NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. 1 Se«e IJ o ii ra ut verschijnt dadelijks, behalve op 'L o n- en Feestdagen. A n 0 ÜS I E H E fj T ADVERTE1TIE88: Bureel: Scheepmakerssteeg 6, Dinsdag 29 October 1889, N". 254, Uitgevers: Gebroeders Muré. BIMENLANDSCHE BERICHTEN. Vooi Leiden, per 3 maanden I 1.25. Franco door het geheele rijk, er Z maanden 1.90. Prijs per «nutter 10 Oni. Van 1—6 regels f 0.90. Elke regel meern 0.15. (iroote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen, a contant, zonder rabatper regel 0.10. 203e Jaargang. LEIDEN28 October. Tot op heden zijn door den rector magnificus der rijks-universiteit alhier voor de eerste maal ingeschreven 150 studenten verdeeld als volgtin de rechten 55, in de geneeskunde 59, in de wis en natuurkunde 13, in de letteren 9 en in de godgeleerd heid 14. Hedenochtend had de plechtige uit vaart en begrafenis plaats van het stoffelijk overschot van den zeereerw. heer F. H. Mensing, deken van Leiden en pastoor te Oegstgeest. Tal van geestelijken uit dit dekenaat en van elders waren tegenwoordig bij deze treffende plechtigheid. Na de lande verd de H. Requiemmis opgedragen door den zeereerw. heer N. F. Taverne, deken eu pastoor te Rotterdam, met assistentie van den zeereerw. heer A. Rijk, pastoor te Aarlan- derveeu en den weleerw. heer W. J. Van Turn hout, kapelaan-assistent te Oegstgeest. Cantoree waren de hoogeerw. heer A. J. Brouwer, regent van het seminarie Hagcveld en de zeereerw. heer M. Van Zanten, pastoor te Nes- en Zwaluwebuurt. Na de El. Mis sprak de zeereerw. heer N. F1. Taverne, om naar I Thess. V vs. 25 ,Vratres orate pro nobis" in gevoelvolle woorden het leven en sterven te schetsen van den ontslapene, en aan menig oog tranen ontlokten. De begrafenisplechtigheden werden hierna verricht door den hoogetrw. heer J. De Brujn, professor te Warmond. Onder de parochianen vooral, die gedurende 38 jaren den geliefden geestelijke in huu midden mochten hebben, heeft de plechtig heid van hedenochtend ren diepen indruk Voor de 331ste staatsloterij zijn aan de collecteurs firma C. J. lleintz en Zoon verstrekt 370 en firma H. Van Romburgh en Zoon 150 loten en aan de v-ormalige gedelegeerde van de 1ste klasse firma J. VI. Secreve en C0., 5 loten. Het Rotterdamsche orkest „De Har monie" is het muziekcorps der dd. schutterij aldaar, gezuiverd van de minder gr ede en aangevuld met betere krachten. Aan de schutterij is het orkest echter niet meer verbonden. De heer J. 6. H. Mann alhier, kapel meester van het muziekcorps van het 4de regiment infanterie, is aangezocht zich aan het hoofd van „De Harmonie" te stellen. De heer Mann heeft zich echter nog niet verklaard en zou bovendien een ontslag behoeven uit den dienst buitentijds aangezien zijne dienstverbintenis nog ruim een j»ar zou moeten gelden. In het belang van onze gemeente zouden we wenschen dat die band voor veel langer was gelegd. Bij de op heden gehouden openbare rerkooping van cokes bij partijen van 100, 50, 10 en 5 heet. waren de hoogste prij zen 57.—, ƒ28.—, t 5-90 e" /2.90. laagste ƒ55—, ƒ27.50 ƒ5.70 en f 2.85. Gistermiddag veroorloofde zich op de Hooigracht alhier iemand eenige spottende woorden tegenover drie beschonken mannen altijd een bizonder gevaarlijk werk. Dit bleek ook hier weêr, aangezien de man onmiddellijk een muilpeer ontving waarmeê bij waarlijk tevreden kou zijn en ten ge- volge waarvan hij met zijn neus op de straat terecht kwam. De gevolgen van dien val zullen zeker nog hing op dien "ens te zien zijn. Eenige oogeublikken later tuimelde een van het vroolijke drietal door de ruiten van een winkel op de Hoogewoerd. De Zondagsrust is door bo- 'eubedoelde menschen zeker weinig bevorderd. Zaterdagavond heeft men naar we 'etnemen, aan het Prot. kerkgebouw te Oegst geest eene ruit ingedrukt. Vim inklimming werd echter geen spoor ontdekt. UNIVERSITEIT. In het groot-auditorium van Leiden's akademiegebouw hield hedenmiddag professor Mr. II. L. Drucker, de onlangs benoemde waardige plaatsvervanger van den diep bs treurden d'Ablaing, de gebruikelijke rede bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt. Te twee uur had zich die gehoorzaal met belangstellenden gevuld en betrad mr. Drucker het spreekgestoelte. „Begrip en dogma in de rechtswetenschap" aldus luidde het onderwerp der rede. Mijne heeren curatoren, hoogleeraren, studenten en gij allen, die door uwe tegenwoordigheid te dezer plaatse toont belang te stellen in deze plechtigheid, zeer gewaardeerde toehoorders" aldus begon ook professor Drucker zijne rede. „Wie in onze dagen zoo vervolgde hij het ambt aanvaardt van hoogleeraar in het Romeinsch Recht, pleegt zijne opvatting uiteen te zetten omtrent het nut van dat stadievak, het te verdedigen tegen telkens opkomenden twijfel. In aller heriunering ligt het nog hoe Goudsmit in 1859 de vaan ontrolde, die bij jarenlang met eere omhoog hield, de vaan waarom zich zoovele jongeren hebben geschaard. „Toen, te vroeg voor de universiteit, eene treuiige ziekte den meester had ten grave gesleept en d'Ablaing den opengevallen leer stoel innaai, schetste ook hij de beteekeuis van liet Romeinsche Recht voor de tegen woordige rechtsstudie. Getrouw aan deze traditie, wensch ik evenwel op het vraagstuk in zijn geheel slechts een vluchtigeu blik te werpen om dan bij één gezichtspunt nader te verwijlen." Zal ook straks in Duitschland het Ro meinsche Recht zijn wettelijk gezag verliezen; wetenschappelijk belang zal Int behouden. Vooreerst als een der hoofdbronueu van het geldende recht, als deel der rechtsgeschiedenis. Niet alleen dat het tegenwoordig recht vele Rou.einschrecbtelijke bestanddeelen bevat de voorspelling is niet gewaagd dat het Ro meinsche Recht nog langen tijd bruikbare rechtsstof zal leveren. Richt is ordening der maatschappelijke betrekkingen. Zijn deze dezelfde gebleven, de Romeinsche rechtsregel zal, indien hij doeltreffend was gesteld, blij- ien geluen. Er is reden te vermoeden dat liet Romeinsche Recht nog lang zal worden beoefend. Wij leeren de Romeinsche juris- consulti kennen als onvermoeide, onbevoor oordeelde -waarnemers van het menschelijk leven eu werken, als meesters in het vinden van den regel, geschikt om nieuw ontstane behoeften te bevredigen. Van ouds placht huu als verdienste te worden toegerekend wat men virtuositeit in htt rekenen met begrippen noemt. Spreker wterlegde bierbij de meeniug van zijn Utrecht- schen ambtgenoot Naber, die leert dat de Rumrinsclie juristen geene begrippen hadden. Zijn de begrippen onontbeerlijk bij de ver klaring en aanwending van het bestaande recht, oneindig geringer is hunne beteekeuis bij de rechtshervormmg. Bij dit punt stond spreker nader stil. Begrip en dogma de samenvatting van de geldende rechtsvoor schriften kunnen nooit richtsnoer zijn bij de ontwikkeling van liet recht. Daar is de vraagwat eischt het voortschrijdend verkeer? Welke concrete ïegeliug wordt door de maatschappelijke behoefte gevorderd. Moe ver staat onze moderne rechtsgeleerdheid achter bij de Romeinsche. Hoe vaak blijkt het recht onmachtig, gelijken tred te houden met de steeds sneller ontwikkeling der men- schelijke samenleving. Hoe staan niet de rechtsbeoefeDaars ver legen overal waar het instellingen geldt die niet op Romeinschen bodem zijn gegroeid. Een der merkwaardigste verschijnselen in de rechtsgeschiedenis is het ontstaan en het voortbestaan van een eigenaardig handels recht, naast het gewone burgerlijke verkeers recht. Dit is alleen te verklaren door het doctrinarisme der juristen. Het komt er op aan de verhouding te regelen tuaschen werkgever en arbeider. Het Romeinsche privaatrecht laat ons hier in den steek, om de eenvoudige reden, dat het toestanden geldt die den Romeinen, als slavenhouders, vreemd waren. Wie echter verwachtte dat de rechtsgeleerden aan het werk tijgdeu om nieuwe rechtsvormen voor den arbeid te zoeken, zag zich teleur gesteld. Spreker gaf onderscheidene voorbeelden tot staving van zijn beweren en gaf als oorzaak dat de moderne rechtsgeleerden, bevangen in de traditioneels regels en begrippen, niet indachtig aan het voorbeeld huuner roem ruchte Romeinsche voorgangers, de eischen der werkelijkheid uit het oog verliezen; dat bij de meesten hunner het dogma de plaats bekleedt van onbevangen waarneming der feiten. Waar het Romeinsche Recht on zekerheid laat, her-recht nog beden twijfel. In stellingen, waarover het Romeinsche Recht zwijgt, brengen onze juristen in verlegen heid. Het is het doctrinarisme, dat onver biddelijk zweert bij zijne haarfijn uitgeplozen begrippen en intusschen de sociale betee- kenis der rechtsorde uit het oog verliest. Maar gelukkig openbaart zich meer en meer verzet tegen deze begripsverheeriijkiiig en spreker acht het voor de toekomst der Ntderlandsche rechtswetenschap een heuglijk verschijnsel, dat er juist onder zijne ambt- genooten zijn die krachtig aan die beweging deelnemen. Het werkelijke reebt iijdt schade, vooral de minder ontwikkelde, de minver mogende wordt liet slachtoffer: Maar het dogma zegeviert; men is gebonden door de ketens die meu zelf zich heeft aangelegd. Achtereenvolgens geeft spreker nu regels die de hervorming der wetgeving belemmeren en hij licht ze toe. In het conservatisme der juristen zegt hij schuilt een groot gevaar. Op den duur hervormingen legen te houden, daartoe is het onmachtig. Tegenover de uitspraak liet kan niet, stelt de maatschappij hare leushet moet, wie de sociale stroomingen, weet te leideu, is in waarheid méér conser vatief, dan wie hardnekkig zich er tegen verzet. Thaus'keerde professor Drucker terug tot zijn uitgangspunt de waarde van het Ro meinsche Recht voor de rechtstudie in on en tijd. Al wat autoriteitsgeloof bevordert zegt hij moet worden in den ban gedaan. Is onze zienswijze juist, dat de jurist vrij moet ziju tegenover het dogma, dat hij het leven moet bestudeeren meer dan de teksten, dau dient van den aanvang af het oogmerk op dat doel gericht. „Laat ons zoo be sloot spreker de behandeling van zijn onder werp steeds het woord vau Maine in het oog honden, dat het geluk van een volk er van afhangt, dat de klove tusscheo rechten maatschappij zoo eng mogelijk zij. Laat de studie van het Romeinsche Rtcht ons in staat stellen, dat ideaai te naderen." Aan het eind van zijne rede gekomen sprak de hoogleeraar, die juist tien jaren geleden aan de Leidsche hoogeschool pio- uioveerde, curatoren van deze universiteit toe en verklaarde de verterende opdracht te hebben aangenomen, omdat hem hier aan Neêrland's eerste hoogeschool een ruimer werkkring wachtte, in de vriendschap van hoogleeraren, uit wier midden ziju voor ganger d'Ablaing kort geleden werd wegge rukt, beval hij zich warm aan; de Gro- ningsche heeren, onder wie hij zeven jaren een aangenaam verblijf genoot, riep hij een hartelijk vaarwel toe en tot de aanwezige studenten, vooral tot hen die de studie in de rechts- en staatswetenschap tot de hunne hadden gekozen, sprak hij een opwekkend woord. Hij beloofde van zijn kant alles te zullen in het werk stellen om in zijne taak niet te kort te schieten van hunne zijde hoopte hij daartoe de gewenschte medewerking. Het groot-auditorium was vau belangstellenden overvol en dat de rede met bizonder veel be langstelling was aangehoord bleek ten dui delijkste uit het oorverdoovend applaus dat aan het einde vau de plechtigheid zich door de zaal en zelfs tot daar buiten deed hooren. OFFICIEELE BERICHTEN. Bij Zr. Ms. besluit is tot ridder in de orde van den Nederl. Leeuw benoemd ka pitein Marcakoff, gezagvoerder van het Rus sische stoomschip Rossia. Bij kon. besluit is S. A. K. baron Van Nagell, burgem. der gemeente Hoevelaken, met ingang van 15 Nov. a. s., benoemd tot burgein, der gemeente Warnsveld, met toekenning van eervol ontslag uit eerstgeu. betrekking; is aan Johannes Kelbling, geb. te Geis- lingen (Wurtemberg), vergunning verleend de geneeskunst uit te oefenen op Nederl. zeeschepen, met uitzondering van oorlogs vaartuigen, onder voorwaarde dal bij de wettelijke bepalingen omtrent de uitoefe ning der geneeskunst in Nederland stiptelijk na k ome; is de commissie van deskundigen, be noemd bij Zr. Ms. besluit van 25 Juni jl. die geboord is over de vraag of hst rot- kreupel der schapeu als besmettelijk moet worden aangewezen, eu welke der in de wet van 20 Juli 1870 genoemde maatre gelen bij het heerschen of bij bet dreigen dier ziekte moeten toegepast worden, met dankbetuiging voor de door haar bewezen diensten ontbonden is, met ingang van 1 Nov. a. s.aan B. Kouwenberg, op zijn verzoek, eervol ontBlag verleend als leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Tilburg; Z. M. heeft den lste-luit. F. Van der Breggeu, van bet 2e reg. inf., in zijnen rang overgeplaatst bij het reg. grenadiers en jagers. Z. M. heeft benoemd bij het wapen der artillerie, bij het 3de reg. vesting art. tot kapitein den le-luit. P. G. L. baron Quarles de Quarles, vau het 3de reg. veld-art. De luit. ter zee 2de kl. F. W. Planten, dienende aan boord Zr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis, wordt den lsten November a. s. op non-activiteit gesteld. Bij de verkooping van postzegels enz. door het departement van waterstaat brach- tek niet 2200 gebruikte postzegels vau fl, f704.80 op, uiaar ca. 30.000 postzegels ge mengd van 1-25 2200 postzegels f 1 (te betalen port), dus te zamen 32.200 werden voor dien prijs verkocht. Eene partij telegraafzegels werd voor f 1000 verkocht. Naar men verneemt heeft de heer Liernur bet plan zich weder in Nederland te vestigen. Zaterdagavond ruim 6' uur onstoud te Rotterdam een ernstige brand in het hotel Weimar aan de Spaansebe kade. Al dadelijk bad de brand een zeer ernstig aan-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1889 | | pagina 1