tf
KIJWS- EX ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
lïexe fi» sa in Bit verschijnt d a g e 1 ij k sbehalve op Zoii- es» Feestdagen.
AOQi1(bE^IE H l:
Donderdag 10 October 1839, N\ 238.
ASVERTESTIEK:
rs Mure.
BIMENLANBSCHE BERICHTEN.
Het ongeluk van Tante Ursula.
a
w
1
II j
VI
Voo! Leidenper 8 maanden1.25.
Franco door het geheele rijk, er i maanden I.OO.
SBrijs per Summer 10 IVut,
Van 16 regelsf 0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, a contant, zonder rabat, per regel 0.10.
Risree!: Scheeptnakerssteeg 6=
203e Jaargang.
LEinüir, 9 October.
Bij Zr. Ms. besluit is henoemd lot
ridder der orde ran den Nederlandschen
Leeuw de heer mr. H. Van der Hoeven,
hoogleeraar in de rechtsgeleerdheid aan de
rijks-uuiversiteit alhier.
Morgen zal het vijf- en twintig jaren
geleden zijn dat aan de Leidsche hoogere
burgerschool, onder directie van don heer
dr. D. De Loos, de eerste lessen werden
gegeven. De beer De Loos is een der twee
eenige directeuren van hoogere burgerscholen
in ons vaderland (de Zutfensche directeur
is de ander) die uit dien tijd nog in functie
zijn.
De heer dr. S. G. De Vries, conser
vator van de handschriften der Leidsche
bibliotheek, zoon van prof. De Vries, heeft
voor den nieuwen cursus zijne academische
werkzaamheden met eene toespraak lot zijne
leerlingen in de Latijnsche taal geopend,
welke, vervolgens bij de firma Brill in het
licht gegeven, tot titel voertExercitationes
palaeographicas in Bibliotheca Universitatis
Lugduno-Batavae instaurandas indicit S. G.
de Vries." Uit dit geschrift blijkt, dat dr.
De Vries onder de studenten twee soorten
van leerlingen telteerstbeginnende!), die
nog niet met codices weten om te gaan,
en aan wie hij de elementen der palaeographie
onderwijst; meergevorderden, die reeds in
het gebruik van cocides geoefeud zijn eu
met wie hij den eeu of anderen codex haar
fijn uitpluist, ten einde te onderzoeken, of
hij iets nieuws geeft, hetwelk tot uitgave
van eeneD betereu tekst kan worden aange
wend. Zoo heeft in het afgeioopen jaar,
onder leiding vau dr. De Vries, de Leidsche
student C. Hofstede de Groot do varianten
verzameld, welke door een hoogst merkwaar-
digeu codex van Cicero, die in 1862 te
Leiden door Mommsen is ontdekt geworden,
worden opgeleverd. De vrucht vau dien arbeid,
welke met groole zorg is geschied, zal, zoo
wordt door dr. De Vries aangekondigd,
spoedig in druk verschijnen.
Verder doet dr. De Vries mededeelingen
aangaande een anderen zeer belangrijken codex
van Cicero, welke, uit een klooster van Tours
met vele audere handschriften door den be-
ruchten Libri gestoleD, aan Lord Ashbnrn-
ham met de rest door den dief verkocht
en voor grof geld na diens dood door de
Parijsche Bibliotbéque nationale voor Frankrijk
herwonnen is. Met de grootste welwillend
heid heeft Leopold Deliele dien kostbaren
codex, welke thans te Parijs is, aan den heer
dr. De VrieBter bestudeering toegezonden. Het
geschrift van den heer De Vries is in
duidelijk en vloeiend Latijn geschreven, en
zal door onze philologen met genoegen ge
lezen worden, daar er veel in voorkomt, wat
belangstelling wekt. [N. ft. Ct.)
Bij de gister gehouden stemming is
tot commissaris, uit de studenten, voor den
Schouwburg gekozen de heer R. C. Six.
Tot redacteur voor den studenten
almanak van het Leidsch studentencorps is
nog gekozen de heer O. F. A. M. Van
Nispeu.
De studentenroeivereeniging „Njord
heeft heden haren aangekondigden wedstrijd
voor novitii gehouden, voor een zeer groot
deel door goed weder begunstigd. Na afloop
werd door dc deelnemers een tocht gemaakt
van „Rhijnzigt" naar de studentensociëteit,
onder begeleiding van muziek.
If IV IV EKhlTEIT.
Aan de rijksuniversiteit alhier zijn de
volgende examens afgelegd door de heeren
G. A. Van Emden, cand. examen rechten;
E. S. Hollander, cand. examen rechten; VV.
Van Deurseu, cand. examen godgeleerdheid
le gedeelte; D. P. A. Vcrrijp, cand. examen
wis- en natuurkunde; S. J. Moorman, cand.
examen geneeskunde.
«FFICIBELSS BEKICHTSN.
Bij Zr. Ms. besluit is benoemd tot ridder
der orde van den Nederlandschen Leeuw
mr. P. Verloren van Themaat, advpcaat-
fiskaal voor 'e konings zee- en land
macht.
Bij kon. besluit is aan Joseph Alfred
Ford, geb. te Darlington (Engeland), en aan
Nutna Emile Béguin, geboren te Kochefort
(Zwitserland), vergunning verleend tot het
geven van hooger onderwijs aan eene bijzon
dere school van voorbereidend hooger on
derwijs te Voorschoten;
zijn, met den 16den dezer maand, bij het
korps mariniers bevorderd
tot luitenant-kolonel, de kapitein J. L.
Cadet, en
tot kapitein, de eerste-luitenant L. FT. J.
L. Vogelvanger.
zijn, voor het tijdvak van 8 October
1889 tot en met 30 September 1890, be
noemd tot huismeester in 's rijks krankzin
nigengesticht te Medemblik, K. Warburg,
en tot huismeesteres, zijne echlgenoote C.
A. Bazendijk.
De Staatscourant van 9 dezer bevat
1° een koninklijk besluit van 27 Sept. jl.
houdende dat de derde uitgave der Neder-
landsche Pliarmacopee, dcor den minister
van binnenlandsche zaken gewaarmerkt, wordt
vastgesteld en het tijdstip van invoering be
paald op 1 Juli 1890; met dat tijdstip ver
valt de tweede uitgave, vastgesteld bij kon.
besluit van 31 Dec. 1871. De middelen, in
de Phartnacopee met een kruistteken aange
duid, behoeven niet in elke apotheek voor
handen te zijn; 2° een koninklijk besluit van
gelijke dagteekening, tot nadere aanwijzing
van de geneesmiddelen, bedoeld in het vierde
lid van art. 9 der wet van 1 Juni 1865
[Staatsblad nr. 60).
Onder de werken, die, volgens de
overeenkomst tusschen den staat en de ex
ploitatie-maatschappij, door de maatschappij
voor rekening van den staat zullen worden
uitgevoerd, behoort ook „de uitbreiding
van het station te Rotterdam (Beurs),"
Gisterenvoormiddag werd het tweeja
rig dochtertje eener baanwachterts onder de
gemeente Kethel en Spalaud door een trein
aangereden en aan het hoofd verwond. De
kleine was aan het oog der moeder ont
snapt en onbemerkt op de spoorbaan geko
men. Na voorloopig te zijn verbonden, is
bet kind met denzelfden trein naar Delft
overgebracht eu ter verdere verpleging in
gasthuis aldaar opgenomen. [D. Ct.)
De vischsloep Op Hoop van Zegen
kwam te Middelbarnis te huis met het treu
rig bericht dat een der oudste opvarenden,
L. Van der Put, door eene stortzee was
overboord geslagen en verdronken. Het was
zijn laatste zeereis; hij zou zijne overige
levensdagen op den wal doorbrengen.
Een jongeling te Maasland, die in de
vorige week zich in den voet schoot enBin
stede op de hulp van een geneeskundige te
vertrouwen, den bijstand eener zoogenaamde
pleister-juffrouw inriep, is dezer dagen aan
bloedvergiftiging gestorven.
Maandagmiddag is te Leimuiden de
vrouw van den watermolenaar v. H. bij
den moleuboezem te water geraakt, en, door
de zuiging meegevoerd, in den vijzel te
rechtgekomen. Onraad aan den molen be
speurende, merkte de man het ongeval en
moest zijne vrouw gehavend uit den vijzel
trekken. Zij was een lijk.
De Hollandsche Maatschappij van
Fraais Kunsten en Wetenschappen hield,
nadat twee jaren in gedwongen rust zijn
voorbijgegaan, Vrijdag jl. weder eene ver
gadering. Het uittreden der afd. Rotterdam
eu Dordrecht, de staat van ontbinding,
waarin de afd. Leiden verkeerde, hadden
ten vorigeu jare eene vergadering onwensche-
lijk gemaakt. Amsterdam had altijd het
vaste voornemen behouden, het vaandel
trouw te blijven en verscheidene pogingen
gedaan tot reorganisatie der maatschappij.
Nu was door het krachtige optreden van
prof. dr. Jan Ten Brink de afdeeling Leiden
weer geconstitueerd eu was een nieuwe wet
voorgesteld.
Die afdeeling telt weder 70, de maat
schappij 220 leden en vast is men weder
besloten op den ingeslagen weg voort te
gaan en hoopt men in de toekomst weder
verslagen te kunnen uitbrengen, die getui
gen van uitbreiding en bloei.
Dr. Jan Ten Brink is tot algemeen voor
zitter gekozen, de heer Emile Seipgens zal
als algemeen secretaris optreden. De wet
zal niet in algemeene herziening der artikelen
ondergaan, doch men zal zich bepalen tot
de volgende hoofdbeginselen: 1°. „het uit
schrijven van prijsvragen, enz. wordt voor
loopig gestaakt;" 2°. „de algemeene verga
dering zal om de twee jaren beurtelings te
Amsterdam en te Leiden samenkomen;" 3°.
„de voorzittende afdeeling blijft die hoeda
nigheid bekleeden gedurende twee jaren."
De algemeene vergadering besloot echter zich
de bevoegdheid voor te behouden om bij
voorkomende gelegenheden een verdienstelij
ken schrijver of uitgever eene onderscheiding
toe te kennen.
FEUILLETON.
Naar Georges Ohnet, door
LOUISE.
16.)
De oude vrijster was niet zoodra tot deze
gevolgtrekking gekomen of zij trad op de
deur van den kiosk toe, opende dien en bleef
met opgeheven armen voor het schouwspel
staan, dat zich hier aan haar oogen
vertoonde.
Op een der stoelen zat kapitein Roger
met tante Ursula's schoothondje vast in
slaap op zijn knieën. Tegenover hem zat
Aline te borduren.
In een oogenblik had zij alles overzieu.
Toen Aline haar tante had zien binnen
komen, was zij opgestaan en had zij een
kreet geuit. Roger was plotseling overeind
gesprongen zonder aan het schoothondje te
denken, dat daardoor op den grond rolde en
bitterlijk begon te janken.
Aline ontvlood door de deur, Roger door
het venster en tante Ursula stond alleen in
den kiosk met haar hondje, dat haar scheen
te vragen, van waar zij zoo plotseling ge
komen was.
Do oude vrijster, aan woede ten prooi,
stortte zich op het dier, dat haar ver
trouwen zoo jammerlijk te schande gemaakt
had en het met haar parasol duchtig kas
tijdende, riep zij uit:
„Gij verraderlijk monster! Gij laat u
vleien en liefkozen door dien vijand in
plaats van te bijten, te blaffen en het
geheele huis in opstand te brengen 1"
Ten besluite wierp zij hem deu stok van
haar gebroken parasol op het lijf en met
groote stappen weder op het huis toe-
schrijdend, zeide zij: „Zie dan nu, hoe
men met mij spot 1 Met is goedwij
zullen zien!''
Zij trad de loods binnen, waar de tuin
man zijn gereedschap geborgen hield, nam
een plank, spijkers en een hamer en Aline
hoorde haar de vensters van den kiosk
toespijkeren. Het klonk haar in de ooren
alsof men haar geluk begroef, haar scheidde
van alles wat haar dierbaar was. Zij
weende en, wat zij nog nimmer gedaan
had, om zich over tante Ursula te be
klagen, wierp zij zich in de armen barer
moeder.
Haar vader begreep er de reden van.
Mij was een niterst goedhartig man, maar
van vervolging en dwang had hij een af
schuw. Hij had alles goed gevonden sedert
den dag, waarop hij aan zijn met oranje-
bloeisem getooide bruid deu arm had ge
boden, hij had den heldhafligen Louis als
eeu martelaar helpen vreezen, bij had de
zich telkens herhalende aanvallen van droef
geestigheid in zijn schoonzuster met geduld
verdragen, maar hij kon niet uitstaan, dat
zijn dochter roode oogen r.ad of er slecht
uitzag.
Hij, die acht dagen lang geaarzeld had,
alvorens hij zijn schoonzuster durfde be
kennen, dat zijn dochter een militair be
minde, schroomde thans niet de diep gewonde
oude vrijster met haar prikkelbaar humeur
openlijk aan te vallen.
Hij nam haar onder de groote kastanje-
hoornen ter zijde en zonder inleiding begon
hij„De positie, waarin gij ons allen
sedert eenige wekeu doet verkeeren, is zeer
pijnlijk. Denkt ge, dal er geen kans zou
beslaan, deze zaak met meer voldoening te
regelen
Flier zweeg de nog altijd schroomvallige
man en Ursula, die hem in sprakelooze
verbazing had aangehoord, wierp hem een
verschrikkelijken blik toe. Haar lippen
bewogen zich alsof zij ging spreken, maar
zij hield zich in en haar trekken door
somberen toorn samengetrokken, scheen zij
besloten alles tot het einde toe aan te
hooren, wat haar schoonbroeder te zeg
gen had.
De heer Bernard bemerkte het, doch
vervolgde moedig: „Gij weet hoeveel wij
van u houden. Wij deelen in uw verdriet.
Er is geen enkele smart, die geen weer
klank in ons bart vindt, maar oprecht
gesproken, vreest ge niet, dat ge in anti
pathie tegen een zekere klasse in de
maatschappij u te ver laat medeslepen
Gij hebt zonder twijfel duizend gegronde
redenen om zekere personen van uw vriend
schap uit te sluiten, maar men moet uit
zonderingen weten te maken. Er zijn overal
goede lieden en de keus van mijn dochter
is voorzeker minder afkeurenswaardig, dan
gij denkt. Deze jonge man
[Wordt vervolgd.)