Dagblad voor Leiden en Omstreken. j ABONNEMENTSPRIJS IN LEI1JEN EN BUITEN LEIDEN WAAK AGENTEN GEVESTIGD ZIJN EK KWARTAAL 12.50 i ER WEEK10.19 IRANCO PER TOST PER KWARTAAL 12.90 Iste JAARGANG. - ZATERDAG 26 FEBRUARI 1921 £- No. 279 BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEJDEN. - TELEFOON INT. 1278 ADVERTENTIE-PRIJS PER GEWONE REGEL 10.22 1/ft DES ZATERDAGS f 0.30 INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIEF KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens 30 vroorden 50 cent: Zaterdags 75 cenl, bij vooruitbetaling it nummer bestaat uit twee bladen Coöperatie. .In dc afgeloopen week hebben we aan de löperatie een korte driestar gewijd waar tegen overdreven verwachtingen werd Bwaarschuwd en op de prac-tische bezwa- terloops de aandacht werd gevestigd. Het onderwerp is echter van genoegzaam f teekenis om het meer in den brééd e te be treken. 'Aan de eene zijde zijn er toch die van lüperatie zeer grooto verwachtingen koes- iren en die meenen dat het een midd,el kan ju tot wegneming van sociale ellende en it het brengen van betere maatschappe- jko verhoudingen en aan de andere zijde ja er ook dio van coöperatie niets goeds J eten te vertellen en die zelfs metbeslist- eid uitspreken dat een Christen zich van löperatie verre heeft te houden, ij De heer Pontier schreef indertijd in de rochurenreeks „Pro en Contra" o. m. het olgende: Meer nog dan op de gevolgen an coöperatie als werkloosheid enz. moet ïoral den Christen-co operator worden ge- ezen op het socialistische ge- a a r 't welk in coöperatie schuilt-. Een ied Christen mag en kan geen coöpe- itor zijn. Dat is al een zeer krasse uitspraak. Maar een uitspraak die toch niet op zich- blf staat. Een zeker schrijvor over dit onderwerp eweerde dat coöperatie in welken vorm ok ons volk moet brongen aan den rand an den afgrond. En in 1907 schreef het Middenstandsor- aan de volgende merkwaardige woorden: „Geld dat niet circuleert heeft geen koop- ■acht. Daarom leiden Verbraiks-coöpera- es de maatschappij terug in de. richting aar den tijd toen zij nog geen maatschap- ij was. Indien bet aan ctozo coöperatie go- ikte alle tusschenpersonen overbodig te laken, zou ieder zijn eigen fabrikant en le- erancier zijn geworden en de mensch tot aen dierlijken staat zijn teruggezonken. Dr. Kouwens, aan wien wij dit citaat- itleenen acht het noodig hierbij op te lerken dat de persoon die dit schreef, ove- II gene gezond en normaal redeneert-. Een ander vurig bestrijder van coöpera- ie liet zich op een vergadering van Mid- I Bnstanders verleiden tot het vragen van Dn uitspraak tegen eiken vorm van coope- ntie, geoorloofd zoowel als ongeoorloofd 31 Wanneer zulke dingen door ontwikkelde ersonen worden geschreven, dan behoeft et niet te verwonderen dat vele eenvoudi- en voor coöperatie een zekere vrees koes- >ren en de overtuiging hebben dat het iets y erkeord6 moet zijn, ook al kunnen zij niet jrecies aangeven, waarin het verkeerde genlijk bestaat. Misschien komt dit- mede door 't vreem- b woord en valt het bij nadere kenniema- ing wel eenigszins mee. Het is daarom gewenscht eerst een dui- «Jelijke voorstelling te geven, van wat Döperat-ie eigenlijk is. Coöperatie bet eekent samenwerking; oöpereeren samenwerken, elkander hel- >h. Niet iedere combinatie echter waarvan de yjjrien zich ten doel 6tellen elkaar bij te taan en te helpen is een coöperatie in den 0 angbaren zin van het woord. Nadere omschrijving is dus noodig. Coöperatie, zegt Dr. Nouwens, beteekent olgens het spraakgebruik gezamenlijk oopen of verkoopen van levensmiddelen of el ndere voedingsartikelen. Mr. W. H. Lohman gaf de volgende om schrijving: coöperatie is het samenwerken van vele personen, die juist- door hun ge- zamerdijk optreden' voer elkanders belan gen zorgen en elkaar dezelfde, of ook nog andere voordoelcn bezorgen, die buiten die Yerooniging alleen met eon groot kapitaal verkrijgbaar zijn. En Prof. Pottier, om geen meerdere aan halingen te doen, zegt niet 'hot minst dui delijk: coöperatie heeft daar plaats, waar de individuéele werkzaamheden tot -een ge- zamelijko activiteit vereenigd worden, met het oog op de voordooien, welke uit die samenwerking voortvloeienHet is de practischo toepassing van het woord onzer vaderen: Eendracht maakt macht-. Coöpe ratie is niets anders, dan het vereenigings- beginsel toegepast op de economische orde. Gewoonlijk onderscheidt men nog weer productie- of voortbrengingscoöperatie en consumptie of verbruikscoöperatie. Hot eerste hebben wij bijv. wanneer een zeker aantal werklieden zich vereenigen om een bepaald artikel te fabriceer on. Die sa menwerking kan meer of minder omvat tend zijn. 't Kan zoo zijn dat allen voor de ge meenschap arbeiden en dat die gemeen schap de producten verkoopt, maar men kan zich ook tot enkele punten beperken. Bij een coöperatieve kaasmakerij bijv. behoudt ieder deelnemer zijn eigen vee en mest en weide en is alleen de kaasmakerij gemeenschappelijk eigendom. Zoo heeft men in sommige streken coöperatieve stroo cartonfabrieken, suikérfabrieken en derge lijke. Een zuivere productie-coöperatie heeft men echter, wanneer de arbeiders inplaats van bij 'n patroon hun arbeid te verrichten zich als arbeiders vereenigen om voor ge zamenlijke rekening een werkplaats of fa briek te stichten, zoodat ze de vollo voor- deelen van him arbeid genieten en zelf de ondernemerswinst ontvangen. Wij moeten ons echter beperken en daar om bepalen wij ons bij onze beschouwingen tot de consumptie-coöperatie, het voor ge zamenlijke rekening koöpen va-n do levens benodigdheden of eon deel daarvan. Objectief wenschen wij deze zaak te be zien, door zoowel aan de voordeden als aan de bezwaren aandacht te schenken. STADSNIEUWS. „Burger Pro Rego". Gisterenavond vergaderdo de afd. Leiden van Burger Pro Xtege in het gebouw „Pre diker". Do vergadering werd te 8 uur door den Voorzitter Ds. H. Thomas geopond met -gebed, nadat gezongen was Psalm 75 1. Gelezen werd Psalm 75. De Voorzitter richt een woord van wel kom tot do aanwezigen en den spreker en betuigt zijn dank aan den heer „Van Ooste rom" voor zijn welwiUendheid, dat hij he denavond een woord tot ons wil spreken. De heer Van Oosterom hierna het 'woord verkrijgende, dankt den voorzitter ■voor het weHcomst-woord, en spreekt zijn erkentelijkheid uit dat hij als müitair, als voorzitter der Chr. Onderofficiersver- eeniging in de burger afd. van „Pro ïtege" mag 6preken. Tot zijn onderwerp komend: Geen in krimping, herinnert hij aan de oor logsjaren toen op allerlei gebied op in krimping moest worden aangestuurd en men zich in alles bekrimpen moest- en vooral wat onze voeding betreft op de meest be- krompene wijze moest leven. Na den oorlog werd allerwege direct dc eisch gestold van legerinkrimping en mits dien van bekrimping der legeruit-gaven. Spreker zal het niet hebben over de in krimping onzer weermacht, al is hij daar van een absoluut tegenstander. Toch zal spr., zooals gezegd, niet spre ken over legerinkrimping, maar wil hij het hebben over inkrimping van onze Christe lijke levensovertuiging ten aanzien van het militaire leven. Men ontmoet helaas nog al eens Chris tenen die zich anti-militairist noemen en nog kort geleden werd door een Anti-revo lutionaire wethouder (meester in de rech ten) betoogt dat het voor hem geenszins •vast stond dat het verdedigen van het va derland, behoort tot de plicht van een Christen. Spr. noemt dit een bedenkelijk verschijn* sel en roept „Pro Rege" op, tegen dezen verderf elijken geest te 6trijden en toont, aan de hand van Dr. Kuyper's „Het Calvi nisme", zeer duidelijk aan de onhoudbaar heid van deze stelling. Er moet bij de Christenen geen bekrom penheid zijn maar een ruime vrije opvat ting, em in den strijd voor dé eere van on zen Koning schouder aan schouder te gaan. In dit verband doet hij een woord van protest hooren tegen don Bond van Jongel. Ver. op Geref. Grondslag, die in het Jonge lingsblad de vereeniging adviseert niet aan den arbeid van „Pro Rege" mee te doen. Spreker is zelf Gereformeerd, draagt den -Bond een goed hart toe, en heeft groote sympathie voor hot wérken en streven van den Bond, maar betreurt deze houding ten zeerste. Hij herinnert aan het- Geref. Bonds lied waarin zoo geestdriftig gezongen wordt: Ons wenkt het beeld der vad'ren Dat kloek on vroom geslacht. Met 'helden bloed in d' aderen Dat Spanje 't onder bracht, en dan komt het: Wij willen ook zoo wezen Hun zonen niet ontaard Wij heden als voor dezen De naam van Holland waart. Zoo zingt men de Bondsliederen, en ad viseert tegelijk de aangesloten verceni gin gen aan den arbeid van Pro Rege geen deel te nemen. Hadden wij integendeel op grond van dij| Bondslied, zoo vraagt spreker, niet mogen venvachten dat de 18000 leden welke de Bond op G. G. telt, ons land in 1918 18000 vrijwillige landstormers had bezorgd? Het standpunt van den Bond wordt door spreker als zeer bekrompen gekwalificeerd. Vervol gons wordt nagegaan in hoevele opzichten het kazerneleven de laatste jaren is vooruitgegaan, en hoeveel gunstige be palingen van everheidswege voor den Chris tensoldaat, de laatste jaren zijn tot stand gekomen. Het strafbaar stellen van het vloeken^ de voorgeschreven stilte voor den maal tijd opdat ieder die zulks begeert, kan bid den, de groote inporking van den Zon dagsdienst, de volledige vrijheid voor Ca- thechisatiebezoek enz enz. Vindt men deze dingen ook in de burger maatschappij op groote werkplaatsen waar soms 3 a 400 man werkt, vraagt spreker. Immers neen! Alleen maar, deze bepalingen moeten worden nageleefd; wat -geven al deze bepa lingen indien ze niet leven in het 'hart van degenen die ze aangaan. In het nakomen en naleven dezer bepa/- lingen moet de kracht liggen van onze Christenmilitairen. Geen bekrompenheid, maar durf en moed om voor onzen God en Koning uit te ko men, dat heeft de jonge milicien noodig. In dit verband wijst spreker op de roe ping der ouders. Er is veeltijds wel groote belangstelling der ouders hoe het eten is, of hoe hun zoon .geslapen heeft of de „lange veeren" hem niet hinderlijk zijn, maar naar de geestelij ke belangen wordt eerst in.de laatste plaats en vaak in 't geheel niet geinfor- meerd. Spreker wekt ook de jonge Christen mi liciens op tot deelname aan de kadervor ming in het leger en waarschuwt eveneons voor bekrompenheid ten dezen aanzien. Milicien-Sergeant is tegenwoordig een mooie positie en menig jongeUng heeft door studie in zijn diensttijd zich kunnen opwer ken tot een beter levensmilieu. Laat men den dienst niet schuwen er is o zooveel goeds in. Er is de laatste 20 jaar in het dienst- en kazerneleven, zeer veel verbeterd. Tot deze verbeteringen hebben veel bijge dragen de Chr. Onderoff. Ver., waarvan spreker de eer heeft Voorzitter te zijn, de .kleine Chr. Officierenver. en den laatsten tijd vooral de actie van Militair en Burger :,,Pro Rego". Laten wij, zoo besluit spr., niet medewer ken aan geestelijke inkrimping, welke zich dood werkt-, maar door een ruime en vrije opvatting van onze taak en roeping samen werken aan de uitbreiding van Gods Ko ninkrijk en de eero van Zijn heiligen Naam. Laten wij do kazerne binnengaan met een vrije en goede consciëntie en met de bede en betuiging in ons hart en op onze lippen: „Mijn schild ende betrouwen Zijt Gij o God mijn Heer! Enkele vragen door een der aanwezigen gesteld werden door den spr. beantwoord. Na het afdoen van ecnige huishoudelijke zaken in verband met do a.s. inlijving en het bezoeken der nieuwo miliciens, het- le zen der notulen en besprekingen omtrent de a. s. jaarvergadering wordt do vergadering door Ds. Thomas gesloten, nadat aan den heer Van Oosterom een woord van dank was gebracht voor zijn principieel en be zielend betoog. De heer Oosterom eindigde met dankzeg ging aan den Heere. De Christen cn het Tooneel. Met bovengemeld, onderwerp trad gisteravond in „Nat-hanacl". Dr. v. Andel uit Den Haag op voor dc Ring „Leiden" der Geref. Jong. Bond. ,Na het zingen van-Pe. 119: 53 en na opening met gebed sprak Ds. W. Bouwman een kort -in leidend woord waarin hij do beteekenis van avon den als deze uiteenzette en gaf vervolgens het woord aan Dr. v. A. om zijn referaat te leveren. Deze hierop het woord nemen/Te, begon mot de •opmerking to maken dat de verhouding van den Christen tot het Tooneol, eigenlijk oen onderdeel is van des Christens verhouding tot do wereld. Do woreid wordt besloten in het tijdpork, dat, aanvangt met de schepping aller dingen naaï Genesis 1 en de nieuwe heanol on nieuwe aarde, wolko Patmos' ziener ons teekent in .Openbarin gen 21. Na er op gewezen te hebben, hoe do zonde alles heeft gedegenereerd, en hoe in Chris tus do kern is voor een regeneratie-proces, waar door in beginsel de breuk met dé wereld hersteld is, betoogt spr. dat de Christen, niet vijandig tegenover de kim6t kan staan, omdat de kunst, naar een citaat van Dr. A. Kuypor, de touwlij nen aangeeft der eersto schepping en heen- wijst naar do orde van het gebouw der heinelen. Als dramatische kunst opgevat, moet de Christen daarom ontvankelijk en niet in de corsto plaats afwerend tegenovor het tooneel staan. Drama komt van het Griekscho werkwoord „doen". In het drama zijn twee elementen, een ethische, dat de dadon der menschen laat zien, en ver volgens oen lyrisch element, dat ons laat zien, waarom de mensch die handeling deed. Geen wonder dus, dat do dramaturgie de meest omvattende woordkunst i6. Zoo komt in do T r a- gedie vooral de weemoed naar voren en in de Comodie is de grondtoon do vreugde. In het eerste ziet go den men6ch als voortgezweept door zijn passies, in het tweede als de blijdo persoonlijkheid, die uit het loven oen uit-weg ziet. Men kan ook nog spreken van het Loesdra- I ma, maar t-orecht noemt van Eoden, dit „bas taardkunst" oen tooneelstuk moot nu eenmaal Aan het Zoeklicht. Leiden, 26 Februari 1921. In mijn jongensjaren hadden we raadsel- boekjes waarin vragen voorkwamen als deze: Wat is het onderscheid tusschen een •notaris en een politieman? Een notaris te Ter Neuzen heeft op dit ingewikkelde vraagstuk een antwoord ge geven. Het proces-verbaal van een politieman, zegt' hij, wordt geloofd ook al-zijn er geen getuigen, maar een notaris moet steeds scharrelen met twee, 6om6 zelfs met vier van die onnutte menschen. En omdat die getuigen volkomen over bodig zijn, èn omdat het in sommige geval len onaangenaam is, dat dergelijke dwars kijkers aan wie geen geheimhouding ia opgelegd tegenwoordig zijn, pleit be doelde notaris voor .afschaffing van het ge- tuigenstelsel. Me dunkt daar valt iets voor te zeggen. Ik ben zoo nu en dan bij 't passeer en van een akte tegenwoordig geweest, en ik ver gis me niet als ik zeg dat in 99 van de 100 gevallen die getuigen van het notarieel ge brabbel, waaraan ze trouwens ook abso luut geen aandacht schenken, niets ver* staan. Afschaffing van dc „kwartjes menschen" zou'zeker geen ramp zijn. Waarom ik gaarne den notaris bij zijn ver zoek om de getuigen op stal te zetten, 6teun. OBSERVATOR. verbeeld en g e s p o o 1 d worden en ie niet in do eerste plaals lectuur. Men kan de kunst verbeeldeu door mimiek (gelaatsuitdrukking), plastiek (gebarcnspelcn voordracht. Spr. neemt a!s kunstenaar in dit opzicht Louis Bouwmeester. Toch baant al deze timst voor den Christen, riet den vreg naar do -Schouwburg, al geeft spr. toe, dat een man als Ibsenheel wat menschen mot zijn pessimist is Sne en realistische dramatur gie bereikt heeit. Hierna noemt spreker do mo* reele gevaren van het tooneel, vooral do Zoo.-* dagsarbeid, hot vloeken eu de immoraliteit* Het nullen deugt niet. De ijdelheid eu zinnelijkheid vlieren er hoogtij; door kransen en bloemstuk-' ken wordt de mensch vergood, cn ook de decaden tie neemt toe. Blijve de Christen daarom steeds 2(ichzelf getrouw. Hij zij een zoutend zout. Hij beginne eerst eigen milieu in to richten naar da eischen van het kunstgevoel en misschien kan hij zich daarna wenden lot het toonoel, om daaj* in reformoerend to werken. Een ieder zij in dit opzicht in zijn gemoed ten volle verzekerd en make ak deze vragen uit in biddend opzien tot zijn 'God. Na dit referaat was or een kleine pauze, waar* in Pa. 68: 10 gezongen werd en waarna zich een gohcele reeks van vragors opgaven. Zoo vroeg de heer v. d. Bos of het wens V-ik was op de Geref. Jongélingsvereeniging d> kunde te beoefenen/, de lieer do Koning d vragen, van dozelfde strekking. Do heer T eeuwen bo* toogde, dat men het tooneelvraagstuk èn indi viducel, en sociaal kan opvatten. Pascal deed het eerste en verwierp allo tooneel, omdat do mensch door de rnimiok eig enkarakter leert vorioocnenen, eigen wil verslapt, waardoor de immoriliteit zou toenemen. Is Dr. van A. heb daarmee eens? Vatten we hot tooneel in socia* 1 e n zin op doen wij Christenen: dan niet veel to weinig? Practisch staan wo cr altijd af* werend tegenover en onder tusschen gaat do massa voort om zich in do schouwburgen to bo* dwebnen aan het door spr. gewraakte zinnelijke realismo. Wat doen we dan? Mogen we maar zoo lijdelijk toezien dat do onzedelijkheid van het tooneel de harten meer Vergiftigt? Is dan het argument, dat de schouwburg, de plaats der ijdol* hcid en zinnelijko klecding is voor ons een vrij brief niets te doen. En dan overal, bijv. ook op concerten, waar wo wol naai- toe gaan, is toch ook het dienen dor mode? Geeft de Roomscho literatuur ons niet in dit opzicht een beschamend FEUILLETON Langs den afgrond. vrouw. Hij meende bovendien, dat Jiet hem niet moeilijk zou vaUen na te gaan waar- been zij zich toem had begeven, tiu hij een maal haar op bet spoor was gekomen. Maar hierin werd bij teleurgesteld. Hij ving zijne onderzoekingen aan, beginnende met New-Cast-le en die voortzettende door Northumberland, Durham, het grootste ge deelte wan Yorkshire, to ltd alt hij, nergens eenige aanwijzing vindende, eindelijk in wanhoop zijne pogingen staakte. Daarop opdernam hij met. zijne vrouw eene reis om de wereld, die twee jaar duur de. Bij hunne terugkomst te Ferndaüe ver klaarden de dokters dat Lady Penrith vol komen hersteld was, maar de zilveren dra den tusschen haar bruine lokken weiden hoe llanger hoe talrijker, en toen zij haar dertigste jaar bereikt had was heur haar volkomen wit. Men begrijpt, dat het veriies van haar kind een voortdurend verdriet was voor de arme vrouw, die onophoudelijk haar be6t "deed rich het gebeurde te herinneren, doch steeds te vergeefs. Wat er gebeurd was willen wij thans den lezer mededeelen. In een verschoten japon, en cca versleten mantel met gedeukten hoed op het hoofd had zij zich op weg begeven naar Ply mouth, als voortgejaagd door een vreese- lijken ansSt. Van daar brok zij naar Com- wullis; op den eenen arm droeg zij haar kind en aan den anderen hing-eene mand, die enkele kleedingst.ukken voor den klei ne bevatte. Zij had bijlna eene week noodig om te PortrStormel te komen, cn toen zij op een stillen zomernacht de ednzaino we ning van John Vivian voorbij kwam iegde zij haar kind te rusten op den drempel van den met klimop begroeiden ingang. Van John Vivian'6 woning behoefde men niet ver te gaan om Port-Stormel te berei ken. Misschien wend zij aangetrokken door het geruisch der golven of door het geheim zinnige der zee; hoe het zij, do kleine boot van Franken Hooper ontdekkende s -apte zij daar in, heesch het zeil, en liet zich op den stroom -meedrijven. Dier/.slfdon middag word zij door de brik de Fury van New castle gevonden, en aan boord genomen. Do kapitein en zijne vrouw, die terstond begrepen in welk een toestand zij zich be vond, bejegenden baar met de mééste voor komendheid. Gedurende de reis was zij zeer kalm, icai sprak bijna geen woord. De po gin gen, dio men aanwendde om te ontdekken wie zij was, en waar zij thuis behoorde, bleven vruchteloos. Bij aankomst te New-Castle wilde Kapitein Blower de hulp der politie inroe pen om verder voor de arme vrouw te zor gen. Maar zij wist zijne plannen te ver ijdelen. In een onbewaakt o ogenblik ver liet zij het 6chip en was spoedig tusschen de menigte verdwenen. Voor het vallen van den avond had zij echter een veilige schuilplaats gevonden, waar zij bleef tot dat zij door haar echtgenoot, terug werd gehdald. Indien John Vivian en zijne "vrouw niet in zulk een afgelegen plek hadden gewoond dan^zou him op de een of andere manier de Verdwijning van Lady Penrit h en haar kind waarschijnlijk ter ooro zijn gokomen. Alle nieuwsbladen waren er vol van, maar soms kreeg John Vivian niet eenmaal in de drie maanden er een in handen. Hij liad, weinig omgang met zijne buren en die buren wisten al even weinig van hetgeen er in de wereld gebeurde als hij zelf. Laag voor dat de Vivians to Pen wharf kwamen wonen was Lady Penrith weder te Fonnda-le teruggekeerd. Sir George had aan kapitein Perkins mot onktele woorden doen weten, dat hij zijn kind verteren had; meer niet, en daarmee was do zaak afgedaan. De menschen be Penwharf kenden Sir George van aanzien, maar niemand sprak met hem, behalve ka pitein Perkins, en dan nog slechts over aangelegenheden de Wheal Anthony be treffende. Hij sprak nooit over zich zelf en niemand der lieden te Penwharf had nog slechts een flauwe herinnering van do ramp die hem aan het begin van zijn huwelijksle ven getroffen had. Eonigen tijd, nadat John Vivian naar Califomië was vertrokken, had oen van Mary's buren haar een verward verhaal ge daan wan het verdwijnen van een land van den directeur der Wheal Anthonie, lange jaren geledon. Maar het geval had Mary weinig belangstelling ingeboezemd, en bet kwam niet bij baar op, dat de kleine Paul daar iets mee te maken kon hebben. Zoo gingen de jaren voorbij, gelijk wij gezien hebben en Paul was intus& hen op gegroeid tot een man. Niemand hal hem ooit Verteld, dat er een sluier over zijn ge boorte hing. Hij noemde Mary Vivian zijns moedor en had haar als zoodanig lief, tcar- wijl hij voor David niettegenstaande diena zw-ak.cn onoprecht karakter, de hartelijk ste genegenheid koesterde. Het geheim van zijne geboorte was zoo lang verborgen gebleven, dut Mary Vivian er nooit, meer aan dacht het te openbaren. Waartoe zou het dienen? Het kon mee® kwaad dan goed doen, meondo zij. Zij hiela werkelijk veel van don knaap op hare ma nier, en zij was in sommige opzichten zelfs rtotsch op hem, hoewel hij in hare oogon niet te vergelijken was niet haan. eigen, veel geliefden, schandelijk bedorven David. i {Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1921 | | pagina 1