NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. ABOBIIIIEMEaT: Maandag 17 October 1887. if0. 243. ADVERTENTIES: 1>ele Courant verschijnt <9ugelijks, behalve op Zou- en Feestdage Voor Leiden, per 3 maandenJ 1.35. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60. Prijs per üuuiiner 10 Cent. Van 1regels t 0.00. Elke regel meert 0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen, a contant, zonder rabat, per regel 0.10. BureelSeheepaiakersstees: k. 301e Jaargang. Uitgevers: Gebroeders Muré. Stillis-Berichten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente LEIDEN; Gelet op art. 201 der Algemeene Polilie- verordening van den 6den November 1879, waarbij wordt bepaald, dat ten minste twee maal in hel jaar, en wel eens in het voor- en eens in het najaar, op kennisgeving van Bur gemeester en Wethouders, schoorsleenen en stookplaatsen gereinigd moeien worden. Noodigen' de ingezetenen uit aan de be doelde reiniging van schoorsleenen en stook plaatsen gevolg te geven. En wordt deze door plaatsing in de Leid- sclic Courant afgekondigd. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, den 11 October 1887. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente LEIDEN, brengen ter algemeene kennis dal de passage voor rij- e« voer tuigen over de brug over de Haarlem- mertrekvaart bi) de Leidsche lol in de gemeente Oegstgeest van 18 Oclober tot en niet 8 November a. s. zal af gesloten zijn. Burgemeester en Weihouders voornoemd, DE KANTEUBurgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, den 15 October 1887. «TADINIEUW8. Het bestuur der onlangs hier opge richte studentenafdeeling van het Willems fonds is samengesteld uit de hh. Humme, Burger en De Roo de la Faille. Buim 150 studenten hebben zich reeds aangemeld om te worden opgenomen ate gewone of als werkende leden van het mu ziekgezelschap Sempre Crescendo dat, zooals we onlangs melden weer uit zijne vijfjarige sluimering is ontwaakt. De deelneming is dus reeds nu van dien aard dat de verwach ting voor de toekomst met recht gunstig kan zijn. De heer F. A. Dee zal Maandag a. s. den dag herdenken waarop hij vóór 25 jaren benoemd werd tot ambtenaar bij de Leidsche hoogeschool, van welk tijdperk hij 13} jaar de betrekking van pedel vervulde. In de afgeloopen week (tot 15 Octo ber) zijn alhier geene aangiften gedaan van besmettelijke ziekten. Sterfgevallen aan be smettelijke ziekten kwamen niet voor. In de Stedelijke Werkinrichting zijn opgenomen Z. 9 Oct. 89 volw. en 13 k., totaal 52. M. 10 55 y 9 14 9t u 69. D. 11 9 68 u 9 16 r/t 9 84. W. 12 V 71 n n 15 9% 9 86. D. 13 U 69 y 9 16 Ut 9 85. V. 14 U 71 9 9 16 9) V 87. Z. 15 h 67 y 9 16 Ut 9 83. Bij het hevig onweder dat zich, ver gezeld van even hevige hagelbuien, gister avond boven onze stad ontlastte werd de hooge schoorsteen van de weverij van de Leidsche Katoenmaatschappijdirecteuren de heeren Driesseu alhier, door den bliksem ge troffen. Toen het ongeval plaats had ongeveer half tien werd er op de fabriek niet gewerkt en was er gelukkig niemand in de onmiddellijke nabijheid van het ge vaarte. De bliksem baande zich een weg laDgs den schoorsteen naar beneden na van de kroon tot op eenige meters in die rich ting de helft aan de stadzijde te hebben af genomen. Langs zijn verderen weg naar be neden ontnam hij aan het metselwerk een breeden strook hier en daar één twee de cimeter dik. Het valt nog moeilijk te zeg gen waar de bliksem zich een uitweg heeft gebaand; men vermoedt, door een voorraad steenkolen, die onderaan den schoorsteen was opgeslagen, in den grond. De steen massa die naar beneden is gekomen is tot gruis geslagen en zoodanig in alle richtingen verspreid dat omliggende fabrieksgebouwen, tuinen, straten en grachten als 't ware door een regen van puin werden overdekt. Behalve in woningen in de omgeving, waar tot op 50 h 60 meter afstand ruiten door de uiteenspattende steeuen zijn verbrij zeld, is in de fabriek zelf een ontelbaar aantal ruiten van het glazen dak ingeslagen en is zelfs van een gedeelte van de gebouwen, de geheele glazen bedekking met houten omraming vernield en in de lokalen geworpen waar machinedeelen werden verhrijzeld en een groot aantal weefstoelen en katoenspoelen den geheelen nacht aan de aanhoudende regens waren blootgesteld. Het inwendige van spinnerij en weverij levert een bedroevenden aanblik op; de waterschade is belangrijk en heel wat handen zullen noodig zijn om aan alles het gewoon aanzien terug te geven. Het terrein buiten de fabriek en de be vloeringen van de talen zelf zijn met steen- brokken bezaaid. Wie de vernieling niet gezien heeft kan zich van den omvang geen begrip vormen; bij wie 'twfl hebben gezien moet wel terstond de gedachte zijn opge komen aan de onberekenbare gevolgen van het ongeluk wanneer er op dat oogenblik in de fabriek gewerkt was geworden. Ook door den schok zijn enkele houten deelen, zoo b.v. een trapleuning losgeslagen. Men hoopt alles zéé te schikken dat de werk zaamheden weinig vertraging zullen onder vinden. Voor wie tot het fabrieksterrein geen toegang hebben is de vernieling aan den schoorsteen het best van de stadzijde te zien. Van de singelzijde ziet men slechts de verwoesting aan de kroon er van. U N IV E K 8 I T E I T. Aan de rijks-nniversiteit alhier zijn met gunstig gevolg de volgende examina afgelegd Voorbereidend kerkelijk examen door den heer W. A. Van der Meij. Eerste natuurkundig examen door de hh. P. Jansen, J. Waller Zeper, J. De Bruijne Azn., H. D, Van Stipriaan Luïscins en P. C. Johannissen. Tweede natuurkundig examen door de bh. W. N. J. Wilschut, M. G. Van Spronsen, W. N. Hartman, H. Van der Loo en P. Murray. Propaedeutisch examen geneeskunde door de hh. A. De Maak, S. J. Moorman, J. Mieg en A. M. Conijn. Theoretisch geneeskundig examen door den heer C. C. Vermaas. Candidaatsexamen godgeleerdheid (le ge deelte) door den heer J. Boer Knottnerus. Caudidaatsexamens godgeleerdheid (2e ge deelte) door de hh. H. B. Otferhaus, H. L. Oort, H. W, Ter Haar en J. H. Westrik. Candidaatsexamen geneeskunde door de hh. J. D. Doorman, F. Hage, J. Dorst en A. Velhake. Candidaatsexamen rechtswetenschap door de hh. W. J. M. Plate, H. H. C. Casten- dijk, P. F. M. C. Beruhard, C. A. Bergs- ma Hzn. Tj. Dijkstra, A. G. M. Swart, P. W. De Koning en A. Van Dedern. Doctoraalexamen rechtswetenschap door den heer J. C. Van Harencarspel. Doctoraal examen geneeskunde door de hh. A. C. Kam, A. F. A. M. Van Domme len, J. L. Hage en dr. M. C. Dekhnyzen (reeds vroeger gemeld.) Promotie rechtswetenschap door den heer J. T. Engelbrecht (reeds vroeger gemeld). MUZIEK, LETTEREN EN KUN8T. Sterfdag (1849) van Chopin. De gemeenteraad van Hilversum heeft aan het muziekcorps der dienstdoende schut terij een subsidie van f 300 verleend. Jenny Lind verkeert in een zeer zorgwek kenden toestand. Hare krachten nemen voortdurend af. De heer Tourniaire trad eergisteren te Utrecht voor het eerst na zijn herstel op. Een allerhartelijkste ovatie werd hem bij zijn verschijnen gebracht. Het gejuich scheen geen einde te nemen. De studenten wier pen hem tal van kransen toe. Hij was zeer aangedaan. Henri Havara is benoemd tot in specteur des beaux-arts" in Frankrijk. Een Eransch statisticus heeft, op grond van een langdurig onderzoek bevondendat onder de tooneelkunslenaressen 1 op de 846 met een prins trouwt, 1 op de 512 met een hertog, 1 op de 200 met een graaf en 1 op de 170 met een baron. Dat is das nog eens te probeeren. De letterkundigen van Madrid boden de leden van bet congres een feestmaal aan. Onze landgenoot, de heer Hessels, dronk daar op de Fransche en Spaansche leden, Nunes de Arce hield een lofrede op Jules Simou. OFFICIEELE BERICHTEN. Door Z. M. is: 1°. de eerepenning, bedoeld in art. 13 der wet van 26 Mei 1870 (Stil. n°. 78), in goud toegekend aan P. Ph. Binkte Oosterhout, en in zilver aan P. C. De Moor, te Bot terdam FEUILLETON. MANUEL A OF DE WRAAK EENER EDELE VROUW. 62.) De beroemde geneesheer uit Londen was aangekomen en weder vertrokkenhier baatte geen geneeskundige hulp meer! Eindelijk, toen de avond aanbrak, sloot lord Walter voor eeuwig de oogen. Daarbuiten in het park liep sir Emil in de hevigste gejaagdheid op en neder. Met een koortsachtig ongeduld wachtte hij op den afloop. Doch eindelijk werd hij naar het terras van het slot teruggedreven, toen op hetzelfde oogenblik het portaal geopend werd en dokter Grey naar hem toetrad. Een blik op het gelaat van den dokter en hij wist alles. Eindelijk, eindelijk had dan ook voor hem de nre des triomfs ge slagen 1 „Lord Emil Rosegg!" sprak de oude arts hem ernstig aan, „uw oom is niet meerl" De overleden baron was de vriend des dokters geweest, maar deze kwam thans tot de overtuiging, dat het van nu af tijd was om de nieuwe ster te huldigen. Lord Bosegg was dood en lord Emil Rosegg volgde hem op. „Lord Emil Rosegg," herhaalde halfluid de jonge erfgenaam bij zichzelven; en toen snelde hij met vluggen tred de trappen naar het portaal op. Nog nooit was het oude slot hem zéo schoonzóo voornaam toege schenen als op dit oogenblikwaarin hij voor de eerste maal als gebieder er van den drempel overschreed. HOOFDSTUK XV. DOOD O]? LEVEND. Het stoffelijk overschot van den heer van Rosegg was aan den schoot der aarde toe vertrouwd. Een lange reeks rijtuigen was de lijkkist naar het kerkhof gevolgd, want de ont slapene had zich in zijn leven vele vrienden weten te verwerven. Alle klokken luiddenvan wijd en zijd kwamen de genoodigden naar het anders zoo stille slot, van welks torens tallooze rouw vlaggen wapperden. Thans was de begrafenis afgeloopenhet lijk was in den familiegrafkelder bijgezet geworden. Naar alle richtingen verspreidden zich weder de genoodigden en eene nog doodscher stilte dan te voren heerschte thans op het slot Bosegg. Tusschen den nieuwen bezitter van slot en titel en de vail haar piëdestal afgerukte gewaande jonge erfgename van den overleden lord was verder nog geen woord gewisseld geworden. Wel is waar had lord Rosegg herhaaldelijk eene toenadering beproefd, maar de onnatuurlijke, onverstoorbare kalmte van Manuela had hem steeds terug doen deinzen. Zonder een enkele traan te storten had zij naast de lijkkist gestaan, die het trouwste hart bevatte, dat ooit op aarde voor haar geklopt had. Zonder een enkele traan te weenen had zij hem zien wegdragen in de donkere groeve, tot de laatste eeuwige rust. Het had iets aandoenlijks, om deze zich op zulk een wijze uitende smart van het jonge meisje te zienen niemand waagde het haar een woord van troost toe te spreken. Wat beteekenen woorden tegenover zulk een leed? Somber, even als hij aangebroken was, liep ook de dag der begrafenis ten einde. De kandelabers in het nog met zwart ge drapeerde salon waren reeds aangestoken, toen de bediende den nieuwen meester op Rosegg meldde, dat de notaris van den overledene, dr. Magden lord zijne op wachting wenschte te maken. De eerbiedwaardige, onde man was van Londen naar Rosegg overgekomen, om in den geest van den overledene, zooals hij overtuigd was, voor het niet onderteekende en daarom in rechten niet geldige testament van den afgestorvene op te komen. „Duid mij de vrijheid niet ten kwade, die ik mij veroorloof, mylord," hief de notaris aan na de begroeting en de eerste ophelderende inleiding. „Uw overleden oom was sinds mijn vroegste jengd mijn vriend; ik weet en gij weet het insgelijks, hoe hij zijn aangenomen dochter, zijne Manuela, heeft liefgehad. Ik geloof en ik hoop, mylord, dat gij u grootmoedig tegenover dit jonge meisje gedragen zult." De glimlach, die om de lippen van den nieuwen majoraatsheer zweefde, zou wanneer hij hem had waargenomen, alle hoop van den notaris hebben doen verdwijnenhij zag hem nu echter niet en hoorde slechts de schijnheilige, die vroeg: „Hoe moet ik uwe woorden opvatten, mijnheer?" (Wordt vervolgd-)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1887 | | pagina 1