Bareel: Kcheepmakerssteeg 6
Uitgevers: ©ebroeders Muré.
NATIONALE MILITIE.
1
rT=-3i
Hg
1
i
|p3f
T-:
"lc"&:Sat3Ü*$
i m
in
Mill VVS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
n a i e H r a ri i v e r s c ii ij 111 dadelijks, be Si a I v e op Z o 11- «a p e e s t d a e s».
A B 0 II 19 E 1 E Fd T
Vooi Leidenper 5 maanden1.25.
Franco door het «eheele rijk, er 2 maanden 1.60.
Prijs «er Summer 10 Ont.
Maandag 30 December 1889, 305.
ASVEBÏEüTIEM:
Van 6 regels f 0.90.
Elke regel meer0.15.
(Jroote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, k contant, zonder rabat, per regel 0.10.
203e Jaargang.
dit Nummer behoort een
BIJVOEGSEL.
S tail s- Berichte
Inkomstenbelasting 1889.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van Leiden brengen in herinnering dal met 81
December a.s. de zevende termijn vervalt van
de Inkomstenbelasting en dat alzoo op 1
Januari a. s. de geheele aanslag moet zijn
voldaan. Zij noodigen mitsdien de belang
hebbenden uit om, ter voorkoming van ver-
volgingskostentot de betaling van het
verschuldigde ten kantore van den Gemeen
teontvanger over te gaan.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd
DE KANTER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 27 December 1889.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN,
Gelet op artikel 19 der Wet van den 19den Augus
tus 1861 Staatsblad N°. 72), betrekkelijk dc Natio
nale Militie;
Herinneren hen, die op den lsten Januari 1890 hun
19de jaar zullen zijn ingetreden en alzoo de geborenen
in het jaar 1871, alsmede hen, die eerst na hel
intreden van hun 19de jaar, doch vóór het volbren
gen van hun 20ste, ingezetenen zijn geworden, de
verpliehling tot hel doen van de aangifte voor de
nationale militie, in de maand Januari 1890.
Zij geven daarbij kennis:
dat, wie moet worden ingeschreven en wie \oor
ingezeten wordt gehouden, omschreven is hij de arti
kelen 15 en 20 van genoemde wet, dus luidende:
Art. 15.
Jaarlijks worden voor de militie ingeschreven all
mannelijke ingezetenen, die op den l8ten Januari van
het jaar hun 19de jaar waren ingetreden.
Voor ingezeten wordt gehouden
1°. hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens
moeder, of, zijn heiden overledenwiens voogd
ingezeten is volgens de wet van den 28slen Juli
1850 (Staatsblad n°. 44);
2°. hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedu
rende de laatste, aan het in de eerste zinsnede
van dit artikel vermelde tijdstip voorafgaande,
achttien maanden in Nederland verblijf hield;
3°. hij, van wiens ouders de langstlevende ingezeten
was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij
binnen het Rijk verblijf houdt.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemde
ling, behoorende tot ccnen Slaat, waar de Nederlan
der niet aan den verplichten krijgsdienst is onderwor
pen of waar ten aanzien der dienstplichtigheid het
beginsel van wederkeerigheid is aangenomen.
Art. 20.
Hij, die eerst na het intreden van zijn 19de jaar,
doch vóór het volbrengen van zijn 20ste, ingezeten
wordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats heeft, ter
inschrijving aan te geven hij Burgemeester en Wet
houders der gemeente, waar dc inschrijving, volgens
art. 16, moet geschieden,
dat, wie niet wordt ingeschreven, is bepaald hij
art. 17, van den volgenden inhoud:
Voor de militie wordt niet ingeschreven:
1°. de in een vreemd Rijk achtergebleven zoon van
een ingezeten, die geen Nederlander is;
2°. de in een vreemd Rijk achtergebleven ouder- I
looze zoon van een vreemdelingal is zijn
voogd ingezeten;
3°. de zoon van den Nederlanderdie ter zake
van 's lands dienst in 's Rijks overzeesche be
zittingen of koloniën woont;
dat, in welke gemeente men moet worden inge
schreven, te vinden is in art. 16 der wet, waarhij
is verordend
De inschrijving geschiedt:
1°. van een ongehuwde in de gemeentewaar de
vader, of, is deze overleden, de moeder, of,
zijn heiden overleden de voogd woont
2°. van een gehuwde of van een weduwenaar in de
gemeente waar hij woont;
3°. van hem, die geen vader, moeder of voogd
heeft, of door dezen is achtergelaten, of wiens
voogd buiten 's lands gevestigd is, in de ge
meente waar hij woont;
4°. van den huiten 's lands wonenden zoon van een
Nederlander, die ter zake van 's lands dienst
in een vreemd land woont, in de gemeente,
waar zijn vader of voogd het laatst in Neder
land gewoond heeft.
Voorts, dat, door wie de aangifte moet worden ge
daan te vinden is in art. 18, houdende liet voorschrift:
Elk, die volgens art. 15 behoort te worden inge
schreven is verplicht zich daartoe bij Burgemeester
en Wethouders aan te geven tusschen den l9ten en
den 31slen Januari.
Bij ongesteldheidafwezigheid of ontstentenis is
zijn vader, of, is deze overleden, zijne moeder, of,
zijn beiden overledenzijn voogd tot het doen van
die aangifte verplicht.
Nog geven Burgemeester en Wethouders kennis:
dat lot deze inschrijving zitting wordt gehouden op
het Raadhuis, van des voormiddags 10 tot des na
middags 3 uren
op Maandag 13 Januari, voorde bewoners van dew ijken
I, II en III,
op Dinsdag 14
IV en V,
op Woensdag 15
VI,
op Donderdag 16
VII
op Vrijdag 17»
VIII en IX of de buitenwijk,
Eindelijk, dat de geboorte-akten, die de belangheb
benden bij de inschrijving, onder opgave der woon
plaats van den ingeschrevene, hehooren over te
leggen, dagelijks, de Zon- en feestdagen uitgezonderd,
zijn te verkrijgen ter Secretarie dezer gemeente (af-
deeling Burgerlijke Stand), van des voormiddags 9
tot des namiddags 3 uren, wanneer tevens voor hen,
die hier niet zijn geboren aanvrage ter verkrijging
dier akten kan worden gedaan.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsclie
Courant van den 16en, 23'n en 30en dezer inaand
afgekondigd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE KANTER, Burgemeester.
E. KISTSecretaris.
Leiden, 14 December 1889.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
der gemeente Leiden brengen ter kennis
van belanghebbenden het besluit van Z. E.
den Minister van Justitie, tot vaststelling
van den vortn der keunisgeving, bedoeld
in bel eerste lid van art. 15 der wet van
5 Mei 1889 Staatsblad n°. 48) met daar
aan gehecht model.
Dat besluit luidt als volgt:
De Minister van Justitie,
Gelet op art. 15 der wel van 5 Mei
1889 Staatsblad n°. 48), houdende be
palingen tot het tegengaan van overmaligen
en gevaarlijken arbeid van jeugdige per
sonen en van vrouwen;
Besluit:
den vorm der kennisgeving, bedoeld in
het eerste lid van het aangehaald wetsar
tikel, vast te stellen overeenkomstig het
aan dit besluit gehecht model.
's Geavenhage, den 18Jen Dec. 1889.
Da Minister voornoemd
Roys van Beeeenbeoek.
Kennisgeving van ceu ter zake van den arbeid
aan een persoon overkomen ongeluk.
Artikel 15 der wet van 5 Mei 1889,
Staatsblad n". 48.)
Aan den Burgemeester van
1. Naam en voornaam van den persoon:
2. diens ouderdom
3. gehuwd of ongehuwd:
4. diens woon
5. diens beroep
6. bedrijf of onderneming
7. plaats van bet ongeluk
8. arbeid ter zake waarsan overkomen:
9. aard van het ongeluk
10. waardoor overkomen:
II. dag en uur waarop:
12. woonplaats san het hoofd of den
bestuurder
13. dagteekening dezer kennisgeving:
14. handteekening:
LE1IIM, 28 December.
Door Z. M. is de heer J. D. Eu-
derle, arts, benoemd en aangesteld tot of
ficier van gezondheid der 2e 11. bij het
personeel san den geneeskundigen dienst
van het leger in Nederlandsch-Indie.
In het Logebouw vergaderde gister
avond de Vrijzinnige Kiesvereeniging. Ëenige
nienwe leden werden aangenomen, de notulen
san de vorige vergadering gelezen eu de
candidateu besproken, hoewel het ledental
door de wet vereischt nog niet a
wezig was.
De besprekingen werden verder gehouden
zonder verlof aan de pers om die openbaar
te maken. Toen het ledental intusschen
voldoende was geworden werd tot candidaat
gekozen voor de aanstaande verkiezing van
c-eu lid san de provinciate staten, (vacature
den heer C. J. Leembruggen, die bedankt
heeft), de heer J. Rinkes Borger, directeur
der Leidsclie Melkinrichting.
In Januari zal de heer kolonel P. J
Elaud, van de geueralen staf, in de ver-
eeniging optreden om te spreken over
landsverdediging.
Gisteravond te acht uur nam in de
voorzaal van het Nutsgebouw de vierde
vergadering in het genootschappelijk jaar
1889 een aanvang, van de afdeeling Leiden
van de Hollandsche Maatschappij van fraaie
kunsten en wetenschappen. De zaal t
zeer goed bezet; trouwens het programma
was aanlokkend uit onderscheiden oog
punten.
Voor en na de pauze toch zou de heer
Jau G. Strieniug leeraar aan de L'-idsciie
muziekschool een belangrijk viool-nummer
ten gehoore brengen, en voor en na de
pauze zou de met roem bekende Ainster-
dam8che archivaris, de heer uir. N. De
Roever eene voordracht houden „ovtr den
omgang tusschen jongmans en joffers in
den ouden tijd, in verband mtt de
vrijage".
Bespreken we eerst even het meest wel
luidende gedeelte van liet programma, dan
inoeteu we de voordracht van den heer
Strieniug voor de pauze even uitmuntend
geslaagd noemen als die na de pauze. De
bekende en geliefde „Rallade et polonaise"
van Vieuxtemps werd heerlijk gespeeld even
als bet schoone „Walther's Preislied" uit
den „Meistersinger". In beide voordrach
ten van den heer Strieniug blijkt een aan
houdend toenemend talent, zoowel wat
voordracht als techniek betreft. Eene uit
muntende techniek en vaste greep kwamen
vooral uit in bet nummer na de pauze.
De lieer Striening heeft gister zijn gehoor
waarlijk doen genieten.
Eu de heer De Roever had voor dezen
avond eene voorJracht gekozen die om
haren litel reeds veel aantrekkelijks had.
De toon waarop we de bizonderhedeu van
de vrijage van onze voorouders vernamen
deed ons kennende des heereu De Roe-
ver's werkkring wel eeuigszins aan per
kament denken. De bizonderhedeu zelve
evenwel waren verre van droog en brachten
bij menig aankomend juffertje een blosje
op de wangen dat haar lang niet kwaad
stond.
Eerst waagde zich spreker, ter verkla
ring van het woord vrijage op het gladde
pad der etymologie. Daarna voerde hij
ons op 't door tal van onderzoekingen be
kend geworden terrein van den orngaDg
tusschen jongelieden in den ouden tijd.
We vernamen hos er gevrijd werd in de
middeneeuwen en later, hoe veel vrijer de
jongman en joffers met elkander omgingen
dan nu eu hoe zelfs iu alle eer eu deugd
de jongman eene avondvisite bij de joffer
bracht, die vaak tot aan het ontbijt werd
gerekt, zooals trouwens in 't Noordoosten
van ons vaderland nu nog geschiedt.
De vele wijzen van nitgaan in den ouden
tijd werden breedvoerig geteekend, de ge
zellige bijeenkomsten rond den haard, het
pand verbeuren daarbij, het spelevaren op
den Amstel met luit en clavecimpel. Duidelijk
werd ons voor oogen gesteld het brengen
van eene nachtelijke serenade aan eene of
andere schoone, die den galanten jongman
binnen laat, wanneer hij haar bevallen kan.
Tal van vermaken uit den ouden tijd
werden ons in geuren en klenren geteekend,
het „voetjes wasschen" en „inzouten" aan
het strand, het „heulen" en allerlei andere
vermaken waarbij gezoend werd dat het
klapte. Er moet dan al vervaarlijk veel ge
zoend zijn in dien ouden, en in dit opzicht
goeden, tijd waarin een vrije omgang tusschen
de jongmans en jonge dochters zonder eenig
gevaar voor misbruik kon worden toegestaan.
Die tijden zijn voorbij, met zoo vele andere
tijden. Of 't goed is of kwaad zullen we
niet beoordeelen. 't Was de loop der tijden
die in dit alles verandering bracht. Of de
joffers van den tegenwoordigen tijd er bij
gewonnen hebben weten we niet; wel weten
we dat gisteravond op veler gelaat bij 't
booren van dat alles de gulle lach geduren
de de voordracht niet van 't gelaat verdween.
De heer De Roever heeft zich van al die
zaken veel kennis eigen gemaakt en hij ver
diende den dank der aanwezigen voor wat
bij van dat alles gisteravond ten beste heeft
gegeven. De voorzitter, de heer dr. J. Ten
Brink, bracht hem dien dank over en niet
minder zegde hij den heer Strienn.g dank
voor zijn uitnemend spel. Het publiek liet
zich eveneens niet onbetuigd en gaf door
luide toejuichingen te kennen dat het een
zeer gezelligen avond had doorgebracht.
Gisterenmiddag zijn door de politie
alhier aangehouden twee personen die ge
woonlijk door 't land reizen met papier enz.
doch nu verdacht worden een horloge met
ketting aan den Hoogen Rijndijk onder
Soeterwoude te hebben ontvreemd.
Na opgemaakt proces-verbaal werden zij
naar de gevangenis te 's Gravenhage over
gebracht.
De üaagsche Stemmen zullen met 1
Januari weer verschijnen, bij de firma van
Stockum en Zn., te 's tlage; de redactie
zal dan bestaan uit de heeren: dr. Jan
Ten Brink, mr, J. Ermerins, J. Margadant,
dr. 11, J. A. M. Schaepman, jhr. C. A.
Van Sypesteyn, mr. Eduard van Tsoe-
Meireu, Vosmeer de Spie eu W. P.
Wolters.
In de Stedelijke Werkinrichting zijn
opgenomen
M. 23
D. 24
W. 25
D. 26
V. 27
Z. 28
Dec.
50 volw.
en
18
k„
totaal 68.
t
79
V
n
24
Kt
103.
tt
82
H
n
24
h
106.
u
67
rt
n
23
ft
90.
H
57
u
n
23
II i
80.
V
78
n
ir
17
95.
1/
71
u
H
19
ui
90.
«FHtlKELE ItKUlCliTKV.
Door Z. M. is aan J. Korteweg, te Leer
dam, op zijn verzoek, met 1 Jan. a. s.eer
vol ontslag verleend als plaatsvervangend
districtsveearls;
is jhr. dr. J. Six, met 1 Jan. a. s.
benoemd tot hoogleeraar bij de rijks-aca
demie van Beeldende Kunsten te Am
sterdam
is de heer J. Kwast, arts, met ingang
van den In Jan. a.s., benoemd tot of
ficier van gez. der 2e kl, hij de zee
macht;
is de kapt. J. B. Vorstman, van het reg.
gren. en jagers, op pensioen gesteld, eu het
bedrag van het pensioen bepaald op f 1430
's jaars;