Dagblad voor Leiden en Omstreken. BINNENLAND. abonnementsprijs IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN |B KWARTAAL 12.50 5K WEEKf 0.19 LANCO PER POST PER KWARTAAL 12JQQ Iste JAARGANG. - ZATERDAG 26 MAART 1921 - No. 302 BUREAU: HOOIGRACHT 35 LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278 adverténtie-prijs PER GEWONE REGEL 10.22 1/1 DES ZATERDAGS !O30 INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TAK IKK KLEINE ADVERTENTIES tod hoogstenj 60 woorden 50 ecnt: Zaterdags 75 ccntt iï* bij vooruitbetaling -ï t nummer bestaat uit twee bladen f Tweede Paaschdag zal de lieuwe Leidsche Courant" NIET rschijnen. Paaschfeest. )e Heere is waa/rlijk opgestaan! ©zus leeftI Het graf kon hem niet hou- o. Hij brak do banden des doods. De heerlijke paa9chjubel, die straks weer er de geheelo aarde weerklinkt, is niet «en van beleekenis voor het persoonlijk jen, maar ook, en in niet mindoro mate, or het leven zooals zich dat op sociaal en jatkundig gebied openbaart. Wij mogen hier geen scheiding maken, mmers, het verzoenend lijden en sterven Christus is tenslotte ook de grond en fundament van onze Christelijke actie elk gebied. Wanneer deze machtige hcilsfciten weg en en geloochend worden, dan zijn de damenten weggegraven, dan is er goen wachting meer, dan is er ook geen its meer voor onzen politieken en so- en strijd. lier voltrekt zich de groole scheiding ichen de verschillende partijen. Hier de groote, de allesbchcerschendc anti- se. e groote vraag die heel het loven l>e- •scht is tenslotte deze, hoe wij staan te- >ver den op Golgotha gekruislen, maar het Paaschfeest verrezen Heiland en >t is noodig hie,r scherp te onderschei- ümers, tusschen wat in Jezus' dagen ge kirde en wat wij zien in onzen' tijd ia principieel onderscheid, in het Joodsohe volk lezen wij, dat er u waren die Jezus gaarne hoorden, ij'-was een leeraar, machtig in woorden Bêrkep. ingrijpend waren zijne leeringen; mach de wonderteekenen die hij deed. in heinde en ver stroomden de scharen men om dezen grooten Rabbi te beluis- n, om te zien zijne wondoren, - om te van de brooden. as hij niet de lang verwachte Messias, zich straks aan het hoofd zou stellen het oproerige Joodsche volk, om dan gehate Romeinsche juk af te schudden n Israël het Koninkrijk weder op te len? (aar de stemming verandert als Jezus aardsche verwachtingen afsnijdt en i aandient als den Zone Gods, als een ing, ja, maar wiens rijk niet is van deze eld. anaf die ure wandelen velen niet meer hem.*' raks wordt hij uit den tempel gewor- Joden erkennen Jezus niet als hun re en Koning en tenslotte weerklinkt de stochtelijke uitroep: Wij hebben geen ing dan den keizer. Kruist Hem, kruist 20 18 Jfl ri Pilatus is het niet anders. Zijt g ij een UQ ing? vraagt hij met ongeloovige verba- 35 En Herodes met zijn wufte hof, hij 30neet zich dien Koning in zijn verkleur- 95 'mantel en zijn kroon van doornen te ptten en te belaóhen. eindelijk hangt de Middelaar aan het 5Q$kihout met boven zijn hoofd het op- gorift: deze is Jezus, de Koning der Joden. 7Q0or den to Bethlehem geboren Koning 00 er in Israël geen plaats. In onze dagen is het niet anders. Zeker, de Goede Vrijdag wordt in breede kringen herdacht en het Paaschfeest be hoort tot de meest geliefde Christelijke feestdagen. Of Jezus Christus waarlijk bestaan heeft., of hij een historische persoonlijkheid is doet volgens velen minder terzake. Misschien is alles wat van zijn lijden cn sterven wordt verhaald niets anders dan een sohoone, legende, evenals zijne met alle natuurwetten strijdende en daarom onmo gelijke opstanding en hemelvaart. Maar daarom kan toch nog wel het Paaschfeest worden gevierd l Immers de „legende" die hieraan ten grondslag 'ligt is rijk van treffende sym boliek. Hoe kostelijk wordt hier verzinnebeeld de overwinning van het leven over den dood .Het Paaschfeest predikt .ons, dat na den donkeren nacht weer een stralenden morgen zal dagen, dat do sombere winter tenslotte tfoch weer plaats moet 'maken voor de liefelijke lente. En zoo viert men het Paaschfeest,* maar zonder den Ghrislus. Men wil Jezus ceren als een treffelijk wijsgeer, maar evenals de Joden weigert men hem te erkennen als Heere en Koning die op den Paaschmorgen als verwinner van dood en graf zegevierend te voorschijn trad om na zijn volbracht Middelaarswerk te worden gesteld tot een Vorst en Gebie der der volken. Christus heeft door zijne opstanding den dood overwonnen, opdat Hij de gerechtig heid die Hij door zijn lijden en sterven ver worven had ook aam zijn volk kon mede doelen. De opstanding van Christus is voor wie in Hem gelooven een zeker pand van tiunne zalig© opstanding. Maar nu moet die opstandingskcacht bij liet volk Gods -ook openbaar worden in een nieuw leven. Een leven dat niet meer gewijd is aan den dienst der zonde, maar aan den dienst van God. Wie mot Christus "zijn* gestorven en opgo staan moeten nu ook voor de wereld open baar worden, als dienstknechten dos Ko- nings, dié ïien uit alle geweld des duivels heeft verlost. Der zonde in beginsel gestorven, moeten zij nu ook opstaan tot een nieuw leven. Jezus wil Koning zijn in ons hart, maar ook in ons huis, in ons bedrijf, in maat schappij en staat. 't Moe.t alles naar zijn wetten ihooren. Er is onze dagen op velerlei gebied oen onmiskenbare inzinking. Een inzinking die tot op zekere hoogte verklaarbaar is. Staan ook wij als Ghristenen vaak niet machteloos tegenover de steeds wisselende sociale nooden? Zijn de vruchten van onze politieke actie ook maar eenigermale in overeenstemming met de gekoesterde verwachtingen? Is het niet waar, dat er zooveel verkeerds is en zondigs in ons streven naar sociale en staatkundige verbeteringen? Is er niet vaak een zoeken van onszelf? En dan die onderlinge verdeeldheid,, het elkaar in den weg staan; moet het niet alles stemmen tot moedeloosheid en roept het ons niet toe den strijd maar liever te staken? Nog eens, veelszins verklaarbaar is een stemming als deze. Maar nu predikt ons het Paaschfeest dat de strijd gevoerd in den naam des Heeren niet te vergeefs is en niet te vergeefs kan zijn. Jezus leeft! Het graf kon hem -niet houden! Wij hebben niet een dooden, maar een levenden Koning, .een Koning wien ge geven is a 11 e macht in hemel en op aarde. Daarom, de tijden mogen donker zijn en bang, er moge veel zijn, dat ontmoedigt, er moge zijn menscheïijke zwakheid en on trouw menigmaal, wij behoeven niet tover sagen, want het is niet onze zaak waar voor wij staan, maar het is de zaak van Hem die üriumpheerde over dood en hel. Zoo kan Het Paaschfeest béïnoedigen. Maar zoo zal het" ook prikkelen lot nieu we actie en tot een steeds opnieuw vragen- naar de legerorders van den verheerlijkten Heiland. STADSNIEUWS. Openbare Leeszaal Onder leiding van Prof. Dr. J. P. Kuenen, werd Woensdag de jaarvergadering gehou den van de voreeniging Leesiaal en Bi bliotheek „Reuvens". Aan het jaarverslag van den Secretaris dr. J. E. Kroon, is het volgende ontleend: Door vertrek uit de gemeente hield de hoer Haitink met 1 Juli op lid van het be stuur t« zijn. Deze vacature, em die, ont staan door het overlijden van "den heer W. Brouwer, en het bedanken van heer W. C. Mulder werden vervuld in de November- vorgadering, toen daarvoor werden bo- noemd mej. dr. C. Serrurier en de heer P. A. Hibma en mr. B. Vos. De heeren dr. Beets, mr. Van der Eist, prof. Knappert en mr. dr. Schokking werden bjj acclamatie herbenoemd. Op 26 Mei werd aan mej. G, J. M. Hoeks eervol ontslag verleend' als assistente, en in haar plaats benoemd mej. G. H. Zekvold. Als volontaire werd aan de' Leeszaal ver bonden, mej. E. H. A. Swanenhurgh do Vrije uit Haarlom. Bovendien is nog een aan de Leeszaal werkzaam gesteld, racj. H. Schol- ten. De gemeento verhoogde mèl ingang van 1 Januari 1921 kaar subsidiotot f2500. De catalogus werd herdrukt en is tegen f 0.90 tve.rkrijgbaar. gesteld. Van hot Dames-Leesmusfum in Den Haag ontving het bestuur ;esn partij Fcan- 'scho rorqans ten geschenke, waarvan 'een groot deel echter niet geschikt bleek. Mevr. de Wed-uwet W. C. Mulder schonk met Kerstmis een groot gedeelte der biblio theek van wijlen haar echtgenoot; een be langrijke schenking, waarvoor het bestuur zeer erkentelijk is. Het in Oüde-Wotering bestaande corres pondentschap werd opgeheven, daaren tegen werd te Voorschoten een correspon dentschap opgericht onder leiding van den heer Meyer, onderwijzer aldaar. Het aantal contribuanten bestond uit 15 klonateurs en 2232 leden; 555 leden bedank ten, vermoedelijk wegens de noodzakelijke (kleine verhooging der contributie. Het boekenbezit bestend op 1 Januari 1921 uit 13351 banden en 2896 brochures. Verder werd nog gememoreerd, dat het op 15 Maart 1920 tien jaar geleden was, dat de Leeszaal werd geopend, terwijl de wakkere directrice, mej. Berends, tegelijk den dag herdacht, waarop zij voor tien jaren in functie trad. Officieel werd dit tweede lustrum niet herdacht, doch het bestuur en eenige trouwe bezoekers brach ten de directrice een bloemenhulde Vervolgens werd door den penningmees- 'ter, dea heer J. Schaap Hz., het financieel ver slag uitgebracht. Hieruit bleek dat de inkomsten hebben bedragen rond ƒ9484 en de uitgaven 9869, zoodat or een nadeelig saldo is van ƒ385, waarbij nog dient opgemerkt, dat boven dien een bedrag van ƒ1400 aan kapitaal is ingeteerd, waartegenover staat-, dat de uit gaven van het drukken van den catalogus, watfrvan de eerste iermijn is botaald door verkoop van den-catalogus goleidelijk terug komen. Aan contributies werd ontvangen ƒ2484, aan subsidies: van -het Rijk ƒ2000, van de gemeente ƒ1000, van de Provincie ƒ600. Huur van eigendommen leverde op ƒ1360. Met dank aan secretaris en penningmees ter werden de uitgebrachte verslagen goedgekeurd. Bij de Hierna volgende besprekingen kwam Ier sprake de wenschelijkheid om de Leeszaal uit te breiden, wat echter met grooLe kosten gepaard gaat. Verder werd nog de wenschelijkheid be toogt dat zij die van de bibliotheek gebruik maken, zich een catalogus k ƒ0.90 moeten aanschaffen. De vergadering werd daarna door den voorzitter gesloten. Eerste Leidsche Hulpbank. Naar wij vernemen, zal op de 31 dezer te houden vergadering van aandeelhoudors dor N. V. Eersto Leidsche Hulpbank, alhier, over het afgeloopen boekjaar ©en dividend worden voor gesteld van VA (vorig jaar 4) pet. Voor d©n dienst in "Ned.-Indië zijn be stemd de heer P. Vermeulen alhier, om te worden belast met de vervaardiging van handleidingen voor het volksonderwijs on de heer EL C. Grüpstna om .aangesteld te worden als adspira-nfc-commissaris van po litie daar te lande. De vaandrig K. Zandbergen, alhier tot aria bevorderd, is bestemd tot reeerve-officier van gezondheid bij het personeel van den genees kundigen dienst der landmacht. Als deskundige bij de a.s. onderwijzers examens in Den Haag, is voor teekenen be noemd de heer A. de Jong Ezn., leeraar aan de Chr. Kweekschool alhier. Het vroege voorjaar. Dat we een bijzonder vroeg voorjaar heb ben blijkt, aldus schrijft men ons, o.m. uit het feit dat het riet in de Noord-Holland- sc-he vaarten reeds aan T uitloopen is, dat het jonge zaad in den Groetpolder, spe ciaal haver reeds boven den grond komt dat de schapen al best gras hebben, dat als het zóo doorgaat de peren- en appelboo- men spoedig zullen bloeien en last not Beast:, dat jonge hazen zich reeds in liet voorjaar-zonnetje koesteren en dartel spe len in 't duin zoowel als op den kleigrond. Maatregelen op agrarisch gebied. Eerlang zijn wettelijke pogingen te ver wachten tot dwingend recht op agrarisch gebied, met name tot scherper voorschrif ten ten aanzien van het pachtcontract. De sociale wetgeving zal de toestanden en ar beidsverhoudingen in den tuinbouw vor der binnen haar regeling betrekken. De ar beidswet met beperkten arbeidsduur schijnt voor land- en tuinbouw in gevor derden staat van voorbereiding, de arbei ders-ziekteverzekeringswet moet nog dit jaar af of niet in gewijzigden vorm worden ingevoerd. De nachtvorsten. De strenge nachtvorsten hebben de laat ste dagen veel schade berokkend aan do in vollen bloei staande kersenboomen inde omgeving van Houten bij Utrecht, zoodat, daar?. evenals verléden jaar,, de oogts wel mislukt zal zijn. Spoorwegongeluk bij Kerkrad e. Vrijdagmorgen te zes uur heeft nabij het station te Kerkrade een ernstig spoorweg ongeluk plaats gehad, dat, gezien de om standigheden, nog vrij goed is afgeloopen. Bij het rangeeren te Schaesberg waren 7 wagons van een goederentrein los geraakt en reden bergafwaarts in de ric'hting van het station Kerkrade. De wagons hadden feuill eton Langs den afgrond. 2) tang nadat Paul in slaap gevallen was, John Vivian nog druk te schrijven, a ander geluid verbrak de 6tilbe van het IÖU'i uvir als het krassen van zijne pen op nd" papier. Een voot een werden de lich- >Pi in het kamp uitgedoofd, maar da/t van gdn Vivian bleef 6ohijnen; een lichtende i57fc in de duisternis. Een eenzame Indi- wiens schaduw voorbijgleed, als een oksel in den nacht, hield een oogen- stil wierp ©en blik naar binnen dooi i' verlichte venster, en vervolgde teen Ier onhoorbaar zijn weg. En John reef maar steeds door, hij had zooveel teggen; doch eindelijk was de brief ge- L ea nadat hij dien overgelezen, en hier daar nog iets veranderd had, sloot hij ^fpapier in de enveloppe, en schreef er oadres op Toen nam hij do lamp, en L' af zich, terwijl .hij diep zuchtte, naar slaapkamer. Öoch de schemering ton ale reeds het aanbreken van een nieu- p'-.dag aan, voordat bot hem gelukte den -3> te vatten. HOOFDSTUK XXXI. „Het had kunnen zijn". Langen tijd was Mary Vivian het met zich zelf oneens in welken geest zij op den brief van haar echtgenoot zou antwoorden. Had zij de inspraak van 'haar hart gevolgd, dan zou zij spoedig tot een besluit zijn gekomen. Zij zou hem onmiddellijk hare blijdschap over zijn besluit meegedeeld hebben. Maar waar het haar man. betrof, daar luisterde zij niet veel naar de stem van haar hart. Zij had nu eenmaal het denkbeeld opgevat, dat hij haar zou nood zaken hem te smeeken tehuis te komen, en zij had zich van den beginne af vast voorgenomen, nooit zoo iets te zullen doen. Hij was uit eigen beweging heengegaan, welnu, hij moest uit eigen beweging terug komen, dit herhaalde zij gedurig bij zich zelf. Zij ontkende niet, dat zij dikwijls naar zijn terugkeer gewenscht had, dat zij meer dan eens behoefte had gevoeld aan zijne hulp bij de opvoeding der jongens, maar het scheen wel of dit verlangen haar hart nog meer verharde. „Hij zal het nooit j te weten komen," zekle zij mot oen vast- j besloten trek om de lippen. „Hij zal zien, dat ik het zonder hom heb kunnen stellen. Ik kan even vastberaden en trotsch zijn j als hij, en wanneer hij denkt, dat ik heb j hoofd zal buigen en vragen of hij terug wil komen, -dam zal hij zien, dat hij zich vergist." Zij hield geene rekening met het feit, dat hij heen was gegaan, omdat hij meende, dat zijne tegenwoordigheid haar onaange naam was. Zij had hem in ronde, harde woorden gezegd, dat zij hem niet liefhad, en hem had gehuwd om een ander te kren ken. Maar zij bezat niet het fijne govoel, dat hem bezielde en daarom kon zij de be weegredenen, die hem dwongen weg te blij ven, niet begrijpen. „Het is de plicht van een man", zoo redeneerde zij steeds bij zichzelf, „om bij zijne vrouw en kinderen (e blijven, maar hij mag niet weggaan, en oen paar driftige woorden zoo hoog op- Zij bedacht echter niet, dat het de plicht van eene vrouw was om een misslag te be lijden, zoodra zij die ontdekt had, en ver gat, dat zij zich moest laten leiden door liefde en waarheid, en niet door haren trots. Haar geweten zeide haar gedurig, dat zij ongelijk had, en dat haar plicht was haren man te bekennen, dat zij haar ongelijk had ingezien dat zij niets meer gaf om Nicholas Bray, maar hem, en hem alleen liefhad. Doch indien zij dat deed zoo meende zij dan zou zij zich voor haren echtge- nooit vernederen, dan zou zij zich overwon nen verklaren. „Neen," zeide zij bij zichzelf, Aan het Zoeklicht. Leiden, 26 Maart 1921. Wannoer ik zoo voortdurend mijn zoek licht laat dwalen over den omtrek, dan ont dek ik veel donkers en duisters. Maar daarnaast is er toch ook veel heer lijks en schoons. Wij sluiten zoo gaarne onze vensters voor het lieflijk zonlicht, wij openen zoo zelden onze oogen en harten om te zien en te genieten Yan de rijke weldaden die God ons in zijne gunst wil schenken. Wat heerlijk zijn de lentedagen die ons geschonken werden nog voor de lente aan brak. De aarde schittert weer in een onbe schrijflijk schoon feestkleed. Overal ontspruit weer het teere groen. Do vogels kwinkeleeren. 'I Is één groot feest daarbuiten. Ik ben niet in staat al dat schoons te tee kenen. Ik vind niet de rechte woorden. Maat' wat ik wel kan, mijn lozers en le zeressen opwekken de oogen te openen, do harten te ontsluiten, de vensters wijd open t© gooien en te genieten met een dankbaar hart, van de schatten der natuur die weer met kwistige hand worden uitgestrooid. Dat is óok een vrucht van het Paasch feest. OBSERVATOR. een groote vaart en kwamen in botsing met een werkliedentrein, die ihet station Kerkrade binnenreed. De laatste wagons van beide treinen wer den in elkaar geschoven. Van de inzitten den werden 4 personen zwaar gewond en een aantal licht gewond. De zwaar gewon den zijn per auto naar he.t hospitaal te Heerlen overgebracht. De schade is vrij aanzienlijk. Het vorkeer was versperd, doch men is onmiddellijk met het opruimingswerk be gonnen, en men verwacht dat do lijrt-spoe dig weer vrij zal zijn. Daar willen ze wèl. Op een groote verkiezingsmeeting dar S. D.A.P. te, Amsterdam zeide Wïbaut: Wij komen als wethouders na de verkiezingen terug, als gij zorgt dat de fractie sterk ge noeg wordt. Dkkr willen ze wel, wethouder zij-nl Het kolencrediet van 1916. Naar het „Hbld." verneemt moet het in de bedoeling der regeering liggen, dat da eventueele, geheele of gedeeltelijke terug betaling van de gelden, die belanghebben den in 1916 hebben gefourneerd tot het verleenen van een crediet aan Duitschland in verband met steenkool-leveringen in ieder geval niet plaats heeft voor een be slissing is gevallen nopens da suppletoir® begrooting (memorie-post) van Landbouw ter dekking van het deficit van het C. V. B. Över de vraag, of en in hoeverre de te rugbetaling dier gelden (het crediet is in middels door de Duitsche regeering aan het C.VJB. terugbetaald) plaats zal moeten hebben, loopen nog onderhandelingen. Rijkskantoor voor vee en paarden. Met 1 April is aan den heer F. J. Dijs- selhof eervol ontslag verleend als liquida» teur van het voormalig Rijkskantoor voor Vee en Paarden, zulks ten gevolge van de liquidatie van het Rijkskantoor. Eventueele correspondentie moet na dien datum gericht worden aan de Afd. Compta biliteit van het Departement van Land bouw. Mr. Fock aanvaardt het bestuur. Bij het Departement van Koloniën is te legrafisch bericht ontvangen, dat de Gou verneur-Generaal mr. D. Fock het bestuur heeft aanvaard. Tevens kan worden medegedeeld dat do „dat nooit." Zoo gingen de jaren voorbij, gelijk wij gezien hebben, en man en vrouw bleven gescheiden. Meer dan eens had hij haar ge schreven, hoezeer hij verlangde om terug te komen, hoe hij er naar hunkerde haar en de kinderen weer t© zien, en had hij haar verzekerd, dat hij onmiddellijk torug zou komen, indien zij hem slechts schroef, dat zij daar naar verlangde. In den laat- eten tijd was hij echter niet moer op het onderwerp terug gekomen. Het was hem duidelijk geworden, dat zij zijne terugkeer niet begeerde. Zij scheen tevreden, zoolang zij oen geregeld maandgeld ontving, en dus hield hij de zaak voor afgehandeld. Mary was zeer verwonderd, toen zij bin nen eene week een "tweede brief ontving, en hare verwondering nam nog toe, toen zij mot de inhoud kennis maakte. Drie dagen hield zij hem in haar zak, en ioeh zij het eindelijk met zichzeli eens geworden was, wat zij zou antwoorden, zette ::e zich aan het schrijven. Zij was in die dagen juist niet bijzonder goed geluimd. De dorpsschool was gesloten wegens de oogstv-acaatie, en David had ven die gelegenheid gebruik gemaakt om een goedkoop uitstapje naar Londen te gaan maken teneinde de hoofdstad te be zichtigen. Zij had geen volkomen vrede met dit plan, te meer. daar hij er zich bepaald tegen verzet had, dat zij hem nu zou vergezellen. Hare oogen waren ten zijnen opzichte niet meer zoo verblind, als vroeger het ge val was geweest. Na het vertrek van Paul waren er nu en dan enkele dingen aan het licht gekomen, die haar zeer beangstigd hadden. Indien Paul te huis was geweest, dan zou er geen zweem van verdenking op David zijn gevallen. Maar nu was or niemand op wien di® vallen kon. Dat het gedrag van David wer kelijk afkeurenswaaixlig was, wilde zij nog niet tecgeven.Dat zou immers eene veroor deeling van zichzelf zijn geweest Zij had haren zoon naar haar beste weten opge voed, en het zou eene te groote vernede ring zijn to bc-kennen, dat hare pogingea schipbreuk hadden geleden. Toch bekroop haar gedurig een gevoel van onvoldaan heid. Hij bracht zoo weinig avonden met haar door, hij kwam zoo laat tehuis; waa> neer hij uitging bracht hij gedurig mak kers mee, die over niets konden praten alt ovor sport en over wedrennen, en hij drong cr op aan een huissleutel to hebben, en wat knorrig, wanneer zij op bloof om op hem tc wachten; cm wat het ergst van alles wat zijn werk op school begon hem zoo zei* tegen te staan, dat zij niet kon nalaten te vreczon, dat hij zich op oen verkeerden weg bevond. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 1