I I NIEUWS- EX ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. e t e C o u r a n I vers c ft i| 111 d a e 1 i j k sb e Si a 1 v e o p '1 o ü- e F eest dage n. A K 0 5 IB F. SS i T Dinsdag 30 Juli 1389» N°. 177» ADVFRTEMTIEH: Uitgevers: Gebroeders Muré. .1 A C II1. BINNEN LAND,SCHE BERICHTEN. i- fejf ■Stm .5 p lli j H q 1 fcH i li 13 w f Vooi Leiden, per 3 maanden J.25. Franco door het geheeie rijk, per 3 maanden j 8.60, Prijs per ,%iiBuner Hl Cent. Van 16 regels f 0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingena contant, zonder rabat, per regel 0.10. Bareel: Selieepüiakerssieeg 6. Stads-Berich te De COMMISSARIS des KONINGS in de Provincie ZUID-HOLLAND, Gezien liet besluit van do Gedeputeerde Stalen dier provincie van den 15den Juli 1889, n°. 85; Gelei op art. 11 der wet van den )3den Juni 1857 Staatsblad no. 87); Brengt Ier kennis van de belanghebbenden, dal, ingevolge bovengenoemd besluit: 1°. de opening der jacht op klein wild, vermeld in de 2de zinsnede van art. 17 der wel van den 13den Juni 1857 Staatsblad n°. 87), voor dit jaar in de Provincie Zuid- Holland is vastgesteld op Zaterdag den een en dertigstcu Augustus aanstaande met zonsopgang; met uitzondering van de jacht opfaisanten, waar van de opening is vastgesteld op Dinsdag den eersten October aanslaande; 2°. van die opening voorts is uitgezonderd de uitoefening van liet jachtbedrijf, vermeld in art. 15, letl. e der aangehaalde wel; 3°. de korte jacht. dagelijks en de lange jacht slechts driemalen 's weeks, en wel des Woensdags, Vrijdags en Zaterdags mag worden uitgeoefend. Kn zal deze kennisgeving, in plano gedrukt, worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk isalsmede in hel Pro vinciaal Blad en in de Nederlandse/ie Staats courant worden geplaatst. De Commissaris des Konings voornoemd, FOCK. 's Gravekhage den 19den Juli 1Ö89. LEUKEN!, 2» Juli. Het was Zaterdagavond het bekende blijspel in vier bedrijven „De dochters van flisemau" van Adolf l'Arrotige, dat de aandacht van het weinig talrijk publiek in den schouw burg-Van Lier vroeg. Op Zaterdag avond wil men er hier naar hel schijnt maar niet aan om naar den schouwburg te gaan. De heeren Van Lier ondervonden dal ook nu weder; slechts een honderd menscheD waren opgekomen. „De dochters van Haseman" is van den schrijver van „Doctor Klaus" en „Mijn Leopold", en doet over 't geheel zeer weinig aan een blijspel denken. Anton Haseman (de heer Jurgens) is tuinier, gehuwd en vader van drie dochters, Emilie (mevr. André Meeuwissen), Roza (mevr. Van Heem Kapper) en I'rancisca (mevr. Poons-Van Biene)de laatste is nog een opgeschoten schoolmeisje. Terwijl de gaardenier de zorg voor den hof met zorg ter haite neemt, laat hij 't aan Albertine, zijne vrouw, (mevr. Albregt Engelman) over oin de ontwikkeling hunner huwelijkssprniten te leiden en to wieden waar dat noodig blijkt. Reeds twee dier spruiten zijn bloeiende heesters geworden eu op 't oogenblik waarop 'tj met de famielje kennis maken is Emilie jeeds gehuwd en Roza laog niet ongeneigd dien staat te treden. Mevrouw Haseman 18 geen degelijke wiedster in den levenshof. ziet gaarne alle levenssappen aangewend ter bevordering van den tijdelijken bloei, 'eu koste van den degelijken wasdom van de plauteu. Hare dochters moeten dames 'orden, het koste wat het wil, het koste hun geluk. Dit laatste zegt ze niet ze Jeukt Bet ook niet; uiaar hare gen wijzen er been. -m Knorr (de heer Lagemau) is met "the in den echt verbonden; hij is eeu- vouuig, maar waarheidlievend en degelijk °'enal. Emilie is niet ongelukkig met eui; maar hare moeder kun den eenvoud e? de waarheidsliefde van deu schoonzoon ®le' uitstaan. Het moet evenwel gezegd aUeer is wederkeerig. Voor Roza zoekt Albertine eene fijnere partij; een titel, een wapen ais 't kan. Ze heeft haie opvoeding daarheen geleid, hare conversatie in dien zin gezocht. Een baron doet zich op haar weg voor, baron Von Ziunow (de heer Meijes), die evenwei slechts zijn spel met haar drijven wil. Ze denkt er niet aan de geboden hand aan te nemen van den rijken fabrikant Herman Körner, (de heer André) die al niet jong meer is en haar te veel mar. van zaken moet schijnen. Téch gaat ze daar toe over wanneer ze inziet dat hare aanbidders wel kijkers, doch geen koopers zijn; eti Roza wordt mevrouw Körner, eeu ec'nt die weldra met eeu knaapje werd gezegend. De echt van Knorr blijft ongezegeud en allergrappigst is telkens de twist tusscheu hem en zijne vrouw over de wijze waarop hunne kindereu moeten worden groot gebracht wanneer die maar eenmaal zouden willen kouieu. Doch hunne vensters bleven voor den ooievaar gesloten. Körner wil niet dat zijne jonge vrouw de soirées onbezocht laat, die hij minder gaarne bijwoont. Hij gunt haar gaarne die afleiding en 't streelt zelfs eenigszirs zijne ijdeltieid dat ze daal' wordt bewonderd. Maar die bewondering gaat wel wat ver; de baron Von Ziunow o. a. schrijft haar. Geruchten kooien in omloop, ze bereiken der eerlijken Knorr eu deze draagt ze naar de voning van den echtgenoot die van dat alles niets vermoedt. Toch gaan nu diens oogen open; in een oogwenk doorziet hij zijne geheeie positie. Roza is geen vrouw voor hem; dat heeft hare opvoeding z io niet gewild. Hij wil echtscheiding; na dat alles staat hij er op. Roza is diep ongelukkig; nu eerst ziet ze hoe ze haar zelve en haren man in opspraak heeft gebracht. Eu toch ze is immers onschuldig; niet hare slechtheid, maar hare verkeerde opvoeding was van alles de oorzaak. Geen minnaars zocht ze, doch slechts ge zelschappen waar men haar bewonderde. Voor dit laatste waren bewijzen bij te brengen. De ongelukkige hakkelaar Eduard Klein, (de lieer Malherbe) apothekersbediende, eeu jongman met edele inborst en even edele bedoelingen, kan daarvan de bewijzen bij brengen. Hij iaat dat dan ook niet en overtuigt daardoor Körner. De zaak komt, na eene schoone ontmoeting tnsschen Körner en Roza, weêr in orde en allen verbeugel) zich recht hartelijk. Ja allen; want ze hebben 't ingezien, de ouders Haseman, dat hunne dochters ver keerd zijn opgevoed, dat er niet genoeg gewied werd in deu hof van 't huisgezin, ja zelfs dat 't onkruid kunstmatig was ge kweekt. Ze hebben zich voorgenomen met limine jongste dochter Erancieka anders te zullen doen't is nog niet te laat, ze is er nog jong genoeg voor. Voor de dames Aibregt-Engelman, Van Beem-Kapper, Poons-Van Biene en André- Meeuwissen en voor de heereu Lageman, André, Malherbe en Jurgens een woord van warme buide voor de wijze waarop ze dit stuk zoo volkomen hebben doen slagen. Gisteravond ging in den schouw burg- Van Lier „De Trompetter-Majoor", blijspel met zang, quodlibets, coupletten, enz. in vier bedrijven. Naar het Hoogduitscb van W. Maniistaeilt vrij bewerkt door C. P. T. Bigot; muziek van G. Steffens en S. Bena- veate. Dat was nu eens een echt blijspel voor den Zondagavondde schouwburg was op den eersten rang goed op de andere ran gen zéér goed bezet. De heer August Drieling (de heer Isouard Van Lier) is een befaamd en daardoor rijk banketbakker. Hij is op middelbaren leeftijd in den eeht getreden met een ouderloos meisje, zonder middelen, dat betere tijden heeft gekend; van liefde was, althans bij ouze, bij dat huwelijk al weinig sprake. Een uicht van Drieling, Jetje (mevr. Van BeemKapper) woont bij hem in; Frans Werner woonde néast hem, totdat hij hoorn blazer werd bij de huzaren. Dien tijd had hij echter niet ongebruikt laten voorbijgaan hij had Jstje's hart gewonnen. Eene tante komt in 't spel de weduwe Valeska Ven kelwoud (mevr. Albregt Engelman) eene dame die zich hare deftigheid bewust is en den banketbakker Drieling maar een fames ordinair meusch vindt. Ze praat me vrouw Drieling (mevr. André-Meeuwissen) aan 't hoofd dat haar man de bakkerij aan kant moet Hoen; dat zijne middelen hem dat veroorloven en hij dat aan zijne vrouw verplicht is. Drieling bemerkt weldra de uitwerking van die bespreking; hij heeft er ooren naar, de boel wordt verkocht en eene villa aan geschaft. Daar komen voorname vrienden, daar komt Van Borowsky (de heer André) mevrouw Drieling 't hof maken en mevrouw Venkelwoud gevoelt er zich uitermate thuis. Uat is echter met den heer Drieliugé, zoo- als hij thans voor zijne vrouw meet heeten lang niet 't geval. Hij verveelt zich danig en kan zich in die wijzen van doen niet schikken. Maar Frans Werner, (de heer Lageman) zal die zaak wel eens opknappen. Hij is als trompetler-majoor teruggekomen en vindt 't op de villa te Bloemendaal een dollen boel en hij begint met Jetje, die 't ook al aardig begon beet te krijgen, even de teugels te lateu voelen. Jetje heeft er langzamerhand wel ooren naar. Drieling stort zijn hart eens voor zijne vrouw uit, alles is voor een oogenblik in rep en roer op de villa, maar spoedig is daarna mevrouw Drieling tot de gedachte gekomen dat haar man gelijk heeft, dat hij recht heeft op meer erkentelijkheid voor al wat hij voor baar doet en op meer huise lijkheid. Van dat alles is F'rans Werner de oor zaak; liij heeft orde in den chaos gebracht en de toekomst ziet er daardoor voor allen minder denker uit. Mevrouw Drieling wordt eene echte huisvrouw, Jetje wordt trompet- ter-uiajoorsche; tante Valeska kon wel weer heen gaan eu Van Borowsky krijgt de bons. Zoo komt dus alles weêr in orde. De heer Lageman was als trompetter- rnajoor weêr uitstekend en mevr. Van Beem- Kapper was als Jetje geheel in haar element; de bekende coupletten werden door haar weêr allerliefst gezongenvooral was dit 't geval met het populaire „Popje lief". De ro! van August Drieling was bij den heer Isouard Van Lier in uitnemende handen eu mevr. AndréMeeuwissen was als Suze, zijne vrouw, bizonder goed. Haar spel was veel losser dan op de vorige avonden. De heer André was een ongelukkige Van Bo rowsky; zulke rollen zijn voor hem niet geschikt. Mevrouw AlbregtEngelman werd ter stond bij haar optreden ontvangen met de onderscheiding die het publiek verschuldigd is aau ééne actrice van hére talenten en op héren leeftijd. Ze wa3 eene uitmuiiteude Valeska Venkelwoud. De reeks voorstellin gen in den schouwburg-Van Lier is hier mede afgeloopen en besproken. We kunnen echter van het gezelschap geen afscheid nemen zonder bij dat afscheid een woord van hulde neêr te Bcbrijven voor de wijze waarop zich bet orkest onder leiding van den heer 8. Benaveute, van zijne taak beeft gekweten. En nn tot een volgend jaar. In onze gemeente zijn voor de 330ste Staatsloterij verstrekt: aan de firma C. J. Heintz en Zoon 370 en aan de firma H. Van Romburgh en Zoon 150 loten, collec teurs en aan de firma J, M. Secreve en C°, voormalig gedelegeerde der 1ste klasse, 5 loten. B:j de op heden gehouden openbare verkooping van cokes bij partijen van 100, 50, 10 en 6 heet. waren de hoogste en laagste prijzen f42.f21.50, f4.40 en f2.20. Zaterdagavond liep op de IJzerengracht alhier in eene tapperij een man, dio wat lang was uitgevallen, tegen de petroleum- hanglamp. De lichtgeefster viel op den grond en vloog in brand. Gelukkig was men spoe dig met emmers water bij de hand. Gisterenavond heeft de vorige kapitein van het Leger de9 Heils, jufvr. Loock, thans te Amsterdam aan de Kweekschool van het Leger, alhier haar afscheidsrede gehouden, voor een paar honderd aangeslo tenen uit deze gemeente en uit den omtrek. Ze vertrekt naar Afrika om daar werk zaam te zijn voor het Heilsleger. Heden ochtend deden tal van leden baar aan den Rijnspoorweg alhier uitgeleide. De batterijen van de veld-artillerie, in garnizoen alhier en te 's Hage, welke thans deelnemen aan de schietoefeningen in de legerplaats te Oldebroek, zullen aanstaanden Woensdag in twee gedeelten per Rijnspoor derwaarts terugkeeren. Het schilderij van Tony Oifermans „de Beestenmarkt te Leideu", dat op de Parijsche tentoonstelling een 3e medaille verwierf, is door een Amerikaan aange kocht. «FFICIËBLG HEiUCHTEÜN. Bij kon. beslnit is aan den gewezen licht- wachter bij 's rijks kustverlichting te Veere, J. H. Kranevoet, ter zake van lichaams gebreken, boven het hem toegekende militaire pensioen ad f 150 's jaars, een tweede pen sioen toegekend, ten bedrage vaD f 128 's jaars. Bij kon. besluit is aan de vijf hier onder vermelde officieren van het leger op non activiteit pensioen toegekend tot het bedrag als achter ieders naam is vermeld: C. M. B. W. Redemagni, luit.-kol. der art., f 1800; G. A. Brünings, le-loit. der art., f 900; C. A. L. Rodelsturtz, off. van gez. Ie kl., f 1560; G. J. Meijer, kapt. der inf., f 1134; P. G. Asmus, kapt.- kwartiermeester, f 1223. In aanmerkiug nemende, dat eerlang de begeving zal moeten plaats hebben van eene studiebeurs, die, ten bedrage van f 150 's jaars, uit de gelden van de stichting van vrouwe Clara Jansdr. van Sparwoude wordt gekweten, heeft de minister van financiën de ouders of voogden van zoodanige jonge lieden, die hunne voorbereidende studiën ge vorderd ter opleiding in het predikambt, met 1 Oct. a. s. aan de universiteit te Leiden zullen aanvangen, opgeroepen om, voor zoover zij meenen dat hunne kinderen of pupillen in de termen vallen, om op ondersteuning tijdens hun verblijf aan ge noemde universiteit aanspraak te kunnen maken, zich véér 1 September a. s. met hunne daartoe strekkende op gezegeld pa pier geschreven verzoeken aan te melden bij liet departement van financiën. Mea zie verder de Staatscourant van 28/29 Juli

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1889 | | pagina 1