MANUELA, NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Zaterdag 17 December 1887. N°. 296. Uitgevers: Gebroeders Muré. Leidscbe Courant Deze Courant v e r s e li ijt <i a e 1 ij k s behalve op Zon- en Feestdage n. ABOMHEIflEfiST: Voor Leiden, per 3 maandenf 1.25. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden l.ttO. Prijs per Nummer 10 t'ent. AOYEBTEfUIEfi: Van 16 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingenk contant, zonder rabat, per regel 0.10. IBureeh Kclieepiuakerssteeg 6. 201» Jaargang. Stads-Bcrichten. Kiezerslijsten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente LEIDEN herinneren bij deze belang hebbenden aan de publicalie van 5 December jl. geplaatst in de Leidsche Couranten van den 6den en 12den December d. a. v. waarbij o. m. is medegedeeld dat lot 21 December a. s. ge tegenheid beslaat tol bet doen van aangiften voor plaatsing op de Kiezerslijsten en dat daarvoor blanco formulieren Ier Secretarie ver krijgbaar zijn. Burgemeester en Weihouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, den 15 December 1887. UTADSNIEUWI. Door de geneeskundige staatscommis sie werd in de heden gehouden zitting voor de artsexamens voor het le gedeelte toege laten de heer C. A. Duyvis. Bij het gisteren te Utrecht gehouden examen ter verkrijging van de akte voor Engelsch (M. O.) is geslaagd voor akte B. mej. Q. Tb. Goudsmit, alhier. De Standaard schrijft: Indien de 29 stemmen, die op baron Van Was9enaer gin gen, op den candidaat der anti-revolutio naire partij waren uitgebracht, zou het nog maals in Leiden tot herstemming tusschen onzen candidaat en mr. Smeele zijn ge komen. Thans heeft de vreemdsoortige wijze, waarop deze 29 kiezers tegen den raad van baron Van Wassenaer zeiven in, waanden voor zijn naam insteê van voor de vader- landBche belangen en voor de auti-revolutio- naire partij te moeten opkomentot eenig gevolg, dat het nu weer tusschen de roomsch- gezinden en een liberalist staat, even als in 1886. Dit is te bedenkelijker, omdat de opkomst slecht was, en van alle partijen een kleine tweehonderd kiezers minder opkwamen, dan gemeenlijk. Bij de heistemming zal dit, vreezen we, nóg slechter zijo. Het loont thans schier de moeite niet, zoozal men denkenom zich warm te maken voor een keuzedie toch geen ander effect sorteert dan in naam. Immers de gekozene zal toch niet be- eedigd kunnen worden voor na liet winter- reces. En dan komt de onde kamer misschien nog wel even saammaar hoogstens om de preparatiën te maken voor eigen begrafenis. Men schrijft van hier aan de N. R. Cl.: Met de nieuwe grondwet is de politiek de studentenwereld binnengetreden. De student-kiezer kan er een nieuw type worden. Men zij echter voor tooneelen van verzet en oproer tegen de gestelde machten, gelijk warmbloediger muzenzonen van over de grenzen ons somtijds te zien geven, niet bevreesd. Onze nuchtere aard is waarborg tegen dergelijke buitensporigheden. Het kan alvast geen kwaad, dat de kweekeÜDgen onzer boogescholen hunne strijdlustigheid aan ernstiger zaken botvieren, dan haar in de kleine kibbelarijen binnen hun eigen maatschappijtje te loonen. Of de verschil lende korpsen zich in groepen van bepaalde kleur zullen splitsen, valt zeer te betwijfelen. Ten slotte zal eene verkiezing voor den senaat of het bestuur der sociëteit de hoofden warmer maken dan de kansen van dezen of genen candidaat voor tweede kamer of gemeenteraad. Het i9 reeds gebleken, dat het nieuwe artikel voor de kiesbevoegdheid vele quaes- tiëu doet ontstaan. Het studentenweekblad Minerva wees in een artikel op eigenaardige moeilijkheden, die bij de toepassing der kies wet op de studentenwereld verrijzen. Het komt daar toch niet zelden voor dat bijv. twee studenten samen eene kamer bewonen. Is nu slechts één van dezen kiezer? Of zijn zij het beiden, wanneer elk hunner aan huur eene som betaalt, die gelijk staat aan de helft der huurwaarde van het gansche huis? Daar zij echter in den regel wel 1 of 2 slaapkamers zullen hebben, kan een van beiden als huurder van die slaapkamer(s) optreden. Is liet ook billijk, vraagt de Minerva, dat waar studenten zoo vaak verhuizen, zij tel kens hun kiesrecht niet kunnen uitoefenen, w&uneer bij eene verkiezing zij nog geen 9 maanden op hunne kamers hebben gewoond? Men zou de quaestie nog anders kunnen stellen en de uitsluiting van hel kiesrecht zou er ongerijmd door worden. Het gebeurt dikwijls dat een student binnen hetzelfde huis van kamers verandert. Stel het geval dat hij op de 2e verdieping woont, f250 huur betaalt en kiezer is. Nu daalt hij eene verdieping af, verwoont nu, laat het zijn f300 en hij is vooreerst kiezer-af Wie er lust in heeft kan met eenige moeite meer van dergelijke vraagpunten op werpen. Belangstellenden vinden de zaak in de Minerva van 1 December uitvoeriger behandeld. Intusschen heeft do liberale kiesvereeni- ging Algemeen Belang alhier zich reeds met eenige studenten in verbinding gesteld. In een twijfelachtig district als het Leidsche kunnen de stemmen der studenten wel eenig gewicht hebben. Men zal het vuur echter wel warm mogen stoken, wil het wat uit richten. De studenten zijn het zeker niet die het meest het nieuw geschonken kies recht op prijs stellen. Woensdagavond had ten 7 ure plaats eene vergadering van leden der Zuid-Afri- kaansche-vereeniging op de eetzaal der Sociëteit Minerva ouder leiding van den heer Humme, die, hierin aangezocht door prof. Spruythet voorstel deed van bovengenoemde vereeniging eene studentenafdeeling op te richten, welk plan groote instemming vond. Nadat een bestuur gekozen was bestaande uit de heeren W. T. De Vogel (praeses) en H. I. Koster (ab-actis) deelde de heer llumme nog mede, dat prof. Spruyt in de maand Januari de afdeeling zou kouten inwijden. Nadat niemand meer iets in het belang der vereeniging had aan te merkensloot de heer Humme de vergadering. (Fox.) Voor Vrijdag 9 Dec. had het bestuur van Arena een onderlingen wedstrijd uitge schreven, waarvan de uitslag was als volgt: Gymnastiek. Eerste afdeeling. Championprijs, uitgeloofd door het bestuur, Le Coultre met 114 punten. Rekstok. Prijs: J. A. Le Coultre met 89j punten en premie: D. A. Boon met 38 punten. Ringen. Prijs: J. A. Le Coultre met 40 punten en premie: D. A. Boon met 37 J punten. Brug. PrijsB. For- mijne met 37punten en premie: J. E. O. Van Emden met 36 punten. Tweede af deeling. Championsprijs uitgeloofd doorHon- comm. van A. S. Gewonnen door den heer W. J. M. Plate met 1111 punten en premie: door den heer A. VV. De Pauly met 95 punten. Rekstok. Prijs: W. J. M. Plate met 34 punten en premie: G. L. Mens Fiers Sme ding met 33j punten. Ringen. Prijs: W. J. M. Plate met 35£ punten en premie: A. W. De Pauly met 34.J punten. Brug. Prijs: W. J. M. Plate met 42 punten eu premie: J. B. A. M. Van den Berg met 36 punten. Springen. Prijs: uitgeloofd door den heer G. L. Mens Fiers Smeding, W. Van Bemmelen, na loting met E. Smit. Schermen. Degen. Prijs: G. L. Mens Fiers Smeding en premie: J. B. W. Van Hugen- polh. Sabel. Prijs: J. B. W. Van Hugenpoth en premie: J. H. A. Bosch. Geweer. Prijs: J. H. A. Bosch en premie: C. W. Maris tot S. A. Korte stok. Prijs: J. B. W. Van Hugenpoth en premie: F. B. S. Van Leeu wen. Lange stok. PrijsJ. H. A. Bosch en premie: E. J. W. Holleman. Jury voor den lsten dag (2de afdeeling gijutnastiek) de heeren C. J. De Bruyn Kops, P. Van Andel en C. A. Bader. Jury voor den 2den dag (1ste afdeeling gymnastiek) de heeren C. J. De Bruyn KopsJ. M. Dutilh en C. A. Bader. (Vox.) Door een 4-tal kleine jongens is in den avond van St. Nicolaas eene ontvreemde kat gevilddie zij in den tuin van het ana tomisch kabinet hebben geworpen. Daarop hebben zij het vel bij een bontwerker ver kocht en het daarvoor gemaakte geld onder ling verdeeld. Te dier zake is tegen hen proces-verbaal opgemaakt. Voor de liefhebbers van figuurzagen is 't waarschijnlijk niet onaardig te weten dat ook voor bet vensier van het pand Morsehweg n°. 195, bewoond door den heer H. Raemachers, een rijtuig (Lodewijk XVI, 1776) te zien is, uitgezaagd door den be woner. UNIVEK1ITEIT. Aan de rijks universiteit alhier zijn nog de volgende examina met gunstig ge volg afgelegd. Doctoraal-examen rechtswelenschap door de heeren A. F. C. Van der Eist, A. Ny- singh en W. F. Van der Mandele. Doctoraal-examen slaatswetenscbap door den heer C. G. 't Hooft. MUZIEK, LETTEREN ENT KUNST. Bij de viering van het dertigjarig bestaan van de Koninklijke Nationale Zaug- FEU1LLETON. OF DE WRAAK EENER EDELE VROUW. 112). „Lieve Marie, wees overtuigd, dat wan neer het erger wordt, ik onmiddellijk tele- grapheer, en van Roderich verwacht ik, dat hij je alsdan terstond terug brengt of stuurt. De kleine Claudius verlangt onophoudelijk naar je." »Je ziet dusRoderichdat wij elk oogenblik teruggeroepen kunnen worden. Misschien ook, dat onze komst niet noodig zal blijken." Lucy vouwde haren brief weder te zamen, terwijl Cecilia vragend Roderich O'Donell aankeek. Marie? En ik dacht dat uw zuster Lucy heette?" „Lucy Marie, met uw verlof. Onze groot vader is een mijnheer De Lausac, en toen Lucy bij hem gebracht werd, om in zijn woning grootgebracht te wordenmoest zij in plaats van den naam O'Donell, den zijne voeren. Hij noemde haar daarom Marie De Lausac." Een half onderdrukte kreet ontsnapte eens klaps aan een paar bleeke lippen. „Zijt ge niet wel, mejuffrouw Latour?" vroeg lord Arthur bezorgd. Doch de jonge dame, wat haar ook moclit hebben doen ontroeren, had 9poedig hare zelfbeheersching herkregen. Glimlachend keek zij op en antwoordde bedaard: „Het is niets, mylord, slechts een zenuw pijn, waaraan ik somwijlen onderhevig ben. Er bestaat werkelijk geen de minste reden tot bezorgdheid. Gij zijt wezenlijk al te vriendelijk. Bij de minste kou, die ik vat, heb ik last van deze pijn." „En wij stonden hier juist op den trek. Zal ik het venster sluiten, mejuffrouw Latour?" „En daarmede de heerlijke avondlucht verbannen, o neen, graaf, voor geen geld ter wereld." „Vergun mij dan ten minste om een warmen doek voor u te gaan halen." En eer zij tegenwerpingen had kunnen maken, was hij reeds verdwenen. Inmiddels was Roderich voortgegaan met Cecilia te vertellen. „Voor zes jaar," zeide hij, „kreeg mijn grootvader het eensklaps in het hoofd om weer te gaan trouwen, en met de geboorte van den kleinen Claudius zijn nu natuurlijk de millioenen voor ons verloren gegaan, waatop wij met recht aanspraak meenden te maken. Lucy Mary kon wel is waar uit stekend overweg met de vrouw van haren grootvader, doch er vertoonde zich toch plotseling bij haar een diepe melancholie en zij schreef mij of ik over wilde komen, om haar naar Engeland terug te brengen. Om streeks denzelfden tijd reisde een familie onzer kennis naar New-Orleans en wenschte haar mede te nemen. Haar grootvader was hier tegen, mijne goedkeuring droeg het evenmin weg, maar ik kon haar geen tehuis aanbieden, dat ook maar in de verBte verte te vergelijken was hij dat, waaraan zij bij haren grootvader gewoon was. Ik gaf dus ten laatste mijn toestemming. Maar eindelijk wa9 toch ook het tijdstip aangebroken, waarop zij Baar haar vaderland terug ver langde. Ik nam daarom een verlof voor den tijd van zes maanden en zoodoende kwamen wij hier op den weg naar Frankrijk onze geboortestad passeerende." „Naar Londenantwoordde Cecilia. „Doch wat was de beweegreden, die u naar het af gelegen Wilchester voerde?" Roderich haalde de schouders op. „Vraag dat aan Lucy," zeide hij. „Zij verlangde absolunt hierheen te gaanwaarom, dat weet ik niet, maar ik heb alle reden, om de luim mijner zuster, wanneer het ten minste een luim is, te betreuren." De komst van de barones Rosegg gaf aan het gesprek toen een andere richting. In middels was ook lord Arthur tot mejuffrouw Latour teruggekeerd, en hij hield zich juist onledig om de kanten sjaal zorgvuldig over hare schouders uit te spreidentoen lady Geneviève's blik op beiden viel. Geheel hare gewone zelfbeheersching vergetende en slechts aan den indruk van het oogenblik gehoorzamende, trad zij naar het paar toe en verzocht de jonge gouvernante op nu juist niet den vriendelijksten toon, om zich toch eindelijk eens met de kinderen te be moeien. De wijze, waarop zij dit volkomen on gemotiveerde en op dit uur van den dag zeer zeker geheel overbodige verzoek aan de jonge gouvernante stelde, was zoodanig, dat lord Arthur een donkere blos van ver ontwaardiging naar de wangen schoot. Wordt vervolgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1887 | | pagina 1