Vrijdag 15 Maart 1889. - N°. 63.
Bureel: Sciteepinakersstee^ 6.
Uitgevers: Gebroeders Muré.
Het uur der Vergelding.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
lie ze Coiirviüi verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
k 3 0 n Ëtfïit FJ T
Vooi Leiden, per 3 maandent LM.
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60.
Prijs per Vminster 10 Cent.
202» Jaargang.
APVEifiTEiïlES:
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, A contant, zonder rabat, per regel 0.10.
Sta (Is -Berichte
Ilei'lialiiigsoiideiwijs,
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
LEIDEN,
Gezien art. 3 der Verordening van den 12
Januari 1882, tol regeling -van hel Herhalings-
onderwijs in de gemeente Leiden Gemeente
blad no. 11;)
Krengen Ier kennis van belanghebbenden,
dat de inschrijving van leerlingen voor hel
llcrhnliiigsondt-rwi.ls zal plaats hebben
van den I8en tot en met den 23en Maart
a. s.voor meisjes in hel Schoollokaal in de
Van der Werlslraal, voor jongens in dat aan
de Korle Mare, telken dage des namiddags van
zeven lot aclit uren.
Tot hel Herhalingsonderwijs kunnen wor
den toegelaten:
lo. de leerlingen van de scholen der 3e en
4e klasse, die verkregen hebben hel ge
tuigschrift, bedoeld bij art. 18 5 2 der
Verordening van 11 November 1880 (Ge
meenteblad no. 4 van 1881);
2o. zij, die bij een al te leggen examen,
blijken geven aan de daarvoor gestelde
vereischten te kunnen voldoen.
Burgemeester e:i Wethouders voornoemd,
DE KANTER, Burgemeester.
E. KISTSecretaris.
Leiden, 14 Maart 1889.
Aflossing Geldlceuing.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van Leiden brengen ter algemeene kennis
dat bij de op heden plaats gehad hebbende uit
loting van acht obligation, elk groot een
duizend gulden, beboerende lot de 3)
percentsgeldleening van 600.000, aan
gegaan krachtens raadsbesluit van 10 No
vember 1888 zijn uitgeloot de nummers
103, 117, 147, 218, 236, 354, 355 en
417, welke op den lstel> Juli e. k. aflosbaar
zijn gesteld, op welk tijdstip die obligatiëu
ophouden rente te dragen.
En geschiedt hiervan openbare afkondi
ging door plaatsing in de Leidsche Courant.
Burgemeester en Wethouders voornoemd;
DE KANTER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
Leiden, 14 Maart 1889,
LEIOËN, 14 Maart.
Toestand des Rollings.
Uit Apeldoorn beticht men omtrent den
toestand van Z. M. den koning van eer-
gistereu
De voedselopname bleef vrij gunstig, de
krachten onveranderd.
Z. M. vertoeft geruimen tijd geheel gekleed
buiten bed, maar is nog niet in staat zijn
gewoue bezigheden te verrichten.
De toestand van opgewondenheid her-
haalt zich nog, en de slaap moet dientenge
volge door geneesmiddelen bevorderd worden.
liet lijden, veroorzaakt door de chroni
sche kwaal, is zeer verminderd en de alge
meene toestand van den patiënt gunstiger.
Prof. Rosenstein eu dr. Vinkhuizen kwa
men eergisteren middag ten paleize.
(N. v. d. D.)
h i) li i] i; t i: ut a a nu
Zitting van den raad der gemeente Leiden
op Donderdag 14 Maart 1889, des na
middags te 2 uren, ten raadhuize der ge
meente.
De voorzitter opent de vergadering.
Aanwezig zijn 20 leden, en wel c-e
keerenLe Poole, Fockema Audreae,
Schneither, Van Hamel, Alma, Zaaijer, Du
Rieu, Juta, Ztlleseu, Van Buttingha Wicheis,
Kuapperi, Bool, Was, Kaiser, De Got-je,
Uasselbach, Zaalberg, Tieleman, Verster van
Wulverhorst en de voorzitter.
Afwezig met kennisgeving de heeren De
Sturler, üriessen, Koetser, Nijkamp, Van
Masijk Huijser van Ileenen en Van der
Hoeven.
De notulen worden door den secretaris
gelezen eu door de vergadering goedgekeurd,
waarna de voorzitter kennis geeft o. a. van
de volgende
Ingekomen stukkeu.
1 Misssive vanGed. Staten van Zuid-Holland
dd. 25 Februari/1 Maart jl. B n°. 386 (3e
afd. G. S. n". 55, houdende mededeeling dat
oen bedrag van 641.20 te veel is uitge
keerd als subsidie in de kosten van het
lager onderwijs over 1887.
2. Verzoek van I. Iinans, om vergunning
tot het doen dempen van een gedeelte Rijns-
burgcrsingclsloot voor zijne woning aan dien
singel n°. 9.
3. Verzoek van den heer O. P. Waller
Zeper te Noordwijk, om vrijstelling van de
betaling van schoolgeld voor zijn zoon Marius,
leerling der Hoogere Burgerschool voor Jon
gens, wegens verandering van woonplaats.
4. Verzoek van G, Bruggink, om vergun
ning tot het doen vernieuwen van eene
schoeiing voor het perceel Haarlemmerweg
n°. 29 en een brug voor dat perceel te doen
veranderen in een dam.
5. Verzoek van J. D. Kiek, betrekkelijk
demping van een gedeelte der Rijnsburger-
singelsloot.
6. Dat thans nog een bedrag van 89000
in prolongatie is belegd bij de Leidscbe
Bank
Aan de orde is nu le. Het voorstel be
trekkelijk de belegging van gelden over den
dienst 1889.
De heer Bool, wethouder van financiën,
vraagt het woord. Het rapport van de
commissie van financiën heeft hem ten
zeerste verwonderd; spreker acht 't een
napleiten op de oppositie gevoerd bij de
besprekingen over de leening, onlangs door
den gemeenteraad met groote meerderheid
goedgekeurd. Wil men nu terstond na de
ieening f 25,000 aflossen dan is dat als
't ware een terugkomen op het besluit van
den raad, met 18 tegen 8 stemmen genomen,
dat niet 5^ tnaar 6 ton zou worden geleend.
Tegenover de obligatiehouders zon 't boven
dien niet fair zijn reeds nu hunne geldbe
legging ais 't ware ongedaan te maken.
Wel is nu f 83,000 in kas, doch weldra
zal zeer veel spoedig moeten worden be
steed, zoodat het saldo niet zóó groot zal
zijn en liet houden van kasgeld is zekor
zeer vuorziclitig omdat er niets kostbaarder
is dan het opnemen van kasgeld. Maar er
komt nog bij dat de f 40 die op elk aan
deel zijn toegegeven, omdat ze f 40 beneden
pari zijn uitgegeven, nu terstond zou moeten
worden weggegooid als 't ware, zouder eenig
nut, wanneer reeds zoo spoedig die aan
deden Èt pari worden afgelost-
De heer Fockema Audreae licht nogmaals
toe de redenen die de commissie van finan
ciën hebben geleid tot meerdere aflossing te
adviseeren en bare stem te verheffen tegeu
het beleggen van het saldo in schuldbrieven
die natuurlijk kunnen teruggaan in waarde.
Hieraan mag zich liet gemeentebestuur niet
blootstellen. Wat betreft het toegeven van
i ƒ40 per aandeel bij terstond aflossen A
pari die som per aandeel is reeds toege
geven daaraan is niets meer te veranderen
en bovendien zullen ook zij die de aandeden
hebben genomen ais soliede geldbelegging,
gaarne die dadelijke winst van 2 percent
aannemen, om dan terstond het vrijkomende
in even soliede gemeenteschuld te beleggen.
De voorzitter stelt tegenover het argument
van den heer Fockema Andreae dat de
koersen zouden dalen van de schuldbrieven
die zouden worden aangekocht, het geval
dat ze zouden rijzenen voor het laatste
geval meent spreker is meer kans dan voor
't eerste. Maar bovendien staan werken voor
de deur die spoedig kapitaal zullen vorderen,
zooals vergrooting van enkele inrichtingen
aan de stedelijke gasfabriek, en dan zou 't
zeker minder voordeelig zijn geld te moeten
opnemen, terwijl men 't nu heeft en bewaren
kan. Spreker meent dat een zoodanige ge-
dachtengang niet tégen, doch védr het finan
cieel beleid van het gemeentebestuur pleit.
De heer Bool wil nog even zijne inge
nomenheid te kennen geven met het plegen
van overleg tusschen de commissie van
financiën en hem, wethouder van financiën,
zooals in dit geval is geschied; ook de heer
Fockema Andreae geeft omtrent het plegen
van overleg, als voorzitter van de commissie
van financiën, zijn ingenomenheid te kennen.
Wat de voorzitter gezegd heeft omtrent de
gelden benoodigd voor het uitbreiden van de
gasfabriek, is een argument dat den laatsten
spreker geheel koud laat, omdat dit nog een
niet te berekenen tijdsverloop van ons af is.
De voorzitter meent dat dit niet zoo ver
zal afliggen en wil men voortdurend eene
voldoende hoeveelheid gas kunnen leveren,
dan moet men daarin tijdig voorzien. Hier
geldt zeer zeker: gouverner o'est prévoir.
Hij moet den raad in overweging geven het
amendement van de commissie van financiën
niet aan te nemen.
Het amendement van de commissie van
financiën, wordt nu in stemming gebracht,
en wel
1°. dat van de 3^ pet. geldleening ad
f 600.000 in 1889 zal worden afgelost
f33.000.
Het amendement wordt verworpen met
11 tegen 9 stemmen. Vóór stemden de hee
ren Was, Juta, Van Hamel, Schneither,
FEU ILL ETON.
4).
„Als dat mogelijk was, dan zon een
vorstelijk vermogen nog te weinig zijn om
n te beloonen," riep Colville met een van
aandoening verstikte stem, „maar gij raas
kalt, Pratt. Hoe groot uw kunst ook zijn
ooge, om zulk een wonder te verrichten
zoudt ge een verbond met satan gesloten
moeten hebben."
irMet satan staat men tegenwoordig niet
Beer op zulk een amicalen voet, ook
raaskal ik niet, maar spreek bij mijn volle
verstand. Dns zou tienduizend dollars niet
te veel zijn, als ik u miss Lilly Lawrence
levend in de armen voerde?"
„Demon, ge weet wel dat ge moogt
vragen zooveel ge wilt, maar ge kunt het
niet doen."
„Ik kan het," sprak de dokter, met
een kalmte, die een groot contrast maakte
met de opgewondenheid van den andere.
Deze greep zijn bezoeker hij de schouders
en schudde hem heftig heen en weder,
terwijl hij hem toeschreeuwde
„Mensch, drijf mij niet tot het uiterste
met uw spot, ge weet, dat ik dat meisje
heb bemind tot razernij, ja tot waanzinnig
wordens toe. Nu is zij dood, en geen
macht ter wereld kan haar aan den dood
ontrukken."
„Geen macht ter wereld, behalve ik,"
sprak de dokter, nog altijd even kalm,
„want zij, die allen dood wanen, is niet
meer dan schijndood, en het geheim om
haar weder tot het leven, het leven alleen
voor u, op te wekken, bezit ik alleen."
„Pratt, gij spreekt als een waanzinnige,"
sprak mr. Colville, en week onwillekeurig
in zijn stoel terug. „Het geen ge zegt is
onmogelijk."
„Het moge ongelooflijk zijn wat ik u
zeg, onmogelijk is het niet. Luister, en
ik zal u alles duidelijk maken. Juist op
het oogenbiik dat miss Lilly levenloos ge
vonden werd, kwam ik toevallig het huis
van den bankier Lawrence voorbijen
smeekte men mij zoo dringend binnen te komen,
dat ik niet anders doen kon, dan toegeven
en mij dus naar de kamer liet geleiden,
waar de schoone bruid koud en beweging
loos lag uitgestrekt op den vloer. Men
zou haar ook wezenlijk voor dood gehouden
hebben, maar bij scherper onderzoek, ont
dekte ik een bijna onmerkbare warmte aan
het hart, terwijl ook in de palm der hand
een rood vlekje aanwezig was, en de
ougen een uitdrukki ig hadden, die aan
duidde dat zij niet dood was. De wond
was in de nabijheid van het hart, maar
had niets geraakt, en was ook met een
bevende hand toegebracht. De pijn, ge
voegd bij den doodelijken angst vermoord
te worden want van de uitspraak der
jury geloof ik geen syllabe bracht haar
in een bewusteloosheiddie alle leeken
voor den duod moesten houden, maar die
voor ons, medici, geen twijfel overliet of
het sujet was slechts schijndood."
„Duivel, en ge hebt een levende laten
begraven
„Alleen in uw belang, Colville. Bij elk
ander sujet zou ik gezegd hebben, dat het
niet meer dan een verdooving waswaaruit
ik baar weidra zou doen ontwakenhier
dacht ik dadelijk aan u, en ik besloot haar
te laten begraven, om haar daardoor des te
gemakkelijker in uw macht te brengen."
„Pralt, ge zijt een demon."
„Nu, ik moet zeggen, Colville, dat ge
een zonderlinge manier hebt, om uw dank
baarheid te betuigen."
„Neen, ge zult niet over mijn oudank-
baarheid te klagen hebbenmaar het is zoo
vreeselijk, als men bedenkt, dat zij, die
schoone, bloeiende maagd, in het kille graf
ligt, en misschien reeds dood is."
„Maak u niet bang, er is geen gevaar
bij. Voorloopig behoeft ge voor het ont
waken uit hare verdooving niet te vreezen.
Luister. In een onbewaakt oogenbiik heb
ik mij meester gemaakt van den sleutel
van den grafkelder. Binnen een paar uur
is het nacht, en dan zullen wij de schoone
Lilly Lawrence, die voor de geheele
wereld dood is, tot een nieuw leven op
wekken."
„Maar waar zullen wij haar heen brengen;
en als de diefstal van het lijk eens ontdekt
wordt, wat danP"
„Ik weet een zekere schuilplaats. Her
innert ge u de arme Fanny niet meer, die
we in het roode huis, bij dat oude echt
paar gebracht hebber.waar zij ge
bleven is, tot de dood haar van haar
waanzin
„Om Godswil zwijg, laat de dooden rusten.
Waarom herinnert ge mij aan die vreeselijke
gebeurtenis?"
(Wordt vervolgd.)