Cssi NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. A30«NE«EMT: Donderdag 19 Juli 1388, N". 169. ADVERTS H TIEN: Uitgevers: Gebroeders Muré. Onschuldig Veroordeeld. f) ei.e 011 runt verschijnt du» el ij ks« heliulve op Zoii- en I'eestduen. Voor Leiden, per 3 maanden1.25, Franco door het gelteele rijk, per 3 maanden l.ttO. S'rijs per \uniiiier 10 202 Junr^anii. Van 16 repels0.90. Elke regel meeri 0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingena contant, zonder rabat, per regel 0.10. Bureel: Scheepinakerssteeg: 6. I.KII»K\, 18 Juli. De le luit. der inf. Vau Dura, on- iujs uit Indië teruggekomenis ingedeeld li de le cotnp., 3e bat. alhier. De 2e luit. K. T. Collardvan het Se bat. 3e reg. inf., iu garnizoen te Bergen ep-Zoom, is op zijn verzoek overgeplaatst bij het 4e reg. infanterie. In het gebouw van kunsten en weten- iduppeu te 's Gravenhage hielden gister- liddag de provinciale staten van Zuid-Hol- leid hare zomervergadering. De verkiezing nu de heeren Van Weel en Begram deelden ie reeds gisteravond mede. Zonder stemming werd goedgekeurd het worstel vau gedeputeerde staten om een mlitavorderiug in te stellen tegeu de Hol- ludache ijzeren spoorwegmaatschappij iu zake de bosten vau opruiming van onvoltooide brogaerbeu in de Zijl. Beiloleu werd aan de schippers vereeniging Schultevaer te kennen te geven: 1°. iu zake bur verzoek om over te gaau tol verhoogiug der Rhijnspoorwegbrug over den Vliet onder de gemeente Voorburg, dat dit gedeelte niet •egrepeo is in de ter hand geuomeu vaart- watering, eu 2°. iu zake haar adres be- Mfende het stellen van seinteekens op de «bobluia aan deu Leidschendam, dat gude- paleerdc staten aan wie het adres zal volden gerenvoyeerd er op zulleu letten •tl iu deze zal blijken nuttig eo noodig te Goedgekeurd werd daarop het voorstel van ltd. st. omtrent de heffing van rechten voor bel gebruik der veereu iu het jaagpad langs den Eijn en omtrent de bediening dier veereu. Bij hoofdstuk II art. 2 van afdeeliug V [wsteu van onderhoud van het jaagpad langs ito Eijn f 12,000) waarvan echter slechts 18000 ten laste der provincie komt wordt mr aanleiding van een vraag in het ver- wg, of er geen uitzicht bestaat op vermin- deriug dezer post en zoo ja, wanneer? door bet lid van gedebuteerde staten, den heer Gveboop, geantwoord dat, i u het jaagpad peel iu orde ia en goed onderhouden wordt, geregeld met de vernieuwing der daarin üggende bruggen wordt voortgegaan, doch Et er uitzicht is dat na 1892, als wanneer Ka hoopt daarmede geheel gereed te zijn, •been de kosten vau gewoou onderhoud wordeu gevorderd. Hoofdstuk VIII. Bij artikel 6, subsidie aan de afdeeliug Noordwijk van de Veree- nigiug ter bevordering van fabriek- en hand- werksuij verheid teu behoeve van haar teeken eu ambachtsschool ad f 150, wordt door den heer Hoogeveen voorgesteld die subsidie met f 50 te verminderen. Na bestrijding van dit amendement door den heer Goekoop wordt het verworpen met 40 tegen 15 stemmen. Bij artikel 0subsidie aan bestuurders der kweekschool voor bewaarschool onder wijzeressen te Leiden f 3000, zijnde eene verhoogiug van f 1000 voor 1889 voorge steld, wordt door den heer Jansen van Schiedam het voorstel gedaan om die ver hooging van f 1000 te doen vervallen eu evenals voor 1888 slechts f 2000 toe te kennen. Nadat de heer Jansen dit voorstel had toegelicht en de beeren Goekoop en Neeb het krachtig hadden bestreden werd het verworpen met 52 tegen 17 stemmen. Bij artikel 12. Subsidie aan de vereni ging Practische Ambachtsschool te Leiden f 1000 werd door de heeren Kikkert en De Laat de Kanter eene poging aangewend om die subsidie met f 1000 te verhoogeu. Dit amendement, door den heer Kikkert voorge steld vond hevige bestrijding bij gedeputeerde staten die bij monde van den heer Goekoop aantoonden dat de Leidsche Ambachtsschool nu reeds in veel gunstiger verhouding staat, wat betreft den door de provincie verleeuden steun dan Rotterdam en 's Gravenhage. Die subsidie moet bovendien niet als een vaste inkomst beschouwd wordeu maar als een steun eu aanmoediging om op den door haar ingeslagen weg voort te gaan. Het amendement werd ten slotte verwor pen met 47 tegen 17 stemmen. Toen indertijd de St. Josefs vereeni- ging alhier door aankoop eigenares was ge worden van het ruime pand Rapenburg 52 alhier, werd spoedig eeu plan tot verbou wing gereed gemaakt en werd weldra met die verbouwing begonnen. Er is heel wat gebeurd. Achter het paud is van den tuin het overgroote gedeelte ingenomen door eene ruime zaal voor eeu 400-tal zitplaatsen. Aan bet einde dier zaal, die behalve door de glazeu deuren aan de zijde van het Pieterskerkpleiu haar licht ontvangt van een bizonder groote gla zen lantaren in het in vakken verdeelde houten plafond, is een orkest aangebracht, terwijl in het middeu vau eeu der laugste zijden een buffet is ingebouwd. De groote zaal kan door losse deuren voor gewoon gebruik in drie deelen worden afgedeeld. Rondom deze zaal zijn nog klei nere vertrekken voor verschilleude doelein den ingericht, terwijl eene conciërgewoning aan de achterzijde is aangebracht. Aan de Rapeuburgzijde is het bovengedeelte tot bovenwoning ingericht en van een afzon derlijken opgang voorzien. Ook aan de zijde vau het Pieterskerk- plein heeft het gebouw eeu uitgang en tevens is vau den daar beschikbaar geble ven grond eene strook afgeuomeu voor het bouwen van eene kegelbaan. In de zaal zal het borstbeeld prijken van Vader Col ping, deu stichter van de Keulsche St. Jo- sefs-vereeniging. Het geheel nadert zijne voltooiing en naar wij vernemen zal in het middeu van September a. s. de ingebruikneming van bet nieuwe tehuis feestelijk wordeu gevierd. We bopeu dan de gelegenheid te hebben nader terug te komen op deze nuttige stichting, wier werking aan geheel de maat schappij ten goede komt eu die om hare strekking de geucgeuheid verdient van alle weldeukcnden. Nog vernemen we dat bij bovenbedoelde feestelijke opening de heer dr. Schaepman zal tegenwoordig zijn, evenals de Zeereerw. heer jhr. Van Nispen tot Sevenaer, van Amsterdam. Aan merkwaardige woorden zal het zeker dien feestdag niet ontbreken. Niettegenstaande het ongunstige weder werden gistermorgen niet deu pleizicrtreiu van den Ned. Rhijnspoorweg van Leiden en tusscheustations tot Woerden naar Arn hem nog 705 personen vervoerd. Gisternacht bad er te dezer slede een tragisch-koniisch voorval plaats. Dooreenige inwoners werd de politie alhier er opmerk zaam op gemaakt dat builen de Wiltepoort eene vrouw aan den weg lag in buitenge woon vergevorderden staat van dronkenschap. Men toog er been en men voud op de aan geduide plaats niet alleen de vrouw, uiaar ook haren heer gemaal die iets minder dron ken nas, hetgeen zich dan ook lichtelijk liet verklaren uit zijn openhartige bekentenis dat van hel door hen gekochte halffleschje de grootste helft door de vrouw, de kleinste door deu man was geledigd, de laatste nog wel daartoe vetleid door de eerste. Wat wonder dan ook dat de uitwerking bij elk van het tweetal, evenredig was aan de ge bruikte hoeveelheid volkskanker. De vrouw werd nu op de been geholpen en in de meégebrachte handkar getild. De man van zijnen plicht als echtvriend diep doordrongen bracht het voertuig in bewe ging en voerde langs paden, die door hem voor iu nevel gehulde slingerpaden werdeu aangezien zijn lieven last naar de oudtijds als vleeschhal gebezigde gewelven. Waar werd oprechter trouw Dau tusschen man en vrouw Ter wereld ooit gevonden. Een Kermis waarop bet théatre van deu heer Spriet, thans de Wed. Spriet en Zoon, niet aanwezig is, is bijna niet denk baar. De groote tent wordt dan ook nu weêr opgeslagen op de Lammermarkt, de bekende standplaats, terwijl het gezelschap, ditmaal geheel nieuw en zeer talrijk, in aan tocht is. Maandag a. s. des middags te 2 uur zal reeds de eerste voorstelling worden gegeven, terwijl bij die gelegenheid kinderspeelgoed zal worden uitgedeeld. Dat is voor de ken nismaking. De groote avondvoorstelling volgt dan 's avonds te 8 uur. Eiken dag zal zich die volgorde herhalen, nieuwe pan tomimes zullen worden vertoond en het is vooral de nieuwe pautomime «Sergeant Mi chel, of de onschuldig veroordeelde," die de aandacht trekt en teu volle waardig is. De firma Spriet zal haren oudeu roem wel we- teu te bandhaven. De wed. |Wery vergeet ons met haar honden- en apenthëhtre ook ditmaal niet. De flinke bekende teut is geplaatst op de Beestenmarkt en de meest gevarieerde voor stellingen zulleu er worden gegeven. Wie de bekende bondjes, apen en pouny'a, de grappige clowns en de verdere artisten vroeger jaren heeft zien werken wil ze ook ditmaal zien. Maar wat ook vooral aan trekkelijkheid bijbrengt, 't zijn de Agios copische wereldtableaux of lichtbeelden die zich spoedig een goeden naam hebben ver- FEUILLETON'. 'UJ VERTAALD UIT HET ENÜKLSCH, VAN w. w. s. (Canton Moultrie 1" riep zij uit, als tooi hij in levenden lijve voor haar, eu S balde daarbij de kleine handen. «Dau bs Moultrieeens zu'.len wij elkander •«dertien, dat voel ik, dat weet ik Neem 1 in acht, wanneer dat uur aanbreekt, 'ut ctenmin als gij medelijden hebt gehad nij, zal ik medelijden hebben met u; Nroioo als gij mijn hart gemarteld en ge- hebt, wil ik het uwe martelen eu Dat zweer ik bij God!" 1st ontbijt werd Miss Dufart door de »»ardin leWe gebracht, zij zag haar hstken barbij 5 aan, half nieuwsgierig, half wan- baastnd. fcnakUp» kwam Ellen tot het bewustzijn haar komen met Dantou Moultrie, diens totohog verdwijnen, het achterwege blij reu het voorbereid huwelijk, dat alles, en nog wel in vereeniging gebracht met haar flauwvallen en onrustig voorkomen, wel alle tongen in beweging zou brengen. Zij had de uieiischeii voor minstens eeu jaar stof tot praatjes gegeven. Schaamte en vrees streden om den voorrang. Met zooveel waardigheid, als zij slechts kou aannemen, vroeg zij aan de waardin„Kent ge mijn naam «Neen, miss. De heer, die gisteren hier met u aankwam, heeft ons geene namen gezegd." Met het hoofd in den nek eu in de houding van een vorstin, zei Ellen: «Ik ben mis3 Dufart, de nicht van den kolonel Dufart. Er zulleu wel weinig men- scbeu in den omtrek zijn, die deu naam niet kennen. Ik wensch in dit huis te blijven, tot mijn oom mij komt afhalen, wat binnen een paar uren kan gebeureu. Is hier ook iemand, die een boodschap kan breugeu bij deu kolonel?" Een plotselinge verandering in de houding van de waardin bewees, dat het noemen van den naam van deu kolonel Dufart zijne uitwerking niet had gemist. Met een linksche buiging ant woordde zij: «Vergeving, miss. Ik had u nog nooit te Sagamore gezien. Onze jongeu, Tom, gaat dadelijk naar Black- haveu eu tal dan uw boodschap tevens overbrengen." Ellen liet zich schrijf beuoodigdliedeu brengen en haar outbijt onaangeroerd latende elke bete had haar verstikt schreef zij uit de volheid haars harten eeu berouwvollcii brief aan deu man, die haar levenslang eeu liefdevol vader was geweest. Van Constance North kon zij wel geen ver gitfenis verwachten, maar oompje zou zijn lieveling gewis genade schenken. Zij bad: «O kom, en breng mij van hier; alleen durf ik uiet terug te komen, want niet tegenstaande alles wat is voorgevallen, is mij nog een weinig trots bijgebleven. Ach, oompjelief, stel u toch tusschen Constance en uw schuldig kind, neem het weder in uwe hoede. Ik deed slecht, ja, maar o, hoe ben ik niet gestraft gewordeu! Kom, kom toch spoedig. Ik beu hier verlaten in dit vreemde huis en elke minuut schijnt mij een eeuwigheid toe, totdat ik u mag wederzien." Zij zloot Danlon Moultrie's brief iu den hare, zonder eeu woord daarvan te gewagen of er bij te voegen. De koloDel moest lezen wat do trouwelooze haar geschreven had. Zij zegelde den brief en stelde hem zelve in Tom's handen, met de opdracht hem zoo spoedig mogelijk aan bet adres te bezorgen; dan trad zij weder in de vuile gelagkamer en nam aan het venster plaatsom de komst des kolonels af te wachten. In spanning werd de eerste dag een dag vol wind en regen doorgebracht, maar de kolonel kwam niet. Elleti in haar thans gekreukeld toilet van het diner, week niet van het venster, met gejaagd verlangen steeds op den weg starend, totdat de duisternis baar dit onmogelijk had ge maakt. «Zeker is hij zieksprak zij t»t zich- zelve, «of misschien wel van huis om naar mij te zoekeu." Half waauzinnig van on geduld en angst, liep zij den ganschen nacht het vertrek op en nederDe morgen kwam, maar van den kolooel Dufart hoorde zij niets. Met bleeke, bevende lippen vroeg Ellen aan de waardin«Zijt ge wel zeker dat mijn brief behoorlijk is bezorgd?" «Volkomen zeker," antwoordde de vrouw. «Tom zegt, dat hij hem aan eeu bediende beeft afgegeven, die hem verzekerd beeft den kolonel dadelijk den brief te zullen ter hand stellen." (Hordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1888 | | pagina 1