Dagblad voor Leiden en Omstreken.
BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278
ABONNEMENTSPRIJS
IN LEIUEN EN BUITEN LEIDEN
WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
PER KWARTAAL 12.50
PER WEEK10.19
FRANCO PER POST PER KWARTAAL 12.50
Iste JAARGANG. - MAANDAG 21 FEBRUARI 1921 - No. 274
ADVERTENTIE-PRIJS
PER GEWONE REGEL 10.221/2
DES ZATERDAGS 10.20
INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TAR1EI
KLEINE ADVERTENTIES vso hoosstcu
30 woordro 50 cent: Zaterdags 75 ccdL
bij vooruitbetaling
Blijvende samenwerking?
Do komende verkiezingen voor de Twee-
Ie Kamer in 1922 werpen hare schaduwen
eods vooruit.
Do verschillende linksche groepen hebben
zich, met uitzondering van de Vrijzinnig-
Democraten in den „Vrijheidsbond" veree-
aiigd, om straks in gesloten gelederen zoo
wel tegen de roode als tegen de rechteche
partijen te kunnen optrekken.
En zooals wij reeds mododeelden werd
'door een van onze bladen de vraag aan
de orde gesteld, of hot niet betor zou zijn,
dat de Antirevolutionaire partij inplaats
van regeeringsverantwoordelijkheid te dra
gen, zich in hare eigen tenten terugtrok,
om weder don zuiver principieelcn strijd te
gaan voeren en de echte, onvervalschle
kleuren van het Anti-revolutionaire vaan
del weer te doen uitschitteren.
Er is in zulk een terugtrekken onge
twijfeld veel wat weldadig aandoet.
Het is zooals de Rotterdammer terecht
opmerkt: „Die overwegingen van moge
lijkheid en noodzakelijkheid, al dat rekenen
met betrekkelijke waarden, kan zoo ver
moeien, beneemt zoo den glans aan de po
litieke worsteling. Konden we maar leven
op do hoogte der bergen in de zuivere at
mosfeer van de absoluutheid van het be
ginsel, inplaats van in de dalen der regeer
ringspartij."
In do tent kan het zoo goed zijn.
„Maar,, zegt hetzelfde orgaan, gij be
hoort daar niet, wanneer uw roeping ligt
op het slagveld, in de poort, op de maikt."
Verloochening van ons beginsel moet
buitengesloten blijven.
Wij dringen onszelf niet op den voor
grond.
Maar wanneer de verantwoordelijkheid
an rechtswege op ons drukt, mogon wij ze
niet afwijzen en ons niet gedragen alsof
wij geen deel aan David hebben.
In andere kringen wordt dezelfde 6tem
beluisterd.
De voorzitter van het Provinciaal Co
mité van A. R. Kiesvereenigingen in Gel
derland, verklaarde de vorige week, voor
hot verbreken van de coalitie weinig te ge
voelen.
„Het water staat tot aan den kruin van
deu dijlc, die dreigt door te breken, en
daarom moeten wij onze post op den dijk
niet verlaten om ons in onze tenten terug
te trekken."
Voor ditmaal gaan wij op dit belangrij
ke vraagstuk niet nader in.
Het zal straks, in meer concroten von%
ongetwijfeld opnieuw aan de orde worden
•gesteld.
4 Stem uit het Roomsche kamp.
In de Maasbode bepleit de heer A
van Wijnbergen eveneens een blijvende sa
menwerking van de rechteche partijen.
De meeningsverschillen die zoo nu en
dan aan het licht treden acht hij daarvoor
geen bezwaar, daar er toch tusschen de drie
rechtsche groepen geen fusie plaats had,
maar slechts van coalitie 6prake was.
In do bestaande omstandigheden zal naar
hij meent alleen reeds op grond van n a-
t i o n a 1 e overwegingen de bestaande toe
stand gehandhaafd moeten worden.
„Maar Ook en in niet mindere mate
op grond van principieels over
wegingen.
Dc coalitie toch is niet ontstaan tenge
volge van aangegane overeenkomst, zoo-
als bijv. nu do Vrijheidsbond zaJ. tot stand
komen.
Neen, de drie rechtsche groepen hebben
elkaar gevonden.
Na ai-mate de liberale Staatsleer ten on
zent moer en meer de gansche gemeenschap
dreigde te gaan doordringen, gevoelde men
dat tegenover de daaraan ten grondslag
liggende theorieën de Christelijke beginse
len moesten worden naar voren gebracht,
en kwamen van zelf geleidelijk zij samen,
die do Christelijke beginselen wilden ten
grondslag gelegd zien aan wetgeving en
Staatsbestuur.
En zij zullen, zeker gelet op de geostcs-
6troomingen onzer dagen ongetwijfeld lot
duren plicht zich rekenen 6aam te blijven,
hopend en vertrouwend, dat steeds meer
dere zullen komen tot hen.
In de rede: „De antithese en het Chris-
tel'ijkhistorisch standpunt" door Dr. van
Idsinga in 1907 gehouden, zeid-o deze te
recht:
„Zij (do antithese) zal blijven leven tot
dat het godsdienstig karakter van het Ne-
derlandsche volk onverholen uitdrukking
zal hebben gevonden in zijn openbaar le
ven en in zijne publieke instellingen, toklat
daarin het Christelijk geloof vojr goed do
plaats zal hebben verkregen, die aan dat
geloof toekomt."
En verder:
„Zij die gelooYen haasten niet, maar dat
éénmaal dat oogenblik voor Nederland zal
aanbreken, daarvan houd ik mij ten stellig
ste overtuigd, mits de Christenen in ons
vaderland zich inderdaad aaneensluiten,
het oog gevestigd houden op hetgeen ons
allon vereenigt; lijdzaam en geduldig zijn
jegens hetgeen ons mogo verdeelen, en be
reid eigen inzichten en verlangens onderge
schikt te maken aan wat uitdrukking geeft
aan het waarlijk historisch-nationaal ka
rakter des volles; mits bovenal gelijk
dezer dagi van onzen grooten en vroomen
zeeheld werd getuigd.—
Gijvreezen blijft der Vad'ren
trouwen God.
En Hem bevoelt uw toekomst en
uw lot."
Wat toen noodig werd geoordeeld, is het
zeker thans, nu de wereldc-orlog zoo onnoe
melijke schade in 't bijzonder op geestelijk
terrein heeft aangericht, en het derhalve
meer dan ooit gebiedende eisch is dat allen
die de Christelijke beginselen op Staatkun
dig terrein voorslaan, vereenigd zijn en
blijven.
Voor zoover wij den politieken toestand
ton onzent kunnen overzien is er geen en
kele grond om aan te nemen, dat zelfs
maar één der rechts :he groepen daarvan
niet diep overtuigd zoude zijn.
De zaken o. i. zoo gunstig staande ten
onzent, bestaat voor ©lk der drio groepen
de plicht angstvallig toe te zien, dat niets
worde gedaan, hetgeen die samenwerking
onnoodig moeilijk maken zou."
STADSNIEUWS.
De Bank-Associatic.
De Breestraat, schuin tegenover de Ge
hoorzaal. is verrijkt met een nieuwen ge
vel, die, hoewel hij oen plaats inneemt tus
schen een reeks van in type verschillende
huizen, ton zeerste die omgeving ten goede
komt.
Het is de gevel van het nieuw ingerichte
kantoor van de Eank-Associatie.
De goede stijl en de soliede afwerking
van het front, bestaande uit zandsteen en
graniet werkt mede dat dit gebouw de aan
dacht trekt. En daarbij geeft het niet den
indruk een verbouwd woonhuis te zijn,
maar, men ziet het, 't is een perceel, Waar
in een solide bank gevestigd is.
De indruk die men buiten opdoet, wordt
echter binnenin nog versterkt..
Door een draaideur binnengekomen
treedt men een ruime hal in, met aan alle
muurzijden marmerplaten
Vanuit de hal komt men in de wacht-
plaats, waar een zestal loketten zijn aange
bracht voor de bedionang van de clientèle.
Elk loket vertegenwoordigt een bepaalde
afdeeling als: effecten, prolongaties, cou
pons, spaarbankboekjes, deposito, credie-
ton, vreemd geld, wissels, assuranties, pas-
sagiersbospreking bij de Mij. „Nederland"
enz.
Tegenover deze loketten is het ruimj
kantoor voor het personeel, waar voorloo-
pig plaats is voor twintig man.
Het kantoor-ameublemont bestaat uit
eikenhout on is geleverd door de firma
Hasselman en Pander.
De kassier heeft zijn plaats in een afzon
derlijk en afgesloten karaortje.
Achter dit kantoor bevinden zich de ka
mer van den procuratiehouder en die van de
directeuren, de heeron H. M. Sasso en P. M.
Rollandet.
Ook is er nog eon eère voor ontvangst
van personen die bijzondere aangelegenhe
den hebben te bespreken.
Do kantoren ontvangen voor een deel
het licht door dakramen, die door gekleurd
glaswerk de aangenaamheid in deze ver-
.trekken verhoogen.
Het geheele gebouw is van centraio ver
warming voorzien, die in een afzonderlijke
kelder is aangebracht.
In den achtergang ontbreken de toilet
kamers voor personeel en directeuren niet.
Al daar bevindt zich de opgang van den
concierge, die aan de achterzijde van het
perceel, boven, woont.
Een merkwaardigheid is dat de achter
deur, dio toegang geeft van de Lange Brug
naar de achterplaats terwijl men binnen is,
electrisch is te openen, voor personen, die
aldaar hebben aangebeld.
Het kantoor is voorzien van de modern
ste bankinrichling. Ook de draadlooze tele
foon ontbreekt niet. Daarmede toch kan
dit kantoor direct de koersopgaven uit
Amsterdam opnemen, die door oen telefo
nist op de beurs worden uitgesproken ea
draadloos door het land geseind.
Het mooie er van is wel, dat deze 6lem
nog duidelijker is dan die van een gewone
telefoon.
De toegang tot den brandvrijen kelder
is zeer ruim en net gemaakt.
In de kluis zijn voorloopig 300 loketten
aangebracht terwijl er, bij uitbreiding even
tueel, 1000 kunnen geplaatst worden. Een
afzonderlijko afdeeling is er voor plaat#
ring van koffers met waardevollen inhoud,
voor personen die 's zomers of bij andere
gelegenheden naar buiten gaan.
De kluis is voorzien van een ingang die
met een hek en door zware deuren lean wor
den afgesloten. Ook is er een klein nood-
luik, voor het ge/al dat een van de hoofd
deuren mocht weigeren. L
Dit luik wordt op dezelfde wijze afgeslo
ten en dient ook voor het ververschen van
do lucht in de kluis.
Gelijkvloers zijn hier ook eenige kamer6
voor het couponknippen ingebouwd.
De controle-gang van de kluis is door
hoekspiegols geheel te overzien, zoodat het
verschuilen daarin onmogelijk is.
In dit brandvrije gedeelte bevindt zich
nog de kamer voor het bewaren van het
archief van de bank. Door een kleine lift
kunnen van hier de boeken 's morgens naar
het kantoor gebracht worden on 's avonds
weer terug.
Het gebouw doet zoowel van binnen als
van buiten de architecten Poggonbeok, v.
Tussenbroek en Mouton van Amsterdam,
alle eer aan.
Zooals men weet was hier vroeger het
kantoor van don heer Sêsso gevestigd; door
bijtrekking van een perceel is het front als
ook de inwendige ruimte aanzienlijk ver
groot. i
Do personen, met den bouw belast, de
hoeren Splinter en Huurman, hebben oer
van hun werk.
Morgen wordt het kantoor van do Bank,
Associatio van de N. Rijn, waar vroeger
het kantoor van den heer Rollandet was,
naar hot nicuwo perceel overgebracht on
het is to zien dat dit bankkantoor in Leidon
een goede toekomst tegengaat.
Do Indische postschool die van hier
naar Doventor zal worden overgeplaatst,
zal, naar aan den raad aldaar wordt voor
gesteld, in het gebouw van do Handelsschool
v/orden ondergebracht.
Op een Vrijdagavond gehouden leden
vergadering van de Coöperatieve Ver-
bruiksvereeniging Ons Voordeel, is na
langdurige en uitvoerige discussie besloten
met.62 tegen 26 stemmen en één blanco, de
veroeniging op te heffen en terstond tot
de liquidatie over te gaan.
Een voorstel om do vereeniging om te
zetten in een coöperatie kwam daardoor
niet meer in behandeling.
Daar verschillende bestuursleden hadden
bedankt, (w. o. ook do voorzitter, de heer
J. F. G. van Ewijk) had een benoeming
van nieuwe bostuursleden plaats. Als zoo
danig werden benoemd de dames Ten
Bosch en Schilthuizen en de heeren Noë,
Wedemeijer en Zitman.
Men hoopt zonder bijpassing der leden to
kunnen voldoen aan do verplichting der
vereeniging tegenover de obligatiehouders.
In do StodoHjke Werkinrichting zijn opgeno
men 13 Febr. 28 volwassen personen, 8 kinde
ren totaal 36 personen; 14 Febr. 28 idem; 10
idem totaal 38; 15 Fobr. 32 idem, 10 idem, üh
taal 42; 16 Febr. 33 idem, 10 idem, totaal 43;
17 Fobr. 30 idem, 10 idem, totaal 40; k8 Febr.
29 idem, 10 idem, totaal 39; 19 Febr. 31 idern.
10 idem, totaal 41.
Bij het in do vorige week gehouden, her
examen aan do Indische - Postschool alhier, zijn
alsnog geslaagd als commies bij do Post- en Te
legraafdienst in Ncd.-Indië, Mevr. M. Veraart-
Ponves en do heeren G. A. M. Garritscn, W. Jan
sen, S. do Lange, H. J. Veraart en J. M. Willemse.
Naar ons gemeld wordt is het bestuur van
de Leidsche Studenten-Muziok-vereoniging „Les
Chevaliers de la Lune," gedeeltelijk als volgt
samengesteld: J. W. J. van den Berg, praeses,
S. J. Fischr, ab-actis, A. in 't Veld quaestor.
Hot aantal werkleozen, ingeschreven bij de
Gemeentolijke Arbeidsbeurs bodroeg Zaterdag
558. Hicrondor waren 116 losse werklieden, 95
sigarenmakers, 25 id. gedeeltelijk, 87 textielar
beiders, gedeeltelijk, 22 opperlieden, 21 schilders,
16 bankwerkers, 14 grondwerkers, 7 behangers, 6
betonwerkers, 6 broodbakkers, 5 loopknechten, 5
magazijnknechten, 5 meubelmakers, 5 zilversme
den, 8 lextielarbeidstore, gedeeltelijk enz.
1Wij vestigen de aandacht onzor lezers en
lezeressen op een in dit nummer voorkomende
advertentie v. <L Leidschcn Christelijken Besturen
bond, waarin wordt aangekondigd een te houden
openbare vergadering in de Stadsgehoorzaal op
Donderdag 24 Febr. a.s.
De heer C. Smeenk, lid der Tweede Kamer
hoopt als spreker op te treden, met het onder
werp „Sociali6atie."
Wij Week ken gaarne tot bijwoning op.
De heer Smeenk is oen bekwame spreker en
vaardig debatter en gelijk bekend, op 6ociaal ter
rein, een oersto kracht.
De in de j.L Dinsdag gehouden vergadering
benoemde Controle-commissio voor het „Millioen-
plan", laat er geen gras ever grooien. Reeds a.s.
Woensdag zal zij vergaderen met de werkera
(sters) van vijf bureaux.
Het voornemen bestaat van de 40 bureaux, in
welke de arbeid voor het „Millioen" wordt ver
richt, telkens 'vijf afzondorlijk to behandelen en
daarna de nalezing te organiseeren.
Bij vernieuwing dringen wij aan de commissie
in haar zware taak zoovool mogelijk te helpen on
bij te staan.
De stand van zaken is bekend!
Minstens f 4000 moot de commissie nog trach
ten bijeen te brengen, wil Leiden voldoen aan
haar aanslag.
(Laton zij, die tot nog tee aan de werkzaam
heden niet hebben deelgenomen, zich enikelo avon
den voor dezen arbeid geven-
Do heer H Lambooy Jr Hoogewoerd 96 belast
zich gaarne met het opnemen van de adressen dee
dames en heeren, die alsnog aan liet „Millioea*
plan" willen medewerken.
BINNENLAND.
„De Nederlander."
De Nederlander het bekende „dag
blad tot verbreiding vaoi de Christelijk
Historische beginselen" is Zaterdag ia
sterk vergroot formaat verschenen.
Deze uitbreiding, zegt de hoofdredacteur!
de heer A. F. de Savorain Lohman, ge
schiedt nieé; om de goedkoopheid van het
papier of om den voorspoed der tijden,
maar is een gevolg van de gestadige uit
breiding van het aantal lezers, en do meer
dere behoeften waaraan tengevolge van die
uitbreiding voldoen moet worden.
Dat de teleurstellingen van de dagblad
schrijvers vele zijn, ervaart ook de redac
tie van de Nederlander. De druk van dit
eerste nummer in vergroot formaat laat
toch schier alles te wenschen over.
Dat is jammer vooral ook in verband
met do groote zorg aan den inhoud be
steed.
Wij wenschen de Nederlander in haar
nieuwe kleed een voorpoedige reis.
Terecht zegt de heer Lohman in het in
leidend woord, waarin hij op medewerking
en steun aandringt:
„Meer dan ooit is het noodig dat, nu al
les in de wereld, zelfs de aloude begrippen
van goed en kwaad ,van recht en geweld,
van orde en anarchie stuivertje gaan wisse
len, het Nederlandscho volk behoefte gaat
gevoelen aan vasten bodem, waarop tot
het algemeen welzijn kan worden meege
werkt."
L. J. J. Michiclsen. f
Te Voorburg is Vrijdag, 83 jaar oud, na
een langdurig ziekbed overleden de heer L.
J. J. Michielsen, oud-lid van den Raad
van Indië.
Chr. Nat. Vakverbond.
De „Gids", het orgaan van genoemd ver
bond, deelt mede, dat de algemeeno verga
dering D. V. Maandag 20, Dinsdag 21 e»
Woensdag 22 Juni plaats vindt.
Inwisseling Zilverbons.
„St.bl." 59 bevat en K. B. van 11 Febr.j
houdende wedoropenstelling van de golegen-
heid tot inwisseling tot en met 31 Decem
ber a. 6. ten kantore van het. agentschap
van het Ministerie van Financiën to Am
sterdam van de zilverbons van f 1 en f 2.50
(beide ouden vorm) cn van f 5, alsmede
van de zilverbons van f 2.50 als zilverbona
van de eerste soort.
Bijlegging arbeidsgeschillen.
Het bestuur van de Vereeniging van Ne-
derlandsche Werkgevers heeft een adrea
tot de Tweede Kamer gericht, waarin eenige
wenschen over en bezwaren togen het wets
ontwerp, houdende bepalingen tot bevorde
ring van de vreedzame bijlegging van ge
schillen over arbeidsaangelengenheden en
tot het voorkomen van zoodanige geschil
len.
In het adres wordt o. a. opgemerkt, dat
het ontwerp niet is tot stand gekomen in
gemeenschappelijk overleg tusschen werk
gevers en werknemers. Daardoor steunt
het niet op de practijk. Wil de Staat inder
daad iets bereiken tot het voorkomen of
vreedzaam bijleggen van arbeidsgeschillen,
dan verdient het aanbeveling het ontwerp
te ronvoyeeren naar een commissie van
werkgevers en werknemers in den geest
van de commissie Posthuma over de Ziek
tewet.
Voorts is niet gebleken op grond waar
van de Staat geheel nieuwe organen
(Rijksbemiddolaars) meet scheppen, terwijl
FEUILLETON
Langs den afgrond.
au
,.'t Is een prachtexemplaar van een jon-
igen," zeide Sir George den volgenden dag
tot zijne vrouw. Hij heeft het gelaat en het
hoofd van een Apollo, en zulke oogen zag
ik nog nooit. Ik mende ©en diamant to
zullen vinden maar een ruwe; een na
tuurkind met een warm hart, maar met een
beperkt verstond. Doch niets van dit alles.
Die Vivians schijnen een ander soort als de
gewone dorpelingen. Zijne moeder is een
knappe, welgemanierde vrouw, zelfs min
of meer gemaakt. Maar dat moet ik mis
schien toeschrijven aan het onverwachte
van mijn bezoek. De tweede zoon ie hulp
onderwijzer aan de dork6school, en zien er
ook hoogst fatsoenlijk uit. Maar deze Paul,
de held van de Wheal Anthony, heeft iets
buitengewoons over zich. Ik wilde, dat gij
liem eens kondet zien, lieve."
,,'t Besto zal wezen, dat ik u op uw vol
genden tocht eens vergezel," antwoordde
Lady Penrith met een vriendelijken glim
lach.
„Uitstekend! Dat zal meteen ©en aardig
uitstapje voor u wezen."
Maar toen de tijd voor hot bezoek aange
broken was, werd Sir George gekweld door
een aanval van de jicht, en moest hij zijne
kamer houden. Dit was een groote teleur
stelling voor Lady Penrith, maar niet min
der voor kapitein Perkins, die zeer verlan
gend was den voorzitter van het bestuur
te raadplegen omtrent gewichtige aangele
genheden de mijn betreffende.
„Luister eens, Vivian", zeide do kapitein
op zekeren dag tot Paul, „gij zijt haast
weer de oude, ik zou dus gaarne zien, dat
gij eens naar Femdalo gingt, om Sir Geor
ge het een en ander mee te deolen en uit te
leggen, en hem te vragen hoe er gehandeld
moet worden. Ik kan zelf niet gaan, de zaak
kan niet per brief geregeld worden, en Sis
George wordt door de jicht verhinderd hier.
te komen, 't Is een aardig uitstapje voor u-,
de verandering zal u goed doen, en Sir
George zal blij zijn u te zien. Nu, wat
dunkt u?"
„Ik weet eigenlijk niet, wat ik hierop
antwoorden moet," antwoordde Paul met
een glimlach.
„Dam weet ik het," hernam kapitein Per
kins. „Gij vertrekt morgen met den trein
van tien uur, en heden avond breng ik u
de papieren en de teekoningen, en zal u
alles uitleggen". En met een hartelijken
handdruk nam hij afscheid.
HOOFDSTUK XIX.
In een opgewekte stemming begaf Paul
zich den volgenden morgen op weg naar
Femdalo. Hij was nooit in een andere
streek geweest, eigenlijk nooit vorder dan
twintig mijlen van Penwharf. Hij beschouw
de een uitstapje naar het schoone en schil
derachtige Devonshire dus als een gewich
tige gebeurtenis in zijn min of meer eento
nig leven.
Hij zag nog altijd wat block en holoogig
maar dat was niet in zijn nadeel; het gaf
integendeel iets belangwekkends aan zijn
voorkomen. In zijn beste pak zou iedereen
hem voor een heer hebben aangezien, zoo
eenvoudig en fatsoenlijk zag hij er uit. De
andere jongelieden zagen er in hun zondag-
6che kleoren zoo opgeschikt uit, of waren
zoo verlogen, alsof zij geen raad wisten
met hun handen cn voeten. Maar mot Paul
was dit geenszins het geval. Hij bewoog
zich ongedwongen en natuurlijk, en gevoel
de zich volkomen op zijn gemak in zijn
motte kleeding.
Dit gaf hem een onbewuste meerderheid,
maar was tevens oorzaak, dat hij dikwijls
door zijn dorpsgenooten met afgunstige
blikken werd aangezien.
't Was oen liefelijke Meimorgen toen hij
zich op weg begaf. De matuur lachte hem
van allo kanten toe. Heuvels en velden wa
ren met fri6ch green bekleed. Vroolijk kab
belend stroomde het beekje langs het pad,
dat hij volgen moest. De boterbloempjes
op de woido glansden in het heldere zon
licht. De vogels zongen in do boomen, als
of zij zich verheugden in het heerlijke len
teweer. Het geheele landschap was overgo
ten met een schitterenden, gouden gloed.
Toen Paul de top van den heuvel bereikt
had, dien hij over moest, keerde hij zich
om en wierp een blik op het dorp dat zich
zoo vredig aan zijne voeten uitstrekte. Hij
kon de ligging der huizen en der tuinen
duidelijk onderscheiden. Een blinkende
streep in de verte doed hem de baai van
Portstress herkennen. In do diepte aan zijn
rechterhand lbg de Wheal Anthony en een
weinig verder ontdekte hij den kerktoren
van Tronance. Aan zijm linkerhand rustte
ziju oog op Rossvallion, schilderachtig ge
legen te midden der akkers, en tusschen de
boomgaarden half verscholen, en daar ach
ter, waar do velden ophielden, kwam een
breede 6trook duinen, cn eindelijk zag hij
weer don glinslerendon Oceaan, 't. Was een
heerlijk vergezicht. Zou er wel een liefe
lijker natuurlooneel op aarde gevonden
worden? Maar hij had thans geen tijd voor
bespiegelingen; de tijd verstreek, terwijl hij
■daar op don heuvel stond, en spoortreinen
zijn niet gewoon om te wachten. Met ver
snelde schreden vervolgde hij dus zijn weg
in de richting van St. Hildred.
't Gaf hem een vreemde gewaarwording
den snuivenden en dampenden trein het
station te zien binnen6toomen. Hij had nog
nooit per 6poor gereisd, en in den beginne
gevoelde hij zich niet op zijn gemak. Maar
spoedig werd hij geheel cn al meegesleept
door de steeds afwisselende tooneelen, dio
hem voorbij stoomden, en al het vreemde
dat hij te zien kreeg.
Enkelen zijner medepassagiers, die naar
Londen of nog verder reisden, pruttelden
onophoudelijk over het langzame reizen ia
een trein die overal stilhield. Paul daarente
gen duurde de tocht veel te kort. Hij bad
pleizier in de drukte en de beweging aaA
de stations, die zij aandeden.
(Wordt vervolgd.)!