Tweede Blad.
Woensdag 26 October £921.
Onze voorrechten.
In zijn brochure „Onze tijd en onze roe
ping" wijst Prof. Anerna op do groot© voor
rechten, waarvoor wij in onzen tijd. God
mogen danken.
Wij hebben zegt hij, hot groote goluk, dat
onder ons geschillen van ceMraal-principi-
eelen aard niet aanwezig zijn.
Er zijn zeker wel gevaren die ons, Calvi
nisten bedreigen, maar die komen voorna
melijk van buiten, niet, of althans wel min
der van binnen.
Een tweede voordeel is, dat God ons Dr..
Kuyper tot in zoo hoogen ouderdom ge
laten heeft.
Daardoor heeft -de overgang van den
ouden, laten wij zeggen monarohalen, toe
etan d naar den nieuwen, die meer aan een
republiek doet denken, Langs lijnen van ge
leidelijkheid kunnen plaats hebben.
Er is ruimte van tijd geweest, waarin op
kerkelijk, staatkundig en maatschappelijk
gebied, mannen ii,pten, die in staat waren
elk op zijn gebied in kleinen of groeten
kring de leiding op zich te nemen.
Wij staan voor het zelf verder voeren van
de i -o behoorlijk toegerust; niet meer
dan behoorlijk, want er ontbreekt werkelijk
pog wel wat, maar ook niet minder.
Dit maakt, dat er geen inzinking behoeft
te volgen, waaruit het naar boven krabbe
len later dubbel moeilijk zou zijn.
In de partijleiding, in de Staten-Generaal,
in de regeeringskringen van Rijk, provincie
en gemeente, in de vakbeweging, in lager
middelbaar on hooger onderwijs, in handel,
en nijverheid hebben en krijgen wij al meer
mannen van onze beginselen, die elk op zijn
terrein invloed weten uit te oefenen.
Nog niet zoo lange Jaren geleden was
enz© groep leelijk topzwaar, maar dat is
gelukkig voorbij. Wij missen mannen van
de proportie van een Kuyper, maar onze
structuur als geheel is veel steviger en so-
lieder geworden in den tateren tijd. Dat zal
ons in1 de moeilijke tijden, die wij tegemoet
gaan, te pas komen.
Eindelijk kan met dank aan den Heere
onzen God werden geconstateerd, dat onder
ons volk de liefde voor onze 'beginselen on
verzwakt is.
Natuurlijk is het ook onder ons niet al
les boterje tot den bodem en ondervindt
ook ons vel -deel de invloeden van den tijd
en ook do gevolgen van een niet altoos ver
staan van dien tijd; er zijn oude en nieuwe
kwestie's, wij komen daarover van zelf te
Voor roemen is het, indien- al ooit, zeker
thans allerminst de tijd en hot schrijven
van deze bladzijden is afdoend bewijs, dat
ik een open oog heb voor wat verbeterd
moet en ook beter kan. Maar dat is heel
wat anders dan een algemeen© inzinking
van de drie dingen, die in een Christelijke
beweging altoos moeten aanwezig zijn: ge
loof, hoop en liefde.
Er is actie, toewijding en liefdevolle ar
beid bij 1 'k zelf, bij het kader en bij de
leiders. De tocht, door Galijn en Idenburg
door het land gedaan, heeft genoegzaam be
wezen, dat het leven onder ons alles behal
ve is ingedommeld; het heeft zioh geconsoli
deerd.
De verwachting der links dhen, dat als
Kuyper eenmaal wegviel, het ook gedaan
zou zijn met de kerkelijke en staatkundige
beweging, waarvan 'hij de leider was, is nu
reeds een allusie gebleken. Wij hebben te
ordenon, te wijzigen ear e-ok nieuw te -bou
wen, maaT wij staan daarbij voor een le
venskracht i gen en voor toenemende ontwik
keling vatbaren toestand.
Wij hebben een hreode söharo, die niet
anders begeert dan naar de Calvinistische
beginselen te leven en een ganeohe reeks
van meer ontwikkelden, wier lust het is elk
op zijn terrein hun tijd en werkkracht te
geven, om samen dat alles zoo groot on
sterk te maken, ah ons maar gegund wordt.
Tegenover allerlei klacht, die rijst, mag
wel eens de nadruk op al die voorrechten
worden gelegd, niet om daarna in misplaat
ste voldaanheid een eigengerechtig dutje te
kunnen deen, maar om straks niet aan on
dankbaarheid tegenover de weldaden Gods
schuldig te staan, en tevens -om in do juiste
geestesstemming te komen, ten einde mot
succes te kunmien bespreken, wat ons op al
lerlei gebied te d-oen staat.
Want wanneer men niet die groote hoofd
zaken voorop stelt, loopt een bespreking
over dingen, die anders moeten, er zoo licht
op uit, dat men een aigemeenen indruk ont
vangt. van min gunstige ©trekking. Wan
neer daartoe metterdaad grond is, moet men
er niet voor terugdeinzen, om ernstig en
koelbloedig een algemeen- ongiinstigen toe
stand te erkennen en onder de oogen te
zien; ma-ar als zulk een toestand niet be
staat, moet men ook niet praten, alsof hij
er wel is.
Bij het lezen van -sommige publications
in en buiten de periodiek© pers treft mij
soms een zekere klaagtoon, die ik meen dat
gevoegelijk achterwege kan blijven.
Voor lichtzinnig optimisme is er zeker
•geen reden, en een stemming in dien geest
is zeker niet de geschikte bodem, waarop
verder groei en bloei kunnen tieren; trou
wens heel die stemming past niet bij onze
levensbeschouwing.
Verdoezelen van misstanden of goed pra
ten van wat niet goed is, is niet alleen ver
keerd, het is tevens kinderachtig.
Maar een bij voorkeur opzoeken van de
schaduwzijden, deze zoo donker mogelijk
afmalen en dan gaan klagen en krijten is
evenmin christen- en mannenwerk. Verwer
pelijk is in elk geval zeker, om munt te
slaan uit werkelijke of vermeende misstan
den, anderen daardoor neer to drukken en
zich zelvon als uitnemender voor te stellen
dan den broeder.
Voor opbouw is het ganschelijk niet
dienstig, om, indien zich nieuwe stroomin
gen voordoen ef gedadhten en gedragingen
zioh openbaren, die -anders rijn dan tot nu
toe gebruikelijk was, aanstonds de bazuin
aan den mond te zetten en onraad te roepen,
Uit de Pers.
Voorlichting?
Aa.n „Patrimonium." ontleen©® wij het
volgende:
De heer Van Hint© komt in zijn blad) op
tegen de afwijzing van een algemeen© aala^-
•nisberziening (vetrhooging) van het perso
neel in Staatsdienst.
Dat is natuurlijk zijn: volle recht- Maar
hij geve daarbij geen onjuiste voorstellin
gen.
Ten bewijze van de stelling, dat er „geld
genoeig" is, neemt hij in zijn. artikel deze
cijferreeksen op
Jaren Bedrag der belast© Belasting-
vermogens opbrengst.
1910/11 7.142.000.000 3.299.000
1915/16 7.311.000.000 3.483.000
1916/17 7.841.000.000 3.738.000
1917/18 8.884.000.000 4.258.000
1918/19 11.399.182.000 5.459.901
1919/20 12.468.418.000 12.016.000
Hieraan voegt hij heit volgende toe
De cijfers voor 1920-21 staan ons nog
niet ten dienste, maar men kan. ons- aan
de hand van deze cijfers niet wijs maken,
dat er geen igeld zou zijn. Men moet het
dan maar halen waar het is en niet trach
ten do lui die bulken van ihet geld, te
sparen, ten koste van onze loonen.
De indruk wordt bij den onkundigen le
zer gewekt., dat dl© vermogens sedert 1910-11
heel sterk zijn gestegen. En voorts, dat de
•bezitters van deze vermogens slechts de be
lasting betalen, dn de laatste kolom ver
meld.
Die indruk is onjuist.
Bij de beoordeeling van de vermogen s-
cijfers moet gerekend met 'bet feit, dat in
de laatste jaren het onroerend goed maar
e,en anderen maatstaf wordt geschat. De
wet is gewijzigd. En voorts moet men ook
hier rekenen met -de waardedaling van het
geld. Neemt men bedde factoren- in1 aan
merking, dan is de. toename van de ver
mogens- heel gering, indien er al van voor
uitgang mag worden gesproken. Vermoede
lijk komt evenwel de hoogere schatting der
onroerende goederen nog niet ten volle m
do cijfers tot uitdrukking.
Maar d© bezitters van de vermogens be
talen heel w-at meer dan het bedrag, in de
laatste kolom vermeldDe heer Van Hinte
vermeldt slechts de opbrengst dier Vermo
gensbelasting en van de Verdedigingsbelas-
ting Ia, nog wel zonder de opcenten voor
het Rijk en voor de Provinoieis. Daarbij
komt nog de Rijks-Inkomstenbetastimg, de
Veirdedigingsbelasting II, de Verdedigings-
beLaating lb, d© Grondbelasting, de. Perso
neel© belasting. Voorts nog de belasting
voor de Gemeente, «die in sommige gemeen
ten oploopt tot 20 pOt.. van het inkomen.
De vermogens worden bovendien bij den
overgang door overlijden getroffen door de
verhoogde Successiebelasting. De Dividend
en Tautimerbelasting worde daarbij ook
niet onvermeid gelaten. In 1920 liep in Den
Haag d© belasting voor de hoogst aanige-
op 'tot ruim 50 pCt. van he.t in
komen, waarbij dam buiten beschouwing
werden gelaten de Grondbelasting en ie
Peirsoncele belasting. (Natuurlijk werd ook
geen rekening gehouden met Dividendbe
lasting, Successierechten enz.) En nu is iu
Den Haag de Gemeentelijke belasting veei
lager dan bijv. in Arnhem of Utrecht. Dat
iemand 60 pOt. en meer van zijn inkomen
•als belasting betaalt, is volstrekt geen uit
zondering. Natuurlijk .geldt dit alleen de
kleine groep, die over -groot inkomen, uit
vermogen beschikt.
Met de personen hebben wij geen mede
lijden. Zij kunnen het wel missen. Wij vin
den het zelfs niet meer dan billijk, dat zij
een groot deel van hun inkomen ten bate
van de „gemeenschap" moeten afstaan.
Maar er moet hier nog met een paar an
der© factoren rekening warden gehouden.
De belasting moet uit het inkomen be
taald wonden. Wordt zij 7x>o hoog, dat men,
ook bij zuinig leven, het vermogen moet
aanspreken, dan wordt heel de jntaaiti-
schappij daardoor geschaad. De bedrij
ven, waarin de kapitalen zijn helegd, kun
nen zioh dan niet ontwikkelen. Met het oog
daarop moet zelfs ruimte voor nieuwe ka
pitaal vorming worden gelaten. De heer
Van den Tempel is dit, blijkens zijn Kapi
taal en Volksinkomen, geheel -met ons
eens.
De tweede overweging, waarmede reke
ning dient gehouden, is de hoogte, der be
lasting in het buitenland, met name in
Zwitserland. Reeds kan het feit werden
geconstateerd, dat vermogende lieden zich
in het buitenland vestigden. Men kan dit
•afkeuren. Men kan het pogen der Zwitser-
sch© autoriteiten, om door een verleidelijk
aanbod, d'ergelijke personen te trekken, niet
heel fraai vinden. Maar men moet er, heel
nuchter, benige rekening mee houden.
Eindelijk moet bed'ooht, dat do groep van
zeer draagkrachtige® heel klein is. Immers
heeft slechts 6.5 pCt. van de belastingbeta
lers een inkomen van. 5000 of meer. Aan
zienlijke beLafitingverhooging moet altoos
me© 'gedragen worde® door de groep, die
een lager inkomen geniet.
Wij zeggen dit alles niet, om daarmede
redelijke salaris verb ©tering te .bestrijden.
Men w eet wel, dat wij gaarne ij ver,e® vooi
een behoorlijke sa.larieerirug va® het perso
neel in dienst van Staat -e® Gemeente.
Maar wij willen slechts waarschuwen te
gen misleidende voorstellingen. Deze .toch
doen aan de zaak, die men wil dienen, ten
zeerste afbreuk. Zij verminderen de kracht
van een betoog.
Het personeel in- den publieke® dienst zal
ook moeten bedenken, dat wij in een moei
lijken crisistijd leven. Voor de bestrijding
van de werkloosheid1, voor den woning
bouw en voor andere sociale voorzieningen
zijn aanzienlijke bedragen .noodig.
Men zal practiach het meest bereiken,
wanneer de vertegenwoordigers der perso-
neel-organisaties in de Commissie van over
leg toornen, dat zij voor al dez© dingen een
open oog hebben.,
Wij hoorde® iemand, die de heer Van
Hinte heel goed kent, in een Commissi© van
Georganiseerd Overleg eens zeggen„Van
de financiën tnejk ik mij niets aan.'' Dat een
betoog, waarin zulke .uitdrukkingen voorko
men, weinig indruk maakt, is zeer ver
klaarbaar.
KERK EN SCHOOL
NED. HERV. KERK.
Beroepen. To Finsterwoldo: P. Israël fa
Zweelo; te Oldeberkoop: G. B. Krmzinga te 0l>-
dam; te Edam (als Evangelisatie-predikant): J.
L. vfki Grasstek te Oosterend (op Texel.)te
Oostenvolde (G.)S. Ronner to Oen©.
A a n g e n o m o n. Naar Hoinkenszand: J. B.
Netelenbos te Middelburg; naar Huissen: J. Ma
gendans te Lexmond.
Bedankt. Voor AlmkerkH. P. Fortgens
te Lage Zwaluwe.
Ds. 0. Schrieke. f
Zondag j.l. is te Oogstgeest, op 65-jarigen leef
tijd overleden Ds .Otto Schrieke, em.-prccL der
Ned.*Herv. Gemeente te Enschodé. In 1881 aan
vaardde hij de Evangeliebediening te Noordwij-
kerhout, stond voorts te Pijnacker, te Zandvoort.
te Lommer en gedurende zijn laatste 25 ambts*
jaren te Enschedé, waar hij 15 Mei 1920 eervol
moritaat vorkreeg. Sinds dit tijdstip woonde hij
te Oegstgeest-
Ds. Sclirieke heeft vele jaren zitting gehad in
do Alg. Synod© der Ned. Herv. Kerk. Zijn hou
ding aldaar was meermalen weifelend. Ook in
d© politiek trad hij vroeger dikwijls op den voor
grond. Meermalen was hij vanwege de Friesch-
Chrietelijk-Historischen candidaat voor het lid
maatschap der Tweede Kamer.
D s. G. A 1 e r 6 te Middelharnis nam Zondag
j.l., na een verblijf van 2i jaar, afscheid van de
Ned. Herv. Kerk aldaar, sprekende naar aanlei
ding van Psalm 31 vera 20a.
D s. A. C. Diederiks nam Zondagmiddag
afscheid van de Ned. Horv. Gemeente te Seroos-
kerko (Schouwen.)
D s. H. van Essen te Hoedekenskerke nam
Zondag j.l. afscheid van d© Ned. Hen'. Gemeente
aldaar.
D s. G. D i e m e r, die ht beroep naar Roden
aannam, preekte Zondag jL zijn afscheid voor
do Goref. Kerk van Mar rum.
Men meldt aan de „Standaard" uit Huizen, dat
het bericht in de bladen over nieuwe verhinde
ring in de ovrkomst van e. Reaune naar Amster
dam absoluut onwaar is.
Emeritaat.
D s. V r i e 1 i n g, Gerefpred. te Scheomda,
heeft emeritaat gevraagd tegen 1 April.
Ds. L. J. van Hoorn, Ned. Herv. pred. te
Ossendrecht c.a„ heeft, na ruim 40-jarigen dienst,
(©gen 15 Nov. as. emeritaat aangevraagd.
Geen goedkeuring.
Naar wij vernemen heeft het classicaal bestuur
geweigerd goedkeuring te verleenen aan
het beroep van ds. Hoogendijk naar de Ned.
Herv. Gemeente te Eist.
Internationale Zendingshijeenkomst.
Te New-York is een internationale Zendings
conferentie gehouden, waarbij 10 leiders van
Zendingsvereeni gangen tegenwoordig waren.
Onder do sprekers waren een Japannees en oen
Chinees., terwijl een van de meest gezien© gas
ten Was de rev. J. E. K. Aggrey, een neger,
president van het Livingstone College te Salis
bury.
De vergadering nam een motie aan, waarin
warme ingenomenheid werd uitgesproken met de
internationale conferentie te Washington en de
wensch werd geuit, dat het resultaat daarvan
aan de verwachtingen zal beantwoorde®.
Onder de sprekers wordt ook genoemd baron 0.
W. van Boetzelaar van Dubbeldam, uit de Bilt.
Do oenige vrouw, die op de conferentie het
woord voerde, was miss G. A. Goleck van Lon
den. De Japansche bisschop, die lot de sprekers
behoordei, zeide o.a.:
„Amerika is niet alleen onze goede vriend, hot
is ook onze groote weldoener. Ik bon oen groot
bewonderaar van Amerika Christelijk Ameri
ka. Het hooft veel goed gedaan aan Japan Do vol
gers van Christus moeten trachten misverstanden
tusschen volkoren weg to nemen. Japan is een
vredelievend volk."
Liberale gelijkstellings ideefcn.
In Yarsseveld (gem. Wisch) 6cheen do kwestie
van lager landbouwonderwijs voorloopig van de
baan te zijn. Zoowel de neutrale landbouwvoron.
als de afd. v. d. C. B. T. B. hadden schrijven ont
vangen van den M. v. L„ dat hot hem voorloo-
ongewencsht voorkomt, in Y. de stichting van
©en L 1. s. ta helpen bevorderen.
Vrijdag 21 Oct. kwam de Raad van Wisch in.
buitengewone Vergadering bijeen. Een zeetal
Raadsleden had deze vergadering aangevraagd
om terug te komen op het besluit, in de vorige
vergadering genomen, waarbij mot 3 steramen
voor en 8 st. blanco de volle stichtingskosten wa
ren toegewezen aan da neutrale vereeniging. (De
voorzitter had toen oen voorstel tot verdaging
der beraadslaging niet in stemming willen bren
gen.)
In d© vrij rumoerig© vergadering van Vrijdag
stoldo het Raadslid v. Ditzhuiaen (R.K.) voor,
beid© aanvragende ver. 50 pet. van de bouwkoeteu
too te zegge® Dit voorstel werd met 7 tegen 5
stemmen aangenomen.
Het bleek na de stemming echter, dat tweo
leden niet luidden. begrepen, waar het om ging.
Allerlei middelen werden door de linkscho heercu
gezocht om de stemming ongeldig, of althans hot
besluit krachteloos te make® Dit lukt© niet.
Maar den volgenden dag vond weer oen „spood-
eiscliende" vergadering plaats, waarin het besluit
van de Vrijdagverg. werd inget rekken en opnieuw
een voorstol werd ingediend om alleen de neu
traio vereeniging 50 pet. van de bouwkosten too
te staan.
Mot algemeene stemmen werd nu dit voorstel
aangenomen.
Do rechtscho leden waren allen uit protest wog-
„Men kan zien, hoo de liberale hoeren hier
denken over de geHjkstolling" aldus de „Stan
daard."
Overdracht rectoraat.
Op Dinsdagavond 6 Dec. a.6. zal door den te-
gerowoordigen rector, Prof. Dr. T. Hoekstra, het
.rectoraat der Theologische School te Kampen wor
den overgedragen aan Prof. Dr. S. Greijdanus.
BINNENLAND.
Mr. Troolstra over stuur.
Bij Kamerstemuimingen over personen
pleegt, de overzichtschrijver zich in gissin
gen. to verdiepen omtrent de geheime mo
tieven, welke achter het stembus-spel
schuilen.
Zoo heeft de croniquetir van een der
liberale bladen bij de laatste stemmingen
voor de Hooge Raad-nominatie geïnsi
nueerd, dat de socialisten telkens legert
mr. Schepel zouden hebben gestemd om
dat deze president is van het Hoog Militair
Gerechtshof en dus bij de anti-rnilitaristcni
in don ban.
Ook had dezelfde persman zich veroor
loofd op 1© merken, dat mr. Troelstra nog
een keer boos is geweest op eeni zijner dis
cipelen, toen deze bij een stemtating op het
appèl ontbrak (het gold den heer Braam
beek, die tiert minuten nadat hij was ge-»,
inslalleerd aLs Kamerlid, uit de vergader-,
zaal was verdwenen' €rt dien middag zich
niet moer vertoonde.).
iBeide causae majores hebben het bloed
van den heer Troelstra, die behalve Kamer
lid, ook journalist is, aan het koken ge
bracht. En in zijn orgaan „Het Volk" trekt
hij als volgt van leer:
„Om nu eindelijk eens af te komen van
die hinderlijke, belachelijke geheimlezerij,
die een hebbelijkheid van (volgt do naam
van de.nl 'schuldige), blijkt te worden, vra
gen wij hern pertinent, waar hij deze® on
zin vandaan heeft. Hij zit tooh niet met een
miniatuur-foonëerkijker in de stembriefjes
te loeren, als die door ons, Kamerleden,
wordert ingevuld! Zoo ja, laat hij dan: le.
goed lezen eri 2e. zich er op voorbereid
houden, dat hem 't verblijf op de pers
tribune, wegens onbehoorlijk gedrag, wordt
ontzegd. Zoo neen, laat hij feiten en) namen,
noemen, opdat wij Weten, wie hem bij den
neus neemt. Of viever, laat. hij gezegden
neus niet meer stekenl in dingen, die hem
niet aangaan.
Wij veriazen( te elk geval van hem. óf
een nadere verklaring, óf een ruiterlijke
erkenning, ddt hij er maar wat heen
schreef".
Ziehier een zeldzaam staaltje van aan
matiging van den roodert leider, die, hoe
zeer hem zijn zenuwen partem spelen, tooh
moest bedenken, dat he.m, den. man der
„democratie", onder wiens verantwoorde
lijkheid „Het. Volk" alles en alles mag in-
sinueenen, allerminst eert dergelijke auto
cratische houding past.
Voor de studie der psychologie van dert
rooden despoot zijn in tusschen mallighe
den als deze van bijzondere waarde,
schrijft de Msb.
Cliché-fabrikanten.
Naar men verneemt heeft de Nederland-
sclio Bond van Clichéfabrieken besloten
tot opheffing van de vereeniging, nadat 13
van de 23 leden hadden bedankt.
De Nederliandsche Bond had, evenals do
geheele grafische nijverheid, een bindend©
clausule voor minimum tarieven in haar
bepalingen opgenomen, aan welke bepalin
gen dus allo clichüfabrikanten gehouden
zijn. Nu is echter een' cliché eeni product
dat al zeer gemakkelijk in Duitschland te
bestellen is en de ©lichéfabrikanten ston
den dus voor de keus. hun fabrieken stop
te zettert of voor prijzen die geen over
eengekomen winst gaven, en die. in een
irtinimunateriel'. h'oe laag ook gesteld,
nooit verdedigd konden worden, te wer
ken. Zij hebben het laatste gekozen.
Kamerleden-landbouwers.
Het Hoofdbestuur van het Drenltseh
Landbouw-Genootschap heeft circulaires
gericht aan de besturen van provinciale
en gewestelijke landbouworganisaties, aan
do afdeeling van het Dnentseh Landbouw
Genootschap en aan de kiesvereenagingen
ert afdeelingien van alle politieke partijen
in Drente, mot het oog op do verkiezin
gen in 1922 om te betoogent dat het
naar hun moening oen tlandbonw-belang is
im te streven maar meer landbouwverte-
gienwoordigcrs in de Tweede Kamer.
Adenoïde-vegetaties bij kinderen.
Do „Manchestor Guardian" schrijft, dat or
in Londen oen beweging gaando is togen het
wegnomen der adenoïdes.
Een medische relatie van dit blad vertelt, hot
volgende: onder 145000 kinderen van gemeente-
•cliolen bleken or bij onderzoek meer dan 55000
te zijn, bij wolke de adenoïdes waren weggeno
men. Dit is slechts een klein gedeelte dor
4.500.000 kinderen, dio deze scholen bezoeken.
In deze gevallen waren adenoïdes oorzaak van
doofheid, stoornissen in de ademhaling, misvor
ming van aangezicht en borsitkas, telkens terug-
keorende catarrh of asthma, of ernstiger nog
stilstand in lichamelijk© en geestelijke ontwikke
ling.
De schoolartsen hebben nu officieel de aan
schrijving gekregen, dat. geen adenoïdo-operaitde
mag worden uitgevoerd, alvorens eerst gebro-
beerd t© hebben, verbetering aan to brengen
door special© ademhalingsoefeningen.
FEUILLETON.
STEPHANUS.
Naar hot Engelsch van
M. KINGGLEY.
34)
„Da® moeten zij nu gewekt wo-rden, op
dat zij voor don Raad kun,non verschijnen,
Brong hen dadelijk naar. buiten, want wij
hebben haast.."
Daarop opende het hoofd der kerker-
wachter©, wiens naam Chilion was, do
deur en trad binnen. „Ontwaakt luiaards,"
riep hij met luider stem, „e® treedt te voor
schijn."
Dooh toon geen stem of eenig goluid zioh
deed 'hoeren, trok hij zij® zwaard uit de
6cheedo e® stootte het in de hoepen vooh-
tig stroo. „Indien jo niet goedssohiks wilt
kernen," zeide hij, „zal dk ze era it halen met-
de punt va® mijn zwaard." Geen kreet van
pijn werd als antwoord vernomen. Nu trad
hij weer naar buiten in het lioht. „Breng
een toorts," rjep hij bevelend. „Er is vol-
elagon duisternis in dat hol on de schel
men geven mij geen antwoord."
Dus haastten zjij zich en brachten licht
Ie® zij doorzochten vol ijver de geheele ge-
®angenis. De gevangenen waren verdwenen.
„Je bent van nacht dronken geweest, en
zoo hebben de mannon kuhnen ontsnappen,"
zeide Caleb, do hoofddionaar van don tem
pel, nadat hij zioh overtuigd had, dat de
mannen waariijk ontkomen waren. „Daar
voor zal een kastijding je deel zijn."
„Je liegt man. fic heb niet gegoten nooh
gedronken, gedurende den geheelen naoht,"
riep Ghilion, buiten ziohzelven va® woede
„e® dezen kunne® getuigen. Wij hebben on
afgebroken voor de deuren gestaan, zooals
ge ons aangetroffen hebt. Van binnen moe
ten zij ontsnapt zijn."
Toen onderzochten zij den vloer on de
muren van den kerker; doch er was geen
opening, waar zelfs eon muis door. zou
kunnen.
„Ik ben verloren!" riep Chilion uit, zijn
kleeron verscheurende, „als zij niet gevon
den worden. Door hun toovornaarskunsten
hebben zij dit gedaan. Denk je niet, dat
mannen, die do oogen van blinden ziende
kunnen maken, ook niet do deuren der ge
vangenis kunnen openen?"
Caleb keerde terug naar den Raad; en
nadat hij diep voor hen gebogen had, zeide
hij: „Ik ben diep ongelukkig, edele heeren,
omdat, ik de brenger van slechte tijding
ben; de govangenen, die ik voor u moest
brengen, zijn op de eene of andera manier
gedurende don nacht ontsnapt."
„Hoe kaa dal?" riep Annas toornig uit.
„Wie hoeft do deuren bewaakt?"
„De dienaren van Chilion, en Chilion zelf
met hen, heer. Wij vonden wel den kerker
met alle verzekerheid toegesloten, en de
wachters buiten ©taande voor de deuren;
maar al6 wij die geopend hadden, vonden
wij niemand daar binnen."
„Dit i© voorzeker een zeer zonderlinge
geschiedenis", merkte Alexander spottend
op. „Het zal wel ©poedig uitkomen, dat de
gevangenen met de wachters gedurende de
nachtwak© gesproken hebben, en hen in hun
oigcn belang van hun plichten hebben afge
bracht; zoo doen zij met allen."
„Do wachter Chilion is omgekocht", op
perde een ander. „Breng hom hier on be
proef de uitwerking van een flinke kastij
ding. Een bloedende rug laat dikwijls i-en
mond waarheid spreken, zelfs wanneer niets
andere hem kon openen."
Doch terwijl zij nog ©amen overlegden,
klopte Ghilion zelf aan de deur, en nadat
hij toegelaten was, riep hij uit voor hen al
len. dat hij onschuldig was, dat hij zijn
plicht nauwkeurig vervuild had. Hij was bo
vendien licreid, de waarheid te bezweren op
het altaar in den tempel, daar geen eed hei
liger kon zijn, dan do zijne. „Zie, do man
non, die gij in de gevangenis gezet, hebt,"
voegde hij er bij, „staan in den Tempel en
loeren het volk."
HOOFDSTUK XVIII.
„Wien wij toebehooren en Wicu wij dienen"
„Indien ik u ©enigen raad mag geven,
zou ik zeggen, dat het beste Was, dat deze
mannen dadelijk gevat en hierheen gebracht
werden." Het was de stem van Saulus van
Tarsus, die dit zeide; hij wa6 van zijn plaats
opgestaan, cn de oogen van allen waren
op hem gericht. „Wij kunnen dan eerst be
oordeel©®, of deze man waarheid spreekt.
Het zal zokor noodig zijn, dat onze gevan
genissen nagezien wordon. daar ik denk, dat
wij ze nog menigmaal noodig hebben, voor
dat aan deze zaak een eind© gemaakt is."
„Dat- is goed gezegd," zeiden velen, dde
hoog in aanzien» waren. „Laat hen spoedig
hier brengen; wij zullen niet 'heengaan,
voordat wij ze gezien hebben."
Dus beval Anna© den tempeldienaren:
„Breng de mannon hier, dodh gebruikt
geen geweld, want zij hebben vele volgelin
gen onder hot- volk," voegde hij er bij,
„wanneer het. ontstaat op het verkeerde
oogenblik en over 'het verkeerde onderwerp,
is zeer noodlottig; ofschoon, waartoe zo ge
bracht kan worden, wanneer het volk goed
geleid wordt, zullen zij, die in de stad wa
ren, gedurende de terechtstelling van don
Man uit Galiloa, zich wel 'herinneren. Het
volk moet nu met ons zi jn, zoo als het toen
wa6."
Caleb, de hoofdman, trok dus met oenige
andere dienaren naar don tempol; en daar
vonden zij oen groote menigte verzameld
in Salomo's voorhof, luisterende naar de
apostelen, die tot hen spraken van Jezus,
den gekruisigden timmerman van Galiloa,
van Hom, dien zij openlijk verklaarde® te
zijn de koning van Israël; het volk verze-
kende, dat., hoewel Hij door hen vervolgd
en wreed gedood was, Hij toch hen wilde
redden uit de zonde e® ellende van hfin te
genwoordig bestaan, en hun hot. eeuwige le
ven wilde geven, in plaats van den dood.
Zoodat voor hen, die geloofden, geen vrteze
meer voor het graf zou zijn, sinds Hij be
loofd had cn do macht, beaat, hen te doe®
verrijzen naar de gelijkenis van Zijn 'heilig
lichaam. En het geheele wik 'hoorde hun
woorden met. vreugde, en zij riepen luid tot
den Gekruisigde, om hun vei gif fenig voor
hunne zondon te schenken, cn ook Zijn be
lofte aan hen te gedenken.
(Wordt vorvolgd).