Aan het einde der week.
De leden van den Opoe eten Raad
die de'vorige week bijeenkwamen om Op-
per-Silezië tusschcn Duitsohlahd en Polen
le verdeeïen, zijn deze weelc onverricliter
x^ko huistoe gegaan.
Evenwel niei dan nadat Lloyd George
en Briand nogeens hoog hadden opgege
ven van de innige vriendschap lusschen
Engeland en Frankrijk.
't ls goed dot de lieeren daarop zoo den
nadruk hebben gelegd, daar men l an
dera allicht niet zou gelooven. Er zijn
tooh allerlei verschijnselen, die er op wij
zen, dat de uit nood geboren vriendschap
hoeft plaats gemaakt voor naijver, en dat
•men elkaar alleen nog slechts duldt.
De Volkenbond zal nu straks lus
schen dezo bondgenoot-en een uitspraak
bobben te doen en als waar is wat be
weerd wordt, dat de meerderheid daarbij
op de hand van Engeland zal zijn, dan zal
Duitschland straks zijn wenschen ten op
zichte van O. 5. althans in hoofdzaak zien
ingewilligd. Voor Frankrijk is de pil dan
echter een beetje gemakkelijker te slik-
kert, dan wanneer het in den Oppersten
Read in het ongelijk was gesteld.
Intusschen gaat de wereldgeschiedenis
door met zich le ontwikkelen.
iT u r k ij e en G r i e k o n 1 a nd hebben
opnieuw do vijandelijkheden in Klein-
Azië geopend en er is alle kans dat Grie
kenland daarbij als overwinnaar uit het
strijdperk zal treden. Over de vraag of in
ernst een poging zal worden gedaan om
ook Constantinopel te bezetten, loopen de
meeningen uiteen.
Gewoonlijk is het zon, dat men al etende
trek krijgt, en als de Grieken het tot bij
Cotnslanlinopel weten tc brenlgen, dan zou
het heusch gen wonder zijn indien het een
poging deed om er ook in te komen.
Voor het zoover is aal echter de Op
perste Raad nog wel een woordje mee
spreken, daar hierbij meer belangen dan
dte van Turkije alleen betrokken zijn.
De onderhandelingen tusschen En
geland en Ier la.id1 hebben tot nu toe
niet het resultaat gegeven dat velen daar
van verwachtten.
Engeland heeft wel tamelijk verstrek
kende voorstellen gedaan, maar men
schijnt in Ierland niet te willen rusten
yoor een algcheele vrijheid en zelfstan
digheid is verkregen).
Hiertoe zal de Engèlsche regeering ech
ter niet gemakkelijk meewerken en zoo
zou het kunnen zijn dat hier straks het
oude spreekwoord bewaarheid wordt, dat
zij die het onderste uit de kan willen heb
ben, kans loopen het deksel opden neus le
krijgen.
Laten we hopen dat. de Iersche leiders
dit zullen inzien en dat zo tot een ook
-voor Engeland aannemelijke oplossing
•utllen meewerken. y
De Derichlon. uit Rusland blijven.
Bomber en güveii weinig hwp- VOOl* dn
toekomst.
Honger en ziekten maken hunne slacht
offers bij duizenden en werken er toe mee
idat do demoralisatie van het tooh al zoo
zeer gedemoraliseerde volk, yolkomen
jwordt.
De Sovjet-regeering, die een| groot deel
Van deze rampen op haar rekening mag
étellen, wil nu naar het schijnt het roer
omgooien eni aan het communistische
wanbeheer een einde maken,
Teflaat evenwel.
Voor het oogtenblik kan daardoor al zeer
weinig verbetering ten goede worden) ver
dacht.
KoningPetervahServië heeft
Bijn veelbewogen leven geëindigd.
Oqk hij heeft ondervonden dat de weg
Van een koning niet altijd op rozen gaat,
en dat een kroon, hoe schitterend dan ook,
ifcoo heel zwaar kan wegen.
Dver de rol, door hem gespeeld bij bet
bestijgenj van den troon willen wij niet
.©preken. Ons past niet het oordeel.
Koning Peter heeft ongetwijfeld veel
voor zijn land gedaan. Verschillende na-
iionale idealen zijn, zij het dan zijns on-
i flanks, verwezenlijkt.
Maar toen de groote vijand kwam tegen
Wie niet le strijden valt' en toen de dood
klopte aan de vensteren van het Konin
klijk paleis, toen) had ook hij slechts te
ivplgen.
w ft 'j'
Van onze Koningin werden dag aan
dag goede berichten ontvangen. In den
Joop van de volgende week hoopt zij met
f (de Prinses we'er terug te keeren en haar
Beker niet gemakkelijke taak te heiwatten
De k e 1 In er s-s taki ng die overigens
in onze kringen betrekkelijk weinig de
1 aandacht trok, behoort weer tot het ver-
leden.
De patroons hebben over heel de linie
i gezegevierd, en verschillende berichten
.wijzen er op dat zij van die overwinning
du juist niet een gepast gebruik maken.
Dit valt te betreuren. Ai kan volmondig
Worden toegegeven, dat de vakorganisaties
bij behaalde overwinningen, ook van hun-
*ie macht zooveel mogelijk trachten te
profileeren, bevorderlijk aan den be-
fsvrede is dit allerminst.
[En toch zal het, vooral In verband met
de overal dreigende werkloosheid noodig
tóp. dat beide partijen elkaar zooveel rrio-
gèlijk zoeken en eikaars belangen, waar
Inogelljk, behartigen.
Dit is te meer noodig, nu de Eegeering
öc/or de omstandigheden genoodzaakt is,
(do steunregeling te beperken, waar
door de gevolgen van de werkloosheid des
ie meer worden gevoeld.
Moge, ook enj vooral in onze kringen
waar de Overheidssteun slechts noode
'aanvaard Wordt, alles worden gedaan voor
bet versohaffen van productieve werkge
legenheid.
[Voorkomen is ook op dit gebied beter
dan genezen -^*1*.
Het gevloekte ambt.
Zoo luidt de titel van een onlangs ver
schenen en door „Hot Schoolblad" warm
aanbevolen boek, omdat het kan dienen
als voorbehoedmiddel tegen neigingen van
jonge lieden om zioh aan het onderwijs
te wijden.
„De schrijver verhaalt van een onder
wijzer, die zich met veel idealism? aan
zijn arbeid heeft gegeven. Hij was hoofd
van een openbare school, maar zijn geluk
werd vergalld, toen/ er een: christelijke
sc-hool naast werd opgerioht.
Hij vertrok naar de stad waar hem een
leven waohtto, waarin alle liefde voor het
onderwijs te looi* ging. Oorzaak: ontevre
denheid over de Salarisregeling van minis
ter de "Visser.
Een- citaat:
3-len paar dagen later was het pleit be
slist: de minister gaf niet toe, wou alleen
maar „een paar plooien gladst rijken". En
Bullen, z'n naam zij vervloekt, Bulten
stemde zelfs tegen de motie Otto, die het
grievende onrecht, dat do onderwijzers
van heden driehonderd gulden minder zou
den ontvangen dan de nieuw-opgeleide,
wilde wegnemen, en zijn stem gaf den.
doorslag. De minister overwoneen
Pyrrhu's-oVerwinnlng.
Alle lust was in Henk gebroken. Hij ging
naar school en hij haatte den weg. waar
over hij 'liep; hij gaf onderwijs en hij ver
foeide zijn werk; hij kwam zoo laat hij
kon, en bij ging graag, voordat het tijd
was, heen. Eerst als de schooldeur achter
hém was dichtgevallen, begon hij te le
ven: dan werd z'n stap veerkrachtiger en
z'n oogen glansden weer.
Hij zochthij wou er uit... weg uit
den werkkring, waarin hij eens met al z'n
jiefdo had gediendallés was beter dan
het ambt, waarop de vloek van den mi
nister rusttehet ambt dat door hem
tot een bijbaantje was geworden, dat noch
bevrediging, noch brood gaf'.
Is liet nog wonder dat van al'le kanten
geklaagd wordt over den toestand waarin
hot lager onderwijs op vele openbare scho
len zich bevindt?
Waar zulk een geest gekweekt wordt
als in het bovenaangehaalde en door „Het
Schoolblad" aanbevolen boek, daar moet
alle idealisme worden gedood.
De voorstelling dat wat hooger salaris
en misschien) Wat meer zelfstandigheid,
hier zou kunnen helpen is, dat gevoelt
ieder, door eri door onjuist.
De kwaal zit dieper.
We hebben hier le doen met een stel
selmatig vergiftigde levensbeschouwing,
waarbij de arbeid niet wordt gezien als
een gave Gods, maar als een vloek.
Dat we hier met zedelijk gedegoneerde
mewschen ie doen hebben, blijkt overigens
ook uit het feit. dat men in plaats van „het
gevloekte ambt" los le laten' en de school
den: rug toe te keeren op de meest lam
lendige wijze zijn werk verricht en h6el
den dag haakt naar het oogenblik, dat de
de schooldeur kan worden gesloten.
Ovop do oaiorievogreling van Minister de
Visser kan verschillend geoordeeld wor
den.
Maar als deze regeling* tengevolge heef;,
dat inviduen als hier geteekend de school
verlaten, dan kan dat voor het onderwijs
niet anders dan een zegen zijn.
EEN LIBERAAL BEGINSEL?
Kort geleden heeft de liberale N. R. Gt.
ons verzekerds dat vrijheid van proeeseiën
een vrijzinnig beginsel is.
Niet van vandaag of gisteren.
Sedert Thorbecke heeft de liberale par
tij steeds dat beginsel voorgestaan.
En zóó warm is het blad voor ophef
fing van het processie-verbod, dat het,
mocht de regeering de wijziging van arti
kel 170 terugnemen, haar in den vorm van
een amendement, van liberale zijde in to
dienen, hersteld wil zien.
„Wij hebben zegt het Huis
gezin reeds eerder onze bevreem
ding er over uitgesproken, dat, indien de
liberalen Zoodanig van ijver blaken voor de
vrijheid van processiën, zij tot lieden van
dien ijver zoo weinig blijk hebben gege
ven.
In aansluiting hierbij mogen wij wijzen
op het verslag der Staatscommissie, inge
steld bij Koninklijk besluit van 23 Ooto-
ber 1905, die de vraag had te onderzoeken,
welke andere wijzigingen dan die welke op
het kiesreolit betrekking hadden nog in do
Grondwet moesten worden gebracht.
Deze Staatscommissie bestond uit twee
leden -van rechts en vijf van links, allen
vrijzinnigen.
Het verslag dezer Staatscommissie nu,
met een stevige liberale meerderheid, be
vat geen voorstel tot wijziging van arti
kel 170.
Men liad dit toch mogen verwachten, in
dien de voorstelling der N. R. Ot. juist wa
re, dat opheffing van het processiever
bod van oudsher eon Fberaal beginsel was
Slechts een der iibeiale leden, professor
De Louter, wijdt in een afzonderlijke nota
een beschouwing aan artikel 170 en stelt
voor, dit artikel te lezen: „Alle openbare
godsdienstoefening wordt toegelaten, be
houdens de noodige maatregelen tot ver
zekering der openbare orde en rust."
Eén voorstander maar van het liberale
beginsel op de vijf.
Professor De Louter deelt in zijn nota
nog mee, dat de meerderheid der commis
sie gemeend heeft, „met het oog op de
moeilijkheid van (het onderwerp en op de
langdurige en vruchteLooze beraadslaging
daaromtrent in 1887 gehouden, zich van
het doen van voorstellen, zelfs van een
opzettelijke overweging daarvan, te moe
ten onthoudend
Dit is andere taal dan de N. R. Gt meent
te mogen voeren, die met een effen gezicht
de opheffing van het processieverbod
een liberaal beginsel noemt van Thor-
becke's tijd af.
De N. R. Ob. zal met andere gegevens
moeten komen, wil zij haar stelling aanne
melijk doen schijnen en doen aanvaarden.
Ia er meer noodig dan het oordeel dor
Staatscommissie van 1905, om In het licht
te fl tellen dat. de houding en de bewerin
gen Her N. R. CV; <?!&el zijtn lugcgéVèn
door den wéns oh, een stok tussohen de
reohtsóhe coalitie -te werpen
Land- en Tuinbouw.
Internationale arbeidswetgeving.
Uit naam van de Landbouwcommissie
in den Franscben Senaat, heeft Jules Mé-
line een uitvoerig schrijven gericht tot
den Franschen Minister-presidenlt, waarin
deze laatste werd uitgenoodlgd, de excep
tie van onbevoegdheid op te werpen ten
aanzien van het plan, om op de eerstvol
gende, in Ooi. a.s., te houden Internationa
Se Arbeldsoonferentie, ook het landhouw-
jvraagstuk te trekken onder de invloed
Uer internationale arbeidswetgeving.
Briand heeft nu het volgende geant
woord:
„In uw schrijven) van 8 Juli 1921 hebt
gij uitdrukking gegeven aan het gevoel
van ongerustheid, dat over de leden der
Landbouweommissie uit den Senaat is ge
komen door de plaatsing van de regeling
van den arbeidsduur dn den landbouw op
de dagorde van de Internationale Arbelds
oonferentie, die in den a.e. herfst te Ge-
nève zal worden gehouden.
„Ik haast mij te uwer kennis te brenl
gen, dat de Regeering, evenals gij onge
rust over de gevaren1, die de behandeling
van zulk een vraagstuk voor den Fran
schen landbouw zou kunnen hebben, over
eerikomBtig het haar bij art. 402 van 't.
Verdrag van Versailles toekomende recht,
den 13den Mei j.l. een schrijven heeft
gezonden aan het Internationaal Arbeids
bureau, waarin zij protest uitbrengt tegen
het plaatsen up de dagorde dor Conference
te Genève van de regeling van den ar
beidstijd in den landbouw en formeel aan
dringt op het terugnemen dezer kwestie
van de agenda.
„De nota, welke de Franse he regeering
hierover heeft, ingediend, is door het In
ternationaal Arbeidsbureau gepubliceerd
in zijn officieel bulletin van 15 Juni 1921.
„Men moet. er echter op voorbereid zijn,
dat de Conference, ondanks dit protest,
de kwestie op de dagorde zal handhaven
;met een meerderheid van twee derden
der stemmen.
„Ik geef u echter de verzekering, dat er
/aan de Regeeringsafgevaardigden' tér
Conferentie de noodige instructies zullen
worden gegeven, om, indien dit gebeuren/
zou, uit naam der Fransche Rogeering
zich tegen het voorstel te verzetten.
..Onder die omstandigheden zal Frank
rijk volkomen vrij blijven om zijn mede
werking te onthouden) aan die besluiten,
welke eventueel gaan in de richting van
een politiek, welke de zijne niet is".
Uit het Sociale leven.
Steun aan uitgetrokken werknemers.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft afwijzend beschikt op het ver-
„V van enkele ffcmppnlcbosturen-, le he
ipalen, dat de tegenwoordige steunregeling
voor de uitgetrokken tabaksbewerkers in
geen geval zat eindigen vóór Zaterdag 27
dezer, en alsnog- maatregelen van rijks
wege te doen treffen, waarbij in gevallen,
waarin zulks noodzakelijk is zij het dan
met inachtneming van bijzondere scherpe
bepalingten ook nk liet verstrijken van
de gestelde maxima-termijnen-nog eenige
steun kan worden in uitzicht gesteld,
waarvan van rijkswege 'althans geen min
dere bijdrage dan tot dusver blijft verze
kerd.
De minister schrijft id zijn antwoord:
de financieele 'toestand van den staat
dwingt tot het betrachten van de grootst
mogelijke zuinigheid; aan elke steunver
lening van rijkswege, dus ook aan die aan
de uitgetrokken tabaksbewerkers, dient
eens een einde te komen.
De reuk van het menschelijk lichaam.
De Blasio schrijft (in la Riforma Medica)
in het kort over dit onderwerp, dat hoe
wel bekend genoeg, nog steeds met tot nu
toe ongepubliceerde feiten, verreikt wordt.
Er zijn rasreuken en persoonlijke reuken,
maar schrijver sluit slechten reuk, uit
gaande van het een of andere deel van het
lichaam, van de studie uit. De rasreuk
van de negers is een voorbeeld van eigen-
aardigen reuk, aan een bepaald ras gebonden.
Onderzoekingsreizigers hebben geschreven
over den reuk van Caraiben en Peruanen,
Tartaren en Arabieren. De oorspronkelijke
bewoners van Amerika konden de lucht
der Europeanen niet uitstaan, en de Peru
anen hadden zelfs aparte woorden om de
lucht van een blanken en van een neger
te onderscheiden.
Van de Japanneczen is het bekend, dat
zij onwel worden door de lucht van blan
ken slecht riekende personen van - hun
eigen ras worden van militairen dienst
uitgesloten en vrouwen met slecht riekende
axillae hebben moeite een man te vinden.
Het aantal beroemde personen met aro
matische lucht is groot. Niet weinig gees
telijken en heiligen komen daaronder voor,
zoodat de uitdrukking „reuk van heilig
heid"' niet geheel en al ongegrond is.
Misschien heeft dat iets te maken met
ëscetisch leven. Maar in geen enkel geval
geleek de reuk op dien van een of ander
bekend parfum. Anders is het met sommige
bekende vrouwen, want Agnes Sorel gaf
een reuk van viooltjes, of Diana van Poi
tiers van amber en madme. de Maintenon
van muskus. Schr. kende een vrouw van
middelbaren leeftyd, die naar viooltjes rook.
Zy was arm en ziekelijk en de reuk viel
iedereen op, toen zij voor bronchitis in het
hospitaal opgenomen werd. De reuk hin
derde de vrouw. De eigenaardige lucht
werd het eerst waargenomen tijdens de
puberteit en was sterker na emoties. Deze
aromatische luchten kan men vergelijken
met het bouquet van wijnen cn zij worden
zonder twijfel veroorzaakt door de vorming
van den een of anderen aromatischen ether.
(pMedisoli Weekblad").
Lefd3che Penkrasjes.
Amice.
Het goede nieuws is niet van do lucht.
De vorige week kon ik molden dat tot
het houden van een partijdag was besloten
en uit wat ik deze week vernam blijkt, me,
dat reods meit kradbt aan do voorbereidende
maatregelen gewerkt wordt.
Ik heb n.l. mijn licht oens opgestoken bij
iemand van wie ik verwachten kon, dat hij
inet. de bijzonderheden op de 'hoogte is.
Het ligt in do bedoeling, zoo werd mij
medegedeeld dat de partijdag zal uitgaan
van do St'aitonkieskring- centrale. Het be
stuur van de centrale zal oöhter niet. zelf
de voorbereidende werkzaamhoden verrich
ten, maai' heeft aan enkele personen -opge
dragen een breed© commissie te vormen,
.die zich hiervoor in het bijzonder interes
seert.
De gewone regel zou natuurlijk zijn dat
het kringbeetuur de besturen van de Kies-
vereen, aanschreef en dat zoo de geheele
organisatie in werking werd gezet. Maar
dat zou allicht wat veel tijd koeten en daar
er, zal do zaak nog tijdig in orde komen
met veel spoed gewerkt moet worden, werd
besloten oen anderen weg te volgen.
En zoo zullen nu do volgende week een
aantal personen uit do verschillende plaat
sen in deze omgeving bijeen komen om al
die maatregelen te nemen, die noodig zijn
om een partijdag wel te doen slagen.
En als die commissie dan alles gereed
heeft, als alle werkzaamheden in de keu
ken zijn afgeloopen, dan hebben wij als par
tijgangers niets anders te doen dan maar
aan de gedelete tafel te gaan zitten.
Gemakkelijker kan het niet.
Het best zal wel zijn dat daarna onmid
dellijk plaatselijke commissies gevormd
worden, om voor zulk een dag propaganda
te maken en te zorgen dat al onze mannen
en vrouwen op do meest gemakkelijke wij
ze naar Leiden kunnen komen.
Want het spreekt vanzelf, dat het aan
bezoekers en bezoeksters op zulk een dag
niet mag ontbreken.
Zooals in de veelheid der onderdanen des
konings 'heerlijkheid ligt, zoo is ook het
mooie van een landdag de veelheid der be
zoekers.
W.at dat betreft maak ik mij overigens
niet ongerust.
Ik mag niet uit de sohool klappen ik
doe het. althans niet maar naar wat ik
van de voorloopige plannen hoorde,
belooft het een dag te worden die klinkt
als een klok.
De plannen kunnen echter eerst a,s.
Dinsdag definitief worden vastgesteld) en
■tot zoolang zullen we dus geduld moeten
oefenen.
Ik behoef wel niet. te zeggen hoezeer het
mij verheugt, dat dit balletje nu eindelijk
aan het rollen is gebracht.
Wat ik zoo nu en dan uit de verschil
lende plaatsen- hoor, wijst er tooh op, dat
de geestdrift die we vroeger wel gekend
hebben, thans schijnt te ontbreken. Een
nieuwe, opwekking i6 daan-om zoo dringend
noodzakelijk.
Natiirlijk ook in verband met de verkie
zingen die 't volgend jaar gehouden wor
den.
Maar meer nog in verband met heel het
wereldgebeuren in onze dagen. De wereld
kraakt in hare voegen in dezen tijd. Zeker,
ik stem het toe, voor het uiterlijke is de
toestand niet slechter geworden de laatste
jaren, maar benauwend in hooge mate ie de
daling van het zedelijk en geestelijk levens
peil.
De schrijver van de rubriek „Onder de
menschen" heeft.in de N. R. Cr t. een reeks
opstellen geschreven over wat hij op zede
lijk gebied „Onder de menschen" waarnam
Wat hij van de groote kantoren, van de
bioscopen, van de gevaren die zelfs zeer
jonge kinderen bedreigen, meedeelt het is
alles even afschuwelijk on bedroevend.
Men neigt er toe om te zeggen dat de
zonde in de dagen van Sodom niet een hoo
ger punt kan hebben bereikt.
En het kwaad schuilt in a 11 e kringen
en onder alle standen.
Uit de mededeelingen van de zeden- en
kinderpolitie deelt hij b.v. onder meer het
volgende mede:
„Wij staan telkens verbaasd, als wij
hier meisjes u i t h e t volk krijgen,
oven- de onbezonnenheid en het goed ver
trouwen, waarin zij zich maar overgeven
aan de jongens, met wie zij.dan zoogenaamd
verkeeren, ieder half jaar met een an
der, soms.
En als we dan ernstig met haar spreken,
'als onze vrouwelijke assistenten trachten
haar vertrouwen te winnen, haar waar
schuwen, dan is 'herhaaldelijk het antwoord:
„waairom ik niet., ze doen 't immers alle
maal?"
,,'t Is of haar eergevoel, of haar schaam
te tegen deze dingen niet meer in opstand
komt, en zij het gewoon vinden, zonder na
te denken over de gevolgen, zonder te
trachten zich 'hiertegen te verzieiu; wanjt
dit komt maar uiterst zelden bij deze meis
jes voor. En 'hoevelen geraken er door deze
lichtvaardigheid eerst in 't verkeer met tel
kens nieuwe „vrijers", op den slechten weg?
„Maar wat ons nu en dan blijkt van de
zedeloosheid onder de „betere
standen" is wel het tegendeel van spon
taan zioh geven; is geraffineerd.
„En onze ervaringen, toen inderdaad
bijvoorbeeld do baan van oen zekere ge
mengde sportclub op allereersten staud
voor bouwterrein ingeruimd werd, waarbij
een sloot moest worden gedempt, brachten
wel aan het licht hoe voorzichtig het
„vrije" verkeer der geslachten in sommige
toöh zeer exclusieve kringen is.
Trouwens, deze meisjes komen met ons
zoo licht niet in aanraking. En zelfs wan
neer het nu en dan noodig blijkt, vooral
om minderjarigen zoo mogelijk yoor ver
dere onheilen te behoeden, wanneer ons
koppelarijzaken ter ©ore komen, die als
excessen bestreden moeten worden.dan
ontglipt het welgestelde publiek iminers
meest in do auto's.
„Ja, als wij drijvers waren, als wij
dmyers wilden zijn en bijvoorbeeld nu en
dan -een van al die hotel 1
tegenwoordig, en vooral!
gen, overwegend „gerferoif
ren, dan zou er heel we
men van de verwilderinl
alle standen."
Is het niet schrikkelijk!
En toch, het is nog ski
tipjo van den sluier, datl
licht. I
Ik kan me indenken d|
stelt, wat dit a'lles nu
Leiden en omstre
ken, waarom ik dit in
•pankras ter sprake brend
Toch geloof ik niet., dM
de aandacht te vestigen I
ga. I
We handelen dunkt. me|
als we eeai scheiding 0_
aal Rotterdam als een 2
mendheid gaan beschouw el
't Is natuurlijk mogelij
schijnlijk, dat het kwa<
uiting komt dan in
•ons land, maar wat daaT I
ongetwijfeld oen symptool
die heel ons volksleven hf
Als iemand door booze
plaagd, dan ie dat een 1
binnen iets niet in orde
het lichaam verkoelde stol
En zoo is ook wat in F
•meer speciaal wordt aang
wijs dat heel ons volksle
on dat het er mot ons voll
bied bedenkelijk voorstaat.!
Trouwens, ieder die zijnl
geeft, zal daarvan 0vertui!
Maar hoe ik dan kan
gin, dat het goede 11
is?
Laat ik hot u mogen
Enkele jaren 'geleden, 'tl
van den grooten wereldoorj
Duitschland een boek, wa
ernst gewaarschuwd werd.1
roele gevaren die DuiitschJ
In do laatste bladzijden!
hoe dit land zioh met. kooal
wapende tegen de buitenlar
en dan volgde aan het slof
„Duitschland wapent zich, f
het zioh ook tegen de z o n I
Die vraag 'mag zeker ol
word.en gesteld.
En als ik dan zie hoe
worden getroffen, om een k
niseeren, waar de beginselen
Woord zijn, zullen worden f.
waar we zullen worden oj
strijden voor onzen Konin;
dat is een goed bericht.
Maar ei- moet. natuurlijk v
worden.
En nu las ik juist dez<
Nieuwe Leidsche
Jong.-Vereen. „Obadja" een
paganda wil gaan voeren i
maanden.
Dat. lijkt me oen kostelijke
Er hangt voor de toekoms
van 't opgroeiend geslacht z
en 't is onbegrijpelijk dat er
veel jo n g e 1 i n g e n zijn d
ncn in to zien maar dat er c
kei ijk veel ouders gevond
zich van de Jongelingsvoree
weinig aantrekken.
Ik begrip zooiets niet, mi
eenmaal een feit. En juist da
me zooveel genoegen dat „0'
een krachtigo propaganda tc
Ik hoop dat dit voorbeeld
jongelingsvereenigingen in L
den gevolgd. Er is hier op d
wel een on ander te doen.
't Is me niet precies bekenc
gelingsvereemigingen we 'hi<
hoe groot het aantal leden pi
ik weet wel, dat zoowel bij d<
de Geref. de Chr. Geref. en <3
ref. Gemeente het ledental ve
zijn.
Indien mogelijk hoop ik 1
kort nog weieens terug te k<
nauwkeurig aan te geven, hoe
gebied voorstaan. Ik twijfel
zal duidelijk worden dat er
nog wel zoo een en ander is 1
Toch deed het me genoege
nam dat er reeds eenige bew
weging komt.
Als in Augustus, in den va
reeds ernstige planjnen won
dan is er zeker alle reden om
menden winter veel goeds t
Eigenlijk heb ik nog een p
program staan, maar dat val
nig buiten het bestek van de
Een lezer vroeg me of het
zou zijn aan het voetballen 1
weer meer in zwang schijnt.
einde te maken. Aan do reg
verkeer zoo schreef hij mi;
veel aandaoht besteed en dai
wel goed, maar het gevolg
dat andere dingen da airdoor
waarloosd.
V.'at zal ik daar nu va
waardo.
Er schijnt hier op dit gel
een en ander te haperen,
schijnt het te zijn voorgek<
de Hooigracht een pastoor d
achter-een-bal-aan-hollende-joi
geweer onderst boven werd gi
't Beste lijkt me, dat men
den Commissaris van politie
stelt, die zoo noodig, zeker
len zal weten te nemen om 1
een einde te maken.
Overigens, dovacaaities zijn
geweer voorbij en dan komt
de jeugd dio thains voor een
tijd geen raad weet, wel wee:
Ik heb de lange vacanties
bepleiten „in het belang var
maar voor zoovor ik daarc
kan, wordt noch de jeu ge
zinnen met dio 'lange vacant
Maa/r ik zou zoo al pratenc
heel ander cbafflifer komen
basta J