t Dagblad voor Leiden en Omstreken. I B0NNEMENTSPRIJ3 V LEIDEN EN BUITEN LEIDEN {VAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN KWARTAAL 12.50 WEEK10.10 ICO l'ER POST PER KWARTAAL I 2.90 Iste JAARGANG. - ZATERDAG 23 OCTOBER 1920. - No. 173 BUREAUHOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278 ADVERTENTIE-PRIJS PER GEWONE REGEL I 0.22 1 3 DES ZATERDAGS 0.30 INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIEF KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens 30 woorden 50 cent: Zaterdags 75 cent, bij vooruitbetaling 1 nummer bestaat uit twee bladen kon: .en belangrijke vraag. i Sociaal-democraten hebben de laatste i grooto vorderingen gemaakt. iet alleen in het buitenland maar ook tns vaderland. m "ekte het enkele jaren geleden nog eeni- pschudding toen een socialist in de Ka- zijn intrede deed, bij de jongste ver ingen zag de S. D. A. P. zich reeds 22 ;|s toegewezen. ik in de Provinciale Staten en met pa- fin de Gemeenteraden, houden zij een t aantal zetels bezet, foch niet alleen in de vertegenwoordi- de en besturende lichamen, maar nog meer i/t het maatschappelijk leven dt, door de Sociaal-Democraten grooten joed uitgeoefend. lp allerloi terrein bewegen zij zich. ieen kantoor, geen werkplaats^ geen fa- >k, geen marlet, of we vinden de roode op hun post om hunne kbeelden te verkondigen en hunne be- eelen ons volk als in te gieten. dot een ijver die bewondering afdwingt. 103$ een volharding en toewijding die ons nigmaal beschaamd maken, gaan zij uit lliteit. ^eSSen en wegen om de massa te dwin- in te komen in het socialistische heils- "IJN Dfouw. Haar toch, hoe hunne beweging zich ook pt ontwikkeld, tevreden zijn zij nog rminst. .nfegendeel, zij voelen zich tot op zekere teleurgesteld. llliillllllKiin ideaal is de zoo lang gepredikte I f>Pssenstriid te verscherpen, het klassebé- I fj istzijn te verlevendigen en do scheidslijn "herper te trekken, opdat aan de eene zijde ig slechts zullen gevonden wosderi de bozit- rs, en aan de andere zijde, maai- dan als n leger geschaard onder de roodc banier, proletariërs van elke richting zonder iderechéid. Hierbij stuit men echter oo een mociliik- id. 6©jDe scheidslijn is een andere. En hoe men ook geschetterd.heeft tegen 3 antithese, de tegenstelling ttisschen ge- en OHgeloof, hoe men ook getracht eelt de arbeiders duidelijk te maken dat IStpze tegenstelling een valsche is, toch is 01» pt tot nu toe niet gelukt die scheidslijn 'eg te doezelen. Nog altijd staan in het maalsehappelij- SCJ.C en politieke leven aan de eene zijde do apitalisten en proletariërs die zich sc'ha- ?n onder het revolutionaire vaandel en do :»n de andere zijde de arbeiders en werkge- wfrs' rHhe kasteelbewoner en de arme a futbewoner, dio hoe ook verschillend wat wf.treffc &,a.nd ;en omwikkeling, hierin één |ijn dat zij zich buigen voor eenen God, p. viens eere zij begceren te zoeken en wiens j gjrdinafttic'n zij wensehen te volbrengen. w t 5( dc zwakheid van het Socialisme. Dat belet, hen, hunne leuze proletariërs fan alle landen vcreenigt u, in toepassing ejJc brengen. Dat verlamt hunne actie, zooals nog weer onlang6 bij de geproclameerde demon stratieve staking zoo duidelijk bleek. En dus ligt het voor de hand dat hunne fictie er in de eerste plaats op is gericht, jprie Christelijke werklieden tot zich to trek ken. Do antithese zegt, Mr. Troèlstra moet vor- T|dwijnen en vervangon worden door een hiouwe tegenstelling, kapilaal en arbeid, proletariërs en kapilalisten. Alle arbei ders moeten plaats nemen in het roode le ger. Allen zijn welkom, geloovigen en onge- loovigen, Christenen on Joden, want het gaat alleen om maatschappelijke vragen en godsdienst is do zaak van ieders persoon lijke overtuiging. Geen middel wordt onbeproofd gelaten om de Christelijke arbeiders duidelijk te maken, dat zij staan aan de verkeerde zijde, dat zij zich bevinden in het hun vijandelijke leger fl Het behoeft dan ook niet te ver wonderen, dat er zoo hier 'cn daar menschen zijn, die zich afvragen of het dan toch niet mogelijk is, aan de eene zijde vast te houden aan Gods Woord, en tegelijker tijd het Socialisme aan te hangen. In het Socialisme, zoo redeneert men, is toch ook wel wat goeds. Hunne felle critiek is vaak niet geheel ongegrond. Er is nu eenmaal veel in het leven, dat niet aan zedelijke, aan redelijke, aan Chris telijke eischen voldoet. En als dan de Socialisten in schrille kleuren schilderen de schaduwzijden van het z. g. kapitalistische stelsel ên de ellen de van het proletariaat en tegelijkertijd een betooverend beeld ophangen van de so cialistische heilstaat, dan is soms aarze ling te bespeuren. Daarvan wordt dan een handig gebruik gemaakt. Men prijst de beginselvastheid van de Christelijke arbeiders, men respecteert hun ne beginselen om hen dan voor te houden dat die beginselen geen beletsel kunnen zijn om naar de overzijde over te loopen. Het Socialisme, zoo zegt men, heeft met werken te maken, Godsdienst met denken en gevoelen. De-S. D. A. P. zal zich niet druk maken met do uitleg ging van een of ander Bijbelboek, haar doel is alleen de m a a g te vullen en dat is ec 9 kwestie die voor alle partijen gelijk staat. Sterker nog, hier is niet alleen geen t e- g e n s t e 1 l i n g, maar juist omgekeerd, iemand die waarlijk Christen wil zijn en den grooten meester die zulke schoons woorden gesproken heeft wil volgen, moet Socialist zijn. Om over dit vraagstuk met bewustheid te kunnen oordeolen, de S. D. A. P. dweept immers met „bewuste arbeiders"? willen wij trachten in enkele volgende artikelen de voornaamste beginselen van de S. D. A. P. bloot te leggen en zoo een antwoord te geven op de vraag of er in deze partij plaats is voor belijdende Chris tenen. V De Vrije Universiteit De Vrije Universiteit mocht in do afge- loopen week haar veertigjarig bestaan her denken. 1 Geene wonder dat deze herdenking een feestelijk karakter droeg. Het begin was klein. Do Universiteit telde aanvankelijk slechts vijf hoogleeraren, vier voor de god geleerdheid en een voor do rechtsgeleerd heid. De officieele wetenschap had dau ook al spoedig uitgemaakt dat deze poging op niets zou uitloopen. Twijfel was hier niet mogelijk. Maar de sombore verwachtingen zijn niet vervuld. Gods zegen rustte kennelijk op dezen in zwakheid maar met den moed des geloofs begonnen arbeid. Meer dan 50 theologen, ongeveer 70 ju risten cn meer dan 20 litteratoren verwier ven den doctorstitel. En bijna 400 predikanten bezetten de kansels van de Gereformeerde Kerken in ons land en in Zuid-Afrika en Amerika. De hoogst-ernstigo ongesteldheid van den stichter dezer Universiteit, Dr. A. Kuyper, werpt op de feestelijkheden een sombere schaduw. Zijn einde is waarschijnlijk niet ver meer, maar terwijl hij daar machteloos op het ziekbed neerligt getuigt zijn jubilee ronde stichting van zijn geloofsmoed en van de kracht van de beginselen waarvoor hij ook als hoogleereaar het pleit voerde. Groeic en bloeic de Vrijo Universiteit. Zij en blijve het tot in lengte van dagen ccn stad op een berg, een licht opden kandelaar, een zoutend zout. STADSNIEUWS Wijdingssamenkomst. Gisterenavond werd in de Pieterskerk, tor herdenking van het 25-jarig bestaan der C. J. V. „Uw Bewaarder zal niet sluimeren" een wijdingssamenkomst gehouden. Het samenzijn werd met gebed geopend door Ds. J. Hoogenraad, nadat gezongen was Ps. 105 1 en 5. Ds. Hoogenraad deelde eenige feiten me de uit het leven der vereenging. Daar zijn uit onze jongelingsvereeniging mannen voortgekomen die een flinke plaats in^de maatschappij hebben ingenomen en thans genoemd kunnen worden! Is dit niet het bewijs dal ook onze Christelijke-Jongelin gen, integenstelling van wat in onze dagen de wereld zegt, al kenmerkt hen ook de Christelijke bescheidenheid, flinke plaat sen in de Maatschappij kunnen veroveren? Spreker ging aan de hand van Gods woord na welke plaats de Christelijke jon geling in de maatschappij dient in te te men. Hij toonde aan welke roeping de jon geling van Godswege voor het leven heeft, en spoorde de aanwezige jonge mannen aan, zich van deze roeping te kwijten. De jongelingsvereeniging „Uw Bewaar der zal niet sluimeren" heeft zich op dezen weg gesteld! Ouders zendt daarom uw jon gens naar die vereeniging, opdat zij laier in staat zullen zijn, de taak der ouderen over te nomen en het Christelijk beginsel in hel leven zullen uitdragen." Mevrouw A. van Leeuwen—de Paauw zong met orgelbegeleiding van Ds. Biemens op zeer sehoone en talentvolle wrjze eenige liederen, n.l. Wanderers Nachtlied van Fr, Schubert, Ich batte viel Bekommernis, aria van J. S. Bach en Pfingstercantate. aria van J. S. Bach. Ds. H. T. Oberman van Rotterdam, trad als feestredenaar op. Tot uitgangspunt nam hij Joh. 20 21: „Gelijkerwijs Mij de Vader gezonden h(*>ft zende Ik ook U lieden". Het Is zoo mooi als ik mijn Heiland hoor zeggen „G e 1 ij lc e r w ij s mij de Vader ge zonden heeft." Jezus zendt ons van boven als zijn vertegenwoordigers naar de wereld Wij moeten het evangelie in do wereld uit» dragen en zijn als het ware de vleesch ge worden bijbel. De Chr. gemeente moet zijn een reddende hand in het wereldleven, een zonnestraal die de nevelen doorboort en le ven schenkt. De roeping van de Chr. ge meente is niet alleen'om zich zelf te be» houden, maar om ook voor a n d e r en te leven, die te redden van den geestelijken dood. De Christelijke gemeente moet in de wereld toonen wat haar geloof in zich heeft. Dit zal zij alleen kunnen wanneer zij het Woord Gods in zich draagt en ver staat. Degenen die met God leven, als zij loopen worden zij niet moe, zij zijn in Christus kracht onoverwinnelijk. Dit geloof is zeer sterk. De poorten der hel kunnen het niet overweldigen. Daarom moeten wij ons. rich ten om in dat geloof te slaan. Spreker vertelde van een Amerikaansche jongo man, die op 4-jarigen leeftijd reeds wees was, maar die door-zijn groote energie zich opwerkte om zijn idealen te vervullen, en hij verkreeg wat hij beoogde. Maar hij verlangde naar iets hoogers en zoekende kwam hij met het Christendom in aanra king, en bekeerde zich. Hij werd de bekende Amerikaansche boetprediker Mody. Zijn groote gaven en talenten gaf hij nu \-90r zijn geloof en stelde zich geheel in dienst van het Christendom. Door de voort durende omgang met zijn God werd hij ge-" sterkt en, met den Heiligen Geest bezield, Hij werd een Geloofsheld die voor duizen den ten zegen was. Groot was de bezieling die van zijn pre diking op de menigte uitging. En toch was zijn woord zoo eenvoudig.'Overal waar hij werkte, werd zegen gezien. Door zijn be zielend woord versmolten zelfs de versteen de harten. Deze man was een voorbeeld van de be- teekenis en de kracht die in het Christelijk geloof werd gevonden. Hij heeft in zijn leven getoond wat het bet eekend: „Uw bewaarder zal niet sluime» ren." Spreker hoopte, dat deze avond en ook zijn woord ten zegen van de Jongelingsver eeniging mocht zijn geweest, en dat de ver eeniging met nieuwe bezieling zich tot grooteren bloei mag opwerken, en meerde ren invloed op haar omgeving mag gaan uitoefenen, opdat, wanneer zij haar 50-jarig jubileum zal vieren het geheele kerkgebouw zal zijn gevuld door een schare vol leven, vol bezieling voor den arbeid in Gods Ko ninkrijk. Hierna zong Mevr. V. Leeuwen de Paauw Entsagung van Mendelsohn en Sopr. Aria uit „Messias" van Handel. Nadat Ds. Oberman in dankgebed had voorgegaan werd de samenkomst met het zingen van Gez. 205 1 en het laatste vers beëindigd. Te rekenen van 15 dezer, is aan \Y. Groeneweg eervol ontslag verleend als ae* sistent voor ge vergelijkende pathologi? aan de Rijksuniversiteit alhier. Uitgenoodigd door do Loidsche Vereeniging voor Wetenschappelijke Voordrachten, heeft Sir Aurel Stein, do venaarde archaeoloog-geograaf, gis teravond in het groot-auditorium een lezing ge houden over zijn dorde ontdekkingsreis in Chi- neesch Turkestan, welke hij in opdracht van do regering in Britsch-Indie in de jaren 1913—191G heeft ondernomen. Deze reis duurde 2 jaar en 7 maanden waarbij een afstand van 11.000 Engcl- sche mijlen werd afgelegd. De voordracht werd toegelicht met een serie sehoone lichtbeelden. Stein keerde, nadat te Turfan, de door hora op^ ge valeien van den Hindoe Karsk, zijn trekken door de woestijn van Turko3tan den Oceaan van „Zand", zijn reis langs den ouden handelsweg, welke eertijds China met hot Westen verbond, waar hij een ondorzoek instelde bij de oude „Chinoosche muur". Stein keerde, nadat te Tusfan de door hem op gedolven en verzamelde producten eener verdwenen beschaving waren afgezonden naar Kashgar, met zijn karavaan einde Mei 1915 in Kashgar terug. Het laatste gedeelte van zijn reis ging van Mashed door het Pcrzisch-Afghaansche grensge bied, Sislan on Beloodsjistan, door welke weinig bezochte gebieden hij 21 Februari 1916 het grond gebied van Britsch-Indie weder bereikte. Om streeks het miJen van Maart keerde Sir Aurel Stein terug te Srinagar, do hoofdstad van Kash- ir.ar, vanwaar hij in Juli 1913 was vertrokken. Een hartelijk applaus volgde op deze belang wekkende mededoelingon, waarna prof. Blok spre-i kro dank bracht voor zijn lezing. Aan het Zoeklicht. Leiden, 23 October 1920. De hoed af voor s s e n h e i m. De daar bestaande A. R. Propagandaclub houdt, binnenkort reeds een tweede cur susvergadering. En bovendien is ook de propaganda voor -onze pers reeds aan de orde gesteld. Waar blijven de Kiesvereengingen en clubs in andere plaatsen? Hoe ik ook tuur en mijn zoeklicht laat werken ik kan zoo goed als geen spoor van eenige actie ontdekken. Waar blijft de Club te Leiden? En te Leiderdorp? 't Is n u de gunstige tijd. Eer men er aan denkt is de vergadertijd weer voorbij. Laat men Sassenheim ten voorbeeld ne men. - En aan 't werk gaan. j Met volle kracht eu heilige bezieling. OBSERVATOR. BINNENLAND. Salarieering Rijkspersoneel. Naar wij vernemen is aanstonds na af loop van de behandeling in de Tweede Ka mer van do interpellatie-Van den Tempel betreffende de salarieering van het Rijks personeel, aangevangen met do voorberei ding van de restitutie der 7 pet, korting van hot weduwen- en weezenpensioen. Yoarts heeft de Regeering besloten aan de motie-Van Rijzewijk om terugwerkende kracht te verleenen aan de nieuwe kinder bijslagregeling tot 1 Januari 1920 uil voe ring te geven. Een nieuwe Duurtewet. In de Tweede Kamer heeft Minister van IJsselstein medegedeeld, dat het ontwerp van de nieuwe duurtewet gereed is en bin nenkort zal worden ingediend. Uitvoer van boter. De Minister van Landbouw heeft bepaald dat van de boter, bereid door producenten, welke zich schriftelijk hebben verbonden tot nakoming der verplichtingen hun ingevolge de artt. 1 en 2 van zijne desbotreffende be schikking van 15 Augustus 1919 opgelegd, zal mogen worden uitgevoerd 35 pet. d>r productie over het tijdvak van 3 tot 17 October jl. Rijkssuikerkaart. De Minister van Landbouw maakt be kend dat in het tijdvak van Maandag 25 October tot en met Zondag 31 October e. k. geldig zullen zijn de bons no. 55 en 56 va* de Rijkssuikerkaart cn vestigt er nog eens de aandacht op van belanghebbenden, dat de aanbieding ter verzilvering van bons no. 49, 50, 51 en 52 kan plaats hebben uiter lijk tot Zaterdag 30 October e. lc. aan do N. V. Nederlandsche Uitvoer Maatschappij afdeeling suiker, Man ritskade 7, Den Haag. Een trawler verongelukt. Men neemt thans als zeker aan, dat de stoomtrawler „Bruinvisch" IJM 69 op de Noordzee is gebleven, zeer waarschijnlijk door een mijnontploffing. Het schip behoor de aan de Scheepsexploitatie Mij. „De Ma- rezaten", directeur de heer Joh. Polderman te IJmuiden. De bemanning bestond uit: J. Krijger, schipper, IJmuiden; J. H. Foppen, stuur man, Harderwijk; L. de Winter, Ie machi nist eii Th. Huisman, stoker, beiden van Velseroord; A. D. Brandjis, 2e machinist, Beverwijk; B. Yleeschhouwer, tremmcr, Best (N.-Br.); W. Seheffer, van Lemmer; C. van Altena, van Marken en L. Kok. van FEUILLETON Langs donkere wegen. lil) HOOFDSTUK XLIII. Den volgenden morgen stond Janet op en kleedde zich zeer langzaam en met tusschenpoozen, maar zij weigerde alle hulp van Marv. Toen ging zij bij het vern- ster zitten, dat uitzag op het kerkhof, waar de kastanje zijn schaduw liet vallen op 'het graf der kinderen; Letlice kwam bin- en ging liggen- op het rustbed' naast I haar en zoo ging de dag voorbij. Maar den e volgenden avond vroeg zij naar Emma, en zat in schemerdonker roerloos naar haar treurig verhaal te luisteren; eenmaal I slechts scheen zij geroerd, toen nam zij plotseling de hand van Emma en kuste j die. „Laat mij dat doen," zeide zij op zacht hartstochtelijken toon, „want die heeft I -mijn lieveling aangeraakt," Maar toen Maurice, die vreesde voor deze opwinding, bij haar kwam, klemde zij zich aan hem vast en wilde hem niet laten gaan, en men j' hoorde haar hevig snikken in de duister- •nis. 'Arme Maurice! hoe ging het hart zijner zuster naar hem uit, en toch kon zij zoo weinig doeh, om don armeni vader te Roosten! Maurice ging oud en gebogen door zijn gemeente. Hij moest treurhuizen bezoeken andere ouders, die ook hunne kinderen beweenden, want de ziekte had epidemisch gewoed te Crome. Als hij thuis kwam, ging hij' naar zijm studeerkamer en zat daar met den geopenden Bijbel voor zicli. Boven hem was de ledige kinderkamer met. vier verlaten bedjes. Zijn vrouw, die bij hem had moeten zijn, zat als een beeVl der wanhoop op de graven te turen en Let- tice bleef als bij ingeving bij haar moeder en had een gevoel, als durfde zij haar niet verlaten. En werkelijk waren het kleine magere handje dat haar zacht aanraakte en de lieflijke, kinderlijke stem, waarmede zij psalmen opzeide, haar grootste' troost, Maurice wist het; hij gevoelde ook, dat zijne vrouw zich in zijn nabijheid niet op haar gemak gevoelde en dus liet hij moe der en dochter alleen en bleef zelf een zaam cn verlaten in zijn studeerkamer. Dokter Radley had verandering van om geving voor Mrs. St. John aangeraden, terwijl de pastorie schoongemaakt en ont smet werd, maar Janet wilde er niet van hooren. Mary, die haar aan dien suffen toestand wilde onttrekken, vroeg haar het graf der kinderen te bezoeken cn er bloe men op te planten, maar Janet huiverde en schudde haar hoofd. „Nog niet, ik ben het niet waard," zeide zij. „Ik moei eerst iets anders doen." Maar Mary kon niet be grijpen. wat zij bedoelde en Janet wilde geen uil legging geven van hare woorden. 'Op zekeren avond echter, toen Mary Let- tice naar 'bed hielp, hoorde Maurice een zach'ten tred buiten de studeerkamer een tred, die zoo veranderd was, dat hij ze niet als dien zijner vrouw herkende en toen hij opkeek en haar naast zich zag staan, ontstelde hij geheel. „Mijn lieveling! zijt ge eindelijk bij mij gekomen!" sprak hij op een toon, die haar alles duidelijk moest maken zijn ver langen naar haar, zijn groot gevoel van verlatenheid; maar zij stiét hem bijna ruw van zich met haar koude, zwakke hand. „Doe dat niet, Maurice; blijf waar ge zijt. Ik wensch u te spreken. Ik moet u spre ken, anders word ik krankzinnig." En toen hij de wildheid van haar gelaat zag, onder drukte hij de smart o\'er haar koelheid, ging weer zitten en zeide vriendelijk, als sprak hij tot een boetvaardige: „Zeg mij alles, mijn kind! Stort uw hart voor mij uit! Zeg uw man alles, Janet," Maar de bekentenis die nu volgde, deed hem rillen van afschuw; één oogenblik dacht hij werkelijk, dat de smart haar krankzinnig had gemaakt. „Raak mij niet aan Maurice; gij zoudt hot ook niet willen, als gij alles wist. Ik heb uw kinderen vermoord! Ik en niet de koorts heb ze vermoord." Indien hij zich vam haar had afgewend1, zou het voor beiden erger zijn geweest; maar op dit vreeselijk oogenblik leerde de liefde hem haar heiligste les. Hij opende zijn armen en zeide op kalmcn toon; „Nu, al hebt gij diat gedaan Janet, zijt ge toch mijn vr-ouw en ben ik uw man. En er is vergiffenis in den hemel voor eiken zon daar die zich bekeert!" Want hoe kon hij weten, of het verdriet haar krankzinnig -had gemaakt, dan wel, of de een of andere zonde zwaar op haar drukte? Was hij in elk' geval niet haar man? Het volgend oogenblik lag zij op hare knieën naast hem en stroomden de tranen uit hare brandende oogen, en vertelde zij hem al de opgekropte ellende van haar leven. O, wat was dat een geschiedenis van dat niet onde-r tucht staande vrouwenhart! Zij was voor hem de eenige vrouw ter wereld geweest cn had dat alles voor hem gedra gen en verdragen! Nu kende hij, wat hij altijd flauw ver moed had, het geheim barer rusteloosheid en haar gebrek aan vrede, den innerlijken opstand van haar wil tegen den zijnen, het vreeselijk aanzien, dat armoede vóór haar had. trotschheid en eerzucht ten opzichte van haar maatschappelijke positie. Hoe had zij 'al die smart voor hem ver borgen gehouden? Zoo vaak hij haax aan zag, had zij haar gelaat tot èen glimlach geplooid en al hare huiselijke bezigheden' verricht, zonder zich tegen hem te b>:kla gen. De verleiding was dooi' haar liefde ont staan. Maurice sprak geen woord, toen Ja net aan dit gedeelte van haar bekentenis kwam. Hij luisterde sprakeloos, toen zij zonder eenige terughouding iedere bijzon derheid mededeelde en bijna woordelijk herhaalde, wat er dien noodlottigen avond op het kasteel St. Au bert tueschen Mary en haar was gesproken» „Ik hield haar japon vast. Ik smeekte haar medelijden met ons allen te hebben-u cn onze kinderen niet voor. dien jhngen man op te offeren. Wat is uwe liefde in vergelijking van de mijne?, Heb ik Maurice niet al die jaren liefgehad?! Dat zeide- ik tot haar", ging Janet voort, terw ijl zij zich voor hem in het stof ver nederde. Maurice drukte haar hand maar zeide niets. Als Janet eens geweten had, hoe be nauwd het hem werd! Wat was de dood zijner kinderen in vergelijking van di'! Deze man had zulk een edel karakter, dat de slinksche handelwijze zijner vrouw voor heih het 'bitterst was. Toen hij trouwde had-hij geweten, dat zij geen Christin was daartoe was zij te we* reidsch gezind; maar steeds had hij bare oprechtheid en fiemeid van karakter hei wonderd. (Wordt vervolgd)'. 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1920 | | pagina 1