Dagblad voor Leiden en Omstreken. MEOWS LB s- ABONNEMENTSPRIJS IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN WAAR AGENTEN GEYEST5GD ZIJN TER KWARTAAL f 2.50 PER WEEK f 0.10 fïlANCO PER POST PER KWARTAAL f 2.90 2ste JAARGANG* - MAANDAG 3 MES 1920. - No. 27 BUREAUHOOSGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. I278 ADVERTENTIEPRIJS PER GEWONE REGEL f 0.237a DES ZATERDAGS f 0.30 INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIEF. KLEINE ADVERTENTIES ran hoogstens 30 noorden 50 centZaterdags 75 cout, bij vooruitbetaling. Aan de Chr. arbeiders. Het bestuur van hit Christ. Nat Valc- voi'bond, heeft dezer dagen een kloek' manifest verspreid', dat verdJient in bree- de kringen gelezen te worden. 't Is te lang om 't hier in zijn geheel - over te nemen. Daarom doen wij hier enkele grepen: •De tijd dien wij thansjctoorleven stelt ons. Christelijke arbeiders, voor een jgroote veranlwoordelijkheid. Heel ons maatschappelijk leven staat als 't ware op zijn grondvesten te be ven hn aWérle&l (ontbindende factoren en elementen zijn bozig, ons maat schappelijk leven geheel te ontwrich ten. Men hoopt en verwacht dat die maatschappij, die wankelt ten dioode, straks zal1 iineensiortcn en verkeeren in den chaos. Op de puinhoopen dier maatschappij hoopt men straks dé-ron dedans uit te voeren, dronken van vreugde, over het resultaat dat men be reikte. .Een demonische geest schijnt dc men schep. aangegrepen te hebben. Een de monische "geest, die gansch het volk Voort naar den afgrond. Tegen dien geest moet door onze ^Christelijke arbeidersbeweging, prim 'cipicei en proctiscli. krachtig stalling 'genomen. Dat wil natuurlijk allerminst zeggen, Slat door ons niet zou gestreefd worden "naar betere, rechtvaardige maatschap pij verhouding-en. Onze Christelijke ar beidersbeweging' heeft het geloond nu reeds sindis een reeks van jaren, dat-zij daaraan mede wil perken, dat zij met kracht in die richting werkzaam is. De arbeidende klasse moet erkend als een volwaardig deel van het geheel. Ook so ciaal-economisch moet aan de arbeiden de klasse meer invloed, meer medezege ging schap worden gegeven. Onze Christelijke vakbeweging staat 'echler principieel op een gansch ande ren grondslag dan die socialistische en Syndicalistische vakorganisatie. Dat jprincipieeLe onderscheid' openbaart zich1 an den grondmin,g onzer beweging, in hel doel wordt nagestreefd en in de middelen die worden aangewend ter bereiking van het doe!- Wii aanvaarden als grondslag 'de 'Christelijke bm'nselcn en vcnoerpen 'mitsdien den klassenstrijd. Het woord' van Jeznis Christus, die de Zaligmaker d'or wereld' ia, het woord!, waarin hij de Goddelijke wet in een hoofdsom heeft samengevat, blijft de 'grondwet ooic voor onze Christeliike Vakbeweging: God lief te hebhen bo ven a.lles en d-'m naaric als ons zeiven. Wij, als Christelijke vakbeweging, achten ook' n'et elk' middel goed' in den maalschanpelhken Slriid, Wij vragen niet. in rdie eerste plaats of de aanwen ding van ecnig middel ons profijtelijk kan zijn. neen. wii toetsen ook de mid delen, diie aangewend! moeten worden, aan de dloor ons -beleden beginselen. Wij werken daarom niet meë aan de omverwerping dezer maatschappij, -aan •Het verwekken van een chaos. Onze 'Chrislelijke arbeidersbeweging wil voor zeker rèformeerend, hervormend! op de maatschappij en die maatschappij verhoudingen inwerken; zij wil corri- 'georond optreden, waar er zooveel is wal verandering, wat verbetering be- fioefl: maar zij sluit zich bij dien arbeid aan bij het historisch gewordene. Wij zien in dat historisch gewordene ook de leiding Gods. We weten, dat de Zonde, 'die steeds verwording bréngt, in dat historisch ge* wordene veel heeft doen afwijken van de zuivere lijn. Maar juist daarom wil ton wij, ons aansluiten bij dat histo risch' gewordene, rcformeerend en her vormend op dat maatschappelijk leven inwerken- Wij mogen er nooit toe medewerken Het maatschappelijk leven in puin te storten, om dan op die .puinhoopen een nieuwe maatschappij te stichten. Want wij zijn slechts schepselen. God alleen is Schepper. Hij is alleen de Almachti ge, die uit den chaos den kosmos kan doen te voorschijn treden. Wij hebben in deze dagen een groote verantwoordelijkheid. Er zijn groepen in onze samenleving, die bewust op d'en chaos aansturen. Die door de hel van d'e revolutie naar den hemel (schrikkelijke verdwazing) van het. socialisme willen. Daarentegen hebben wij stelling te nemen. Wij hebben ons te scharen ach ter het recht en de wet en die tegen de aanslagen van lien, die deze opzij wil len zetten, te verdedigen en te bewa ren1. En waar wij erkennen, "dat er thans een conflict is'tussch'en het sociaal wen- £dhelijke en e^onomi/scW mogelijke, daar moeten ook door de arbeidende klasse alle krachten worden ingespan nen om dat conflict zoo spoedig moge lijk te doen verdwijnen. Een van de eerste voorwaarden daar voor is, vermeerdering der productie. 'Alleen daardoor kan het economisch le ven weer onbloeien en kunnen er betere tiiden aanbreken. Tijden waarin het. so ciaal wenschelijke ook economisch be reikbaar is. Elke -Christelijke arbeider beseffe ziin verantwoordelijkheid in deze ernstige tijden. Elke revolutionnaire beweging nïoet met kracht worden tegen geslaan. Met ons woord, idesnoodig metterdaad. Maar dü am aast, p-osiUëf. krachtens onze beginselen, gewerkt aan het her stel onzer maatschapneliike verhmidiin- gen. om deze te doen beantwoorden aan 'den o'scli van GoSê recht. Werkt daarom mede aait de vorster- lcing onzer Christelijke Vakbeweging. STADSNIEUWS. Christelijks Hoogere Burgerschool. Van de Christelijke 1-Io.ogere Burgerschool met vijfjarigen cur sus te Leiden, ontvingen wij een keurig uitgevoerd boekjpe dat ten doel heeft de belangstelling voor deze school te ver- grooten. Naar het ons voorkomt zal het boekje «dat op uitnemende wijze- is sa mengesteld zeker aan dit d)oel beant woorden. Behalve -het verslag over de opening van de school op 2 September 1019 tref fen wij er in aan het op 12 Jan. j-1- door den secretaris uitgebrachte jaar verslag en het finantieele .verslag van den penningmeester. Een overzichtje deelt bovendien nog uitvoerig de toe komstplannen diie het bestuur heeft gevormd mede, terwijL ook ziin opge nomen de lijsten vair leden, begunsti gers en ingekomen giften1 Op den -voorkant van 't. boekje is een duidelijke foto afgedrukt van .hot school gebouw aan dien Witte Singel en ook' zijn nog opgenomen .een'ge aardige kiekjes uit de school zelve n-1- de ie klasse en de vergaderkamer Het jaarverslag deelt o-m. het volgen' cte mede: Benevens Dr. S. 'C. Me veri ng, onzen Directeur, di»? wiskunde doceert, zijn de volgende Dames en Hoeren aan onze scliool verbonden: Mej. Grosheide voor Geschiedenis en Aardrijkskunde, Mej- Van Schuijlenburg voor Fransch, Mej- Van Weel voor Duitsch, de heeren Ane- ma voor Nederlandsch. Borst voor En- gefech', De Bruin voor Gymnastiek', Dr- van Ktwijk voor Bijb. Geschieden!, Van Selers voor Nat. Historie en IJsermk- huysen voor Teekenen. De Commissie van Toezicht en Ad vies. mocht omtrent 't doceeiren een al leszins gunstig rapport uitbrengen. Jammer diat de heer Van Seteijs ge meend heeft, vanwege zijne vermeer derde werkzaamheden- .ontslag te moe ten aanvragen, zoodat voor Nat. Historie een nieuwe leerkrcht moet worden ge zocht Met 2 klassen kon in September 11- worden begonnen. 25 leerlingen volgen de lessen in de lste klas en 9 in de 3do klas- Over het algemeen zijn de rap porten der leerlingen gunstig te noe men. Ook omtrent 't. getal leden kan een goede mededeeling u gegeven worden- Bedroeg het getal leden 7 Februari 1919 127, 'f, is nu geslegen tot 309, dank! zij den stoeren ijver van onzen Penning- moester Dr. v. Es, d":e ook telkens weer heeren kon "vinden, bereid om in deze richting werkzaam te zijn. Het aantal begunstigers bedraad 31. De winst- en verliesrekening wijst een eindbedrag van f 15.463,61 aan. Het. saldo verlies 1919 bedraagt f 8942,08^. De giften bedroegen f 1426,02£, de con tributies f 1848,— de schoolgelden f 1379,30, terwijl aan diversen werd ont vangen f 183,22. Het Rijk gaf f 1687, subsidie- De balans wijst een bedrag van f31.200,— aan. De penningmeester heeft opgemerkt dat hirbij alleen gelet is od de thans nog geldende, wet op 't Middelbaar On derwijs. Deze wet geeft als subsidie voor onze school (met 2 klassen) hoog stens f 5200.—. Treedt echter dé nieuwe wet, die door de Tweede Kamer .werd! aangenomen,— mei— terugwerkende kracht tot 1 -Tanuari 1919. in werking, dan wordt de subside belangrijk hoo- ger. waardoor het tekort van f 8942.06?, tot een minimum wordt gereduceerd- En deze oprichting onzer Chr. H. B- S. is, hoewel onder d,e oudé wet. toch ge schied met 't oog op de wet, die te ko men stond. Aangaande 'de toekomstplannen wordt het. volgende medegedeeld: Dankbaar voor het bezit van een ge- sclrkt pand. waarin onze school kon worden aangevangen, moeten we ech ter erkennen: „hier kunnen we niet blijven." Reeds nu is hef. gansche gebouw, dat. beneden drie en boven vier flinke loka len bevat, benevens wonin^ van den concierge, geheel productief gemaakt- Beneden bevinden rich de (freoleurs- kamer.de leerarenkamer en de bestuurs zaak waar allen 's morgens Bij den aanvang der lessen 'samenkomen. In deze zaal wordt ook door de kinderen des middags dp koffietafel aangericht voor vele birtenleprlineen. Verder drtenti ze tot conversational en v'ndon de kinderen er gelegenheid spelletjes te doen.Naar wij hopen zal ze in de. toe komst een groote, bibl'olheek bevatten om «velen rustig bezig te kunnen hou den. De vier lokalen boven ziin klasse- lokalen en teekenzaal. Een groote ruim te -moest, in ziin geheel als te eken ze al worden ingericht daar het. groot aantal leerlingen der eerste klasse niet toe liet allen bij het toeken on derwijs in één lokaal te bergen. Wel mogen we "dus nu -reeds over toekomstplannen spreken, want, al zal onzr directeur ricli in den cursus 1930 —1921 nog kunnen redden, wanneer er een derde klas bijkomt, dlaarna, als er een vierde klas moet worden geopend, zullen we moeten verhuizen en dan liefst naar een nieuw gebouwde en naar dé ei'sehen des-tijd^ ingerichte school. Alleen dan, wanneer we definitieve plannen hebben voor de naaste toe komst, kan van leeraren en leerlingen strales dé opoffering gevraagd worden zich te moeten behelpen in een gebouw waaraan we ontgroeien. Ons nieuwe gebouw denken we ons het liefst op een groot, open terrein, waar -direct naast de school de velden voor openluchtspel kunnen worden in richt, en waar voor de kinderen ruimte is om zich vóór .en tusschen dé school- tijdén te bewegen zondier anderen tot last te zijn- De school zelf zal, willen we de kin deren gcvën wat noodzakelijk is, een groot aantal lokalen en zalen moeten bevatten. Als centrum zal daar moeten zijn. naast directeurs- en leerarenkamer, een bescheiden zaal om allen des morgens bij d'en aanvang, der lessen bijeen te brengen. Daar zal d'e band. die allen, zoo leeraren als leerlingen, te zamen bindt, telkens worden versterkt, en van daar moet een geestelijke kracht uit gaan. die de schooi mede aan haar doel' doet beantwoorden. Naar weerszijden moeten de klassen langs ruime gangen gemakkelijk te be reiken zijn, om stoornis en onnood'ige opeenhooping te voorkomen. Aan de uiteinden zullen "■vmnastiek- zaal en lokalen van natuur- en scheikun de, voor ieder een les- en werkzaal uit gebouwd moeten worden- Een vergaderzaal zal het bestuur ten 'goede komen en bovendien dén leerlin gen gelegenheid geven om hun club- vergaderingen te houden, zoodat rij niet gedwongen worden elders in een bo venzaal van een café hun toevlucht te zoeken. Zoo zijn er allorlei wenscïïen voor onze nieuwe school on te noemen, waaraan we gaarne zouden willen vol doen. "Gelukkig z.ijn dr cwnstandigbéden van' bet. christelijk onderwijs finantiéel veel er op verbeterd!, zoo'dat de penning meester niet terstond a! onze. plannen weer terzijde behoeft te. schuiven. De nieuwe wet op het. M- O., 'die STwedig van kracht zal worden, 'doet. bri Rijk van alle kosten voor bouwen en inrichting der school het 3/4 gedeMte zelfs van de rente van geleende gelden overnemen, te betalen in gedeelten over een tijdperk van 46 jaren- Bovendien wordt jaarlijks nog een be drag toegewr7en. berekend' naar bet. aan lal wekeliiksche lesuren. Met de eigen inkomsten geeft dit een totaal waarmode alle ovorige uitgaven te dek ken ziiru-aïs we mogen honen, dat de contribulién nog eenigszins stijgen. Wanneer dus de vrienden en voor standers van hrt christelijk onderwijs slechts het Bestuur in de gelegenheid! stellen, door het nemen van rentelooze of renfegevende obligatlies. eene nood zakelijk uit te schrijven leening te plaat" sen, die in 40 jaar met de zeker in komende gelden der subsidie moet worden afgelost-, 'dan zullen deze toe komstplannen ook werkelijkheid kun nen worde, rï- Vermelden wij nog dat bet bestuur beslaat int: Ds H- J. Kouwenboven Dzn.. te Leiden, voorzitter: Ds. F TT Broékétra te Rijnsburg. sèereter T O. van Es te Le'den. penningmeester; D- G. Belke- stein te Katwijk aan Zee; W. Fontein te Leiden-, G. ,T. Visser te Leiden; W. Tom te Katwijk' aan Zee en een Vaca ture. Commissie van Toezicht en 'Adw'es; Ds Tl. .T. Kouwen hoven; Ds. E. H. Bmekstra en J. G. van Es. Naar wij hopen zullen velen van cle gelegenheid' die in hel boekje geboden Aan het Zoeklicht. li. Ledden, 3 Mei 1920. 'Ge kent misschien den heer Dubbel- 'demanrTezer. Niet, laat ik hem dan even mogen voorstellen: lid van den Gemeenteraad! van Leiden, woordvoerder van de so cialistische raadsfractie. Een scherpzinnig man! düe woorden van wijsheid spreekt, on diie o-m. ber loogde dat naarmate de loonen stijgen ook de liefde voorliet werk vermeerdert Nietwaar, dat is nu precies wat we eiken dag waarnemen. De menschen gaan meer verdienen, maar 't is ook vaak een lieve lust om ze te zaen wer ken. Op 't platteland, waar de loonen nog niet zoo op peil zijn, wordt wel eens géi. luierdl en geslabakt. Maar in de steden, waar de loonen veel hooger zijn, wel de-vonken vliegen er ai! - -aJ Maar in ernst; zou het niet tijd wor den dat mijnheer Dubbeldeman z'n hoofd eens onder de pomp houd't en zich de slaap uit de oogen wrijft? En 'dat de S. D. A. P.' in den Leidschen' raad. een anderen, meer serieuzen woordvoerden kiest? OBSERVATOR. wordt om de Chr. H. B. S. financieel te steunen, gebru l; te maken. Moge de Chntelijke Hoogere Burger- school met 5- j.-c, alhier groeien en blo enen tot zegen van onze siad Leiden I Lustrumfeesten. Vrijdag middag heeft het Le'dsch Studentencorps in het groot- audutonum der Universiteit zijn jaar vergadering gehouden, waarin de nieu we praeses de heer H. J. Hütschlor zijn gTadugureele rede h'ie.ld. Hierin déeLde deze medie, dat het cotb- ïegium besloten had den groentijd in zijn nieuwen vorm te handhaven, tenzij er zich meer excessen mochten voor doen. Dan zou het collegium het niet meer in het belang van het corps ach ten den groentijd te laten voortbestaan- Wegens de tijds-omstandighedon zaS er dlit jaar bij de lustrumfeesten geen maskerade worden gehouden. In plaats van een concours bippique zal er een Njord-dog wezen. Omdat de feest kas door ongelukkige belgging eenige klaj> pen gehad heeft, zullen de kosten be streden moeten worden door een extra conlr bubieheffing. Ook besprak de heer H do mogelijk heid van een samengaan met andere studenten-corporaties voor zoover het •betrof gemeeinfscbappeilijk'e \b elan gen. Er is een Federatie van Leidsche Stu denten tot stand gekomen, wier eerste doel is, de bezwaren van het kamerle ven te ondervangen door het bauwen van huizencomplexen, ^oorrien van de modernste «emakken. De Lei-dsche Fe deratie zal samengaan met in andere universiteitssteden gevormde federa ties, -om een aansluiting van Nederland bii de internationale liga mogelijk to maken. Het programma voor de lustrumviering vanwege het Leidsch Studentencorps tor gelegenheid van het 345-jarig bestaan der Leidsche Hoogeschool, luidt als volgt: Dinsdag 22 Juni: Feestelijke ontvangst, der reünisten, nan het station der Hnllandsche Spoor, met eerewacht en vaandels; rede van den praeses collegii; collation; kroeg jool van het Comité du Saint Public. Woensdag 23 Juni: Njord-dag met inter- academische roeiwedstrijden des avonds toonpehritvoering door het Leidsch Stnrteji- FEUILLETON. EEN VERWOEST LEVEN y door HUGO KINGMANS. (Nadruk verboden.) Den laalsten tijd was dat steeds zijn ge woonte, want hij haak'/j naar tijding van den heer Horringa, die daarginds niet zou stilzitten. Daarvan was hij overtuigd. Enkele korte brieven had hij ontvangen Tnet de verzekering, da,t èn de politie èn 'de Middemachtzcnding haar best deden en liet onderzoek voortzetten, doch steeds zonder resultaat. - Maar dat nam_ niet weg, dat de ouder ling vervuld met medelijden voor de weduwe Loklcerse, die kwijnde van ver driet avond op avond het kleine hulp- postkan'toor opzocht om zijn courant te halen en om dan tevens te zien, of er ook niet de verwachte brief wjis. I Zoo ook nu. „De gewone courant en twee brieven, Sinke", zegt de brievengaarder. „Een goe de oogst vanavond." Baas Simke mag graag een praatje ma ken met den kantoorhouder, die niet van het dorp afkomstig is en heel wat van de [wereld heeft gezien, maar als hij het schrift en het poststempel op het couvert heeft aanschouwd, breekt hij plo_t£ het gesprek af en verdwijnt naar buiten, tot groote verwondering van den brievengaarder. Bij het flauwe licht van den petroleum- lantaarn aan den kant van den Weg, leest baas Sinke den brief van Horringa, die in" korte woorden meedeelt, dat hij gister avond, met Jan Boer op de wandeling zijnde, Marie Lokkerse heeft ontdekt, maar dat het meisje spoedig uit hun gezicht verdwenen was. Hij deelt de plannen, die hij gemaakt heeft, mee en zal hem, zooals vanzelf spreekt, trouw op de hoogte hou den. Hij verheelt ook niet, dat zijn stelli- gen indruk is, dat het meisje totaal op den verkeerden weg is en laat het aan Sinke oéer, of hij de weduwe Lokkerse op de hoogte zal brengen. Baas Sinke slaaft een diepen zucht; eenerzijds een zucht van verlichting, dat het meisje zich niet van het leven heeft beroofd, als de algemeene gedachte van de ingewijden was; anderzijds een zucht van smart over het afgedwaalde kind eener vrome moeder „Goeien avond, baas." Sinke kijkt op. 't Is Jan Foltner. „Ben-jij dat, Jan?" ontwaaki de ouder ling uit zijn overpeinzing. ,.Ik hen een brief van den heer Horringa. Lees maar." Als de trouwe knecht heeft gelezen, met moeite het vlugge handschrift heeft ont cijferd, kijkt hij Sinke, de vader van zijn patrogn, aan, zonder, iets te zeggen, Deze heeft" echter zijn plan al gevormd. „We gaan er morgen heen, Jan, en we helpen die twee, om Marie te zoeken. Vier zien meer dan twee. Jan Boer kan mis schien iederen avond niet en de heer Hor ringa kent Marie niet. Ga mee naar mijn huis, dan zal ik een briefje voor mijn zoon schrijven, dat je onbepaald verlof moet hebben. Zorg dan morgenochtend aan de eerste tram te zijn. Dan gaan we met Gods hulp de reis weer aanvaarden.- Marie leeft. Dat is zeker. We züllen pro- beeren, haar terug, te krijgen. Het is nog niet te laat. Afgesproken?" „Goed, baas, ik ga met u mee naar huis, om op den brief te wachten." Den volgenden avond drukt de heer Horringa twee buitenmenschen, moe en bestoven van de lange treinreis, de hand, vol warmte, met respect voor zulk een op offering en naastenliefde. „U weet natuurlijk wel een goed loge ment", zegt baas Sinke. „We blijven hier en gaan iederen avond met u mee, tot we het arme kind hebben gevonden en haar hebben teruggebracht naar haar moeder". „Ts de weduwe Lokkerse. van alles op. de hoogte?" vraagt Horringa dan. „Neen, ik lieb niets durven zeggen. Zij weet ook niet, dat we hier zijn. 't Is beter, dat zij voorloopig onkundig blijft." „Dat het'i is het korte antwoo.rd,- En dan: „Ik zal u naar een goed burger hotel brengen, want u is moe van de reis. Dan kunnen we morgen..." „We gaan vanavond nog met u mee", beslissen beiden haastig. „Dat had ik wel gedaqht", glimlacht Horringa. „Dan zal ik mijnheer Boer vrij af geven, want die wordt ook van zijn studie afgehouden door mij." Maar als de student aanschelt terwijl de twee bezoeke'rs nog zitten te praten in de kamer, wil hij daarvan niét hooren. „Ik ga ook mee", zegt hij, de twee vrien den uit het dorp de hand drukkende. HOOFDSTUK XXI. Druilerig drenst de regen neer, modde rig makend de straten, waarop de wande laars haastig zich voortspoeden, een ieder naar zijn doel. Troosteloos loopt een drietal heen en weer. 't Is alleen de vierde, Horringa, die den moed er in houdt. Hij heeft reeds zooveel teleurstellingen ondervonden in zijn leven van middcmachtzendeling, dat hij, zich niet gauw uit het veld laat slaan. En dan montert hij de anderen weer op en ze gaan weer verder, straat in, straat uit, zooals reeds ettelijke avonden achter een. „Wij| zullen haar vinden", zegt de Middernachtzcndeling: „God zal het ons doen gelukken." Dat helpt. 't Zijn vier menschen: een bejaarde, een van middelbaren leeftijd en twee jonge-, lingen. Maar alle vier kennen die kracht, die geloofsmoed, die alleen den christen ken merkt. In het vaste geloof op God gaan zij hun weg. En al mogen (lan eens troosteloos oogenblikken komen, één woord is vol doende, om het vermoeide hoofd weer op te heffen naar Boven, waar Hij zetelt, Dio het werk, dat verricht wordt in Zijn heili* gen Naam altijd doet gelukken. „God zal het ons doen gelukken.' Dat woord van Horringa is voldoend® om weer met moed te zoeken naar het af gedwaalde schaap, naar Marie Lokkerse. Door eien warnet van straten heeft de Middernachtzendeling de anderen geleid, 't Is er half duister. Slechts een enkele gaslantaarn ver« spreidt een flauw licht. 't Is merkwaardig, dat juist in die buur ten de gemeente veel te weinig kunstlicht laat stralen! Satan zoekt immers zjjn prooi in het duister? Onder die enkele gaslantaarns slaan twee personen: een man en een vrolvw, druk te praten. (Wordt yeiwolgd.^J

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1920 | | pagina 1