t
Dagblad voor Leiden en Omstreken.
I
B0NNEMENTSPRIJ3
V LEIDEN EN BUITEN LEIDEN
{VAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
KWARTAAL 12.50
WEEK10.10
ICO l'ER POST PER KWARTAAL I 2.90
Iste JAARGANG. - ZATERDAG 23 OCTOBER 1920. - No. 173
BUREAUHOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278
ADVERTENTIE-PRIJS
PER GEWONE REGEL I 0.22 1 3
DES ZATERDAGS 0.30
INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIEF
KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens
30 woorden 50 cent: Zaterdags 75 cent,
bij vooruitbetaling 1
nummer bestaat uit twee bladen
kon:
.en belangrijke vraag.
i Sociaal-democraten hebben de laatste
i grooto vorderingen gemaakt.
iet alleen in het buitenland maar ook
tns vaderland.
m "ekte het enkele jaren geleden nog eeni-
pschudding toen een socialist in de Ka-
zijn intrede deed, bij de jongste ver
ingen zag de S. D. A. P. zich reeds 22
;|s toegewezen.
ik in de Provinciale Staten en met pa-
fin de Gemeenteraden, houden zij een
t aantal zetels bezet,
foch niet alleen in de vertegenwoordi-
de en besturende lichamen, maar nog
meer i/t het maatschappelijk leven
dt, door de Sociaal-Democraten grooten
joed uitgeoefend.
lp allerloi terrein bewegen zij zich.
ieen kantoor, geen werkplaats^ geen fa-
>k, geen marlet, of we vinden de roode
op hun post om hunne
kbeelden te verkondigen en hunne be-
eelen ons volk als in te gieten.
dot een ijver die bewondering afdwingt.
103$ een volharding en toewijding die ons
nigmaal beschaamd maken, gaan zij uit
lliteit. ^eSSen en wegen om de massa te dwin-
in te komen in het socialistische heils-
"IJN Dfouw.
Haar toch, hoe hunne beweging zich ook
pt ontwikkeld, tevreden zijn zij nog
rminst.
.nfegendeel, zij voelen zich tot op zekere
teleurgesteld.
llliillllllKiin ideaal is de zoo lang gepredikte
I f>Pssenstriid te verscherpen, het klassebé-
I fj istzijn te verlevendigen en do scheidslijn
"herper te trekken, opdat aan de eene zijde
ig slechts zullen gevonden wosderi de bozit-
rs, en aan de andere zijde, maai- dan als
n leger geschaard onder de roodc banier,
proletariërs van elke richting zonder
iderechéid.
Hierbij stuit men echter oo een mociliik-
id.
6©jDe scheidslijn is een andere.
En hoe men ook geschetterd.heeft tegen
3 antithese, de tegenstelling ttisschen ge-
en OHgeloof, hoe men ook getracht
eelt de arbeiders duidelijk te maken dat
IStpze tegenstelling een valsche is, toch is
01» pt tot nu toe niet gelukt die scheidslijn
'eg te doezelen.
Nog altijd staan in het maalsehappelij-
SCJ.C en politieke leven aan de eene zijde do
apitalisten en proletariërs die zich sc'ha-
?n onder het revolutionaire vaandel en
do :»n de andere zijde de arbeiders en werkge-
wfrs' rHhe kasteelbewoner en de arme
a futbewoner, dio hoe ook verschillend wat
wf.treffc &,a.nd ;en omwikkeling, hierin één
|ijn dat zij zich buigen voor eenen God,
p. viens eere zij begceren te zoeken en wiens
j gjrdinafttic'n zij wensehen te volbrengen.
w t
5( dc zwakheid van het Socialisme.
Dat belet, hen, hunne leuze proletariërs
fan alle landen vcreenigt u, in toepassing
ejJc brengen.
Dat verlamt hunne actie, zooals nog
weer onlang6 bij de geproclameerde demon
stratieve staking zoo duidelijk bleek.
En dus ligt het voor de hand dat hunne
fictie er in de eerste plaats op is gericht,
jprie Christelijke werklieden tot zich to trek
ken.
Do antithese zegt, Mr. Troèlstra moet vor-
T|dwijnen en vervangon worden door een
hiouwe tegenstelling, kapilaal en arbeid,
proletariërs en kapilalisten. Alle arbei
ders moeten plaats nemen in het roode le
ger.
Allen zijn welkom, geloovigen en onge-
loovigen, Christenen on Joden, want het
gaat alleen om maatschappelijke vragen en
godsdienst is do zaak van ieders persoon
lijke overtuiging.
Geen middel wordt onbeproofd gelaten
om de Christelijke arbeiders duidelijk te
maken, dat zij staan aan de verkeerde zijde,
dat zij zich bevinden in het hun vijandelijke
leger fl
Het behoeft dan ook niet te ver
wonderen, dat er zoo hier 'cn daar
menschen zijn, die zich afvragen of het dan
toch niet mogelijk is, aan de eene zijde vast
te houden aan Gods Woord, en tegelijker
tijd het Socialisme aan te hangen.
In het Socialisme, zoo redeneert men, is
toch ook wel wat goeds.
Hunne felle critiek is vaak niet geheel
ongegrond.
Er is nu eenmaal veel in het leven, dat
niet aan zedelijke, aan redelijke, aan Chris
telijke eischen voldoet.
En als dan de Socialisten in schrille
kleuren schilderen de schaduwzijden van
het z. g. kapitalistische stelsel ên de ellen
de van het proletariaat en tegelijkertijd een
betooverend beeld ophangen van de so
cialistische heilstaat, dan is soms aarze
ling te bespeuren.
Daarvan wordt dan een handig gebruik
gemaakt.
Men prijst de beginselvastheid van de
Christelijke arbeiders, men respecteert hun
ne beginselen om hen dan voor te houden
dat die beginselen geen beletsel kunnen zijn
om naar de overzijde over te loopen.
Het Socialisme, zoo zegt men, heeft met
werken te maken, Godsdienst met
denken en gevoelen. De-S. D. A.
P. zal zich niet druk maken met do uitleg
ging van een of ander Bijbelboek, haar doel
is alleen de m a a g te vullen en dat is ec 9
kwestie die voor alle partijen gelijk staat.
Sterker nog, hier is niet alleen geen t e-
g e n s t e 1 l i n g, maar juist omgekeerd,
iemand die waarlijk Christen wil zijn en
den grooten meester die zulke schoons
woorden gesproken heeft wil volgen, moet
Socialist zijn.
Om over dit vraagstuk met bewustheid
te kunnen oordeolen, de S. D. A. P.
dweept immers met „bewuste arbeiders"?
willen wij trachten in enkele volgende
artikelen de voornaamste beginselen van
de S. D. A. P. bloot te leggen en zoo een
antwoord te geven op de vraag of er in
deze partij plaats is voor belijdende Chris
tenen.
V De Vrije Universiteit
De Vrije Universiteit mocht in do afge-
loopen week haar veertigjarig bestaan her
denken. 1
Geene wonder dat deze herdenking een
feestelijk karakter droeg.
Het begin was klein.
Do Universiteit telde aanvankelijk
slechts vijf hoogleeraren, vier voor de god
geleerdheid en een voor do rechtsgeleerd
heid.
De officieele wetenschap had dau ook al
spoedig uitgemaakt dat deze poging op niets
zou uitloopen.
Twijfel was hier niet mogelijk.
Maar de sombore verwachtingen zijn niet
vervuld.
Gods zegen rustte kennelijk op dezen in
zwakheid maar met den moed des geloofs
begonnen arbeid.
Meer dan 50 theologen, ongeveer 70 ju
risten cn meer dan 20 litteratoren verwier
ven den doctorstitel.
En bijna 400 predikanten bezetten de
kansels van de Gereformeerde Kerken in
ons land en in Zuid-Afrika en Amerika.
De hoogst-ernstigo ongesteldheid van den
stichter dezer Universiteit, Dr. A. Kuyper,
werpt op de feestelijkheden een sombere
schaduw. Zijn einde is waarschijnlijk niet
ver meer, maar terwijl hij daar machteloos
op het ziekbed neerligt getuigt zijn jubilee
ronde stichting van zijn geloofsmoed en
van de kracht van de beginselen waarvoor
hij ook als hoogleereaar het pleit voerde.
Groeic en bloeic de Vrijo Universiteit.
Zij en blijve het tot in lengte van dagen
ccn stad op een berg, een licht opden
kandelaar, een zoutend zout.
STADSNIEUWS
Wijdingssamenkomst.
Gisterenavond werd in de Pieterskerk,
tor herdenking van het 25-jarig bestaan der
C. J. V. „Uw Bewaarder zal niet sluimeren"
een wijdingssamenkomst gehouden.
Het samenzijn werd met gebed geopend
door Ds. J. Hoogenraad, nadat gezongen
was Ps. 105 1 en 5.
Ds. Hoogenraad deelde eenige feiten me
de uit het leven der vereenging. Daar zijn
uit onze jongelingsvereeniging mannen
voortgekomen die een flinke plaats in^de
maatschappij hebben ingenomen en thans
genoemd kunnen worden! Is dit niet het
bewijs dal ook onze Christelijke-Jongelin
gen, integenstelling van wat in onze dagen
de wereld zegt, al kenmerkt hen ook de
Christelijke bescheidenheid, flinke plaat
sen in de Maatschappij kunnen veroveren?
Spreker ging aan de hand van Gods
woord na welke plaats de Christelijke jon
geling in de maatschappij dient in te te
men. Hij toonde aan welke roeping de jon
geling van Godswege voor het leven heeft,
en spoorde de aanwezige jonge mannen
aan, zich van deze roeping te kwijten.
De jongelingsvereeniging „Uw Bewaar
der zal niet sluimeren" heeft zich op dezen
weg gesteld! Ouders zendt daarom uw jon
gens naar die vereeniging, opdat zij laier
in staat zullen zijn, de taak der ouderen
over te nomen en het Christelijk beginsel in
hel leven zullen uitdragen."
Mevrouw A. van Leeuwen—de Paauw
zong met orgelbegeleiding van Ds. Biemens
op zeer sehoone en talentvolle wrjze eenige
liederen, n.l. Wanderers Nachtlied van Fr,
Schubert, Ich batte viel Bekommernis,
aria van J. S. Bach en Pfingstercantate.
aria van J. S. Bach.
Ds. H. T. Oberman van Rotterdam, trad
als feestredenaar op.
Tot uitgangspunt nam hij Joh. 20 21:
„Gelijkerwijs Mij de Vader gezonden h(*>ft
zende Ik ook U lieden".
Het Is zoo mooi als ik mijn Heiland hoor
zeggen „G e 1 ij lc e r w ij s mij de Vader ge
zonden heeft." Jezus zendt ons van boven
als zijn vertegenwoordigers naar de wereld
Wij moeten het evangelie in do wereld uit»
dragen en zijn als het ware de vleesch ge
worden bijbel. De Chr. gemeente moet zijn
een reddende hand in het wereldleven, een
zonnestraal die de nevelen doorboort en le
ven schenkt. De roeping van de Chr. ge
meente is niet alleen'om zich zelf te be»
houden, maar om ook voor a n d e r en te
leven, die te redden van den geestelijken
dood. De Christelijke gemeente moet in
de wereld toonen wat haar geloof in zich
heeft. Dit zal zij alleen kunnen wanneer zij
het Woord Gods in zich draagt en ver
staat.
Degenen die met God leven, als zij loopen
worden zij niet moe, zij zijn in Christus
kracht onoverwinnelijk. Dit geloof is zeer
sterk. De poorten der hel kunnen het niet
overweldigen. Daarom moeten wij ons. rich
ten om in dat geloof te slaan.
Spreker vertelde van een Amerikaansche
jongo man, die op 4-jarigen leeftijd reeds
wees was, maar die door-zijn groote energie
zich opwerkte om zijn idealen te vervullen,
en hij verkreeg wat hij beoogde. Maar hij
verlangde naar iets hoogers en zoekende
kwam hij met het Christendom in aanra
king, en bekeerde zich. Hij werd de bekende
Amerikaansche boetprediker Mody.
Zijn groote gaven en talenten gaf hij nu
\-90r zijn geloof en stelde zich geheel in
dienst van het Christendom. Door de voort
durende omgang met zijn God werd hij ge-"
sterkt en, met den Heiligen Geest bezield,
Hij werd een Geloofsheld die voor duizen
den ten zegen was.
Groot was de bezieling die van zijn pre
diking op de menigte uitging. En toch was
zijn woord zoo eenvoudig.'Overal waar hij
werkte, werd zegen gezien. Door zijn be
zielend woord versmolten zelfs de versteen
de harten.
Deze man was een voorbeeld van de be-
teekenis en de kracht die in het Christelijk
geloof werd gevonden.
Hij heeft in zijn leven getoond wat het
bet eekend: „Uw bewaarder zal niet sluime»
ren."
Spreker hoopte, dat deze avond en ook
zijn woord ten zegen van de Jongelingsver
eeniging mocht zijn geweest, en dat de ver
eeniging met nieuwe bezieling zich tot
grooteren bloei mag opwerken, en meerde
ren invloed op haar omgeving mag gaan
uitoefenen, opdat, wanneer zij haar 50-jarig
jubileum zal vieren het geheele kerkgebouw
zal zijn gevuld door een schare vol leven,
vol bezieling voor den arbeid in Gods Ko
ninkrijk.
Hierna zong Mevr. V. Leeuwen de Paauw
Entsagung van Mendelsohn en Sopr. Aria
uit „Messias" van Handel.
Nadat Ds. Oberman in dankgebed had
voorgegaan werd de samenkomst met het
zingen van Gez. 205 1 en het laatste
vers beëindigd.
Te rekenen van 15 dezer, is aan \Y.
Groeneweg eervol ontslag verleend als ae*
sistent voor ge vergelijkende pathologi?
aan de Rijksuniversiteit alhier.
Uitgenoodigd door do Loidsche Vereeniging voor
Wetenschappelijke Voordrachten, heeft Sir Aurel
Stein, do venaarde archaeoloog-geograaf, gis
teravond in het groot-auditorium een lezing ge
houden over zijn dorde ontdekkingsreis in Chi-
neesch Turkestan, welke hij in opdracht van do
regering in Britsch-Indie in de jaren 1913—191G
heeft ondernomen. Deze reis duurde 2 jaar en
7 maanden waarbij een afstand van 11.000 Engcl-
sche mijlen werd afgelegd. De voordracht werd
toegelicht met een serie sehoone lichtbeelden.
Stein keerde, nadat te Turfan, de door hora op^
ge valeien van den Hindoe Karsk, zijn trekken
door de woestijn van Turko3tan den Oceaan van
„Zand", zijn reis langs den ouden handelsweg,
welke eertijds China met hot Westen verbond,
waar hij een ondorzoek instelde bij de oude
„Chinoosche muur".
Stein keerde, nadat te Tusfan de door hem op
gedolven en verzamelde producten eener verdwenen
beschaving waren afgezonden naar Kashgar, met
zijn karavaan einde Mei 1915 in Kashgar terug.
Het laatste gedeelte van zijn reis ging van
Mashed door het Pcrzisch-Afghaansche grensge
bied, Sislan on Beloodsjistan, door welke weinig
bezochte gebieden hij 21 Februari 1916 het grond
gebied van Britsch-Indie weder bereikte. Om
streeks het miJen van Maart keerde Sir Aurel
Stein terug te Srinagar, do hoofdstad van Kash-
ir.ar, vanwaar hij in Juli 1913 was vertrokken.
Een hartelijk applaus volgde op deze belang
wekkende mededoelingon, waarna prof. Blok spre-i
kro dank bracht voor zijn lezing.
Aan het Zoeklicht.
Leiden, 23 October 1920.
De hoed af voor s s e n h e i m.
De daar bestaande A. R. Propagandaclub
houdt, binnenkort reeds een tweede cur
susvergadering.
En bovendien is ook de propaganda voor
-onze pers reeds aan de orde gesteld.
Waar blijven de Kiesvereengingen en
clubs in andere plaatsen?
Hoe ik ook tuur en mijn zoeklicht laat
werken ik kan zoo goed als geen spoor van
eenige actie ontdekken.
Waar blijft de Club te Leiden?
En te Leiderdorp?
't Is n u de gunstige tijd.
Eer men er aan denkt is de vergadertijd
weer voorbij.
Laat men Sassenheim ten voorbeeld ne
men. -
En aan 't werk gaan. j
Met volle kracht eu heilige bezieling.
OBSERVATOR.
BINNENLAND.
Salarieering Rijkspersoneel.
Naar wij vernemen is aanstonds na af
loop van de behandeling in de Tweede Ka
mer van do interpellatie-Van den Tempel
betreffende de salarieering van het Rijks
personeel, aangevangen met do voorberei
ding van de restitutie der 7 pet, korting
van hot weduwen- en weezenpensioen.
Yoarts heeft de Regeering besloten aan
de motie-Van Rijzewijk om terugwerkende
kracht te verleenen aan de nieuwe kinder
bijslagregeling tot 1 Januari 1920 uil voe
ring te geven.
Een nieuwe Duurtewet.
In de Tweede Kamer heeft Minister van
IJsselstein medegedeeld, dat het ontwerp
van de nieuwe duurtewet gereed is en bin
nenkort zal worden ingediend.
Uitvoer van boter.
De Minister van Landbouw heeft bepaald
dat van de boter, bereid door producenten,
welke zich schriftelijk hebben verbonden tot
nakoming der verplichtingen hun ingevolge
de artt. 1 en 2 van zijne desbotreffende be
schikking van 15 Augustus 1919 opgelegd,
zal mogen worden uitgevoerd 35 pet. d>r
productie over het tijdvak van 3 tot 17
October jl.
Rijkssuikerkaart.
De Minister van Landbouw maakt be
kend dat in het tijdvak van Maandag 25
October tot en met Zondag 31 October e. k.
geldig zullen zijn de bons no. 55 en 56 va*
de Rijkssuikerkaart cn vestigt er nog eens
de aandacht op van belanghebbenden, dat
de aanbieding ter verzilvering van bons
no. 49, 50, 51 en 52 kan plaats hebben uiter
lijk tot Zaterdag 30 October e. lc. aan do
N. V. Nederlandsche Uitvoer Maatschappij
afdeeling suiker, Man ritskade 7, Den Haag.
Een trawler verongelukt.
Men neemt thans als zeker aan, dat de
stoomtrawler „Bruinvisch" IJM 69 op de
Noordzee is gebleven, zeer waarschijnlijk
door een mijnontploffing. Het schip behoor
de aan de Scheepsexploitatie Mij. „De Ma-
rezaten", directeur de heer Joh. Polderman
te IJmuiden.
De bemanning bestond uit: J. Krijger,
schipper, IJmuiden; J. H. Foppen, stuur
man, Harderwijk; L. de Winter, Ie machi
nist eii Th. Huisman, stoker, beiden van
Velseroord; A. D. Brandjis, 2e machinist,
Beverwijk; B. Yleeschhouwer, tremmcr,
Best (N.-Br.); W. Seheffer, van Lemmer;
C. van Altena, van Marken en L. Kok. van
FEUILLETON
Langs donkere wegen.
lil)
HOOFDSTUK XLIII.
Den volgenden morgen stond Janet op
en kleedde zich zeer langzaam en met
tusschenpoozen, maar zij weigerde alle
hulp van Marv. Toen ging zij bij het vern-
ster zitten, dat uitzag op het kerkhof, waar
de kastanje zijn schaduw liet vallen op
'het graf der kinderen; Letlice kwam bin-
en ging liggen- op het rustbed' naast
I haar en zoo ging de dag voorbij. Maar den
e volgenden avond vroeg zij naar Emma, en
zat in schemerdonker roerloos naar haar
treurig verhaal te luisteren; eenmaal
I slechts scheen zij geroerd, toen nam zij
plotseling de hand van Emma en kuste
j die. „Laat mij dat doen," zeide zij op zacht
hartstochtelijken toon, „want die heeft
I -mijn lieveling aangeraakt," Maar toen
Maurice, die vreesde voor deze opwinding,
bij haar kwam, klemde zij zich aan hem
vast en wilde hem niet laten gaan, en men
j' hoorde haar hevig snikken in de duister-
•nis.
'Arme Maurice! hoe ging het hart zijner
zuster naar hem uit, en toch kon zij zoo
weinig doeh, om don armeni vader te
Roosten!
Maurice ging oud en gebogen door zijn
gemeente. Hij moest treurhuizen bezoeken
andere ouders, die ook hunne kinderen
beweenden, want de ziekte had epidemisch
gewoed te Crome. Als hij thuis kwam,
ging hij' naar zijm studeerkamer en zat
daar met den geopenden Bijbel voor zicli.
Boven hem was de ledige kinderkamer
met. vier verlaten bedjes. Zijn vrouw, die
bij hem had moeten zijn, zat als een beeVl
der wanhoop op de graven te turen en Let-
tice bleef als bij ingeving bij haar moeder
en had een gevoel, als durfde zij haar niet
verlaten. En werkelijk waren het kleine
magere handje dat haar zacht aanraakte
en de lieflijke, kinderlijke stem, waarmede
zij psalmen opzeide, haar grootste' troost,
Maurice wist het; hij gevoelde ook, dat
zijne vrouw zich in zijn nabijheid niet op
haar gemak gevoelde en dus liet hij moe
der en dochter alleen en bleef zelf een
zaam cn verlaten in zijn studeerkamer.
Dokter Radley had verandering van om
geving voor Mrs. St. John aangeraden,
terwijl de pastorie schoongemaakt en ont
smet werd, maar Janet wilde er niet van
hooren. Mary, die haar aan dien suffen
toestand wilde onttrekken, vroeg haar het
graf der kinderen te bezoeken cn er bloe
men op te planten, maar Janet huiverde
en schudde haar hoofd. „Nog niet, ik ben
het niet waard," zeide zij. „Ik moei eerst
iets anders doen." Maar Mary kon niet be
grijpen. wat zij bedoelde en Janet wilde
geen uil legging geven van hare woorden.
'Op zekeren avond echter, toen Mary Let-
tice naar 'bed hielp, hoorde Maurice een
zach'ten tred buiten de studeerkamer
een tred, die zoo veranderd was, dat hij
ze niet als dien zijner vrouw herkende
en toen hij opkeek en haar naast zich zag
staan, ontstelde hij geheel.
„Mijn lieveling! zijt ge eindelijk bij mij
gekomen!" sprak hij op een toon, die haar
alles duidelijk moest maken zijn ver
langen naar haar, zijn groot gevoel van
verlatenheid; maar zij stiét hem bijna ruw
van zich met haar koude, zwakke hand.
„Doe dat niet, Maurice; blijf waar ge zijt.
Ik wensch u te spreken. Ik moet u spre
ken, anders word ik krankzinnig." En toen
hij de wildheid van haar gelaat zag, onder
drukte hij de smart o\'er haar koelheid,
ging weer zitten en zeide vriendelijk, als
sprak hij tot een boetvaardige: „Zeg mij
alles, mijn kind! Stort uw hart voor mij
uit! Zeg uw man alles, Janet,"
Maar de bekentenis die nu volgde, deed
hem rillen van afschuw; één oogenblik
dacht hij werkelijk, dat de smart haar
krankzinnig had gemaakt.
„Raak mij niet aan Maurice; gij zoudt
hot ook niet willen, als gij alles wist. Ik
heb uw kinderen vermoord! Ik en niet de
koorts heb ze vermoord."
Indien hij zich vam haar had afgewend1,
zou het voor beiden erger zijn geweest;
maar op dit vreeselijk oogenblik leerde de
liefde hem haar heiligste les. Hij opende
zijn armen en zeide op kalmcn toon; „Nu,
al hebt gij diat gedaan Janet, zijt ge toch
mijn vr-ouw en ben ik uw man. En er is
vergiffenis in den hemel voor eiken zon
daar die zich bekeert!" Want hoe kon hij
weten, of het verdriet haar krankzinnig
-had gemaakt, dan wel, of de een of andere
zonde zwaar op haar drukte? Was hij
in elk' geval niet haar man? Het volgend
oogenblik lag zij op hare knieën naast hem
en stroomden de tranen uit hare brandende
oogen, en vertelde zij hem al de opgekropte
ellende van haar leven.
O, wat was dat een geschiedenis van dat
niet onde-r tucht staande vrouwenhart! Zij
was voor hem de eenige vrouw ter wereld
geweest cn had dat alles voor hem gedra
gen en verdragen!
Nu kende hij, wat hij altijd flauw ver
moed had, het geheim barer rusteloosheid
en haar gebrek aan vrede, den innerlijken
opstand van haar wil tegen den zijnen, het
vreeselijk aanzien, dat armoede vóór haar
had. trotschheid en eerzucht ten opzichte
van haar maatschappelijke positie.
Hoe had zij 'al die smart voor hem ver
borgen gehouden? Zoo vaak hij haax aan
zag, had zij haar gelaat tot èen glimlach
geplooid en al hare huiselijke bezigheden'
verricht, zonder zich tegen hem te b>:kla
gen.
De verleiding was dooi' haar liefde ont
staan. Maurice sprak geen woord, toen Ja
net aan dit gedeelte van haar bekentenis
kwam. Hij luisterde sprakeloos, toen zij
zonder eenige terughouding iedere bijzon
derheid mededeelde en bijna woordelijk
herhaalde, wat er dien noodlottigen avond
op het kasteel St. Au bert tueschen Mary en
haar was gesproken» „Ik hield haar japon
vast. Ik smeekte haar medelijden met ons
allen te hebben-u cn onze kinderen niet
voor. dien jhngen man op te offeren. Wat
is uwe liefde in vergelijking van de mijne?,
Heb ik Maurice niet al die jaren liefgehad?!
Dat zeide- ik tot haar", ging Janet voort,
terw ijl zij zich voor hem in het stof ver
nederde.
Maurice drukte haar hand maar zeide
niets. Als Janet eens geweten had, hoe be
nauwd het hem werd! Wat was de dood
zijner kinderen in vergelijking van di'!
Deze man had zulk een edel karakter, dat
de slinksche handelwijze zijner vrouw voor
heih het 'bitterst was.
Toen hij trouwde had-hij geweten, dat zij
geen Christin was daartoe was zij te we*
reidsch gezind; maar steeds had hij bare
oprechtheid en fiemeid van karakter hei
wonderd.
(Wordt vervolgd)'. 1