt Christus ont- var v als een verdichtsel en looohend zijn plaats bekleedend lijdon en sterven. Aun dón Heili gen. Geest gelooft hij wol. maar bwwrt dat Deze, alleen tot ons komt door ..de vedk van getuigen", <Li. door do geestvn der n.V s1.-.-ve nen. Belijdenis van sonde, berouw en boete, heeft den spiritist niet noodig. Moor wat baat hen 't geloof aan God als zij den Christus verloochenen? Volgens do spiritist ton ziju engelen, de geesten van brave algestor venen. Satan bestaat voor hen niet. Daarmede maken zij God tot eeu leugenaar. Op deze wijze ging sp;r. voort, de leeningen der spiritisten, op grond van Gods Woord te be strijden om daarna de vraag te bespreken, w aarom laat God dit alles toe cn verleent Hij de demonen zooveel macht? Na de va] van den monsch, is de Satan de Overate dor wereld geworden. Langs den weg vb{u Gods recht kondon alleen de rnonsch on de Jschepping waer worden verlost. Daarom is Gods o eniggeboren Zoon tot ons nedergedaald, om Satan te bestrijden en te overwinnen. God laat dit alles toe, opdat de mensch het bedrog der zonde zal zien, maar Hij laat Engelen en menschcn ook weten ,-dat Hij den rechtmatigeh Heerschar blijft. Ten slotte wees spr. op de pro- fetdën in het boek der Openbaringen. Wij gaan ernstige tijden tegemoet. Tijden van wonderen cn teekenen van don Anti-Christ. Het zal Satan gelukken in te voeren in een mence, den mensch der zonde. Er zal verdrukking komen oïi vervolging voor dogenen die in Chris tus gelooven. Spr. verklaarde in dit licht Openbaringen 7: 13. De aarde waarvan in dit gedeelte gespro ken wordt is de maatschappelijke orde en de regdoringende zee is do rustelooze mcnachen- massa en de winden des Hemols zijn de machten der lucht. Spr. waarschuwde ernstig om nu, terwijl het nog de tijd is een toevlucht te zoeken bij het Kruis. Eenmaal zullen allen die Jen Christus verloochend hebben, en met het gebed den spot hebben gedreven, ach vereenigen tot één bid stond, een rampzalige bidstond als zij de ber gen zullen smeokon: „vult op cms", en do heu velen: „bedekt ons." Maar zalig wij, als wij dan mogen instemmen met het loflied het eeuwig" loflied tot Hein, Die de wereld hoeft liefgehad, opdat een iegelijk die in Hem geloofd niet verderve. maar het eeu wige leven hebbe. De voorz. dankte Mej. Beth voor haar uiteen zetting en sprak den wensch uit dat deze dit ge volg mogo hebben-, dat wij meer dan tot heden, denken over den orn6t der tijden. Nog sprak de Voorz. een woord van dank tot do aanwzigen voor de opkomst, de orde on de raefc, kondigde een lezing aan dio Ds. Riemen», hoopt te houden voor „Patrimonium" in combinatie met den Chr. Besturenbond, over: „Romeinsche zoden en ge woonten", richtte een enkel woord tot de aan wezigen aangaande de staking in de Metaalindu strie, waarbij hij de collecte voor de stokende metaalbewerkers aanbeval, en sloot daarna de vergadering. De heer De Jong eindigde met dankgebed. De collecte bracht op f 14.49. S.D.A.P. In deze weak gehouden vergadering van de afd. der 6.D.A.P. werd naar Het Volk meldt, 'het jaarverslag vam den: se cretaris goedgekeurd. We stippen er uit aan, dat het ledental van 1 Oct. 1910 1 Oct. 1921 gestegen was van 385 op 510 leden, alzoo een aanwinst van 125 leden in eon jaar of pl.m. 35 pCt., welke aan winst in hoofdzaak verkregen is, door gedurende den geiheelon zomer wekelijks één avond op huisbe zoek te ig a a n. De inkomsten bedroegen f 3654.46, de uitgaven f 3640.20 H, zoodat ©en batig sal do overbleef van f 14.25 A In het verlciezingsfonds is een bedrag aanwezig van f 1276.28, zoodat men de ver kiezingen genist te geanoet kan gaan. Ook de vrouwenpropagamda-commissie hoeft niet stilgezeten. Het aantal abonnees op de „Prol. Vrouw" is geklommen van 276 op 310. Feestvcrgadering der Leidselio Christel Oranje-Vcreeniging. Ter gelegenheid van het 13-jarig bestaan onzer Leidsche Christel. Oran je V o r e e n i g i n g, werd gisteravond, in de Stadsgehoorzaal eene groote foestver- gadering gehouden, die in alle opzichten uitmuntend geslaagd mag heef en. Precies te 8 uur opende do voorzitter D s. H. Thomas, de bijeenkomst met ge bed, nadat gezongen was Psalm 68 10, begeleid door het Harmoniegezelschap Polyhymnia". In oen geestige toespraak, zooals alleen do voorzitter dit kan, riep Ds. Thomas de aanwezigen de zaal was geheel bezet een hartelijk wolkom toe op tien 13on jaar dag der Leidsche Christelijke Oranjever- oeniging. Onze Oranjovoreeniging is thans 13 jaar oud geworden en is godurGndo al die jaren zogen voor ons volk geweest, omdat zo ge zegend word door God en genade vond bij God en menschen. Wij gaan aldus spr. van avond naar don jarige en zeggen tot haar, buig uw jong hart en hoofd en dank den Heere dat gij heden 13 jaren oud mocht worden. Do O r a n j o-V oreeniging is eigen lijk onze dochter, van wien we zeggen mogen, dat hot een flinke ferme meid is geworden, die den aanvalligen leeftijd van 13 iaar bereikt hoeft. Zij is nog in de korte rokken en hoeft het haar nog niet opgestoken; dit draagt ze nog los, met con groote strik, een o r a j c strik Ze is altijd voorspoedig gegroeid, wij hobben nooit, mot haar te tobben gehad. Na 1918 is haar groei zelf zoer toegeno men, werd zij corpulente-* 1 Aan dat jaar moeten wij steeds her inneren. Er waren, in die dagen vele „tus- ters" onzer vereeniging, die een rood lint in hert- haar droegen, en do oranjekleur, on ze geliefde oranjekleur wilden doen verdwijnen toen' heeft onzo, destijds 10-jari- ge, zich dapper geweerd en heeft in die veelbewogen tijd, de liefelijke banden, wel ke gelogd zijn tusschen God, Nederland en Oranje, vaster gemaakt. Onze vereeniging is jarig en dus is er vanavond verjaringsvisite bij onze dochter. Wie heeft ooit op zijn jaardag zulk 6en visite gehad! Onze dochter heeft vele vrienden; na tuurlijk heeft ze ook vijanden, maar haa/r vrienden zijn legio, en zij heeft ze in alle kringen. Ik moot namens onze jarige dochter nog iets zeggen vanavond; n.l. dit, dat ze erg blij cn verheugd i=, dat onze Burgemeester, de eerste van het Stadhuis, aan vankelijk herstellen mocht. (Applaus). Het is vanavond weer alles vreemde taal wat we hooren als ik de verschillende hee- ren en sprekers verwelkomen mag, aldus de v oorzüter, Polyhymnia (Grleksoh) A d n o s t r a m u t i 1 i t. a t e m (Latijn) Jahn (Duitseh), Tableau (Franeoh) en L u- teyn, de naam van den 'spreker, lijkt veel op Latijn. Uitbundig geiacht. Spr. weet echter dat zij allen wat goede zullen doen hooien. De muziek, de kwieke jongens en meisjes van Jahn, het tableau, dat een verrassing zal zijn en de spreker Ds. Luteyn zal zeker geen Latijn tot one spreken, maar zal tot ons spreken van Oranje en van Oranje alleen! (Langdurige toejuichingen). Op dit openingswoord volgden eenige goed uitgevoerde marsdien van de beide muziekgezelschappen, waarna D »s. L u- t e y n van Rijnsburg het podium beklom en zijn rode aanving, waarvoor hij tot on derwerp koos: „Onzo Stadhouder Koning., als man van beginsel." Het is nog slechts enkele weken geleden dat te Breda een groote schare autoriteiten en genoodigden bijeenkwamen, om het standbeeld te onthullen van onzen S t a d- h o u d e r-K oning Willem den der- d e. Iufallerlei vorm is bij doze plechtigheid door mannen van verschillende riahtdng, de groote beteelcenisvan Willem den Derde als Staatsman en als Veldheer geschetst en is zijn wonderbaar genie geteekend. Met reoht mocht door Minister De Vis ser bij deze plechtigheid worden gezegd, dat elk land trots zou zijn op zulk een ge nie cn veldheer. Stadhouder Willem de Derde was een uitmuntend veldheer, een ongeëvenaard Staatsman, een man van groote Europoe- sche vermaardheid. Wat is zijn grootheid en zijn kracht geweest.? Natuurlijk, 't was God, die hom met. .groote gaven en talon ten sierde, maar 'hierbij was Zijn onge ëvenaarde kracht gelegen in zijn groote beginselvastheid. Wat. was dat. beginsel? Verplaatsen wij ons in gedachten in 1688 aan de haven te Hellevoeteluis. Het Prin senschip ligt gereed om over te steken naar Engeland. Men had Prins Willem ge roepen om met zijn hulp Jacobus II uit zijn land te verdrijven. De Prins had zich bereid verklaard to komen. Het schip ligt gereed mrt den Prinsenvlag in den top. waarop Prins Willem vier woorden had doen schrijven „Pro Religioni et libertate" voor de Godsdienst en de Vrijheid l Op dit kompas zou hij varen, voor dit beginsel stak hij over naar Engeland. 't Waren ernstige tijden waarin Willem de teugels in handen nam. Lodewijk XIV, Koning van Frankrijk, eon man van groote kracht en bsteekenis was er op uit Frankrijk te verheffen. Al zijn gaven on talenten wendde hij aan om het Roomsoh Katholicisme te ver heffen. Dat was Lodewijks politiek. Daarvoor zal hij straks de Hugenoten uit -zijn land wegjagen. In 1672 is ons land overstroomd met Franschen. De Gereformeerde religie moet. als ketterij worden uitgeroeid; alleen do Roomsohen steken het hoofd op. Eén re ligie, één godsdienst, dat. is Lodewijks po litiek. Daarvoor hoeft hij Frankrijk, Enge land en Duitechland overwonnen, en zal hij ook dat gehate Nederland krijgen. Zelfs Johan de Wit, een staatsman van de eerste soort, heeft, dit drijven van Lode wijk XIV maar slechts ten doele do-orzien. Wil tem doorzag hom echter ten volle! Hem kan het, F rans die goud niet beko ren! In deze redelooze, radelooze, redderlooze tijd is hot Prins Willem geweest, die lo vend uit een vast- beginsel, ons volk en va derland, ja geheel Europa gered heeft, van de ovorheereching van het, Katholicisme en Absolut i ino. Voor de Godsdienst on de Vrijheid. Dat was Prins Willom'e beginsel! Men kont zijn antwoord aan Lodowijk's gezanten in hel jaar 1672, toon men hora woo3 op do hachelijke positie van ons land. Nog één middel weet ik, sprak de Prins: ,,Te sterven bij de verdediging der laatste gracht!" Zoo sprak hij, boen hij nog wai een jongen van 22 jaarl Dat vuur, die beginselvastheid is hem steeds bijgebleven, zelfs bij het klimmen zijner jaren. Hij heeft gestreden voor de Vryhedd en de Godsdienst, voor de Gere formeerde voor de Hervormde religie. 'Was het haat tegen Frankrijk of tegcai de Roomsch-Katholieken? Absoluut niet! Was het zijn lust tot oorlogvoeren, al lerminst! Hij voelde zich één met de „klei ne luyden", met hen die al hun heil en go- luk alleen bij God zochten en stelde onver- schrokken zijn beginsel tegenover dat van Lodewijk. Voor den Godsdienst om d« vrijheid, en voor de Vrijheid om den gods dienst! En als men in Parijs bezig is eon Triomf boog te maken voor de ontvangst der overwinnende Frans-die troepen, i9, eer de triomfboog gereed ia, de laatste Fransch- man uü Nederland verdreven. Stelt tegenover dit kloeke vaste beginsel van Prins Willem, de beginsellooze poli tiek van het Engel&oho hof. 't Was alles lonken naar Frankrijk! Als stadhouder Willem van Holland, ge kroond is tot Koning van Engeland, dan begint do strijd opnieuw. Onmiddellijk na zijn kroning gaf men hein te verstaan dat hij bet Engelsche volk niet achter zich had. Uw legers, zoo schreef meei hem, Uw. lijfwacht zelfs ia U ongenegen; heel hert) volk is U tegen! In welk een positie verkeerde de jonge Vorst! 't Wa© echter weer de kracht van Zijn beginsel, die over de beginseloodieid der Engels chen zegevierde. Zelfs Engeland heeft dit ingezien en heeft zich achter hem geschaard in den strijd tegen Katholicisme en Absolutisme. Een boginseloos leven is een nutteloos leven! Het. vaste beginsel van Prins Wil lem was zijn stuwkracht! Dit was ook zijn kracht in zijn strijd te gen de Hollandsche regenten. Alles was bij deze heeren gezet in het teek en van den handel. Als er maar vrede kwam, ten koste van alle3, dat was der regenten leuze. De vestingen wajren herschapen in tuin tjes, waarin men wandelen kon, aan zui gelingen waren officioraplaateen toegekend. Het Amsterdam dier dagen weigerde aan Prins Willem geld te geven voor den strijd voor de vrijheid. lAllleen in 1672, het rampspoedige jaar, 'toen kon hij van de Amst&vdamsöhe hee ren alles gedaan krijgen. •Prins Willem zocht echter geen persoon lijke belangen, alleen voor zijn vast en levend beginsel, voor de godsdienst en vrij heid wikte hij leven en strijden. Voor dat beginsel bracht hij groote offers, stelde hij zijn zwakke gezondheid in de waagschaal, verzoende hij de Ruyter en Tromp. Deze beginselvastheid van Prins Willem moet ook ons beheerschen! Wat leven wij vaak uit belangen-heginselen. wat. wordt in onzen tijd niet bijna uitsluitend ge vraagd, naar wat het meeste geeft.. „Voor den Godsdienst en de Vrijheid", dat moet. ook onze leuze zijn! Religüe en Vrijheid zijn onmisbaar voor het welzijn van volk, van huisgezin en van toet. persoonlijk leven. Zonder de Oranje'* tot ..Utdbori'-menschen te willen verheffen mogen wij toch weggen dat zij hun goed en hun bloed hebben geofferd voor de zaak van Godsdienst en Vrijheid. Hot beeld van één der groote Oranje^ te hebben mogen schetsen, in een zeer kort bestek, was s«pr. aangenaam gewekt. Draagt dat beeld Aan Koning Stadhouder Willem III in heel uw loven en wandel uit en zij zijn leuze ook de uwe: Je Möintiondrai! Pro Re- 1 i g i o n e et libertate! Na deze met gloed uitgesproken schit terende rede, waarop een dav ap plaus volgde, werden door den .T. W. Snel. directeur van L.E.D.A G.O.II. een tweetal muziekstukken uitgevoerd op de Xylbphoon, welke veel bijval oog»! ten. De vaardigheid waarmede de heer Snol zijn instrument bespeelde, had alecmoene •bewondering. Een luid applaus viel hero ten deel. Hierna werd onder leiding van den heer C. A. cl e Bruyn. directeur van „Jahn" een gecombineerde oefening op mmw-k uitgevoerd, die uitmuntend slaagde, en waarvoor de deelnemer* een woord van hulde toekomst.. Vooral de heeren hadden o.i. een zware taak te vervullen. Thans word circa 20 mimiten gonau- seerd. Na dc pauze werd het tableau ver toond dat in één woord prachtig was. DLt tableau, voorstellend de kroning van Stadhouder Willem d e D e r- d e en zijne gemlaWn M ar ia S t u.a rt, werd voorgesteld in drie standen. Ie. De begroeting door afgezanten van het koninklijk paar; 2o. do kroning zelf; 3e. de eedsaflegging van den koning. Zoowel de costumes geleverd doof „Bnato" als de groepen;.ing waren schit terend en maakten een. overwddrgenden indruk. Ook de personen waren met zorg ge kozen. Prins Willem en Maria Stuart go»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 1