voor gemeld instituut, met den listen dezer
eervol uit den zeedienst ontslagen.
De commissie van officieren der zee- en
landmacht, onder voorzitterschap van mr. P.
Verloren van Themaat, advocaat-fiscaal bij het
hoog militair gerechtshof, benoemd om de door
prof. H. Van der Hoeven te Leiden vervaardig
de ontwerpen van een wetboek van militair
Btrafreckt en daarbij behoorende wetten te on
derzoeken, beeft hare vergaderingen te Utrecht
voorloopig gestaakt, daar het onderzoek dier
stukken thans is afgeloopen.
I)e samenstelling van het verslag aan de re
geering zal nog enkele weken eischen. Daarna
zullen de stukken openbaai' gemaakt worden.
De begrooting der kosten van het
provinciaal bestuur van Zuid-Holland, voor
zooveel het rijksbestuur is, voor 1890 he-
draagt f 95401. Daarop zijo de jaarwedden
van de leden van ged. staten, den giiifier
en de vaste ambtenaren en bedienden bij de
proviiiciale griffie wederom uitgetrokken tot
de bedragen, voor 1S89 voorgesteld, maar
toen niet door de regeering overgenomen.
De begrooting voor enkel provinciale en
huishoudelijke inkomsten en uitgaven voor
1890 bedraagt 785323,955. Voorgesteld
wordt daarbij eene heffing van 8 opcenten
op de hoofdsom der grondbelasting en van
5 opcenten ep die van het personeel. Eene
som van 4 ton is opgenomen om te wordt 11
geleend. Daar er ouder de uitgaven
f 558000 is opgenomen voor buitengewone
zal mitsdien uit de gewone middelen
158000 voor buitengewone werken en renten
worden besteed. In 1885 werd lot dekking
der kosten voor de Maasbrug en de verbete
ring der watergemeenschap tusschen Rijn en
Schie eene geldleening toegestaan van
f 2,200000. Tot nu toe werd 500000
geleend.
De gewone subsidiëu zijn voorgesteld tot
oprichting van gemeentelijke bewaarscholen,
voor de Kon. Muziekschool, de Ambachts-
of Teekenscholeu te Rotterdam,'s-Gravenha-
ge, Noordwijk, Woerden, Alphen, Leiden,
Bodegrave, \oor de Industriescholen voor
meisjes te 's-Gravenhage en Rotterdam, bet
Genootschap „Mathesis Scieutiarum Genitrix"
te Leiden.
Verhooging van het subsidie van f 35011
tot ƒ5000 wordt voorgesteld voor de Veree-
niging voor Doofstommenonderwijs ie Rolter-
dmn, maar bet subsidie voor de Kweekschool
voor hewaarschoolonderwijzeressen te Leiden,
111 1889 voor een jaar tot ƒ3000 verhoogd,
is teruggebracht lot 2000. Nieuwe sub
sidiëu zijn uitgetrokken van -f 3000 voor
de Vereeniging „De Zuid-Hollandsche leerhoe-
ve voor zuivelbereiding" in de kosten van
theoretisch onderwijs aan hare Leerhoeve
en van 100 voor de Teekenschool te
Heiievoelsluis.
Bij het a. s. bezoek van Z. M. den
Shah van Perzie aan de residentie zullen de
volgende militaire eerbewijzen worden ge
geven bij aankomst 51 en bij vertrek 50
saluutschoten; aan het station van den Holl.
spoorweg zai eene compagnie grenadiers,
onder bevel van den kapitein Van Tien hoven
met het regimentsvaandel en de kon. militaire
kapel zijn opgesteld, terwijl aan het hotel,
waar Z. M. zai afstappen, eene eerewacht
zal worden betrokken door eene compagnie
jagers met de hoornmuziek.
Een escadron huzaren is als escorte bij
den intocht aangewezen.
Z. K. H. prins Albert van Pruisen
wordt den 13den Juli in het Oranjehotel
te Scheveningen verwacht.
Hedennacht omstreeks 2 uur, ontstond
er een hevige uitslaande brand in het pand aan
de Noordzijde van de Hoogstraat tegenover de
Vlasmarkt te Rotterdam, waar het schoenen
magazijn van de firma Paanakker Si Co. geves
tigd is.
Aan boord van Zr. Ms. opleidingsschip
„Admiraal van Wassenaer" werd Zaterdag
avond, in verband met het onverwacht bezoek
van den shah van Perzië, 0. a. eene andeie
zware statie-valreep (loopplank om aa.i boord
te komen) gelegd. Een aantal jongens ver
richtte dit werk; twee hunner kwamen onder
de in beweging zijnde plank; de een werd
vreeselijk verminkt en was binnen enkele minu
ten een lijk; de andere brak beide beenen.
Het Handelsblad bevat het volgende
aangaande het bezoek van den Sbah aan
Amsterdam
Gisterenochteud te ongeveer halfelf uur
reed Z. M. de Shah van Perzië uit in het
door een tweespan getrokken rijtuig van
den burgemeester. Daarin namen plaat?
Z. M. de Sbah in klein tenue, met de
gewone zwarte astrakan muts zonder eenig
tooisel, eene nauwsluitende zwarte jas, slechts
versierd op de borst door een grooten gelen
diamant, en daarover heen een blauwe
uniformjas met koperen knoopen en rood
katoenen voering; de burgemeester in bur
gerkleeding, generaal Verspyck eveneens in
T SSV 5S SS3B- -ara
burgi rtenue, en generaal Nazare Aga eeniger-
mate als de Sbah gekleed.
In een tweede rijtuig had een klein gevolg-
van den Perzischen vorst plaats genomen.
De stoet, werd begeleid door liet gewone
politiepersoneel.
Te tien minuten voor elven kwam de
Shall ten stadhuize aan. Aan den ingang
werd Z. M, Nasr-ed-din ontvangen door de
wethouders Van Lenuep, Coninck Westen
berg en Driessen in ambtsgewaad. In de
fraai versierde vestibule voor de raadzaal
werden de directeur van publieke werken,
de heer Schuurman, en de waarnemende
secretaris, de heer Van der Eist, aan Z. M.
voorgesteld, waarna het hooge gezelschap
door den burgemeester de raadzaal werd
binnengeleid.
Hier waren op eenige tafels uit het archief
eene reeks platen uit den Amsterdamschen
atlas ten toon gesteld, voorstellende het
verleden van de hoofdstad. De Shall hoorde
met veel aandacht de uitleggingen aan,
welke de burgemeester Z. M. in de Pransclie
taal gaf of door den archivaris, mr. De
Roever, die aan den vorst was voorgesteld,
werden gegeven. Vooral schonk de Perzische
vorst veel belangstelling aan hetgeen de
burgemeester hem van de graving van het
Noordzeekanaal vertelde en van de plannen
tot drooglegging der Zuiderzee. Met ge
noegen bezichtigde de vorst ook eene plaat,
het uit- en inwendige voorstellende van
eene in de vorige eeuw op Kromboomslool
bestaan hebbende Armenische kerk, waarvan
het gebouw nog gedeeltelijk aanwezig is.
Intusschen was de brandweer op de plaats
gekomen en manoeuvreerde zeer tot genoegen
van deu Shall, die vooral zijne ingenomen
beid uitsprak over de voortreffelijke reddings
toestellen, welker goede werking op zijn
verlangen herhaaldelijk werd bewezen. De
commandant Van MGOck werd den Perziscbeu
mouarch voorgesteld en mocht uit diens
mond de betuigingen zijner hooge tevreden
heid vernemen. Meer dan eenmaal uitte de
Sbah zijn bewondering voor onze voor
treffelijke brandweer, wier manoeuvres den
hoogen toeschouwers een: c'est merveille!
ontlokte.
Het gezelschap was toen in de burge
meesterskamer. intusschen waren in de
raadzaal de tafels in gereedheid gebracht
voor een dejeuuer-dinatoire, waarvoor hel
huis-Couturier zijne goede zorgen op zich
genomen had.
Terwijl het gezelschap in de burgemees
terskamer toefde, kwam Z. E. de gevol
machtigde minister van Z. M. Leopold 11
aan ons hof deu generaal Nazare Aga
spreken, oui aan liet oordeel van den Shah
hei programma der feestelijkheden te onder
werpen, ter gelegenheid van het bezoek te
Antwerpen. Z. M. de Shah kon daarover
nog niet besluiten, doch zou dit hedeiina
middag doen.
Te twaalf uur begon het dejeuner.
De Shah was gezeten tusschen den
generaal Verspyck (rechts) en den burge
meester (links). Naast den burgemeester
zat generaal Nazare Aga. Voorts waren
aan het dejeuner genoodigd, behalve het
gevolg van den Shall en de wethouders, de
vice-admiraal Cramer, de directeur van P.
W de hoofdcommissaris der gemeente
politie, de heer Steeukamp, de waarnemend
secretaris, de heer Van der Eist, (ie archivaris,
mr. De Roever, de commandant van de
brandweer, de heer Van Moock, in hel
geheel dertig personen. De Shah en de
Perzische heereu hielden hunne mutsen op.
De Shah luisterde met veel genoegen
naar de verhalen van den burgemeester,
o. a. waar deze bem het belang der bariDg
vischvangst voor ons land schetste. Trouwens
de roem onzer Hollandsclic haring is ook
tot Perzië doorgedrongen.
Te twee uur ongeveer kwam de Perzi
sche vorst aan «Ie inrichtingen van de maat
schappij Nederland aan de Handelskade aan
Z. M. werd daar ontvangen door de direc
tie der maatschappij, de heeren J. Boisse-
vain en P. Tegelberg, die door den burge
meester werden voorgesteld. Het gevolg
van den shah bestond uit de volgende
grootwaardigheidbekleeders Mirza Ali Asg-
had Khan, de groot vizier, Madjda Addo-
wiet, Amiuo Khalvat, Nasserol molk, Mo-
liandessolmémalck, Mirza Neran en Mirza
Ahdollah-Kliau. Later kwam ook doctor
Tholosan.
Toen Nasr el din aan de inrichtingen van
de Mij. Nederland was aangekomen, wer
den achtereenvolgens 101 saluutschoten van
de in het IJ liggende met vlaggen getooide
wachtschepen gehoord.
Na met de directie van de Mij. Neder
land kennis gemaakt te hebben, werd de
shah naar het aan de steigers liggend stoom
schip Koningin Emma geleid. Ook de
stoomschepen Prins van Oranje en Burge
meester den Tex waren aanwezig en hunne
T3 $3 TSC.J SS*. U
officieren vormden aan weerszijden een haag,
waartusscben de koning voortschreed.
Met de grootste belangstelling nam de
shall de Maleische bedienden in oogenschouw
wier mandoer den Perzischen vorst werd
aangewezen, Generaal Verspyck en de heer
Tegelberg vertolkte 't geen de Maleiers zei
den, en toen de bruintjes deu vorst een
snufje gaven van hun godsdienstig leven,
ril. hoe zij bidden, was zijne aandacht zeer
groot.
De Koningin Emma werd door den shall
bezichtigd. De commandant, de heer F.
W. Somer, aan den vorst voorgesteld. De
shah, die een bekwaam geogiaaf is en voor
alles wat aardrijkskunde betreft, veel belang
stelling koestert, liet zich inlichten over de
reizen, die de schepen der maatschappij ma
ken en over onze bezittingen in den Indischen
archipel.
Na met de Geres van de heeren üebr.
Goedkoop een tochtje over het IJ gemaakt
te hebben, ging de shah aan den kop der
Handelskade bij den grooten hok weder io
zijn rijtuig, waarna het gezelschap naar de
marinekazerne reed en de rijkswerf bezich
tigde. De vice admiraal Cramer, omgeven
door zijne officieren, ontving hier de shall
aan de poort der kazerne, welke van bin
nen fraai versierd was. D: officieren wer
den aan den Perzischen koning voorgesteld,
die daarna tie inrichtingen van de werf
bezichtigde. Het muziekcorps der mariniers
van den Helder speelde het Perzische volks
lied, waarna Nasr ed-tlin de marinetroepeu
inspecteerde. In het torpedo-gebouw be
zichtigde hij de daar liggende torpedo's wier
werking den koning werden verklaard. Een
bezoek aan dc Wassenaer, wier feruue jon
gens in het want paradeerde, volgde. De
manschap en de jongens manoeuvreerden op
zoo kranige wijze, dat de shah meermalen
van zijne ingenomenheid over hetgeen hij
gezien had, betuigde. Hij vond het de plus
intéressant.
In de schoone koningssloep, gevolgd door
de admiraal sloep werd de shall en liet ge
zelschap naar het Amstelhotel teruggebracht,
waar hij, door de eerewacht verwelkomd,
te halfvijf aan wal stapte.
Véér het vertrek ontving de Perzische
koning uit de handen van mejuffrouw Cal-
ten, dochter van den hoofdingenieur van de
werf, een fraai bloemstuk met het Perzische
wapen en de Nederlandsche kleuren. De
sbah dankte beleefdelijk voor dez,e attentie,
Nasr-ed din heeft, gelijk hij 'meermalen
betuigde een alleraangenaamslen indruk van
Amsterdam en zijne bevolking ontvangen.
Hij vindt onze stad zeer schoon.
Gelijk reeds werd medegedeeld, was Z. M.
Nasr-ed-din, met de voornaamste waardig-
heidsbebleeders van zijn gevolg, gisteravond
de gast van den burgemeester en mevrouw
Van Tienhoven. Allen waren thans in vol
ornaat en schitterden van goud en edele
steenen. Z. M. de shah droeg op de borst
twee borststukken met talrijke groote diaman
ten bezet en een bandelier met honderden
groote juweelen.
Te ongeveer 10 uur 's avonds reed het
hooge gezelschap in twaalf open rijtuigen
naar het IJ, daar ter eere van den Perzischen
monarch een vuurwerk zou ontstoken worden.
De hooge bezoekers begaveu zich van een
der steigers op een met houdeiden lampions
versierde boot, en toen deze van wal ge
stoken was, begon het avondfeest, dat, als
geheel, een der schoonste is, dat Amsterdam
heeft doen zien. Van alle zijden stroomde
als 't ware het licht in alle kleuren toe. De
wachtschepen baadden zich telkens in eene
zee van gekleurJ licht, waarin hare ranke
lijnen scherp afstaken. Op bet water voer
zacht eene reeks met lampions versierde
vaartuigen van de vereeniging Het heen
en weder en het krioelde en woelde van
vele kleinere vaartuigen die alle van ge
kleurde lichten voorzien, langs de grootere
heen gleden. Het was meermalen een
tooverachtig schoon gezicht, waarvoor de
hooge gebieder der Perzen een en al be-
wonderiug was. Ook het vuurwerk slaag
den naar weuech. Beter vuurpijlen werden
nooit de lucht ingezonden dan gisteravond
en ook de groote stukken, waarbij eene
hulde aan den shah deu hoogen toeschou
wer zeer aangenaam trof, waren fraai. Doch
het schoonst waren toch de effecten, ver
kregen door het gelijktijdig afsteken van
verschillende gekleurde beugaalsehe vuren.
De dikke rood, groen en violet gekleurde
wolken dreven dan log weg en vermengden
zich met elkaar om eindelijk in het ij Ie
te vervliegen en daarlusschen door schoten
dan vau tegenovergestelde richtingen de
vuurpijlen in de lucht en scheurde zich door
de bonte wolkeu een gouden streep daarin
achterlatende, liet was in één woord ver
rukkelijk. Om elf uur was het schouwspel
waarvoor Nasr-ed-din zich zeer erkentelijk
betoonde, geëindigd.
Van het IJ reed de shah naar het Am-
stel-Hötel terng.
Het programma voor heden is als volgt:
10 uur vin. Rijks Museutn11 uur vm.
Vondelpark uaar Artis; 12 u. nm. Artis
2 u. nm. Apuarium en Panorama; 85 uur
des avonds Carré.
Omtrent den Shah van Perzie, deelt
de jV, Rott. Ct. volgende bijzonderheden
mede
Nasr-ed-din, Shall (koning) Padshah (be
schermer en koning) Alaheziet schahiustiah
(majesteit en koning der koningen), Gaebleh
alem („punt, naar hetwelk de wereld over
helt"), zoon van Mehmed Shah, kleinzoon
van Abbas Mirza, achterkleinzoon van Feth
Ali Sbah, uit deu turksch-tartaarscheu stam
der Kadscharen, besteeg iu 1858 op 18
jarigen leeftijd den troon van Perzie.
Hij werd geboren in een dorp bij Tabriz.
Zijn moeder, een der vier wettige vrouwen
van Mehmed Shah, heette Maedeh Alia, en
was de dochter vau den Kadscharen hoofd
man Kasem Cha i. De genegenheid van den
vorigen Shah voor de eerste vrouw, die
hem een zoon schonk, duurde niet lang, de
Kadscharen-dochter viel in ongenade, en de
opvoeding van Nasr ed-din werd in alle
opzichten verwaarloosd. De positie van den
zoon is in het „Land der Zon" afhankelijk
van die zijner moeder, ook al is hij de kroon
prins. Bijna nooit werd hij toegelaten bij
zijn vader, en als dit gebeurde, moest hij
dulden, dat hem een lagere plaats werd
gegeven dan aanzijn jongeren broeder Abbas
Mirza (zoon van een andere vrouw dan
Maedeh Alia) en aan een zekeren prins llchani,
den zoon van een der andere echtgenooten
van Mehmed Shah.
Destijds nog linksch en onbeholpen in
zijn bewegingen en achterlijk naar den geest,
werd Nasr ed din op zijn 14e jaar met zijn
moeder naar Tabriz gezonden, in naam als
gouverneur der provincie Azerbeidschan,
waarvan Tabriz of Tauris de hoofdstad is.
Tot aan zijne troonsbestijging verkeerde hij
in groot geldgebrc-k.
Gelijk steeds in Perzie het geval is, had
ook Nasr ed-din veel bezwaren te overwin
nen alvorens den troon te kunnen innemen,
die bem rechtmatig toekwam. Zijn vader
zou het liefst zijn tweeden zoon Abbas Mirza
tot opvolger hebben benoemd, doch had op
het oogenblik van zijn overlijden aan dat
voornemen nog geen gevolg gegeven. Terwijl
er nu te Teheran bij de vrij onverwachte
tijding van den dood van, Mehmed Shah
een oproer uitbrak, was het voor de ver
schillende pretendenten, die zich niet in de
hoofdstad bevonden, natuurlijk van groot
gewicht, zoo spoedig mogelijk van dat over
lijden kennis te krijgen. Het eerst werd
hiervan onderricht de rechtmatige erfgenaam
Nasr ed-din, en wel door den Russischen
consul-generaal te Tabriz, Anitschkoff, naar
wien door het Russische gezantschap te
Teheran een koerier was gezonden. Deze
koerier had den afstand van ongeveer 500
kilometer tusschen de hoofdstad en Tabriz
iu den bijna ongelooflijk korten tijd van
48 uren te paard afgelegd. Bij de beoor
deeling der later door deu Shab gevolgde
politiek is hel goed, steeds te bedenken
dat hij zijn troon vermoedelijk hieraan heeft
te danken, en dat hem deze dienst van
Russische zijde werd bewezen. Dezelfde
Russische koerier werd ook naar Teheran
teruggezonden, om voorloopig de komBt van
Nasr ed-din in de hoofdstad voor te be
reiden. Eene kleine som gelds, welke hem
was toevertrouwd, om de allereerste nood
zakelijke kosten te bestrijden, werd dien
koerier te Kaswin afgenomen door den perzi
schen prins Seif, die zich daar reeds tot
koning had doen uitroepen. Deze werd
korten tijd daarna gevangen genomen door
de troepen, welke een vermogend aanhanger
van Nasr ed-din, Mirza Taghi geheeten,
inderhaast had verzameld. De Shah deed
vervolgens zijn intocht als koning te Teheran.
Hij is thans, betrekkelijkerwijze gesproken,
een kundig en verstandig vorst, die veel
nut heeft weten te trekken uit de lessen,
die hem eerst op vrij gevorderden leeftijd,
en als heerscher werden gegeven door zijn
leermeesters en raadslieden, alsmede door de
ervaring. Want van hem kan men met
recht zeggen dat hij door schade en schande
wijs is gewordentijdens zijn regeering heeft
hij met moeilijkheden van buitengewocen
aard te kampen gehad.
IJdelheid, naar onze begrippen, is nog
steeds een zijner voornaamste gebreken. Het
geheele wanbeheer van den in 1851 benoem
den grootvizier Mirza Agha khan, dat on
noemelijk veel ellende over het land heeft
gebracht, is slechts mogelijk geweest, omdat
het tot leus had „vlei den shah."
Nasr-ed-din beschouwt zich als door de
Voorzienigheid geroepen, een Peter De Groote
voor zijn rijk te zijn. Zijn herhaalde reizen
naar Europa hangen nauw samen met deze
meening over zich-zelven. Tegen de raad-