NIKUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Vrijdag 8 Juni 1888. N°. 134. Bureél: Sclieepiiiakerssteeg 6. Uitgevers: Gebroeders Muré. BINNENLANÜSCHE BERICHTEN. Onschuldig Veroordeeld. w. w. a. II e /.e Coii i'a ill verschijnt dadelijks* behalve op Zon- eu Feestdagen. ABONNEMENT: Voor Leiden, per 3 maanden1.25. Franco door hel gelteele rijk, per 3 maanden UK), l'rijs per .\iinmier 10 tent. 202e Jaargang. ADVERTENTIE N: Van 16 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingenk contant, zonder rabat, per regel 0.10. Aan de geabonneerileii op de Han delingen en Ingekomen Stukken van den Gemeenteraad zijn de iiom. 97 117 der Ingekomen Stukken ver zonden. LEIDEN, 7 Juni. Bij beschikking van den minister van binnenl. zaken is T. Brouwer, te Delft, voor het tijdvak van 1 Juli 1888 tot en met 31 Juli 1889, benoemd tot adsistent bij 'a rijks ethnographisch museum alhier. De maatschappij van Ned. Letterkunde alhier tal den 21eu haar jaarlijksche ver gadering houden. Tot vervanging van den aftredende» bestuurder dr. Kern is voorge dragen een dubbeltal, bestaande uit mr. S. J. Fockeuia Andrete en mr, Cb. M. Dozy, Voor 20 binneiilaudscbe en 5 buiteulandsche leden zijn voorgedragen resp. 55 en 9 can didate». Het bestuur bericht, dat de alphabetische catalogus der bibliotheek (tevens register op den wetenschappelijk ingeriebten catalogus) thans door de goede zorgen van den beer L. D. Petit geheel voltooid is, en zoo spoe dig mogelijk in druk zal verschijnen. Bij inteekening is die voor de leden voor f 3 verkrijgbaar. Fad.) Een badgids voor het Noordzeebad .Katwijk aan Zee" is de wereld ingezonden, 'tls een gids voor bet seizoen 1888. Na eene beschrijving van de badplaats en van de wijzen waarop men er komen kan, volgt een kalender, tarieven voor baden en hotels, bcKhrijvingen der inrichtingen waar ineu een onderkomen kan vinden, afbecldiugeu der verschillende hotels en villa's en einde lijk advertenliën. Het boekske is vrij lijvig en tiet er goed uit. HI.IEH, UCTIBBBS BS HI VNT. Sterfdag (1794) van Biirger. In Amerika zijn inschrijvingen geo pend voor de oprichting van een gedenk- teeken ter eere van Beethoven. Tien groote uitvoeringen van zijn beroemdste werken uilen ter ondersteuning van de commissie vordeu gehouden. KEEICIEELE KEK IC II TEN. Door Z. M. zijn benoemd tot burgemees ter: der gemeente 's GravenzanJe, P, R. Diugemans van de Kasteele, secr. dier ge meente; der gemeente Heemskerk, jhr. mr. H. Gevers Jr., eu der gemeente Castricum, J. Mooy. Door Z. M. is tot instelling van eetie commissie tot onderzoek naar de wensche* lijkbeid ecuer wijziging van de bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op de ri vieren, stroomen, kanalen, reeden, havenmon den en zeegaten des rijks, in plaats van «ijlen den inspecteur van den waterstaat 11. S. J. Rose, met ingang van 1 Juni tot lid en voorzitter der genoemde commissie benoemd deu bij koninklijk besluit vau 28 April 1888 n°. 10 tot inspecteur vau den waterstaat benoemden hoofdingenieur G. Van Diesen. Door Z. M. is aan E. J. Van de Roemer, te Schellinkhout, tot wederopzeg ging vergunning verleend om, zonder gelde lijke belooning, lager onderwijs in de Fransche taal te geven. Door Z. M. is de commies der poste rijen 3e kl. K. Schraver teruggebracht tot commies der posterijen 4e kl. Z, M. beeft op 5 dezer de geloofs brieven ontvangen van sir Horace Rumbold als buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister van H. M. de koningin van Groot- Brittannië en Ierland, bij hoogstdeszelfs hof. De minister van binnenl. zaken heeft de benoeming van dr. D. Bierens de Haan, hoogleeraar aan de rijksuniversiteit te Leiden, tot gecommitteerde der regeering bij de eind examens der gymnasia te Deutichem, 's Her togenbosch eu Maastricht op zijn verzoek ingetrokken, en iu zijne plaats aangewezen dr. F. De Boer, Uoogleeraar aan de rijksuni versiteit te Groningen. Voor de betrekking van gouverneur van Suriname mot ten het meest in aanmerking komen jhr. mr. T. A. J. Van Ascb vat. Wijck, jhr. mr. M. A. De Savornin Lobman eu dr. *1'. C. L. Wijnmalen. {Fad.) In enkele bladen wordt gemeld, dat de tweede kamer waarschijnlijk tegen 19 Juui e. k. zou worden bijeengeroepen. Wij kunnen verzekeren, dat daaromtrent nog niets is bepaald. (D. v. Z.-ll. en 't Gr.) Gisterenmorgen geraakte in de cement fabriek van den heer O. te Alfen a-d Rijn een jongeling, aldaar werkzaam, tusschen de machine en werd met verbrijzelden arm er uitgehaald. De nachtelijke stilte en rust wazen, nadat gisteren avond de klok twaalf had geslagen, niet weggelegd voor het personeel van het Hollandscbe spoorwegstation te 's Graveuhage. Tusschen middernacht en het aanbreken van den dag van heden werd daar de ver huizing uit het oude stationsgebouw naar het opgeleverde gedeelte van het nieuwe volbracht. Heden ochtend, toen de eerste trein zijn signaal deed hoorei), was de gedaantever wisseling een feit, en vond men het oude grijze gebouw eenzaam en verlaten, de toe gangen versperd en de wanden kaal. Door bel goederenbureau tijdelijk hoofd ingang naar bet nieuwe station, leidt de weg langs eene helling naar de thans voor dei J'eust bestemde perronhelft. Naar men reeds uit de planneu weet, zal het station eenmaal voltooid, gevormd worden door twee overkapte baaugedeclten, geachei- deu door de gebuuwcu ten behoeve van het publiek, de administratie en den dienst. Onder het overgedekte gedeelte aan de zijde van den Rijswijkschen weg, zullen de treinen uit beide richtingen aankomen en vertrekken, totdat de overkapping van het terrein aan gere zijde van dc gebouwen, dus naar den stadskant, gereed zal zijn, waarvoor bet uoodig is de kap van het thans verla ten station op te ruimen. Dit laatste punt zal worden bestemd voor de beweging in de richting naar Rotterdam en het tegenoverliggende voor die naar Amsterdam. Dan zullen de reizigers, van uit het plaats- kaartjesburean, hetwelk waarschijnlijk geves tigd wordt in het midden van het oude gebouw, niet gelijk nu, bijna gelijkvloers de platforms bereiken, maar moeten zij door eene tunnel langs trappen naar boven komen, uitgezonderd gebrekkige lieden, te wier be hoeve een afzonderlijke omgang gemaakt wordt. De heden betrokken vleugel is eene breede boog overwelfde ruimte, overvloedig voorzien van licht, dat door glasruiten tusschen de pijlers en den kaprand en een glazen koe peldak in het midden binnenvalt. Het publiek beweegt zich langs een breed plankier, dat later gelijkvloers zal komen met de treden van de spoortreinen. De lokalen, nan het perron gelegen, zijn: ter hoogte van de ijzerfabriek De Prins van Oranje: het bestelgoedcrenhureau, de bureaux van admiuiatratie, kantoor van den chef, telegraafkantoor, garde-robe, conducteurska mer eu telephoonkamcr, welke lokalen door de tunnel gescheiden worden van de wacht kamers, die nagenoeg naast elkander gelegen zijn en voorzien zijn van tochtportalen. Door openslaande deuren aan beide zijden kan men zoowel op het eene, ala op het andere perron komen. De wachtkamers zijn eenvoudig, maar deftig gestoffeerd en gemeubeld. Het geheel ziet er geriefelijk uit. Bij de tweede klasse wachtkamer, belegd met een parketvloer behoort eene flinke re stauratiezaal en in het vertrek voor derde klasse-reizigers is een buffet. Een damessalou en toiletkamer, geheel naar de eischen des tijds ingericht ligt tus schen de eerste en tweede klasse wachtka mers. Aan het einde van het perron maken de retirades deel uit vm bet gebouw, bestemd tot berging der stationsbenoodigdheden. Het indienststellen van de helft van het nieuwe stationsgebouw mag als eene groote verbetering worden beschouwd en toegejuicht. Bij het toenemend verkeer langs de Hol landscbe lijn bleek het tegenwoordige station hoe langer hoe meer te klein, vooral in bet zomerseizoen. De dageu zijn thans voorbij dat meu gepakt als baringen binnen en buiten den trein stond op te wachten. Dauk zij de onbekrompenheid waarmede de Hollaudsche spoorwegmaatschappij het werk naar de planneu van hare ingenieurs onder leiding van den opzichter den heer Van Tol, heeft laten uitvoeren, heeft de jaren lang veroordeelde toestand opgehouden FEUILLETON. VRIJ VERTAALD UIT HET ENGELSCH, ?AN .fik u benijden?" riep Ellen Dufart, óedend toorn. benijden? Waar dig uietDe nicht van kolonel Dufart khoeft niemand op de wereld te benijden. ik heb mijne bewonderaars en aan bidden éen ten minste," voegde zij er wn Robert Leith denkende, fen al ,,r# dit niet het gevaldan toch kon de 111die u boven aden heeft uitverkoreu, ander cevoel bij mij opwekken dan 'tdelijdeo." gesprek had een pijnlijke wending gnomen en de kolonel beijverde zich het uu nUlVMICI UCIJ'CIUC tiv.ll UB n V® breken met te zeggen: «Maar kind ge stuift op als buskruit. Ga lieve, lien of in de receptiekamer alles be- wriijk geregeld is. Ik heb nog een paar met Constance te spreken." ™j kende den kolottel te goed om te durven tegenstribbelen, maar een spottend compliment aan hare schoone vijandin makend, verliet zij de kamer. Hoe boos en geërgerd zij ook wasnam zij toch levendig aandeel in de voorbereidingen van liet feest. Zij begaf zich naar de receptiezaal, die, met Fransche meubelen en tropische bloemen en plinten versierd een prachtig gebeel vormde. Bloemfestoenen hingen van het eene raam tot het andere en langs alle vakken van den wandbloemen stonden in korven en vazen, of slingciden zich sierlijk uit hangende schelpen. Bloe men uit alle oorden en van alle jaarge tijden; maar de tropische plant met zijn groote, spits toeloopende bladeren, was toch bet meest vertegenwoordigd. Tevreden en vergenoegd had Ellen dit alles beschouwd en begaf zicb daarop naar de groote eetzaal waar verscheidene tafels voor de verwacht wordende gasten gereed stonden, allen reeds gedekt en voorzien van het fijnste kristal en porceleinwerk. Ook in deze zaal vond men, even als op de trappen en corridots, tal van bloemen en uitbeemsche gewassen. Iu alle baarden flikkerden een beider vlam mend vuur, terwijl overal de ramen geopend waren, zoodat men niet beireesd behoefde te zijn voor eene onaangename, drukkende warmte, die zoo spoedig ontslaat in zalen waar vele meuschen vereenigd zijn. Uit keuken en aanrechtkamer klonk een geruiscb en een gerammel, dat duidelijk deed gissen huevele voorbereidingen het wel kostte, om dit feestmaal tot een waarlijk prachtvol feest te maken. Reeds waren er vele gasten door het huis verspreid en een nog grooter aantal werd verwacht met de later aankomende spoor treinen. De kolonel Dufart, altijd een vrijgevig en liefhebbend voogd voor zijne pupil, had, na zij hem voor goed ging verlatenmets gespaard om het bruilofts feest zoo luisterrijk mogelijk te doen zijn. Nog lang zou zeker dit huwelijk in ieders geheugen blijven. Toen Ellen haar onderzoek met meer dan bevredigend resultaat bad geëindigd, begaf zij zich naar hare eigene kamir. Op haar bed lag het smaakvolle zijden kleed, waar mede zij ziclt voor deze prachtige gelegen- hei J zou looienen op haar toilettafel schitterde in sierlijk etui het kostbare parelsnoerdat haar oom haar ten geschenke had gegeven. Ellenbij bet venster staande liet, na een vluchtigen blik op hare sieraden geworpen te hebben, den blik wijden over de golven van de baai. Dus van daag, dacht Ellenzal Constance met haar mooicn Zuid-Amerikaan trouwen, met hem weg gaan en uEllenin rust en vrede achterlaten. Miss North was het jonge, dartele meisje steeds een ergernis geweest; toch wilde zij haar nu wel als bruidsjoffer dienen en voor bet laatst voorkomend en vriendelijk tegen haar zijn. Maar toch verblijdde zij zich van harte over de verwijdering van zulk een niet te verachten tegenpartij. Eilen was eerlijk bij het onderzoek naar zich zelve en zij bracht het zelfs zoover zich af te vragen, terwijl zij voelde, dat zij tegelijkertijd hevig kleurde: «Benijd ik werkelijk Constance haren bruidegom? Neen misschien een heel klein beetje bij is zoo'ii prachtig utanten minste als zijn portret op bem gelijkt. Het moet toch verrukkelijk zijn, om zulk een man «mijn man" te mogen noemen. Zou ik ooit zulk een man, zulk een buitengewoon man tot echtvriend krijgen?" Miss Dufart had Danton Moul trie, die zulk een groote plaats in hare gedachten bekleedde, nog nooit gezien. Constance had Item jaren geleden, toen bij met eene bevriende familie eene badplaats bezoekt, leeren kennen. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1888 | | pagina 1