LI BIJVOEGSEL fir f» es «ra itj behorende bij de Leidsche Courant van 14 April. 1890. vanf 18 rbei cho i »EB] of bij I. ViN rtsI £)en 17en dezer zal door leden der ar, /[of> 8taten van Noord-Brabant een lid mlejor de eerste kamer gekozen worden voor plaats, opengevallen door het overlijden den heer Smits. Als eandidaat werd |s genoemd de heer mr. Jac. v. d. Bie te Giuneken. Deze heeft echter, naar Centrun verneemt, daarvoor bedankt. ljJaD9 moet in aanmerking komen de heer O.lOf, Merkelbach, fabrikant te Breda en lid e Dl provinciale staten. De eerste luitenant der infanterie P. ur, /I Bosboom wordt, op zijn verzoek, tegen Augustus a. s. outheven van zijne functie de pupillenschool en ingedeeld bij bet omm, teg. infanterie. JL De majoor van het Indische leger ret Iruiusnaa zal bij gelegenheid van bet 75- 1 jg bestaan der Militaire Willemsorde voor icden der Kon. Vereeniaing „Het Eere- eu voor Belangrijke Krijgaverrichtingen" 's-Gravenhage, onder wie zich ook ver- lillende ridders der Willemsorde bevinden, OMHane lezing houden. Tot bijwoniug daarvan "lal ailgenoodigd worden de eenige ridder Jd, beneden den rang van officier, wonende Winterswijk. De Nederl. Studenten Roeibond zal 1 ii a. s. zijn jaarlijkschen universiteits-roei- Istijd te Haarlem houden. De toestand van den kunstschilder iboom die door een beroerte getroffen is, ift nog hoop op herstel. De afdeeling Zuid-Holland der Neder- idsche Jacht-vereeuigiug Nimrod zal dezen erin Den Haag eene houdententoonstel- geding houden, neip— Met het stoomschip „Conrad" zijn 46 )ndeiPili'a'ren vaderland teruggekeerd, al- op 5 na gepensioneerd, 't grootste ge ile tengevolge van bekomen wonden, bij legenheid van het ten vorigen jare geleden 'P Hhec bij Kotta Pohama, waarin de kapitein i den generalen staf Von Geurau en de 188ijitenants Veerman en Hageman sneuvelden. Door bet gerechtshof te 's Qravenhage ter vervulling van een vacature van adsheer in dat college, opgemaakt de na kende alphabetische lijst van aanbeveling: jr. W. A. 't Hooft, mr. W. J. Karsten en Pe%. E. P. Schorer, rechters in de arrond.- chtbaoken te HaarlemRotterdam en iddelburg. Prins Roland Napoleon heeft aan de bliotheek voor de officieren van het regi int grenadiers en jagers 2 boekwerken Ïhfjjken, getiteld: Le glacier de l'Aletsch Ie lac de Marjelen", en „Le premier lissement des Neerlandais Maurice", an Z. H. is namens de officieren van corps daarvoor dank betuigd. (2). v. Z.-ü. en 's Gr.) Bij de maatschappij tot exploitatie ,4. staatsspoorwegen zijn thans in gebruik gemengde le en 2e klasse, één 8e esse en vijf postrijtuigen, voorzien van j «verlichting. Men schrijft aan de Haarl. Ct. uit [OES recht. )est| Heden, den llden April, hebben wij we- jj# een stadgenoot, den beer J. D. Ludwig, leende aan het Predikheerenkerkbof, die m*m ^zeldzame voorrecht geniet zijn lOOsten et gfciiardag te herdenken. De oude heer 'e i Nte, van wien wij onlangs het een en en :tr hebben medegedeeld, is dus niet de nge honderdjarige hier ter stede meer. Mienaardig was de opmerking, door dezen tste kort geleden gemaakt, toen men hem ■krij- 'telde dat ook de heer Ludwig spoedig 2,- ii honderdjarigen leeftijd zou bereiken. ;ons ij kan mij toch niet meer inhalen", >Ood dde toen het zeer naïve antwoord. :h I alle Mil fffi 65 capf 1 fab lijk 'De heer Ludwig werd den llden April geboren. Zijn vader, eeu hartstoch- aanhanger der Prinsen van Oranje, lek indertijd met Prins Willem V naar H ^geland uit. Op jeugdigen leeftijd werd h®er Ludwig bij den heer Van Basten, jWïiudsmid, in de leer gedaan. Op zijn 24ste trad hij in bet huwelijk en vestigde f if. oen als goud- en zilversmid in de 'rans, van waar bij later naar den hoek Schoutenstraat en Ganzenmarkt ver- 'M 'i'- 'c Daarna nam hij van den heer «itiï the uneek eene kashouderij over, thaDS ,u tg onder zijn naam gevestigd aan de Oude 'lacht "over de Jansburg. iiji Reeds 80 jaren leeft de heer Ludwig als ■ij a ®hteloos burger, eerst op de buitenplaats liotl rHet Sterrebosch", thans bewoond door 0«4i tnr. '8 Jacob, thana aan het Predikheeren- l'j" Brkhof, een der vredigste en liefelijk -ilommerde straten onzer stad. Zijn gezin bestaat, behalve hem, uit een zoon en eene dochter, benevens beiendenpersoneel. De heer Ludwig verheugt zich m eene uitstekende gezondheid en een helderen geest. Met bet groolste genoegen herdenkt bij verschillende feiten uit zijne rijke onder vinding eu toont daarbij een scherp geheugen te bezitten. Niet alleen over het verleden, maar en dit is bij een zóó hoogen leeftijd zeer opmerkenswaardig ook omtrent de vraagstukken van den dag beeft hij een gezond oordeel. Zijne particulieie zaken worden alle nog met de meeste stiptheid en nauwkeurigheid door hemzelf behandeld en geregeld. 'Toch beginnen zich de gebreken van den ouderdom te vertoouen, waut gezicht en gehoor namen in den laatsteu tijd sterk af. In den afgeloopeu winter heeft de jubilaris een zwaren aanval van de influenza te verduren gehad. Werden in den laatsten tijd te Steen wijk de bijeenkomsten van het L^g-r des Heils" ongemoeid gelaten, op tweeden Paasch- dag ziiu die weder door ongeregeldheden ge- I stoord. De hulp der politie moest worden ingeroepen, die dan ook de rumoermakers uit de vergaderzaal verwijderde. Dezcu wer den daardoor zoo opgewonden, dat zij alle ruiteu inwierpen en de paueelen uil de deur trapten. Door het optreden van de maré chausée werden verdere ongereldheden voor komen. Van eeu en ander is proces-verbaal opgemaakt. Het Haarlem's Dagblad bevat onder het opschrift„Een dapper ofiicier en een nuttig burger", het volgende: In den laatsten tijd heeft zich de aan dacht herhaaldelijk gevestigd op den bur gemeester vau eeu gemeente, die in den eersten rang staat van de fabrieksplaatsen in ons land, namelijk Enschedé. De heer T. Van der Zee (dit is de man dien wij bedoelen) werd bij de ongeregeld heden die eenige jaren te Enschedé voor vielen, wegens de kordate en verstandige manier van optreden, benoemd tol ridder in de orde van den Nederl. Leeuw, terwijl uu nog slechts weinige weken geleden op nieuw zijn naam eervol werd vermeld, bij gelegenheid van een paar werkstakingen in Twente. Bij die gelegenheid werd hem bet officierskruis der Eikenkroon toege kend. Vóór bij zijn nuttigen werkkring in En schedé aanvaardde, had hij het burgemees ters-ambt in Mounikendam vervuld. En véór hij de gemeente Monnikendam be stuurde, had zijn kloeke vuist de sabel ge zwaaid in Atjeh en bad hij eeu wapenfeit volvoerd, dat nog lang zai voortleven in de herinnering van ieder militair. De le luit. J. P. Schoenmaker beschreef in het weekblad Tubantia van Juni '87 dit wapenfeit, dat plaats had bij de verove ring van Sosrian in 1874. Hieraan ontleeuen wij het volgende: Tegen 6 uur kwam de colonne op de plaats harer bestemming en werd de ver- eenigde macht in twee deelen gesplitst: eene aanvalscolonne en een reserve. De reserve sterk 1compagnie, zoude onder majoor Groos te Blang-Oë stelling nemen, de an dere colonne was bestemd om onder majoor Phaff den kampong Soerian aan te vallen en te nemen. De bevelhebber, vergezeld van zijn staf, leidde de onderneming. Omstreeks 6| uur donderde het geschut uit Kotta-Radja en Blang-Oë om het ge vecht in te leiden. Tegen 7 uur klonk het signaal „voorwaarts" en de aanvals colonne zette zich in beweging. De voor hoede werd gevormd door een compagnie infanterie, 1 sectie artillerie, 1 sectie mi neurs. De voorwacht, ouder bevel van den leu luitenant T. Van der Zee, bestond uit: 1 Europ. en 1 Afrikaansche onderofficier, 8 Europ. en 8 Afrikaansche fuseliers, daaraan werden eenige sappeurs toegevoegd. De marsch werd zeer bemoeilijkt door dicht begroeide paggers (heggen) die na tuurlijk eerst moesten opengekapt worden, zoodat men slechts langzaam vorderde. Ein delijk zag men het N. gedeelte van Soerian voor zich; een natte sawa scheidde beide kampongs. „Mannen, daar ligt Soerian", zeiden de officieren en onze brave soldaten begrepeD, wat in deze korte woorden opge sloten lag. Strijdlust schitterde in aller oogen en de Afrikanen lieten in een on- heilspellenden lach hunne witten tanden zien. De infanterie) der voorhoede werd be volen de sawah over te trekken; ondanks een hevig vuur bereikte zij iu goede orde deu kampongrand, en stuitte nu op een pagger. Ten einde den hoofdtroep te dek ken werd de artillerie in batterij gesteld, en onder bescherming van dat vuur trok ook zij de sawah over. Zonder veel verliezen gelukte het de voor wacht het daarachter gelegen open terrein van pl. m. 50 M. in het vierkant te berei ken. Omgeven door een dichte bamboe doerie versperring bevond zich aan de overzijde dier vlakte een geduchte vijandelijke ver sterking; ter rechter- en linkerzijde daarvan, loodrecht op 't front, verschillende ingra vingen en tirailleursputteu, van waaruit de onzen beschoten werden. De troepen stonden in de meest ongunstige positie, de vijaud daarentegen beschikte over eene prachlige stelling, die een frontaauval bijna onmogelijk maakte. Van terugtrekken was natuurlijk geen sprake, evenmin mocht men zich ui een vuurgevecht wikkelen met den zoogoed gedeklen vijaud. Stormen en met de bajonet aanvallen was in dergelijke omstandigheden steeds de ge wounte en werd ook nu beprotfd. Ter nau- wernood had de voorhoede de voorwacht gevolgd, of het signaal „avanceeren iu den iooppas" weerklonk. Van der Zee, die zooals wij gezien hebben, de voorwacht commandeerde, beproefde de vetslerking in de achterflank aan te vallen, in de veronderstelling hier eeu geschikter punt aan te treffen om te kunnen stormen. Met kalmte en beleid wist hij deze om trekkende beweging uit te voereu, maar was een frontaauval onmogelijk, ook de achter flank werd door zware bamboe-doeries storm vrij gemaakt; het kleine troepje, dat hij leidde, v i rd allengs door 's vijauds vuur aaumerkelijk gedund, maar de moed ontzonk hem niet. Van der Zee trachtte het eerst door de versperring te dringen, llij wierp zich iu de bamboe doeries en zonder de scherpe doorns te vreezeu, wrong hij zich door de itieenge- groeide twijgende sabelkwast hield hij in den mond en sleepte zoo de sabel met zich mee. Na bovenmenschelijke inspanning bereikte hij al kruipende het buitentalud; gezicht en handen droegen reeds de bloedige sporen der scherpe doeries. Hier richtte hij zich op tusschen twee bamboekokers (schietgaten) waaruit hevig gevuurd werd, stapte vervolgens op die kokers en sprong op de borstwering. Omziende bemerkte hij dat geen der man schappen hem was kunnen volgen; vloekende en razende stoudeu zij nog voor de ver sperring, die zij, door hun zwaardere bepak king belemmerd, te vergeefs trachtten door te komen. Een Europeesch ouderofficier riep hem toe: „Bij God, luitenant, spring er af, wij kunnen niet bij u komen I" Maar Van der Zee dacht aan geen wijken, en ai floten honderden kogels om hem heen, al kwamen een menigte Atjehers met klewaug en lans op hem af, llij hield stand en met den revolver in de eene en de sabel in de andere hand, staat onze held zijn overmach- tigen vijand af te wachten. Weldra was hij handgemeenelk 6chot uit zijn revolver bout portant gelost, trof een vijand, elke sabelhouw maakte een tegenstander weerloos. De kapitein Perelaar, inmiddels met zijn troep genaderd, ziende in welken oiigelijkeu strijd Van der Zee gewikkeld was, spande alle krachten in, om met de zijnen te na deren, maar te vergeefs en riep daarom dat Van der Zee de borstwering moest afspringen. Doch Van der Zee bleef moedig stand houden. Het ontzettend schouwspel, een officier tot mikpuut te zien van den wreeden vijand, bracht de soldaten schier tot razernij; woe dend sloegen zij met de kolven der geweren in den ondoordringbaren pagger, zonder dezen te kunnen vernielen. Daar op de borst wering stond eeu moedig zoon van oud- Nederland, ons schoon devies „Je maintien- drai" getrouw, gaf hij den strijd niet op en wijdde zich liever ten dood dan zich ge wonneu te geven. Ofschoon reeds gewond door een klewang- houw in deu hals, een lanssteek in de borst en in het aangezicht, tevens door een schot in het been, vocht hij, als een leeuw zoo moedig, tegen dezen steeds talrijker wor denden vijand. Nu trof hem een schot in de linkerhand waardoor de revolver hem ont viel, maar met het zwaard in de rechter vuist wist hij nog wonderen te verrichten. De natuur eischte echter hare rechten: door bloedverlies verzwakt, voelde Van der Zee zijne krachten afnemen. Eenige geweren op hem gericht, weerde hij met een laat sten slag af, toen een schot zijn borst door boorde. Sabel, revolver en pet in de ben- ting latende, stortte hij achterover, gelukkig aau onze zijde van de borstwering. Onder een luid gejuich, Diet ongelijk aan het gebrul van verscheurende dieren, spron gen de Atjehers naar voren om den dappe ren luitenant te grijpen, natuurlijk om hem aau stukken te hakken, want moed weten zij niet te eeren, die barbaren! Onze sol daten, die door de mineurs geholpen, ein delijk de versperring machtig waren gewor den, kwamen nog juist iutijds om Van der Zee op te nemen en naar de ambulance te transporteeren. „Schreeuw maar zoo hard niet," riep een reusachtige Afrikaan den Atjehers iu het maleisch toe, „straks zult ge het ons ver antwoorden, gladakkers 1" eeu schot uit de benting was het antwoord hierop, doch de kogel raakte slechls de klep van zijn pet, onze Afrikaan grijnsde als eeu tijger en zou op de borstwering gesprongen zijn, zoo het signaal „retireereu" hem niet genoodzaakt had terug te trekken. Eerst toen de hoofdmacht gekomen was, hernieuwde men den aanval en veroverde na een verwoed gevecht de versterking. Zooals wij gezien hebben, werd de luite nant Van der Zee zwaar gewond naar de ambulance gedragen. Na maanden in het hospitaal te zijn verpleegd, beproefde hij zijn dienst te hervatten, inaar te vergeefs. Versierd met onderscheidene zware lid- teekenen, door kogel-, klewang- en laoswon- den veroorzaakt, alsmede met de Militaire Willemsorde en andere teekeueu van onder scheiding, keerde dan Van der Zee in het vaderland terug, waar hem nog een kogel uit de borst werd gehaald, om toen met denzelfden jeugdigen inoed de heer Van der Zee is pas ruim 40 jaren te gaan arbeiden voor de burgerij wier welzijn te bevorderen thans zijne taak en, laten wij het er dadelijk bijvoegen, blijkbaar ook zijn lust werd. Ook te 's-Bosch doet zich eeu geval van nona voor. Eene 86-jarige «rouw, mej. V„ slaapt sedert jl. Zaterdag. Een paar maanden geleden werd door den gemeenteraad van Breda op initiatief der gascommissie de bezoldiging van den heer dr. Neurdenberg, directeur der gasfabriek, met f 500 verhoogd, zonder dat de betrok kene daartoe aanzoek had gedaan. Eenige weken daarna solliciteerde dr. Neurdenberg naar de directeursplaats te Utrecht, echter zonder gunstig gevulg; daarna solliciteerde onze directeur naar Leiden, waar hij toen benoemd werd. Wanneer men nu nog weet, dat, ten genoege van den directeur, op ge- meeutekosteu eeu groot, prachtig huis tot woning voor hem gebouwd is, dan inag men toch wel zeggen, dat de commissie der gas fabriek niet veel pleizier heeft van hare be- moeiiugen voor dr. Neurdenberg. {Maasbode.) Bij een hevig onweder sloeg eergisteren de bliksem in den toren van het grensdorp Havert bij Sittaid, tengevolge waarvan toren eu kerk zwaar zijn beschadigd. Het steenkolenvervoer uit Pruisen is weder in vollen gang. Donderdag liepen tus8chen Maastricht eD Venloo niet minder dan 6 extra steeukolentreinen van eu naar België. BUITENLANDSCHE BElilOIITEN. PitANKRIJ K. De minister van oorlog De Freycinet heeft zijne inspectiereis tot het laatst van deze maand uit esteld. 8PANJ E. De heer Alix zeide iu de gisteren ge houden zitting van de kamer van afgevaar digden, dat bij de ongeregeldheden te Va lencia de oproermakers gedurende zeven uren meester van de stad waren. De minister van binueDlandsche zaken antwoordde, dat de regeering het voorge vallene betreurt, maar dat de berichten der dagbladen overdreven zijn. De heer Alix heeft daarop eene interpel latie tegen heden aangekondigd. De markies Sardoal ondervroeg de regee ring over de gebenrteuissen te Valencia. Naar zijn inzien hadden zij een staatkundig socialistisch karakter, gelijk bleek uit den aangeheven kreet: leve de republiek I De miuister van buitenlaudsche zaken ant woordde, dat de regeering tevreden was over de houding der overheid van Valen cia, en dat velen der oproermakers gevat waren. De heer Lasala diende een motie in, waarbij de regeering wordt gelaakt, omdat zij in de zitting van gisteren de monarchie niet krachtig heeft verdedigd. Volgens te Madrid ontvangen bericht was gisteren te Valencia alles rustig. De orde is te Valencia hersteld, zoo dra de troepen de stad balden bezet. De markies Cerralba zal deu stad Valencia ver laten. PORTUGAL Oraaf Valencas is benoemd tot Por- tugeesch gezant te Weenen, ter vervanging van graaf Valmar. ITALIË. Alle avondbladen laten zich, sommige in zeer sterke bewoordingen, afkeurend uit over de uitzetting nit Rome van den heer Lavalette, correspondent der Agence Havas, eu van den heer Orünewald, correspondent der Frankfurter Zeilung. DUITOCHLAIV». De niet-socialistische ambachtsver- eenigingen, wier aaDtal leden 63,000 be-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1890 | | pagina 3