NJEUYVS-
AIVERTKNTIËBLAIVOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
II e e oil ra ii( verschil ut dadelijks, behalve op 'L o n- en Feestdagen.
A 8 0-M H E B E T
Prijs jier S»niiii«r to <>w.
ADVERTENTIES:
Bureel^cfieepmakerssteeg 6,
Donderdag 4 Juli 1389, N\155.
UitgeversGebroeders Muré.
S tails- Uerich te :i
JAC II T.
Het unr der Vergelding.
Voor Leidenper 3 maanden f 1.24.
Franco door het geheele rijk, par 3 maanden l.riO.
Van 16 regels 0.90.
Elke regel meerb 0.15.
(iroote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, contant, zonder rabat, per regel 0.10.
203= Jaargang.
De BURGEMEESTER der gemeente LEIDEN
brengt ter algemeene kennis dal op heden aan
den Ontvanger der Directe Belastingen alhier
zijn ter hand gesteld twee kohieren van hel
patentrecht (schippers, kramers enz. en kof-
fiehuishouders, lappers enz.), heide voor den
dienst 1839/90, en executoir verklaard den
29en Juni 1889 en herinnert voorts de be
langhebbenden aan hunne veiptichtiug om
bunnen aanslag op den bij de Wel bepaalden
voel le voldoen.
De Burgemeester voornoemd,
KNAPPERT, Weill. I. B.
Leiden, 3 Juli 1889.
De COMMISSARIS des KONINGS in de
Provincie ZUIU-IIOLLAND,
Gezien hel besluit van de Gedeputeerde Sialeri
van den 21 sten Mei 1889, n°. 88;
Gelei op arl. II der wel van den 13den
Juni 1857 (S'taaisblad no. 87);
Brengt ter kennis van de belanghebbenden
dal bij voorno md besluit door de Gedeputeerde
Sta!eii is DepaaUl, uai üe U f -unUe'l'j^"- /„„z
len op waterwild voor dil jaar zijn geopend
op Donderdag den Isleii Augustus aanslaande
en dat mitsdien van ai' dat tijdstip de uit
oefening der jachtbedrijvenvermeld in art.
15, d, f en h, der wel op de jacht en vis-
scberij, is geoorloofd; wordende levens her
innerd aan de bepaling van arl. 1 van hel
Reglement op de uitoefening der jachten vis-
sc lier ij in deze Provincie, krachtens welke die
jachten niet anders mogen plaats hebben dan
op het waler, langs de stramien, oevers van
meerenplassen, iivieren en op moerassige
landen.
En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt,
worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks
le doen gebruikelijk is, alsmede in hel Pro-
viticiual Wad en in de i\'edertandsclie Staats
courant worden geplaatst.
De Commissaris des Konings voornoemd,
F OCK.
's Giuvkniuge den 25sten Mei 1889.
LKIDKA 3 Juli.
Bij kon. besluit is benoemd tot hoog
heemraad van het hoogheemraadschap Rijn
land de heer jhr. mr. J, P. A. Teding van
Berkhout.
Naar aanleiding vau een desbetreffend
verzoek van A. P. Bartog geb. Wuyster
geven burg. en weth. den gemeenteraad in
overweging aan adressaute wegens vertrek
uit de gemeente op 30 Mei j, 1. terugbe
taling te verleeuen van schoolgeld, lager
onderwijs voor twee kinderen, leerlingen van
de meisjesschool 2de klasse en «oor twee
kinderen leerlingen der leerschool, over de
maand Juni, lot een bedrag van f4.
Burg. en weth. stellen den gemeente
raad voor out, evenals vroeger te besluiten
dat ook voor liet aausiaamle jachtseizoen,
dat aanvangt uiet 1 Augustus a. s. permis
siën zullen worden uitgereikt tegen betaling
van f6 per stuk. In 1888 is voot bedoelde
permission ontvangen een bedrag van f 144
voor 24 uiigereikte permissiën.
Burg. en weth. hebben den gemeente
raad medegedeeld dat bij de onlangs gehou
den openbare verhuring bij opbod en afslag
van liet bevisscben van de singelgrachten
en van de gaten vau de bruggen in de ge
ineenle in 7 perceelen, is geboden f 8.90
uer jaar, en bij de openbare kerverhnriiiv
f 9.50 per jaar, terwijl bij ue venturing Ui
1886 was bedongen een bedtag van f53.
Op grond van de geringe opbrengst heb
ben zij besloten de huur niet te gunnen,
zoodal thans ter zake door den gemeente
raad eene nadere beslissing zal moeten wor
den genomen.
Naar het hen voorkomt is het in bet
meeste belang van bet publiek dat bedoeld
vischwater uiet worde verhuurd, en het aan
ieder worde vrij gelaten out in de siugei-
grachten te vissche» inet den hengel of den
peurstok. Gelijk besluit werd genomen in
de raadszitting van 10 December 1885, naar
aanleiding van het bij de behandeling van
de begrooting voor 1886 in de sectiën te
kennen gegeven verlangen.
In verband niet een verzoek van A. Tel-
jeur is echler dit besluit gewijzigd en in
de zitting van 29 April 1886 bcsloleu we
derom tot verhuring over te gaan, echter
onder bepaling dat alleen mag worden ge-
ïischt met paling- en aalfuiken, terwijl het
vissollen met hengel en peurstok door een
ieder ongehinderd zoude kunnen geschieden.
Nu het thans echter uit de beide ge
houden openbare verhuringen blijkt dit het
uitsluitend recht van bevisschen uiet paling
en aalfuiken door belanghebbenden niet op
prijs wordt gesteld, bestaan er alleszins
termen om wederom terug te keeren tot
het stelsel aangenomen in de raadszitting
van 10 December 1885.
Zij geven den gemeenteraad mitsdien in
overweging te besluiten dat het bevisschen
van de singelgrachten en de gaten van de
bruggen iu de gemeente niet wordt verhuurd,
en dat het visscheu met den hengel en den
peurstok ongehinderd door een ieder kao
geschicdeD.
De commissie van financiën heeft met
belangstelling kennis genomen van de iu
de leeskamer ter inzage liggende plannen
tot oprichting vau eene kunstzaal achter het
Stedelijk Museum in de Lakenhal.
Met burg. en weth. is zij het eens, dat
het plan n°. 2 de voorkeur verdient, speci
aal ook, omdat de daaraan verbonden kosten
van ongeveer f 2300 die, welke het gevolg
zouden zijn van het uitvoeren der andere
plannen, niet of slechts weinig zullen over-
treffen
Lij geelt drr'wul.o den gomecuie»
overweging overeenkomstig het voorstel van
burg. en weth. te besluiten door vaststelling
van den overgelegdeu staat van af- en over
schrijving op de begrooting, dienst 1889,
strekkende tot verhooging van Volgn. 103.
Onderhoud van huizen, met f2300, te vin
den door afschrijving van den post voor
onvoorziene uitgaven.
Aan de rijkspostspaarbank aan het
postkantoor alhier werd gedurende het 2e
kwartaal ingelegd f 37731.84®, terugbetaald
f35645.94; het laatste door dat kantoor
uitgegeven boekje draagt het nummer 4760.
Te Noordwijk word ingelegd f 1484.18, te
rugbetaald 1550.25; hol laa'ste door dit
kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer
104. Te Warmond werd ingelegd f 1889.72,
terugbetaald f1611.18; het laatste door dat
kantoor uitgegeven boekje diaagt liet num
mer 139.
l)e Leidsche Kermis.
Hoe we ook ieders gevoelen eerbiedigen,
ook dat van die corporation en personen
die onze Leidsche Kermis wenscbeu te zien
afgeschaft hoe we ook erkennen dat de
Kermis niet meer is wat ze vroeger was,
dat ze voor een groot deel als jaarmarkt
haar reden van bestaan verloren heeft, als
volksfeest met zeer oude rechten mag ze niet
worden geloochend te zijn het feest dat bij
een groot deel van ons volk nog bizonder
in trek is, bij de jongeren vooral maar
ook bij de ouderen, die langs andere wegen
slechts zelden tot feestvieren komen. Maar
dat de Kermis zeer oude brieven heeft doet
in elk geval al zeer veel af.
Id onze tijdrekening heeft de Kermis bij
zeer velen eene plaats waarvan naar vroeger
en naar later gerekend wordt. Men spreekt
van vódr en na de Kermis, bij velen dateert
eene verloving van dat tijdstip, bij anderen
weder is het de eerste gelegenheid waarbij
men een jong paar in het openbaar te zamen
ziet. De vronw wensclit iets van haar man
le hebben, doch er is niet zoo terstond eene
gegronde reden voor te vinden. Maar de
Kermis is immers aanslaande; ze krijgt het
dus van haren echtvriend voor baar kermis.
Hoevele spreekwoorden zijn niet ontleend
aan dit volksfeest bij uitnemendheid? En
In a/wal 't is immer» ntei „tiran
Kermis.
Dat de kermis ook dit jaar wederom zal
worden gevierd is bekend den 22 sten Juli
zal ze worden ingeluid. Dat eenige corpo-
ratiën pogingen in het werk stellen om van
den gemeenteraad gedaan te krijgen dat de
Leidsche kermis zou worden afgeschaft heeft
men in een onzer vorige nummers uitvoerig
kunnen lezen. Maar men heeft daar ook
kunnen zien dat bet dagelijksch bestuur
het niet geraden acht dat jaarlijksch volks
feest af te schaffen. We achten dat een
voorrecht voor zeer vele neringdoenden in
onze goede gemeente, voor velen vooral die
door een Kermis bijna voor het geheele jaar
moeten goed maken wat door een overigens
slecht jaar werd bedorven.
Hoe 't ook zij deze Kermis zal er
weêr zijn, roet hare groote boeveelheid ten
ten en kramen en spellen, haar gejoel en
gewoel, hare eigenaardige bedrijvigheid. Niet
alleen dat eene massa kleinere spelletjes en
kraampjes ditmaal de aandacht van de Ker-
misvierders zullen trekken, maar ook zullen
dat doen Diter's groot paardenspel, Chamblij'g
FEUILLETON.
76).
„Niet, dan is je geheugen niet zoo goed
®ls het mijne, maar je hebt ook twee jaar
buiten New-York doorgebracht."
Leveret beefde, die man moes! hem
hennen, al kon hij zich dat gelaat niet
neer te binnen brengen."
„Wij weten werk voor je, Leveret,
hout mee."
De ongelukkige volgde de twee bond-
genooten, die hem langs de omwegen naar
een poortje brachten, dat toegang ver
leende tot den tuin achter het huis van
Pratt.
„Waar is dat werk te krijgen?"
vroeg hij.
vHier in dezen tuin, ga maar binnen."
Hij gehoorzaamde en Pratt sloot bet
poortje. Daarna voerden zij hun nieuw
werktuig naar een tuinhuisje. Onderweg had
Leveret Colvillc voortdurend gadegeslagen,
eensklaps vroeg hij aan Pratt
„Wie is je makker?"
„Dal zal je dadelijk vernemen, ga eerst
naar de keuken en zeg dat je komt om in
den tuin te werken, en dat ze je wat te
eten zullen geven."
Eten, dat had de arme Leveret in geen
vier en twintig uren gehad. Hij spoedde
zich dus naar de keuken en deed zich te
goed aan brood en koud vleesch, dat de
keukenmeid hem voorzette.
„Intussclien gingen Pratt en Colville
langs een geheime gang naar de kamer vau
den eerste, waar zij hun gewone kleeding
weer aantrokken. Daarna schelde Pralt
een bediende en gelastte hem den nieuwen
tuinknecht bij hem te brengen. lien oogen-
blik later trad de ontslagen boef met schuw
gelaat binnen.
„Zoo, Tommy Leveret," sprak Colville
hem aan, „herken je mij nu beter als in
dat werkpak
De aangesprokene deinsde terug, toen hij
Colville aanzag.
„Mr. Colville!" riep hij.
„Juist, mijn jongen, ik zie dat je ge
heugen weer ontwaakt is. Ga zitten, ik
heb je noodig voor
„Voor een nieuwe misdaad, niet waar?"
„Wat nu, je zegt dat op een toon,
alsof je in ernst een eerlijk man zoudl
willen worden."
«Ja, dat wil ik ook, mr. Colville."
„Een Leveret die eerlijk man wil worden.
Je zoU'it wel de eerste zijn van je geslacht,
als dat waar was. Neen, Touimy, zoo zal
je den naam van je vader geen oneer aan
doen. Jelui zijn nu et nataal voor de misdaad
geschapen."
„Dat moge zoo zijn, dart zal ik een
uitzondering daarop maken. Ik heb ge
stolen, welnu, daarvuor heb ik met de
meiischelijke gerechtigheid afgerekend.
Ik wil niet meer naar bet tuchthuis eu
daarom wil ik noch omgang hebben met
mijn ouders, noch met een schurk, in de
gedaante van een voornaam heer, zooals
mr. Colville."
„Je wilt dus niet meer naar het
tuchthuis terug, en juist dasrom zeg je
mij de gehoorzaamheid op, als ik je wel
begrijp."
„Ja, want- wat ge mij te bevelen hebt,
kan slechts een misdaad zijn. Laat mij
weer gaau van waar ik gekomen ben, ik
dien zulke heeren niet meer."
„Als ik je laat gaan van waar je ge
komen bent, dan ga je naar het tuchthuis
terug, en daar heb ik de macht toe."
„Gij?"
„Ja zeker, ik. Herinner je Fanny Colville,
die met baar kind
„O! Zwijg."
„In.... in het huis van je vader
kwam. Dat kind is vermoord, en dat
heeft je vader zelf niet gedaan, maar het
aan zijn zoon opgedragen. Heb ik nu
macht genoeg, om je naar bet tuchthuis
terug te doen voeren, Tommy Leveret?"
„De macht, ja, maar niet den moed,
want door mij aan te klagen zou je ook
jezelve in het verderf storten. Ik doodde
het arme kind, dat is waar, en God weet
hoeveel berouw ik daarover gevoel, maar ik
handelde alleen op uw bevel."
„En waarmee zou je dat bewijzen?"
„Bewijzen? Ik had geen belang bij den
dood van dat wicht, gij wel, omdat ge u
op de moeder wildet wreken."
{Wordt vervolgd.)