Dagblad voor Leiden en Omstreken.
LEIDSCHE MANT
c- ABONNEMENTSPRIJS
IN LEIDEN EN BUITEN LEIDEN
WAAR AGENTEN GEVESTIGD ZIJN
PER KWARTAAL f 2.50
l'ER WEEK f 0.10
iFRANCO PER POST PER KWARTAAL f 2.90
Iste JAARGANG. - VRIJDAG 2 APRIL 1920. - No. 2
BUREAU: HOOIGRACHT 35 - LEIDEN. - TELEFOON INT. 1278
ADVERTENTIEPRIJS
PEK GEWONE REGEL f 0,221/,
DES ZATERDAGS f 0,80
INGEZONDEN RECLAMES DUBBEL TARIEF,»
KLEINE ADVERTENTIES van hoogstens
30 woorden 50 cent; Zaterdag^ 75 cent,
bfl vooruitbetaling.
De Kiezerslijsten.
Nu de voorloopige vaststelling van de
ïdezerslijsten voor het jaar 19201921 heelt
plaats gehad, is voor de besturen van kies-
ivereenigingen en de propagandisten de tijd
pveor aangebroken om na te gaan of soms
ibok iemand is vergeten.
Een gemakkelijk werk is dat niet dit-
jmaal.
Vroeger werden de kiezerslijsten gedrukt
fcn kon een ieder zich tegen betaling der
(kosten een exemplaar aanschaffen. »Dat is
fthans practisch niet meer mogelijk, daar
(tengevolge der zeer hooge drukkosten en
liet groot aantal kiesgerechtigden, de lijs-
(ten niet meer worden gedrukt, maar alleen
leen geschreven lijst ter inzage ligt.
Het behoorlijk controleeren is daardoor
[bijna ondoenlijk geworden, maar toch zal
Siet zaak zijn na te gaan of er niet iets op
gevonden kan worden om te voorkomen
jdat kiesgerechtigde mannen cn vrouwen
itan het hun toegekende recht verstoken
blijven.
V Moreele inzinking.
Een van de droevigste gevolgen, of wil
tnen begeleidende verschijnselen, van den
schrikkelijken wereldoorlog,is zeker wel de
imoreele inzinking die overal wordt waar
genomen.
En dat niet alleen in de oorlogvoerende
landen, die door den volkercnkrijg in zoo
bijzondere mate geteisterd werden, maar
bok en niet minder in de neutrale landen
«die financieel van den oorlog profiteerden.
Oók in ons land.
Het is algemeen bekend welk een ont
zettende omvang in de oorlogsjaren de
smokkelhandel had aangenomen.
Geheele streken waren door deze ziekte
'die zulke droevige gevolgen na zich sleep
ee, besmet.
Ook de belijders gingen hierin niet vrij
uit. In dit opzicht, zoo redeneerden velen
idie door Mammon waren gegrepen, be
hoefde men zich aan de Overheid niet te
storen. Hoofdzaak was, dat er „verdiend"
jverd.
„•Alle ziel", zegt de Apostel Paulus, „zij
de machten over haar gesteld onderwor
pen". Zeker, zeker, maarde kans was
zoo schoon, de winst zoo groot, de verlei
ding zoo sterken zoo heeft menigeen
zijn geweten in slap gesust en zich op den
Smokkelhandel geworpen.
Financieel waren de resultaten meestal
gunstig. Maar wie zal schatten de moreele
schade, die geleden werd? Wie zal zeggen
lioevelen in en door dat bedrijf schade ge
leden hebben aan hunne ziel?
Daarna hebben we gekregen de hamster
manie. Het achterhouden en het tegen hoo-
gen prijs verkoopen van levensmiddelen
pn andere levensbehoeften.
Het profiteeren van de algemeene ellen-
'de.. Het partij trekken van den nood waar
in anderen verkeerden.
Wij zijn kortzichtige, weinig-wetende
mcnschcn.
En dat is maar gelukkig.
Want wanneer we alles wisten en alles
wat er op dit gebied misdreven is, als in
een spiegel voor ons zagen, we zouden
verbijsterd staan.
Maar gelukkig, ons weten is beperkt.
Hoe moet het ons echter in betrekking tot
dit kwaad te moede zijn, als we denken
aan dat ontzaglijke woord van den Ziener
op Patmos:en de hoeken werden ge
opend. De boeken, waarin ook deze misda
den staan opgeteekend!
De oorlog is voorbij.
De smokkelhandel is minder „loonend",
evenals de kettinghandel.
Maar nu is het weer de speculatie-woede,
die ons volk heeft aangegrepen.
De oude karaktertrekken komen weer
boven. De hartstochten zijn geprikkeld. Het
is de speelzucht die ons volk gevangen
houdt en naar beneden trekt.
Alles en een ieder speculeert. Groot en
klein. Kinderen zelfs zijn min of meer
door dit kwaad beneveld.
Mammon zwaait over ons volk als volk
'zijn scepter envelt zijn slachtoffers,
hier en ginds en overal.
Rustige, eerlijke arbeid die onder Gods
zegen, „dagelijksch brood" kan geven,
wordt steeds meer geschuwd. Het arbeiden
is voor de dommen,, de achterlijken, de
nienschen die hun tijd niet verstaan, die
niet uitgeslapen zijn.
Zóó spreekt de wereld en zoo spreken
ook tal van belijders.
De bede van Agur: „Armoede of rijkdom
geef mij niet, voed mij met het brood
mijns bescheiden deels", vindt af minder
weerklank.
„Begeerte" heeft ons aangeraakt en dies
danst alles om het gouden kalf en wordt
en keur van onze beginselen terzijde gezet.
Laten we toch niet de gevaren die hier
dreigen gering schatten en niet onze oogen
sluiten voor don afgrond die hier gaapt.
We spreken nu niet van de verliezen
die geleden zullen worden, van de gezin
nen die zullen worden geruineerd, al is dat
ook niet zonder beteekenis, maar we den
ken in de eerste plaats aan de moreele en
de geestelijke gevaren die hier dreigen.
We denken aan de toekomst van ons
volk.
Wanneer er geen kentering komt en de
speel- en dobbelzucht niet wordt beteu
geld, dan gaan we naar den afgrond en
zal met name het opgroeiend geslacht, de
rampzalige gevolgen niet ontgaan.,.
STADSNIEUWS.
NIEUWE LEIDSCHE COURANT.
Donderdag 1 April was voor de vrien
den van de Christelijke pers in Leiden en
Omstreken en het zijn er vele! een
heuglijke dag.
Nadat ontzaglijk veel voor-arbeid was
verricht én allerlei moeilijkheden veel
meer dan een niet ingewijde zich kan .in
denken waren overwonnen, zou nu ein
delijk het langverwachte Christelijke dag
blad voor deze omgeving Verschijnen.
Reeds vroeg in den morgen wapperde
vanuit het perceel Hooigracht 35, de Ne-
derlandsche driekleur, terwijl 'n zwart mar
meren plaat aan den gevel met groote gou
den letters meedeelde dat hier de Bureaux
der Nieuwe Leidsche Courant" zijn ge
vestigd.
Eon en ander trok zeer de aandacht van
het publiek.
Namens commissariessen werd aan de
directie als blijk van erkentelijkheid cn
waardeering voor den velen verrichten ar
beid een prachtig bloemstuk aangeboden.
Het hoofdmoment, van den dag was ech
ter toen in denl oop van den dag het eer
ste exemplaar van de „Nieuwe Leidsche
Courant" verscheen, niet klein en onbe
duidend, zooals door sommigen was ge
vreesd, -door anderen misschien gehoopt,
maar zóó dat niet weinigen kwamen
verklaren dat hunne verwachtingen verre
waren overtroffen. Reeds dit eerste num
mer toonde, dat de gedachte voorzit de za
ken flink aan te -pakken en aan alle
eischen die redelijkerwijze .gesteld kunnen
worden te voldoen.
Het behoeft geen betoog dat directie en
redactie hoe dankbaar ook over het ver
kregen resultaat nog niet geheel voldaan
waren.
Door den grooten en -onverwachten toe
vloed van advertentiën, verscheen het
eerste nummer, ondanks alle voorzorgs
maatregelen niet precies op tijd, terwijl ook
do bezorging hier en daar een weinig ha-j
perde.
De nieuwe machine htje zorgvuldig ook
gemonteerd, liep niet dadelijk onberispelijk.
Dit zijn-echter kleinigheden die naar ver
trouwd mag worden spoedig in orde zul
len komen.
Voor de vele vrienden dio behoefte heb
ban hunne belangstelling te toonen zal
daarvoor a.s. Maandag 's nam. ta drie uur
gelegenheid zijn.
H.H.'commissarissen hopen dan te reci-
pieeren in het gebouw aan de Hooigracht
en zullen dan gaarne particulieren en even-
tueele afgevaardigden vaii corporation ont
vangen. Tevens zal ei; dan gelegenheid
zijn de Bureaux in oogen^chouw te nomen.
En nu, de arbeid roept. Dag in dag uit
zij het een lange reeks van jaren moet
onze „Nieuwe Leidsche Courant" de we
reld in om de belangen yah de lezers te die
nen en voor onze schoorie beginselen het
pleit te voeren.
Wij doen nogmaals een dringend beroep
op onze lezers om ons nieuwe blad naar
vermogen te steunen.
Laat een ieder er toe medewerken dat
ons blad wordt bet grootste en het beste
plaatselijke orgaan in wijden omtrek.
Zegene God allen arbeid die tot dat doei
wordt verricht.
Leve, groei en bloei onze
„Nieuwe Leids cho !Couran t"!
De heer W. F. Schutter herdacht gis
teren dat hij voor 25 jaar- bij de gemeente
in dienst trad.
De jubilaris, thans bewaarder van den
stadscimmerwerf, die eveneens de lei
ding van de Leidsche Arbeidsbeurs heeft,
werd door het personeel van den Werf ge
complimenteerd en hem werd 'n stoffelijk
blijk van waardeering en erkentelijkheid
aangeboden. Ook de directeur, ambtena
ren en het personeel van gemeentewerken
boden den heer Schutter een cadeau aan.
Woensdag vierde de heer P. Mazu-
rel zijn 40-jarig jubileum in dienst bij de
firma Jongmans en Zonen. Dit feit werd
in stilte herdacht.
Woensdag werd alhier in een goed
bezochte vergadering van belangstellen
den tot de oprichting coner Volksuniver
siteit besloten.
In het voorloopig bestuur, waarin de
schillende richtingen vertegenwoordigd
zijn, werden benoemd: mej. H. Funke, dr.
II. J. de Wolff, dr. J. Pohlmann, J. Kruit,
Jac. Oudshoorn, mr, D. A. van Eck, dr.
D. E. Bosselaar, J. J. van Stralen, J. J.
Schaap, M. van den Berg, en P. Heems
kerk.
Het voorloopig bestuur zal beginnen met
de statuten te ontwerpen en een program
samen te stellen om daarna de leden bijeen
te roepen tot het nemen van definitieve
besluiten.
De Geneeskundige Staatscommissie
bevorderde gisteren tot arts de heeren A.
Bogaards, den Haag, en J. C. Becker, Lei
den.
De voorzitter van den Raad van Ar
beid, de heer Goslinga, is voor eenige da
gen uitstedig, zoodat zijn gewone spreek
uur op Woensdag ^.s. niet wordt gehou
den.
De heer Mr. II. II. E. Nord Thomson,
plaatsvervangende voorzitter, is gedurende
de afwezigheid van den voorzitter belast
met de leiding der werkzaamheden.
BINNENLAND.
Prinses Juliana.
Naar de „Msb." verneemt, heeft de heer
A. M. E. Overdijkink te Apeldoorn, gedu
rende de wintermaanden een fraai schim
menspel vervaardigd voor II. K. H. de
Prinses. Onlangs werd hij in de gelegen
heid gesteld zijn geschenk persoonlijk aan
aan te bieden. Het schimmenspel werd
door den heer Overdijkink met veel succes
aan de Prinses en Haar kameraadjes op
een kinderavondje vertoond.
Uitvoer van boter.
De Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel heeft bepaald, dat van de bo
ter, bereid door producenten, bedoeld in
artikel. 1 en artikel 2 van zijn beschikking
van 15 Augustus 1919, no. 3277, welke
zich schriftelijk hebben verbonden tot na
koming der verplichtingen, hun ingevol
ge genoemde artikelen opgelegd, zal mo
gen worden uitgevoerd 25 pet. der pro
ductie over de week van 21—28 Maart j.l.
Suikerbons.
De minister van landbouw maakt be
kend, dat in het tijdvak van Maandag 5
April tot en met Zondag 11 April e.k. gel
dig zullen zijn bons no. 20 en 27 der Rijks-
suikerkaart.
Wittebroodkaarten.
De Minister van Landbouw heeft bepaald
dat voor de 34e broodkaartenperiode als
wittebroodkaarten, aanvullingskaarten
voor wittebrood en dagbroodkaarten zullen
gelden de in de distributieregeling van 29
Augustus j.L bedoelde kaarten van ver
schillende kleuren en wel:
voor het 133e tijdvak de zwart-gekleurde;
voor het 134e tijdvak de rood-gekleurde;
voor het 135e tijdvak de blauw-gekleur-
de en
voor het 136e tijdvak de bruin-gekleurde.
Deze kaarten hebben een paarsen onder
grond.
De directeur van het Rijksbureau voor
dve Distributie van Graan 'en Meel maakt
bekend, dat als wittebroodkaart voor het
132ste tijdvak, hetwelk loopt van 4 tot. en
met 12 April a.s., zal dienen de Rijksbrood
kaart in de paarsche kleur op grijzen on
dergrond.
De bons dezer kaart zullen evenwel reeds
op 3 April a.s. geldig zijn.
Régeling treinenloop.
In verband met het te verwachten
drukke reizigersvervoer met Pasehen zijn
door de spoorwegen de volgende maatrege
len genomen:
Op Zaterdag 3 April loopen talrijke voor-
en volgtreinen gedurende den geheelen
dag.
Op Zondag 4 April zijn verschillende
extra-treinen ingelegd, voornamelijk in
den voormiddag.
Op Maandag 5 April loopen voor- en
volgtreinen, hoofdzakelijk in den namid
dag.
Op Dinsdag 6 April zijn meerdere extra-
treinen ingelegd.
In het algemeen loopen de voortreinen 8
minuten vroeger dan de hoofdtrein, zijn de
hoofdtreinen in vertraging, dan loopen de
voortreinen in de dienstregeling van den
hoofdtrein; in dit laatste geval wachten te
Amsterdam C.S. velschillende treinen wel
de aansluiting van den voortrein, maar
niet van den anderen trein af.
De Nederlandsche Handel.
In artikel 23 van het Volkerenbond
verdrag wordt bepaald, dat de leden de
noodige beschikkingen zullen nemen om
een gelijke behandeling van den handel
van alle leden van den Volkerenbond te
verzekeren.
Het bestuur der Verecniging „Het Vrije
Ruilverkeer", waarvan de oud-minister van
Financiën mr. Anton van Gijn voorzitter
is, heeft naar aanleiding hiervan een
schrijven tot den minister van Buitenland-
sche Zaken gericht om hem met aandrang
in overweging te geven, dat Nederland,
als „een liandelsstaat bij uitnemendheid"
het initiatief zal nemen tot internationale
besprekingen om aan deze verdragsbepa
lingen uitvoering te geven, is het dan voor
loopig nog slechts in dien zin, dat „over
eenstemming werd verkregen omtrent een
zeker algemeen maximum dat als belas-,
ting bij den invoer van goederen uit een
land door een anderen staat mag worden
geheven en \\^lk maximum zóó laag zou
moeten worden gestéld, dat zij nauwelijks
een ander dan een zuiver fiskaal karoktc^
zou kunnen hebben."
De Transportstaking.
Ook de Ned. Federatie van Transport*
arbeiders heeft zich tot onderhandelen b«a
reid verklaard en heeft gisteren aan mini
ster Aalberse het volgende telegram ge^
zonden:
„Hoewel het standpunt van de Ne<?.
Federatie, in zake arbitrage Uwe Excellen
tie bekend is, zijn wij in gevolge uw ver=
zoek ter conferentie van 26 Maart bereid
een bijeenkomst bij te wonen, waar ook dc
werkgevers vertegenwoordigd zijn om eej£
grondslag te vinden voor beëindiging vak
het conflict".
De hoofdbesturen der Scheepvaart-
Vereenigingen Noord cn Zuid deelen me
de, dat zij in Verband met den grooten
aandrang door stakende havenarbeiders
op de werkgevers geoefend om de bedrij
ven weder open te stellen, gisteren heb
ben besloten aan dien wensch gevolg tü
geven, met dien verstande, dat de arbeid
onmiddellijk kan worden hervat op de
oude voorwaarden, zoodra tusschen de
Sclieepvaart-Vereenigingen en de organi
saties overeenstemming zal zijn bereikt
omtrent de algeheele opheffing van den
boycot van Nederlandsche schepen door
arbeidersorganisaties in buitenlandsche
havens.
Zoodra voorts overeenstemming zal zijn
verkregen omtrent de nieuwe loon- en ar
beidsvoorwaarden, welke door de werk
gevers op 19 December 1919 zijn aangebo
den, zal aan die nieuwe looricn terugwer-.
kende kracht worden verleend tot op den
datum waarop de arbeid als bovenstaand
is hervat.
Op de verschillende terreinen te Am
sterdam wordt het werk door werkwilligen
geleidelijk hervat. Bij de Maatschappij
„Nederland hebben nu ook 50 bazen en-
onderbazen, die zich bij de staking had
den aangesloten het werk weer opgeno
men.
Goederenvervoer.
Tot nader order worden geen ijl- en
vrachtstukgoederen naar Amsterdam ten
vervoer aangenomen, uitgezonderd ijlstuk-,
goederen niet meer wegend dan 200 Kg.
per colli benevens wagenladingen ijl- en
vrachtgoed, wanneer afzender bij aanbie
ding ten vervoer eene verklaring van ge
adresseerde overlegt, waarbij deze ver
klaart zelf voor wegvoer der lading on
middellijk na aankomst zorg te zullen
dragen.
Allezendingen ijl- en vrachtgoed,
wagonladingen en stukgoed naar en tran
siet de lijnen van den Franschen Noor
derspoorweg, worden voortaan zonder
voorafgaande machtiging ten vervoer aan
genomen.
Geen vervoer naar Duitschland kan
plaats hebben, met uitzondering van:
1. IJl- en vrachtstukgoederen naar Duit-»
sche stations.
2. Wagenladingen, aardappelen naar de
grensstations, adres Reichskartoffelstelle,
Dusseldorf.
3. Wagonladingen versche visch. vleesch,
vet. vetstoffen, melk en margarine naar
Duitsclie stations.
4. Wagenladingen andere goederen als
ijl- of vrachtgoed, waaronder versche
groenten, naar Duitsche stations, mits met
Bescheinigung van het Duitsche gezant
schap. Dit vervoer is beperkt tot bijzonder
dringende gevallen. De hier bedoelde Be-
scheinigungen moeten gedateerd zijn na 29
Maart 1920.
5. Levensmiddelen naar Oostenrijk iri
extra-treinen van 50 wagons over Dalheim.
Bovenstaande bepalingen zijn alleen van
kracth, voor zooverre op het slation van
FEUILLETON.
EEN VERWOEST LEVEN
door HUGO KINGMANS.
(Nadruk verboden.)
't Zou alleen kunnen gebeuren, dat baas
Sinke, vóór zij wegging, haar moeder een
bezoek bracht en haar dan intusschen „ka
pittelde".
Ze zou echter probeeren, „er tusschen
.uit" te geraken, als het zoover was. Ze was
toch ook geen kind meer! 't Was reeds vol
doende vond zij dat haar moeder haar
onder handen nam met haar-gaan-naar-de-
stad, toen zij dat verlangen kenbaar
maakte.
Daar had baas Sinke niets mee te ma
ken, oordeelde zij. ITij nam nu wel, nu de
predikant gestorven was, de allures aan, of
hij de predikant was, maar het zou nog
zeer te bezien staan, of in de toekomst een
predikant zou beroepen worden, die van
zijn (Sinke's) richting was!
Al meer en meer werd in de gemeente
verlangd naar een vrijzinnige prediking,
die don menschen voorhoudt, dat ze maar
braaf moesten leven en dat het dan wel in
orde zou komen. Iedereen, die deugdzaam
wilde leven, zou God in Zijn genade wel
aannamen. In de vacature trad dan ook
vaak een moderne predikant op, zeer te
gen den zin van baas Sinke.
Zooals vanzelf spreekt, gaf dit optreden
verdeeldheid in de gemeente. Een groepje
scheidde zich af en vormde een apartje,
dat vergaderde bij één hunner in de ruime
kamer. Er werd gemompeld, dat haas
Sinke, hoewel hij Kerkvoogd was, zich
verbazend tot dat clubje voelde aangetrok
ken!
Marie's moeder was ook steeds van de
partij, reeds van het begin af aan. Dat had
Marie niet verwonderd. Maar zij ging niet
mee. Zij was in de „Groote Kerk" gedoopt,
had ze belijdenis afgelegd en naar die Kerk
zou zij blijven gaan.
Temeer, omdat de „nieuwe richting"
tweemaal per Zondag bijeenkomst hield en
in de Hervormde Kerk gebeui'de dit maar
éénmaal.
Dat vond Marie trouwens ook voldoende.
Waar was in den Bijbel te lezen, dat er op
Zondag tweemaal godsdienstoefening ge
houden moest worden?!
Maar enfin, ze ging nu weg van dit
praatjes-nest-van-een-dorp met z'n on-
eenigheid in kerkelijke zaken.
Ze ging nu. naar een groote stad. Daar
had je natuurlijk ook die vei'schillen, dat
sprak vanzelf, maar och, dat merkte je
niet.
Bovendien: als je daar eens een keer uit
de kerk bleef, dan kraaide er geen haan
naar. Maar hier. Hier was het in de aller
eerste plaats moeder al, die er captie op
maakte. En den volgenden morgen was
het natuurlijk vrouw Bakx, die van ieder
een en tot iedereen wat te zeggen had, die
vragen zou: „Was je gister ziek, dat je niet
in de kerk was?"
En als het eens enkele malen achtereen
voorkwam, dat je de kerk verzuimde, dan
had-je al gauw den dominee op bezoek!
Och, 't was een heele goeie man, in z'n
leven, daar niet van, maar hij raakte oud
en uit z'n tijd!
't Beste was dan ook maar, dat-ie gestor
ven was. Nu kon de gemeente zich uitle
ven en zich ontwikkelen in een richting,
die zij wilde. Dat was de eenigste oplossing
om een gezonden toestand te krijgen.
Zoo volgde Marie den gedachtengang
van boer Jorissen, bij wien zij diende. Want
men meene niet, dat dit allemaal oor
spronkelijke gedachten van Marie waren!
't Meisje vond het eigenlijk niet de
moeite waard, zoo diepzinnig over kerke
lijke toestanden na te denken.
Den laatsten tijd had zij maar ééne ge
dachte. die haar onophoudelijk vervolgde:
zoo spoedig mogelijk uit het dorp. waar het
haar begon te vervelen, weg te komen.
Dan was ze ook met goed fatsoen af van
Jan Folmer, die haar ook ging vervelen.
I Och, hij was een goeie sul en een echt boe
renmeisje zou wel gelukkig met hem zijn,
daaraan twijfelde zij niet, maar hij was
niets voor haar.
Zij beeldde zich ih, dat zij geen meisje
van het land was, hoewel zij er geboren en
getogen was, evenals haar voorouders tot
in talrijke geslachten.
Maar Marie droeg hartje en hoofdje wat
hoog. Ze zou, ze móést nu eenmaal naar
een groote stad. Daar zou allicht een bete
re partij te maken* zijn, dan Jan Folmer
was.
Hij had (even moest zij nog glimlachen,
als zij er aan dacht) de stohte schoenen
aangetrokken en haar „gevraagd".
Maar voor eens en altijd had zij hem te
verstaan gegeven, dat hij nooit op haar
behoefde te rekenSn.
Terneergeslagen had de arme jongen
zich van haar afgewend. In z'n keel zat
een krop; hij kon niet meer spreken.
Waaraan had hij zoo n minachtende be
handeling verdiend?
Toen Marie hem zoo zag. had zij een
oogenblik spijt van haar wel-wat-liarde
woorden, - wilde zij liem terugroepen cn
zeggen, dat het niet zoo erg was bedoeld,
maar dat zij toch niet op z'n verzoek kon
ingaan.
Maar die betere opwelling was direct
weer verdrongen. Ilii moest eens gaan den
ken! Neen 't was maar beter zoo. Nu wist
hij 't in éénen en zou haar niet meer lastig
vallen.
En hij viel haar ook niet meer lastig,
hoewel ze, daar beiden bij dcnzelfden boer
dienden, elkaar dagelijks spraken. Dat hij
zich echter niet meer aan haar gelogen
liet liggen, verdroot Marie eigenlijk nog
meer, want haar ijdelheid zou ten zeerst©
gestreeld zijn, wanneer hij nog een paar
maal pogingen had aangewend!
Ilij deed het echter niet, maar verdroeg
z'n smart mannelijk, sprekende met haar
over ge^vone, dagelijksché. zaken, alsof er
niets was gebeurd.
Toch schokte het 'n oogenblik in hem.
toen zij vertelde, dat zij het dorp verlaten
ging en in de stad ging dienen.
Hij voelde, dat hij het zeggen moest;
neen, zonder een waarschuwing zijnerzijd»
kon hij haar niet laten gaan, hoewel zij
hem smadelijk had bejegend.
„Je moet het zelf weten, Marie, maar ilc
waarschuw je voor de gevaren van eenr
groote stad." En eenigszins verwijtend: ..Ik
begrijp ook niet, dat je een arme weduw^
als je moeder, kunt verlaten."
(Wordt vervolgd)*