HieiiwcleidsciieCoflraBt
Tweede Blad.
Woensdag 6 April 1921
Brieven uit Amerika.
De nietnvo Chris telijto Amerikaansclto Courant.
Dat in do laatste week van December van het
vorig» jaar in Amerika een Christelijk dagblad
j ivereceaeii, heeft men in verschillende Hollandsche
bladen, cn ook in de „Nieuwe Leidache" kunnen
lezon.
•I!c betwijfel echter of het grootste gedeelte van
ons Christelijk Hollandsch publiek deze gebeur
tenis wed op de juiste waarde beeft woten te
schatten.
iWe zijn in Holland nu eenmaal g(«ogend met
zooveel Christelijke bladen, dat we een Christe
lijk dagblad al lang niet meer als iets bijzonders
beschouwen.
in Amerika is dit echter anders. Daar heeft
men een dagblad nog nooit anders leeren zien
Jds een „zaak", die, wanneer ze zakelijk wordt
j ^gedreven, een behoorlijke winst lean afwerpen.
In de meeste gevallen is 't moeilijk uit te maken
..welke politieke partij door oen blad wordt ge
steund, alleen in den tijd van verkiezingen komen
doze sympathieën oenigszins duidelijker voor den
'dag.
Do pers dienstbaar te maken aan den strijd
voor een hoogcr beginsel, is een gedachto, die,
althans wat do dagbladpers betreft, in Amerika
-nog nooit in practijk was gebracht.
"Enkele korreltjes van 't vele zaad dat door
*HTzen grooten Kuyper word uitgestrooid, wortel
de echter in Amerikaanschen bodera.
Enkele Gereformeerde predikanten waaronder
de ook hier bokeade De. v. Lonkhuyacn. gaven
reeds sinds eenigen tijd een blaadje uit, waarin
do noodzakelijkheid van een Christelijke politieke
«organisatie werd bepleit. Dit blad, dat men „De
Teokorast" noemde, vorschoen echter in de Hol
landsche taal, aoodat men hiermedo dochts het
®olandsch-Amerikaansche publiek kon bereiken.
'kien gevoelde dan ook, dat men moc6t komen
tot de oprichting van een zuiver Araerikaansch
«dagblad wilde men op dit gebied iets doen dat
woor Amerika yan nationale be toeken» zou kun-
«ren zija.
Zoo kwam men tot de oprichting van do „Ame
rican Christian Daily Company". Do bezwaren die
«verwonnen moesten worden waren groot, maar
met Gods hulp slaagde men er in om oven voor
Kerstmis het eorsto nummer te deen verschijnen.
iVan uit Holland werd dit feit mij meegedeeld
'an ik nam mi] vast voor om als ik in Chicago
•kwam eens uit te vinden* wat voor oen blad, die
nieuwe Christelijke Amerikaanscho krant wel
was.
Dit viel echter niet mee, aangezien do naam
yan het blad mij niet bekend was.
De meeste kranten worden in Amerika op straat
verkocht en ik keek dan ook bij ieder kranten
stalletje goed uit mijn oogen. En al spoedig vond
ik wat ik zocht. Ik kwam bij oen etaDetje waar
rok de gewone groote stapels lagen van de bekor
tte Chica go-kranten..
Een beetje achteraf, heel bescheiden in een
aioekje, zag ik echter een paar exemplaren liggen
ifOmn een blad dat den naam van „De Amerikaan-
echo Standaard" droog. Die naam trok me bijzon-
-xtor aan, ik offerde mijn drie centen, pakte mijn
gerant en kwam tot de blijde ontdekking dat ik ge
vonden had, waarnaar ik zocht.
Het blad zag cr heel aardig nit en maakte
een echt protigon indruk. Ik miste de groote
-zwarte of roodo letters en al dat verdere 6en-
.aatio gedoe waarmee de meeste Amorikaaneche
moranten zich aantrekkelijk trachten te maken.
En toen ik de verschalende artikelen las adem
de mij hieruit een positief Christelijke geest te-
apan. Zoo gaf dit bewuste nununor een artikel
town de hand van den bekenden Amerikaanschen
►staatsman William Jennings Bryen, over het ge-
tmr van het Darwinisme, een aardige rubriek
ymet Kerknieuws, oen artikel over President Har-
uding als Christen Staatsman, en oen korte medi
tatie, terwijl als feuilleton eon verhaal gegeven
werd van den ook bij ons bekenden 6chrijver
.Joseph Hocking.
Alleen do advertentie-kolommen maakten bij
jdo andere Amerikaansche bladen vergeleken een
povoren indruk. In dit opzicht schijnt ook
gin Amerika oen Christelijk blad een zwaren
strijd te moeten 6trijden.
Avonds ben ik nog oven naar het bureau
.gekopen.
t Ik zag daar cj^f do „Amerikaansche Standaard"
oover een flink gebouw beschikt met alle moderne
«hulpmiddelen die men tegenwoordig voor het uit
graven van een groot dagblad noodig heeft,
'h Ik sprak nog even met een van de hoeren van
po redactie, 't Was oen Hollander, en 't deed
iBüjn HoHandack hart goed te hooren dat Hol-
FEUILLETON
Langs den afgrond.
jo);
- „Ja, een geheim, dat u zelf betreft. Ik
üreb er lang over gedacht of ik het u al
idan niet zou openbaren.Uwe moeder is van
•den beginne af van oordeel geweest dat wij
ihet u moesten verzwijgen, maar hot is
/thans mijn vaste overtuiging, dat gij het
Jnioet weten."
„Als het iets is, dat mij geen goed kan
idoen, en u wellicht verdriet zal geven, cch
i «zeg het dan maar liever niet," zeide Paul.
„Ik weet niet welk een indruk het op u
maken zal, mijn jongen, maar ik geloof,
i idat het mijn plicht is het a n:ee ie deelen.
en daarom wil ik het doen, r er wijl ik er
«og toe instaat bon."
1 Paul zweeg weder. Een oogenblik daar-
I tia werd er getikt, en vertoonde P.'fh -de
sdhrale figuur van Luke Abbott, die kwam
1 Ihooren, hoe het met den zieko ging
„Het geheim kan wachten," fluisterde
ÜJohn. Daarop etak hij zijn vermagerde
i. 3innjd toe aan den vriendelijken "Amerikaan,
9 '(wiens bezoek altijd welkom was.
r
ïanckohe anli-revolutionairen do ziol van deze
ganache beweging zijn. De naam van hol blad is
dan ook van onzen ïïollandschen „Standaard"-
overgenomen. Hot blad kwam roeds uit met oen
oplaag van 20.000 exemplaren, cn hoewel men de
strijd dio nog gestreden moest worden niot ondor-
schalteging men vol goeden moed voorwaarts.
't Is oen verblijdend feit dat hot jonge blad
de steun heeft van allo rechtzinnige predikanten
in Chicago, Gereformeerden, en Presbyterianen,
zoowel als Biblisten en Methodisten.
Laten we hopen dat bot werk van ouzo Ame
rikaanscho broeders wordt gezegend, en dat de
Amerikaansche Christelijke Pers nog eenmaal een
ev engrooten, ja nog grooteren invloed op 't Ame
rikaanecho volksleven mag uitoefenen, als onze
Hollandsche „Standaard" en haar kinderen dit
sinds do laatste halve eeuw bij one hebben ge
daan.
Uit de Pers.
DE ZIEKTEWET.
Wij lozen hi de „Nederlander":
Alleen reeds om do herziening der ziek
tewet hoopt zich eon aanbal artikelen in
blad en tijdschrift op, die men nauwelijks
moer overzien kan.
Wat de vermoedelijke planueu der com-
misöie-Posthuma betreft, wij hebben dezer
dagen daarover een en nnder k innen ver
melden.
Ook woet men roeds, dat in politioke
kringen tegen deze plannen meer dan één
bezwaar oprijst, en dat men die niet ver
klaren mag uit kleine rechtsche politiek,
doch uit de vrees, dat het nu ontworpene
op den duur zal blijken de stevigheid te
missen, die de wet-Talma geeft.
Van andere zijde rijst een andersoortig
bezwaar.
Het Ncderlandsehe Verbond van Zieken
kassen en -fondsen met zijn zeer groot, aan
tal verzekerden komt in het orgaan Zelf
beheer tegen de plannen op, omdat ook
door deze nieuwe plannen wordt tekort ge
daan aan hetgeen door particulier initia
tief is opgebouwd, omdat de arbeidore niet
beter zullen geholpen wezen en wijl „de
ambtenarij" niot minder groot zal zijn,
Het belang van dit speciale punt onzer
socialo wetgeving blijkt echter veel groo-
ter te zijn dan wat meest aan een speeiaa}
punt gehecht kan worden. In het Tijd
schrift, toch der „Maatschappij van Nij
verheid" plaatst dr. Poethuma een artikel
dat aldus eindigt:
„Bij het uitspreken van zijn meening
dient men zich dus wel bewust te zijn
van de grootheid van hetgeen hier wordt
beproefd. Slaagt deze poging en blijkt
het dus mogelijk, dat werkgevors en
werknemers te zamen een sociale verze
kering uitvoeren, met de kleinste on
kosten voor het orgaan, dat deze ver
zekering uitvoert en waarvan een luxui
euze inrichting niet bet minste geldelijk
voordeel voor don werknemer geeft-, dan
mag verwacht, worden, dat ook do andere
sociale verzekeringen in deze richting
zullen worden omgevormd".
Wij geven deze woerden niet weer om
daardoor eenigermato te waarschuwen
„Wacht u voor den eereten stap"; want.
de zaak moet niet volkomen onbevangen
heid van allen kant beoordeeld worden.
Maar een kleinigheid, oen détail-punt al
leen is thans niet aan de orde. Het gaat
over den geest, van onze gansche veueko-
ringswotgeving.
VRAAG NAAR GODSDIENST.
Men prijst het wed in onzen tijd, zegt de
Standaard, dat do band van het materialis
me dan toch gebroken is, de me use hen
weer erkennen, dat het stoffelijke alleen
niet kan bevredigen en dat er ejen geeste
lijk good moet eijn. waarnaar het verlan
gen van den mensh uitgaat. Men begeert
religie.
Ongetwijfeld bewijst ons dit. dat men
do armoede van het moderne leven begint
to gevoelen. Maar daarmee is do rechte
inkeier nog niet gekomen.
De verloren zoon, die zich in bet vreem
de land heel goed geschikt had m den
dienst van de burgers van dat land, be
merkt hier wol, dat hij iets verloor; dat hij
juist datgene verloor wat den mensch al
leen gelukkig maksen kan.
En nu komt over hem de hoogmoed, dat
hij zich zelf toch wed redden kan.
De moderne ongeloovige zegt: mis ik den
godsdienst? Wel, dan zal ïk dien mij zelf
maken.
Het is de vraag, of hij zoo niet veel ver-
dor nog komt van huis.
Er is voor de sociaal-democraten een
nieuw weekblad verschonen onder den ti
tel: „De Nieuwe Samenleving". -Het wendt
HOOFDSTUK XXXIV.
In de 6chaduw des doods.
Eone week later verliet John Vivian het
bed niet meer; door kussens'ondersteund,
kon bij nog 6lechte enkele oogenblik-
kon opzitten. Hij had Paul bet geheim ge
openbaard, dat men zoolang voor bem ver
borgen had gehouden, en net die mede-
deeling scheen weer een band, die hem aan
de aarde bond, losgemaakt te zijn.
Het was Zaterdagmiddag en Paul, die
te twaalf uur opgehouden had met wer
ken, haastte* zich om zoo 6poedig mpgelijk
terug te keeren naar liet ziekbed van den
man, dien hij nog altijd zijn vador noem
de. Hij wist dat. de ureu van hun samen
zijn geteld waren. Iedereen kon zien dat de
zieke het niet lang mer makn zou. Dr.
Bell had voor eone goede verpleegster uit
Soudra gezorgd, en alles wat menschen
konden toebrengen om zijn toestand te
verlichten, werd voor John Vivian gedaan.
De zieke was zoor dankbaar voor al do
liefde, die men hem bewees. Hij had nociit
gedacht, dat men te Cedar Creek zooveel
met hem op had, en dat de jongeos' zijn
heengaan zoozeer zouden betreuren. Hij
was altijd zoo in zichzelf gekeerd geweest,
dat hij niot begreep, waaraan hij hunne
genegenheid te danken had. Hij wist niet,
dat zijn vriendelijke, stille, zachtzinnige
eich niet slechts tot de gdoovige nio.t-so-
eiaal-domocraten, om te betoogien. dat so
cialisme en godsdienst heel goed samen
kunnen gaan, maar ook .tot de ongods
dienstige sociaal-democraten om ben te
wijigen op de behoefte aan het ideeële in
/ten strijd.
De redactie voelt zich gedragen door de
overtuiging, dat de nieuwe samenleving
ook een nieuwe religie scheppen zal.
Het ideöelo element in den klassenstrijd
moet worden gesterkt en tot een zedelijk
goed voor do nieuwe maatschappij wor
den uitgebouwd.
Men aanvaardt dus het (historisch mate
rialisme, men bant God uit heel het leven.
En al 8 men dan ervaart, dat het men
sch e lijk harte schreit om geestelijk voed
sel, als men bemerkt, dat de samenleving
het niet buiten de 1'eTigie stollen kan, dan
troost men de zoekenden met te vertellen,
dat men heel goed zelf uit het godscfienst-
looee een godsdienst, uit bet volmaakt le
dige een volheid van geestetijk heil kan
vormen.
Men erkent, dat de mensch bij brood al
leen niet kan leven.
Enreikt hem een steen loa
KERK EN SCHOOL
NED. HERV. KERK.
Aangenomen. Naar Utrecht: S. Van Dorp
te Rotterdam; naar Garijp: A. Buurman te Frie
zenveen.
Bedankt. Voor Sprang: H. Eewoldt te Ga
meren; voor Finsterwolde: J. Boonstra te Odoom
voor HeUuia: J. I. van Schaick te Lettolbert;
voor Giessen-NieuwkerkH. Meijer te Dubbel
dam; Yoor StaveniseeP. J. Stoenbeok te Wilnis.
GEREF. KERKEN.
Beroepen. Te Apeldoorn (vac.-A. Boeken*
oogen): D. B. Hagenbeek te Vlaardingen; te
Zalk en to Genemuiden: D. D. K. "Wiedenga Got..,
prop. te Rotterdam; te Oostburg: G. Laarman,
cand. te Den Haag; te Siddeburen: H. Lanniug
te Nieuw-Wocrdingo; te Andel: H. R. Pel te
Schraud.
Bedankt. Voor (testerend (Texel): J. G.
Feens tra to Dirkshom.
GEREF. GEMEENTEN.
T woe tal. Te Gouds: D. C. Overduiu te Rot
terdam en J. Overduin te Moercapelle; Te Meke-*
kerke: J. Fraanje te Bameveld on M. Hofman
te Rijseen.
CHR. GEREF. KERK.
Tweetal. Te ApeldoornA. M. Berkhoff te
Utrecht en J. W. Geels te Haarlem.
De. B. Ro sko 11-, nam Zondag afscheid van
do Ned. Herv. Kerk te Gieescn-Nieuwkerk.
Ds. Vermeulen van Mijnsheereuland deed
Zondag zijn intrede bij de Ned. Herv. Kerk to
IJs6elmonde.
De. G. E. Alers. die naar Ooetzand. (Z.-Afri_
ka) vertrekt, nam Zondag afscheid van do "Ned.
Herv. Gemeento te Monnikendam.
De. A. Dekker beroepen te Opheusden, nam
Zondag afscheid van de Ned. Herv. Gemeente te
Hoevelaken.
D s. J. Gouverneur nam Zondag afscheid
van do Herv. Gemeente te Zierikzoo.
Ds. F. Kloek nam Zondag wegens vertrek
naar Goudswaard afscheid van do Ned. Herv.
Gemoonto te Oudelando.
De. J. U b e 1 s werd Zondag bevestigd bij do
GereL Kerk te Varaeeveld.
Ds. J. W. Siertsema beroepen te Zeist,
nam Zondag afscheid van de Geref. Kerk to
Gramsbergen,
Ds. A. Rolloos van Delfehaven werd Zon
dag beveetigd als predikant bij do Geref. Kerk
te Zwijndrecht.
De heer J. H. Kuiper Theol.-cantL te Kam*
pen werd Zondag bevestigd bij de Geref. Kerk
te Winsum.
A.s. Donderdag zal hot niouwo gebouw der Chr.
Geref. Kerk te Dordrecht in gebruik genomvn
worden.
Inspectie Chr. Volksonderwijs.
Benoemd is tot Inspecteur voor Gelderland der
Ver. voor Ghr. Volksonderwijs de heer P. Ab-
brmgh, te Harderwijk.
Orthodoxen ca modernen.
Gelijk onlangs bericht word heeft de vrijzinnig»
kerke raad van Rnurlo aan de orthodoxe Evan
gelisatie aldaar een zestal beurten afgestaan, n.L
drie ochtend- en drie middagbeorten. In hot des*
botreffendo verzoek zegt do voorganger dor Evan
gelisatie o.a. hot volgende:
„Bij vroegere besprekingen ovor dezo zaak wa
ren er, naar we vernemen, loden van den kerke-
raad of kiescollege, die hier in Ruurlo aan do
orthodoxen gocn rechten wilden toekennen, "om*
aard aller harten gewonnen had.
„Gij zijt vroeg, mijn zoon," reide hij,
Paul bij diens binnenkomen met een vrien-
delijken glimlach begroetende.
„Ik ben blij, dat gij mij nog altijd uw
zoon noemt", zeide Paul. „Ik heb geen
anderen vader gehad als u. Ik wensch ook
geen andoren te kennen. Aan u hob ik allee
te domkop. Gij hebt mij loseen geleord, die
ik nooit vergeten zal, en mij een weg ge
wezen, dien ik zonder u wellicht nooit zou
zijn gegaan."
„Wij zijn dus elkander tot zegen ge
weest, Paul. Het was God, die u hierheen
deed komen. Hij zag mijne eenzaamheid,
mijn lijden, en mijn twijfel, en Hij zond
u. En terwil wij 6amen praatten en met
elkander lazen is er een nieuw licht voer
mij op gegaan, een nieuwe hoop voor mij
geboren, en thans, nu de 6chaduw des doods
over mij komt, vrees ik niet, want Chris
tus leeft in mij. O Paul, ik had nooit kun
nen denken, dat eterven zoo heerlijk was."
Paul wendde het hoofd af om zijne tra
nen to verbergen. Hij kon niets antwoor
den.
„Ik heb van morgen getracht iets te le
zen," vervolgde John, „maar 't vermoeide
mij te veel. Toen heb ik enkele verzen aan
gestreept, ik wilde u wagon mij dis voer
te lezon.'*
dat in vele andere plaatsen de orthodoxen ook
gec-n rechten toekennen aan do modernen. W.
Br., wij willen dit laatste feit erkennen. En wij
erkennen het mot leedwezen.
Versta ons wel: wij kunnen dezo handelwijze
van do orthodoxen in andere plaatsen wel be
grijpen. Want men moet niet vergeten (en de
modernen vergeten dat toch dikwijls), dat do
orthodoxen na oenasaal een hooi ander begrip
hebben van wat do berk is en wat zo wezen moet
dan de modernen. Hier geldt wel waarlijk het
spreekwoord: Als twee hetzelfde iocn, dan is
het nog niet hetzelfde.
Maar al kunnen wij de handelwijze van de
orthodoxen in andere plaatsen begrijpen s-s we
kunnen ze" toch niet goedkeuren.
Alle mensoben, die tegenwoordig lid zijn van
de Hervormde Kerk, wisten, toen zo tot het lid
maatschap dier kerk toetraden, dat ze in een go-
mengd gezelschap kwamen; dat brengt voor do
modernen den plicht mee de rochten der ortho*
óoxen te erkennen en voor de orthodoxen om
de rechten der modernen te orkennen. En als de
zen dit niet wilden als zo alleen wilden leven
in een kerk, waarin zij zeiven de heerschappij
onbestreden konden uitoefenen, dan hadden zij
eerlijkheidshalve van zulk een gemengde kerk
geen lid mooten worden
Het gaat niet meer om de vraag of
er in Ruurlo modernisme zal wezen of orthodoxie.
De vraag is of er nog godsdienstig loven zal we
zen in het algemeen. En dit is zeker, dat het
godsdienstig leven in het algemeen door niets
zoozoor achteruit gaat ala doordat we elkaar den
rug toekeeren."
Het Hdbl. juicht dit schrijven hartelijk toe
en zegt:
„Het is o. i. zeer toe te juichen, dat men nu ook
van dezo orthodox© zijde den moed heeft on: te
vijzen op de o. i. dubbelslachtige houding van
die orthodoxen, die ©enerzijds weigeren de rech
ten der modernen te erkennen en de modernen
zelf als gelijkwaardige leden der kerk en die
anderzijds geheel vrijwillig lid worden eener kerk.
die de modernen als leden toelaat en erkent.
Zullen nu deze orthodoxen hun niet-kerkelijke
maar wei-theologische geestverwanten op de een
of andere wijze verloochenen?
Men kan zich toch moeilijk op het „geweten",
„openbaring", „theologische overtuiging" enz. be
roepen ter verdodiging van een bepaalde hou
ding, indien zoo langzamerhand tal van anderen
die een zelfde „geweten", „openbaring" of „the
ologische overtuiging" deelachtig ziju geworden,
precies omgekeerd handelen?
Dit alles is ongetwijfeld de moeite van aan
dachtig gadeslaan waard, want hier dringt an
wringt oen kracht, die van belang is bij de op
lossing van het kerkelijk vraagstuk.
Van een plan dat niet doorging.
Toen de spoorwegen do diligences kwamen ver
dringen, werd er door de eigenaars van deze laat
ste voertuigen voel kwaad gesproken van den ge
vaarlijken spoortrein. Dat is begrijpelijk, want
hun broodje was er moe gemoeid, maar al te zswr
au sérieux werden de tegenstanders van den sp-ror
trein al spoedig niet meer genomen. Ze beweeraen
ook te gekko dingen. Werd bijvoorboeld den boe
ren niet vijs gemaakt dat de rook van do loco
motieven het graa in de weiden vergiftigde, waar
door er sterfte onder het vee zou uitbreken.
Er was eveuwcl ook ernstiger althans em-
stiger-bedoelde bestrijding van dcn> spoortrein.
In 1839 werd de lijn Amsterdam—Haarlem geo
pend, maar" in 1647 dacht men nog aan conwr-
rentio tuoschen locomotief en paard! Een z*w
.merkwaardige circulaire kwam mij hierover in
handen: „Berigt cn Grondslagen voor de Holland--
6che Asphalt-Spoor-Maatschappij" getiteld.
Men witde een asphaltbaan maken tusschen
Amsterdam en Haarlem, en op die baan zouden
luxo-diligence6 rijden en wol m 65 minuten van
don Dam te Amsterdam naar do Groote Markt
te Haarlem. In die 65 minuten was begrepen Se
benoodigde tijd voor verwisseling van paarden
(vijfmaal), en de vertraging veroorzaakt door Let
opnemen van passagiers in de steden.
Twaalf maal per dag zou men van Amstordm
naar Haarlem, en twaalf anaal per dag van Haar
lem naar Amsterdam kunnen reizen. Men dacht er
in allen ernst aan aldus den spoortrein oen doo-
delijko concurrentie aan te doen. In dc circulaire
werd beweerd dat do IJzaren Spoorwog door ge
brek aan concurrentie een monopolie had en daar
van misbruik maakte, waardoor het gemak voor
de reizigers-en do geregelde aankomst der trei
nen veel te weoechen overliet. Mot de asp halt
koets zou men echter „veel aangenamer, geregel
der, goedkooper, gemakkelijker en met minder
gevaar reizen." Hot gevaar van het verkeer „op.
de ijaorbanen" werd nog ©ene extra onderstreept,
alles om het publiek op te wokken aandeeïen te
nenien in do Asphalt-Spoor.
S December 1845 verleenden B. en W. van
Amsterdam en Haarlem de aangevraagd© conces*
sie, en wel vooronbepaalden tijd. Burgemeester
P.-Huidokopor toekende het étuk voor Amsterdam,
burgemeester P. J. do Bnlyn Kops voor Haar
lem.
Dc concessionaris kreeg vergunning „om in ig
gehoele lengte van den publieken weg tussehsg
de beido steden, dat is vanaf den Hollandsche®
Spoorweg buiten do Willemspoort te Amsterdam,
tot aan de Spaarnwoudorpoort to Haarlem, oen
Asphaltepoor te leggen, met plaatsing der voog
de exploitatie benoodigde gebouwen."
Hot plan werd zoo aanlokkelijk mogelijk voow
gesteld, haarfijn werd uitgerekend, dat er jaar*
lijks een zuivere winst zou zijn van f 38.700. En
„hij die slechts eens van hot asplialt-spoor ge*
bruik heeft gemaakt, zal steeds waar, hoe on
zoovor hij maar kan, dit middel van rervoor bo*
ven do ijzerbaan kiezen.
„Bij eiken rit zal men de reizigers, in plaats
van bhjdo te zijn over do behouden» aankomst...,
hooren uitroepen: „Hoe zacht! Hoe aangenaam!!.
Had de reis nog maar wat geduurd
Het kapitaal van do onderneming sou f 650.00(1
bedragen, verdoold in aandeeïen van f 1000iede
re inschrijver kon, desgewenecht, vooruitbetaling
van 5 pet. dividend in plaatsbriefjes krijgen, e»
wel voor elk aandeel van f 1000, 55 ploatsbrief-
jos voor de eerste klasse en 70 plaatebrief je» voor
do tweede klasse. Erg vlot schijnt het met de
inschrijvingen niet gegaan te zijn, althans, twee
jaar nadat de concessie verleend was, gaf de
„voorloopigo Raad van Beheer dor Hollandsche
Asphalt Spoor Mij" (directeuren waren C. Soe*
tens, Jhr. E. T. van Starkeuborgh Steehouwer tot
Wehe on J. S. van Koppen) oen nieuw manifest
uit, waarin de goegemeente nog eons krachtdadig
word opgewekt aondeeleu te namen. Ieder dio
wilde, kon in het verwarmd lokaal Odóooi"
men schreef December 1847 het modelspoor
bezichtigen, terwijl het stuk besluit met dezo ti
rade: „het genoegen en de zelfvoldoening van
door uwe deelneming ©ene nuttig» Nederlandscha
vinding, op eigen bodem ontloken, lje6chennd en
tot stand gebracht t© hebben, zal aanvankelijk
uwe belooning zijn, terwijl do nakomelingschap
uw' Naam daarvoor zegenend zal hierdenken.
Het beleggend publiek schijnt echter gocn.vor*
trouwen gehad te hebben in de „nuttige Neder*
landache vinding", dio honderd jaar te laat kwam
Want welk oen naïoveteit, nietwaar, om, nadat de
spoorterin reeds acht jaar met 6ecco6 gereden
had, nog met oen diligence-dienst to willen con*
curreeren tegen hot stoompaard". Maar do be
leggers waren minder naïef dan de ontwerpers
van hot schoone plan, zegt het Hdbl., en van de
asphalt-cpoor tusschen Amsterdam en Haarlem is
niets gekomen.
Vergiftig Behangselpapier.
Met „Maandblad itegen. de Veirvalschin-
gen wijst, met het oog op de omstandig
heid dat dn dezen tijd- zeer dikwijls nieuwe
behaAgselpapdereo aangebracht worden,
op het volgende ernstige feü
De heer L. Heyermaias, directeur van
den Geneest. Dienst te Amsterdam, deel
de in het „Ned. Tijdsohr. v. Geneeak."
mede, dat door een geneesheer behangsel
papier gekocht was met zacht groene kleu
ren en tinten, van hetwelk het ambtelijk
scheikundig onderzoek vermeldde ,ydait het
veel arsenicum bevatte en niet geplakt
mocht worden." De levanancier, een groot
handelaar, was bereid het papier tc rui
len. omdat het nog niet geplakt, was, doch
niét om het papier niet weer in den han
del te brengen, daar hij beweerde „niet te
gelooven aan de schadelijkheidZelfs
bestond voor den leverancier geen aanlei
ding op de zaak in, te gaan; publioatie
vreesde hij niet
De heer H. eindigt, zijn waarschuwing
aid lis
„Het schijnt zeer moeilijk tegen derge
lijke firma's op te tredenaangetoond
moet worden, dat de aanwezigheid van
arsenicumhoudende ""stof werkelijk het lo
ven in gevaar brengt. Indertijd is een le
verancier vrijgesproken, die als muizen
verdelgend ffuiddel z wavcl-arsenic urn toe-i
paste. Een dame was dientengevolge aan
arsenicumvergiftiging gestorvenachter
het behang, overal in het stof werdea
groote hoeveelheden arsenicum gevonden,
de arsenicumvergif biging stond vaat
toch is de leverancier vrijgesproken op ju
ridische gronden, en schijnt door te gaan
met zijn praktijken,
In hoever de bestaande wettelijke v»oi>
schriften het mogelijk maken, tegen ver-
koopers van vergiftig behangsel papier op
te treden zou ik niet met aekorheid
durven uitspreken, of ontkennen, doch wek
dat een dergelijke actie weinig resultaat
zal opleveren. De groothandel aren ont
vangen het behangselpapier veeèal van
buiten! andsche fabrieken en verkoopen
wat hun wondt toegezonden, zonder na
der scheikundig onderzoek (behoudens
enkele gunstige uit zonderingen. Red. M.).
Men zij op zijn hoede."
Deze publicatie geeft het Maandblad
aanleiding tot. de volgende opmerkingen:
De leverancier van het vergiftig be
hangselpapier moge verklaren„dat hij
Paul nam het gezangboekje zonder eon
woord te eprekou, en las de aangestreepte
verzen:
,,'k Heb den goodon strijd gestreden
In des Hocreai kracht;
Veel ge loden, veel gebeden.
Met geduld gewacht;
En al beefden soms mijn leden,
'k Heb den loop volbracht.
Rotsen, waar wij op vertrouwden,
Bogen 't hoofd tor aard.
Luchtpaleizen, die wij bouwden,
Bleven niet gespaard:
'k Heb hert beste toch behouden,
'k Heb 't goloof bewaard.
Doornen, tot een krans geweven
Heeft mij d'aard bereid;
Maar de kroon van 't. eeuwig lev on,
Eeuw'ge heerlijkheid,
Als de hemel slechts kan gewen,
Is mij weggeleid.
Ook mijn uiterst ademhalen
Loov' don trouwen Heer!
Mijn geloof gaat zegepralen;
Vrienden! weent niet moei'!
Laat de zon ter kimme dalen,
Schooner rijst zij weer."
John aside niots, toen Paul ophield met
Lynxen tiid bleef hij liggen met ge
sloten oogen, en oene uitdrukking" van vol
komen vrede op het gelaat. Geen geluid
verbrak de stiilte van de ziekenkamer dan
het regelmatig getik van een horloge, d^fc
aan een spijker tegen den muur hing.
Eindelijk sprak hij weder: „Ik heb u nog
enkele zaken mee te deelen, Paul, en de
Heero kan mij elk oogenblik oproepen."
Daar Paul zweeg, vervolgde hij:
„Ik hob u mot uwe moedor tot mijn
executeur benoemd, en wanneer ik er niet
meer bon, moet gij zoo spoedig mogelijk
naar huis terugkeeren; daar zult gij mij
genoegen meedoen. Zij zal hulp en raad
noodig hebben. Wat het geld aangaat, ik
heb genoog over gespaard om haar toot
gebrek te vrijwaren."
„Het zal haar nooit aan iets ontbreken-
zoolang ik kracht beb om te werken," zei
de Paul.
„Op dat punt bon ik gerust," antwoord
de John met eon glimlach, „maar ik zou
gaarne zooveel mogelijk uwe taak verlich-
lichton. Luister dus aandachtig naar het
geen ik u zeggen zal."
„Ik luister, Vador."
„Gij kont de Wheal Anthony, niet
waar?"
Peul knikte toestemmend.
„De mijn beeft nooit veel opgebracht."
iWordt yervolgd},