i/yeede Blad.
erdag 21 Augustus 1920
tit arfdsel des Heeren.
Ziet de kinderen zijn een erf teel
des Heeren. Ps- 127:3.
tijd staat in het teeken van het
rialismc.
strijd die tusschen de volkeren ge
werd en wast, is een strijd om macht
lerschappij, een strijd niet om ideecle,
materieele goederen.
in ons land wordt opgemerkt een
naar beziisvermeerdering. Winst ma-
n nog eens winst maken is het. wacht-
1 geworden.
;er. de zucht om het stoffelijk bezit te
-erderen ligt in een ieder en het jagen
die vermeerdering wordt steeds ge-
Maar den eeneu tijd toch meer dan in
aderen.
ie der openbaringen van dezen mate-
isthen geest is ook het. trachten tc
en van de geboorten, het doen dalen
it kinderaantal.
Neo-Malthusianisme wordt openlijk
digd en aangeprezen. Het vloeit ook
en al uit die materialistische levens-
iiag voort. Zooveel mogelijk ver
ren van bezit en kapitaal, maar dan
lij zoo weinig mogelijk verbruikers,
een groot aantal kinderen te bezitten
als een plaag cn als een vloek be-
ffd. De vrouw, die in het moeder-zijn
hoogste bestemming hier op aarde be-
wordfc daardoor vernederd. De vader-
verliest door het huldigen van deze
al zijn heerlijken klank.
H. Schrift veroordeelt dan ook on-
Izinnig en beslist wat in onzen tijd
irateloos door zoo velen wordt geleerd,
t: vermenigvuldigt u", door God den
h toegeroepen, ligt een Goddelijke
itie, die niet mag worden weder-
X
en, in de Schrift worden ons niet de
cn voorgesteld als een last, en een
huisgezin als een vloek.
Dgendeel, de kinderen zijn een erfdeel
keren. God deelt ook kinderen nit
Zijn welbehagen.
ieder het aantal door God voor hem
nd.'Als gave Gods, als zegen moeten
or ons worden aangemerkt.
erfdeel, waarvan rente later kan
■n getrokken.
i, niet tot uitbuiting, niet als middel
is te verrijken ten koste der kinderen
erfdeel den mensehen gegeven. Maar
ere wil in dat erfdeel een verborgen
leggen.
waar, dat veel kinderen, veel zor-
beteekent dikwijls. Maar op zijn tijd
ook dit erfdeel kostelijke en heerlijke
Zonen der jeugd, die oudere in dagen
iderdoms tot steun zijn en aldus ze-
werpen.
erfdeel des Heeren. Maar dat dart
oor den Heerc moet worden bewaard,
wij deze beschouwing hebben over
inaeren, dan zullen wij ze ook op-
n tot Gods eere. Wij zullen dan voor
rfdeel teedere zorg dragen,
is een erfdeel, waardoor de Naam
'eeren moet verheerlijkt worden.
or deze beschouwing dor Schrift, aan-
le doTmderen, hebben wij op'te ko-
hebben ze te maken tot een stuk van
belijdenis. En omdat wij dit doen,
n wij ook zelf in de pratijk van ons
steeds tegen te staan alle practijken
iet deze Schriftuurlijke beschouwing
inoYereen s I emmin g zijn.
d het publieke erf moet geweerd- alles
tegen deze belijdenis ingaat. Ook de
icidjieeft er voor te waken, dat niets
fginsel ondermijnt.
kinderen zijn een erfdeel des Heeren.
)lang deze belijdenis door ons gchand-
blijft, behoeft men inderdaad niet
-i waarborgen te scheppen voor de
elijkheid van. het onderlijs, dat aan
kinderen gegeven wordt,
zullen het dan zoo goed mogelijk wil-
laken en houden, om door dat. middel
oog mogelijke rente te verkrijgen van
rfdeel des Heeren, dat ons door den
Hecro is toevertrouwd en dat wij voor Hem
hebben tc beh eeren.
Onder den zegen Gods en door Zijne ge
nade zeer zeker, 't Is.vergeefs als God zijn
hulp ontzegt. Maar dan toch zoo, dat wij
ook met vrijmoedigheid een zegen durven
vragen.
En het eerste wat. ons de vrijmoedigheid
tot dat gebed zou ontnemen, is zeer zeker
het huldigen van het beginsel dat reeht-
streeksc'n over staat tegen het beginsel der
H. Schrift.
Het volk waar dit beginsel wordt bele
den en in jAactijk gebracht, zal een volk
zijn, gezegend onder de natiën. God zelf zal
door Zijn erfdeel zegen afwerpen.
Rijpere Jeugd.
VIII.
Indien een mcnsch ongelukkig
Is. moet ct-it zij eigen zonde zijn
want God schiep alle menschen,
om gelukkig te worden.
Epictetus.
Niet alleen hebben met het groeien der
geslachtelijke organen, pbysische (li
chamelijke), maar ook psychische
(zielkundige) afwijkingen plaats.
Afwijkingen, die zich voornamelijk con-
centreeren om het sexyeelc vraagstuk. Nu
is het oen kenmerk der moderne litteratuur,
dat haar geheele ontleding en haar gcheele
6trcven er op uit is, den mensch te laten
zien, hoe hij het verslapte, willoozc voor
werp is van zijn sexueeie driften; hoe alle
godsdienst en moraal de vlag moeten strij
ken voor de bittere realiteit van het ge
slachtsleven. In navolging van prof. Sig-
mund Freud, ontleedt men ieder mensch, in
al zijn onbewuste en bewuste uitingen, als
voortgedreven door een geheimzinnige na
tuurmacht., de sexueeie daemon; die hem
voortdrijft, voort in de armen der vernieti
ging. En ja, in dezen tijd, waar altijd nog
grof materialisme en winstbejag de lam
pen des hemels schijnen uitgedoofd te heb
ben, ligt er in deze levensopvatting een
groote attractie. Of kunt ge het weerspre
ken, dat. de mensch ontzenuwd door het
moderne leven, schier geheel willoos staat
tegenover eigen passie? Zijn daardoor
'juist schouwburgen, bioscopen, tingeltan
gels en bars niet overvol? Neemt daarom
niet prostitutie en onzedelijkheid hand
over hand toe? En zijn de ook in onze
stad, voorgekomen zedenschandalen niet
het bewijs van de meest ziekelijke en grove
uitspattingen op hetero- en homosexuul ge
bied? Waarlijk deze literatuur is getoetst
aan de bitterheid des levens.
Er wordt een klacht gehoord.
En die klacht wordt door boeken, tijd
schriften en pamfletten gebracht ook tot
het oor van uw jongen, uw meisje, o Chris-
teouders! Die klacht wordt neergelegd
in de diepten hunner ziel. Daar gaat - ze
meetrillen, resonneoren met de donkerste,
de meest geheimzinnige drijfveeren van 't
menschelijk hart.
Oudere, -hebt gij uw kind opgedragen ir.
hooger Hand om ze te behoeden voor wan
hoop, levensinzinking en totale liefdesonk
reddering?
In do Christelijke pers werd in de laat
ste jaren meer dan voeger de nadruk ge
legd op het z.g. „scharrelgevaar". Over 't
algemeen werd deze kwestie zeer zakelijk
opgevat, eenvoudig veroordeeld als „mis
toestand" en beëindigd met een welgemeend
waarschuwend woord aan de „wedorzijd-
6che familie" Wij willen genoemde kwestie
hier meer psychologisch opvatten, om tot
een juist begijpen, een juiste waardeschat
ting der dingen te komen.
I& eenmaal de puberteitsleeftijd begon
nen, en heeft de voorstellingswereld van
het rijpere kind hare horizonten verwijd,
dan concentreert de aandacht van het kind
zich grootendeels op het mysterie van zijn
eigen lichaam. Want dat lichaam, zooals
het opwast en zijn vormen meer en meer
„ausbildet" heeft iets geheimzinnigs voor
liet kind, juist omdat het bij ervaring de
eigenlijke levensfunctie er nog niet - van
kent.
Maar juist diep in 't onbewuste ziele-
leven hééft het kind vage vermoedens, don
kere aspiraties.
Neigingen, die volstrekt niets wat slecht
is in zich dragen. Omdat het kind tezeer
van de zedelijkheid van 't huwelijk (van
zijn ouders bijvoorbeeld) overtuigd is. En
het sterk ontwikkeld gemoedsleven maakt,
dat het kind deze natuurlijke verbintenis
voor zichzelf overgoten ziet met een sterk
overdreven, platonische kleur. Het droomt
van een eeuwige liéfde, het heeft een min
achting voor alle conventie en vormen.
Nietsis er in deze wereld goed, maar uit
de puinen van die wereld bouwt, het land
z ij n wereld op, phantaseert liet een eigen
tooverland, dat herinneren doet aan do vol
maaktheid van 'fc Paradijs.
Nu doet ge erg verkeerd, als ge deze
kinderlijke phantasiën inbindt, ze kort
wiekt met uw rijperen levensblik. En het is
een bewijs van uw eigen lieïdesarmocde
als ge niet meer genieten kunt van de
droomenblijheid van uw kind. Dan begaat
ge een geestelijke misdaad. Want voelt ge
niet, dat uw kind die phantasie niet ontbe
ren kan? Terecht zegt prof. Bavinck: „In
de periode, waarin de jongens en meisjes
voor het eerst kennis krijgen van de hard
heid en ruwheid van liet leven, van de
gebreken en fouten, die alle menschen, ook
ouders en onderwijzers aankleven, houdt
de phantasie hen in evenwicht en bewaart
zo voor vertwijfeling. De phantasie
is een vorm van geloof
De zinnelijkheid onzer natuur brengt me
de, dat we het ideeële wenschen verwerke
lijkt wenschen te zien in het reëele. En zoo
is 't ook heel goed te verklaren, dat in dc pu
berteitsjaren de jongen en het meisjo el
kander opzoeken, in het naieve geloof, sa
men een ideecle toekomst tegen to gjaan,
En dan komt. dio geheimzinnige periode
in het kinderleven, waarin ouders cn op
voeders voorloopig bij het kind hebben af
gedaan.
Waarin zij alle idealen en droomen en
gedachten op elkander concentreeren.
ttaarin zij elkander trachten te geven het
beste, „de lauwer van hun leven."
Waarin de jongen dweept en droomt
zijn meer^abel ractie theoriën de allures aan
neemt reeds beginselen te hebben
het meisje al haar liefdesvoorstellingen
meer bindt aan menschen en-duigen. Daar
om ontdekt zij allerlei gebrekkigs bij
ouders en leeraren. Vandaar die minach
ting voor haar opvoeders, die durf om al
les te zeggen; die streken, die brutaliteit.
Maar in baar „droomenwereld" staat „hij"
als de eenige, die haar „begrijpt", haar
„prins", haar alles, wiens naam zelfs te
teer voor haar is, om genoemd te worden
door ouders, of kennissen. Zij zien elkaar
in een glan6 van adoratie, waarbij de zin
lijke factor verzinkt, in een groote, mooie
liefdesharmonie in een wereld, die uit
gaat boven 't gedoe van iederen dag, men
zijn sleur, z'n visites en a'n familieleven.
Doch nu komt langzamerhand de ken
tering dc verandering. Want vergeet
niet, dat de geestelijke spanning tusschen
de jongen cn het meisje te sterk was.
Inzinking moet volgen. Lees er de mo
derne litteratuur op na, overal treft ge
een analoge depressie aan. Het is 't conflict,
dat er is, tusschen God en Satan, Liefde en
Zonde, Leven en Dood.
In genoemde jeuguverhouding blijkt tel
kens en telkens weer, dat er te hoog gegre
pen werd. Dat het een idealiseeren is, bui
ten de werkelijkheid óm. Dat het een
mooier-willen-bebben" van de dingen is
dat IiKfr op aarde niet bestaan kan. Het is
een verkeerd toegepast Godsyeiiangen.
Toegepast op elkander als mensch. Zoo
is er geen plaats in het geestesleven van
kot kind voor gebreken en begeerten, vleo-
Lelijke en zinnelijke neiging.
Maar waar dit zoo is, daar speelt eigen
lichamelijke aanleg het kind op den duur
vreè&elijke parten. De lichaaiusdrang doet
zich -meer ea meer gelden, inet onbegrepen
onstuimigheid. En hier hebt. ge 't critieko
stadium in 't leven der „rijpere jeugd",,
Hier stadt ze op 't punt haar evenwicht te
verliezen, omdat ze geknakt wordt iu haar
geestelijke idealen. Nu openbaren die sto-
ringen zich, of in een toenemende ze ros
heid, omdat beiden bezwijken voor den na
tuurdrang en worden beiden gebroken in
hun eigen zelfvertrouwen, vervallen zc van
kw&ad tot erger; of in een beslissende des
illusie in elkaar. Maar in alle gevallen
breekt er iets; n. 1. 't geloof in een geeste
lijke liefde. En daarom loopen er zooveel
jonge menschen over de wereld, verbleekt
en eenzaam, in hun teerste droomen ge
stoord; „blqeraen in den knop gebroken". O
we kunnen opkomen tegen het. toenemende
zedenbederf der „rijpere jeugd", maar groo-
ter is hij, die bewogen werd door de hope-
looze verwarring en ellende, in eenzaam
heid uitgegleden. Wie dat kan, is opvoeder.
Heeft iels meer te geven, dan de moderne
romans. Want tegenover de verstoring der
zonde, brengt hij de opbouw van 't Evan
gelie. Want dit. is het werk van den op
voeder: het kind te geven inzicht in
eigen aanleg; overzicht over eigen
levensbeginselendoorzicht in de con
sequentie van eigen daden en verlangens,
tenslotte vooruitzicht op het hemel-
sche geluk, wanneer eigen zonden, eigen be
geerten gedood, gelouterd zijn in Christus
Jezus.
Uit de Pers.
EEN WAARSCHUWEND VOORBEELD.
De Standaard schrijft:
Wij mogen in deze dagen van oorlog en
geruchten van oorlog, van nieuw opko
mend militarisme, juichend begroet door
wie zich vijanden van het gewold durven,
noemen, wel eens af en toe wijzen op het
voorbeeld van Hongarije. Maak u tot een
lam en gij wordt door de'wolven gegeten.
Het is een leerzaam woord, en Hongarije
bood ons ëen treffend voorbeeld van de
waarheid er van. Toen een van Hongarije's
beste zonen, graaf Tisza, vermoord werd,
had een z. g. pacil'isislische Staatsman, Ka-
rolyi, het roer van 6taat in handen. Onder
zijn aansporing ging het Hongaarsche volk
zich ontwapenen, om een goed voorbeeld te
geven aan heel de wereld. Het eerste volk,
dat het ideaal van ontwapening en vrede
wilde verwerkelijken.
De gevolgen waren in het kort deze; de
buren dachten: Hongarije is nu niet meer
in staat zich te verdedigen en zij stelden
zich in het bezit van flinke stukken van zijn
grondgebied.
De communisten oordeelden, dat zij nu
wel eens een greep naar de macht konden
doen, en zij beroofden het. volk van zijn
goed en richtten een bloedbad aan. Daarna
kwamen de Roemenen een inval doep en
namen weg alles wat los en vast was. Zoo
werd het arme volk uitgeplunderd.
Eindelijk kwam het weer vrij. Maar het
was arm en berooid.
Van dien tijd af aan is het volk zich
weer gaan wapenen, opdat het zich zou
kunnen verdedigen tegen allerlei gevaar.
Het had geleerd. Maarde les was
erg duur.
DE SPLIJTZWAM IN HET
COMMUNISME.
Do „Maasbode" schrijft over bovenstaand
onderwerp het volgende:
Het kon wel niet uitblijven, dat te avond
of morgen ook in de meer radicale richting
van het socialisme die zich hier te lande
„Communistische Partij" heeft genoemd,
de splijtzwam der tweedracht zich openba
ren zon.
Een organisatie, die leeft bij krakeel en
eigenzinnige dooydrijverij, - zal uiteraard
niet lang intact blijven; het huis, dat tegen
zich zelf verdeeld is, moet noodwendig zijn
ondergang tegemoet gaan.
En zoo hebben zich dan in dc partij van
Wijnkoop, die voor enkele jaren zich af
scheidde van (beter nog: werd afgescheiden
door) de S. D. A. P., de eerste symptomen
voorgedaan der innerlijke verwording.
Teekenend is ongetwijfeld, dat deze ver
schijnselen zich al aanstonds internationaal
manifesteeren en blijkbaar hun grond vin
den in dezelfde oorzaak, die hier te lande
het royement op liet Deventer S. D. A. P.
congres ten gevolge bad.
Zoo goed als bij ons de socialistische
leiders, eenmaal in verantwoordelijke posi
ties geplaatst, moeten ervaren, dat alle
theorie grauw is en dat de practijk vaak
heel andere eischcn stelt, schijnt ook nu
reeds de Russische dictator, Lenin, aan den
lijve te gevoelen, dat men met den mond
nog altijd radicaler kan wezen dan hij-zelf
metterdaad reeds is.
andaar dat deze groot-mogol der com
munisten zich genoodzaakt heeft gezien,
de al te doldriftige partijgenooten tot de
orde te roepen met een brochure, welke tot
titel draagt: „De kinderziekte van hot
communisme, die „Radikalisme" heet."
Die partijgenooten n. 1., zijn met, den
gang van zaken maar half tevreden; het
gaat hun niet vlug genoeg. Wat erger is,
ze zien de reden van die „laksheid" hierin
gelegen, dat men den weg van de zuivere
leer heeft verlaten en zich tot het opportu
nisme heeft gewend.
Men ziet, de geschiedenis herhaalt zich.
Dezelfde verwijten, welke ten onzent Wijn
koop en do zijnen aandroegen tegen de S.
D. A. P., krijgen dezen op him beurt weer
te hooren van do nog radicalere collega's.
Onder de Ncderlandsche communisten
doet zich in dit opzicht als het zwarte
schaap kennen de befaamde dr. A. Panne-
koek, de sterrekunde-specialiteit, die opzet
telijk om zijn ultra-radicale strevingen
door de Regeering werd gepasseerd, toen
er een hoogleeraarsstoel te vergeven was.
Dat de regeering terecht de weten:- happe-
lijke vorming dor studenten niet. toever
trouwde aan zulken revoteerenden geest,
kan thans wel alleen worden betwist door
diegenen, wier vereering voor de heilige
„vrijheid" aan verafgoding grenst.
De „Tribune", die ip dezen dr. Panne-
koek haar meester gevonden heeft, is na
tuurlijk min of meer overstuur en trekt
Voor de Jeugd.
.evend Begraven.
XX.
morgen kiwaim en ik kon bet niet
uitstellen; met groote moeite bracht
lichaam im de andere kamer, en leg-
voorzichtig in het graf. Lang diuur-
■t, eer ik de eeist'e schop -zand in het
kon werpen. Toen zocht ik kradht in
tsd. Ik ha<l om sterkte en troost; toen
ik op en begon het werk, met beven,
nd, teirwijl mijne oogen van -tranen
loeidlen. Het was gauw gedaan, en ik
edde he?t overige van den Idag, orn met
mes een- kort o-psdhrift te snijden in
in bord, dat ik wenschte op het
e plaatsen
er rus't Pierre Louis La-praz, die in
lacht twSBdhen dein ©eben en 9dcn Ja-
18..., in de armen van zijn ikfleinkind,
ies Lapraz, stierf, en door dazen ter
gelegd: werd."
spijkerde het borid aan een stbk, zette
>p het graf, en Sloot -die deur af, ora
de keukfen- terug te keeren, waar ik
iemand meer had, dan mijne arme
Steilte.
iwvel ik mij verlicht gevoelde, nadat
ijk v.m het bod was, zag ik toch wei
pa! ik mijne zwakltoeid nog met geheel
jven was. Ik was nog bang; en het was
uit vrees, dat ik de deur van het melkhuis
had afgesloten, fik bee&oot deze zwakheid
te overmeesteren, en opende het slot van
de deur weder, em sloot haar slecfhlts met
de klink. Ik besloot ook bet graf dagelijks
te bezoeken, en ab-'ijd zonder licht, en ein
delijk', om er 'simoi^ens en 's-avonds te
lAdden.
„Twee dagen lïób ik het gedban, en ik
gevoel, dat ik mijzelf heb ovemvonnen, en
dal mijn vrede lan/gzamerfhand terugkeert;
sledhtts de treurige gedachte, dat ik alleen
geheeft alleen ben, vervolgit mij den
g-eheeden dag, en draflrt mij als een zwaar
gewicht op het hart-."
Dit was het dagboek van den amren Jac
ques, waarin hij een beeld s-cthetfet van de
vreeselijke uren, tfiie hij bij'den doode door
bracht!:, in de ontaagweklkend-e eenzaam
heid. Hij verzonk in eene zware neerdlach-
t'iglheïd, die hij vergeefs van zadh trachtte
af te zettens door aan helt werk voort te
gaan, waarin de dood zijns grootvaders
lforn' 'had verhinderd. Hij slaagde er niet
in, zijhe neerslachtige gedachten' op te wek
ken; en hij zaït. gehoede dagan in helt vuur
te staren, -zonder één heldePe. gedachte.
Slechts nog twee' gebeurtenissen worden
in zijn daglbo-eflc vermeld, dde -hem voor
eeneru tijd uit zijne gevoelloosheid op-
welkten.
iDe eersrte had spoedig na de beigrafenis
zijns grootKadem plaats. Ecruig leven in
den schoorsteen tbok izijn aandacht, toen
hij op een a/vond het vtuur wilde u-it'dooven;
naderende zag hij dait een dtuk kalk, roeit
roet bedekt, uit den schoorsteen- was ge-
vaMerb. Jarqu-es, vreezende, d'a-t de schoor
steen in brand stond, kroop er onder, om
helt te ondelfcoe-ken- mi zich v.ain zijne veilig
heid te verzekeren. Een blak naar-boven
toonde hem, dat -ijn vrees ongegrond was;
maar toen hij daar zoo stond,
zijn hoofd achterover gewcupen, en zijne
oogen opwaarts gericht, zag hij ecne schit
terende ster boven den rand van de schoor
steenpijp. Jacques zag haar langzaam
voorhij glijden en verdwijnen aan de ande
re zijde va-n de pijp. Het gdlieeJe schouw
spel duurde slachtis eenige oogenfbflik-ken,
en toch was het voor hem genoeg. De ster,
die hare schitterende Stralen in rzijn donker
graf zond, en diie hem iin zijne eenizaam-
lisid bezocht, scheen hem een teeken, te
zijn yan troost, eene hel of te Gods, dat hij
niet gebleet vergeten was; hij zonk op zijne
knieën en1 dankte den Almachtige voor
dezen straat van hoop.
Defce troosit wals eelhter niei' van langen
duur. Zijine vorige .neerslachtigheid keerde
weder terug; en ecne ongeneeslijke zwnar-
rruoedigjheid zou misschien Over ham geko
men zijn, liad'de niet een tweede gebeurte
nis ham opnieuw opgewekt.
(Dia had op den 23sten Januari plaats.
Sedert eenige da,gen had Jacoues bemerkt,
dat het Wödier warmer -was geworden. Hij
had slechts- weinig vuur moo-dig, en de
rook ging niiet zoo gemakkelijk als gewoon
lijk door den schoonsteen, toen hij om
streeks twee uur opeens een- duidelijk d- f
rommelen hoonde, gelijk den donder; het
nadertle snel; het leven en kraken nam
mei vreeselïjk geweld 'toe en opeens voelde
hij een hevigen sdhok, die hem van schrik
deed opspringen.
Verschillende gereedschappen van de
keuken vielen op den grondt, een dikke
mist bedektte de lucht, en- van het kraken
der baken wise Jacques, dat de hut een
vreeseJijken schok ondeigiaan had. In zijn
eersten angsit dacht liij dat alles boven zijn
•hoofd ingestort was; maar hij overtuigde
zioh weldra, dnt de keuken- ten minste in
goede orde was cn hij deed nu de ronlde in
de hut, om te «zien of helt overal zoo was.
Maar den- sital binnen komende, zag hij
ecne ruine voor zich op den gronJd-; de mu
ren stonden miog, maar hun grondslag was
verdwenen, en zij dreigden ieder oogenhflik
in te storten. Een gedeelte van het dak was
dngedtort, en kalk, gebroken stenen en bal
ken tegenop den grond -verspreid.
Heit was blijkbaar dat iets yreeselijks
zwaars tegen de hurt was gavallen, waar
schijnlijk was een stuk rots van den beig
gerukt, of een sneeruijvlval naar beneden ge
komen. maar dte geen kraakt genoeg had
om allee voor aich'unt te driitvcn en onder
naar hef bekende systeem tegen hem van
leer.
Lenin zélf heeft, al met ziin banblik
naar hem geworpen en hem (schrijvend
der het pseudoniém Horner) vérweten, da -
hij blijk geeft het A. B. 0. van het Marxis
me niet meer of nog niet te kennen.
En de „Tribune"-redaetie bouwt den
communisten-paus na. Ze toornt over „mis
leidenden onzin" de „on-Marxistisehe, zoo
genaamd radicale, maar inderdaad idiote
en onvruchtbare politiek" der ..radicale
communisten", beschuldigt Pannekoek van
„misdadige lichtzinnigheid" en leest hem
de les over de „theoreticus" zich „vermeet
op hoogmoedigen en schoolraeesterachtigen
toon", aan de arbeidersbeweging het verla
ten der zuiver Marxistische paden te Ver
wijten.
Zoo is de weg geeffend voor een nieuwe
verbrokkeling der sociaal-democratie, de
partij, die pretendeert een nieuwe wereld
orde tp kunnen scheppen. Voorshands zien
we gebeuren dat Pannekoek en Gorter
ook zoo'x on-Marxistisehe dogmaticus
door Wijnkoop worden uitgebannen, en de
nieuwe partij der „echte onvervalschte Mar
xisten, die der Pannckoekianen van voren
af aan begint aan de stichting der nu reeds
Vierde Internationale.
En aldus grijpt de ideeën-verwarring tel
kens verder om zich heen.
Ingediend is een wetsontwerp dot wijei-
ging vem de PosLwet, enz., omdat, spoedi
ger dan aanvanfkeüjik werd gemeend de
noodzakelijkheid aan het lidh-t is getreden-,
eene nadere herziening mogelijk te
maken, van de tarieven dier posterijen. De
roet 1 Jan. 1990 ingervoerde loongveifhoogfn-
gen, zoomede de duurte van alle bedrijfs-
benoodigdh'eiden zuillen ten gevolge heb
ben., dat hert voor 1920 geraamde voor-
deeligie saldo van ruim' 7 millioen gld. zal
worden gewijtzigld' in eon nadeelig saldo
van ruim 9 millioen gld.
Tarieven bij Alg. maatregele'n.
In heit wetsontwerp wordt voorgesteld
maximum-tarie-ven ,vast te leggen en de re
geling der tarieven overigens te doen ge-
sahieicben bij algemeenen maatregel van be
stuur. Voorgest»?*d wordt, daf de porti en
rechten., neder vaöt te stellen bij Kü., ten
hoogste zulflen- mogen bedragen voor:
Brieven: a. voor elke briefkaart 5
cerrt; b. voor eiken anderen brief van een
gewidht: van niet meer dan 90 gram 1 0
cent; van 90 tm. 100 gram 15 cent; ran
meer dan 100 gram tm. 500 gram 15 cent
voor de eerste 100 gram, vermeerderd mei;
5 cent per 100 gram of restend gedeelte van
100 gram hierboven.
Gedrukte stukken: voor elke
zending van een gewicht van niet meer
dan 5 gTam 2 can't; van mie er dian 50 gram
'tm. 500 -gram 2 oent voor de eerste 50 gram,
vermeerderd met 2 cent per 50 gram of
restend gedeelte van 50 gram hieiiboverv;
voor Brailledru'kwer'ken 2 cent per 300
gram of restend gedeelte van 300 gram.
N i eu w s Ib 1' a d e n voor edik e zend i n g
van een gewicht van niet: meer dan 50
gram 1 cent; van meer dqjn 50 gram tot en
met 500 gram 1 cent voor de eerste 50 gram
vermeerderd me* 1 cert per 50 gram of
restend gedeelte van 50 gram hierboven;
voor Braillenieuwsbladen 1 cent per 300
gram of restend gedeelte van 300 gram.
Monsters: 21/2 cent per 50 graai of
restend gedeelte -van 50 gram, doch niet
minder dan 5 cent per zending.
Aange'te-elkende stukken: voor
de giewone aan te eik en in g 12 1/2 cerrt; voor
de aanteekening met aangifte van gelds
waarde 2 1/2 cent voor elke f 100 of resten:l
gedeelte van f 100 aangegeven- waarde, met
een minimum van 15 cenlt voor eHk-en brief.
Toelichtiin-g.
In de toelichting wordt, verklaard, dat
van de voorgestelde mogelijkheden) lot ver
hooging zal moeten wortfien gebruik ge-
maalkt. Of reeds aanstonds de-ze ver
hooging voor alle onderüeelen-
de maxima, welke het ontwerp be
helst, zal moeten bereikten, 'kan nog nie't
met zekerheid worden gezegd. Dit hangt
af Yan de vooruitzichten, welke de uii-
Loms/ren van liet bedrijf opleveren. Mocht
de kostprijs dalen tot leiieden het tarief
en eene goede bedrijfSpolitiek geen beletsel
vormen, dan zal verlaging van de tarieven
in overweging worden genomen.
Opheffing Portvrijdom.
Voor zoover het tarief der nieuwsbladen
betreft, wordt opgemerkt, dat dit tarief,
althans wat de door de uitgevers (everzen-
eijti gewicht te begraven. Jacques danfcite
Goid, die hem opnieuw had beschermd, en
«zijne bevrijding sch<een hem eon zeker tee
ken, dat Gttds vadert ijk oog, als altijd, over
hem waakte. Hij schepte weer moed, cn
voelde hoop voor d>e toekomst.
En waarlijk hij had dien -moed wel noo-
dag, de arme Jacques. Heit ongeluk was nag
niet moeide heen ie vervolgen.
Wat zijn groottvivdec reeds in stilte ge
vreesd had. gebeurde nu; de geit bgon min
der melk te gewen; Jacques merkte h*
eeret in tart midden van Januari, en om
streeks den 25sten kon hij er niet langer
aan twijfelen». Toen herinnerde hij zich de
woorden, die zijn grootvader eens geregl
had: „Was sullen wij "doen. wanneer dc
melk van de geit opdroogt? Dan moeten
wij Blanches slachten en van haar
vleesch"leven." Maar Blaneheite, de trou
we kameraad-, inkijne droefheid te dood-en!
Neen"! Jacques kon er nfiet aan 'denken.
Eindelijk besloot hij, dit zoo laug mogelijk
uit te stellen, en tevreden te ziiu met het
aUerncodigiste. Bianchelte gaf nog Wn
melk. Er was wel niet ge-noeg om kaas van
te maken; maar Jacques bad nog eenige
kazen in voorraad. Misschien zou de
veranderen; wanneer dit gebeurd^ zou het
gauw zijn.
(Wordt vervolgd).