HAST A. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. i>e/,c Courant verschijnt dagelijks* behalve op Kon- en Feestdagen. ABOilBE&EWT: Woensdag 27 April 1887. if". 98. ADVERTENTIE Al: Uitgevers: Gebroeders Muré. BINNENLANDSOHE BERICHTEN. Voor Leiden, per 3 maanden1.35. Franco door het geheele rijk, per maanden 1.60. Prijs per Viuiuuier 10 Cent. Van 1tj regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte, dienstaanbiedingena contantzonder rabatper regel 0.10. Bureel: Scheepntakersstee»: fe. 300. Jaargang. STADSNIEUWS. Hedenmorgen ontving het bestuur der Leidsche Zangvereeniging, directeur de heer Willem Van Iperen, het bericht dat Mdlle Clary van de Fransche opera te 's Graven- hage ongesteld was en niet in staat hare partij in Ève op het concert dier zangver eeniging, dat op Woensdag 27 April be paald was, te vervullen. De Haagsche bladen meldden ook dezen morgen dat in de operavoorstellingen aldaar, wat het pro gramma betreft, verandering moest gebracht worden, door de verhindering in het op treden der zangeres. Aangezien het bestuur van genoemde zangvereeniging het niet in het belang der inteekenaren achtte de ge vierde zangeres door een andere, zelfs in dien dat nog mogelijk geweest ware, te doen vervangen, heeft het de uitvoering uitgesteld tot Woensdag 4 Mei a. s. op het zelfde uur. In de gevangenis bij Leiden is aan 5 militaire gevangenen geheele kwijtschelding van straf verleendaan 4 zes maandenaan 1 vier maanden, en aan 6 drie maanden kwijtschelding van hun overigen straftijd. Van de aldaar verblijf houdende correc tioneel veroordeelde gevangenen hebben i geheele kwijtschelding, 11 drie maanden, 2 twee maanden, en 2 twee weken kwijt schelding van den overigen straftijd bekomen. Hedenmiddag is op de Aalmarkt eene vrouw, door een van de Vrouwensteegbrug afkomend velocipèdist overreden. Deze laat ste had bijtijds en voldoende gescheld doch de vrouw scheen het niet gehoord te hebben. Van de sleepboot, die de Rotterdam- Amsterdamsche pakschuit bedient, is heden nacht in den Rijn nabij Spanjaardsbrug, een 15-jarig knechtje over boord geslagen en verdronken. MUZIEK, LETTEREN EN KUNST. Geboortedag (1820) van Herbert Spencer. De heer Richard Hol heeft onslag ge vraagd als organist van de Domkerk te Utrecht. Het klavier van Franz Schubert wordt te Weenen te koop aangeboden. Het Fad. verneemt dat de schrijfster van het met zooveel succes door *Het Ned. Tooneel" opgevoerde stukje „Storm op Zee" is mej. Banck, dochter van rar. J. E Banck. Te Berlijn heeft Joachims Quartet onlangs met bijval een quartet van Gerns- heim uitgevoerd. De minister van financiën maakt be kend dat het saldo van 's rijks schatkist op 23 dezer bedroeg: bij de Nederlandsche Bank f 16,263,719,28, en bij de betaalmeesters /l,887,800,72*. Te zamen ƒ18,151,520,00*. Blijkens bij het departement van marine ingekomen telegram is Zr. Ms. scbroefstoom- sehip Zilveren Kruis, onder bevel van den kapitein ter zee D. J. Weys, in den na middag van den 24steu dezer Kaap Lezard gepasseerd, koers stellende naar Portsmouth. Sl.-Ct Blijkens opgave in de Staattcouranl van 26 dezer bestond de bevolking des rijks op 1 JaDUari 1887 uit 2,174,001 m. en 2,216,856 vr., totaal 4,390,857, tegen 4,336,012 (2,147,133 m. en 2,188,879 vr.) op 1 Januari 1886. Zij is dus in den loop van 1886 toegenomen met 26,868 m. en 27,977 vr., totaal 54,845. In de zitting der tweede kamer van Maandag zijn ingekomen 1°. een ontwerp van wet tot verlenging en wijziging van het aan de Nederlandsche Bank verleende octrooi; 2°. een ontwerp van wet tot goedkeuring der verklaring ten aanzien der internationale overeenkomst tot bescherming der interna tionale telegraafkabels. De heer Greeve heeft voorgesteld art. 157 der voorstellen van Grondwetsherziening te lezen als volgt: Er bestaat een opperste gerechtshof onder den naam van hooge raad der Nederlanden, waarvan de leden, en uit dezen de president en vice-president, door den koning worden benoemden voorts te bepalen Wanneer eene plaats van raadsheer in den hoogen raad open valt, doet de hooge raad, ter vervulling daarvan, aan den koning eene voordracht van drie personen, ten einde daaruit eene keuze te doen. Volgens De Stoompost is van eene overeenkomst tusschen de Nederlandsche en Belgische regeeringen om eene telephoonlijn aan te leggen tusschen Amsterdam en Brus sel, hij onze regeering tot nn toe geen sprake geweest. Het schijnt zegt De Stoompost dat men in Nederland kalm zal moeten wachten totdat de volksvertegenwoordiging het wetsontwerp op de telephonie zal heb ben afgehandeld. Volgens de ontvangen rapporten van kapitein Hartenis de brand aan boord van het stoomschip Prinses Amalia ontdekt op den 10 April te 12 uur 5 min. nam., ter wijl het schip stoomende was in het Suez- kanaal. Bij onderzoek bleekdat de brand was aangekomen midden in het aehteron- derruim en ondanks dat met alle scheeps pompen werd gespoten en een centrifugaal- pomp door de Kanaalmaatschappij ter adii- stentie was gezondenkon men den brand niet meester worden, dan na het achteron- derruim en achterondertusschendeks vol wa ter te hebben doen loopen, waartoe van de machinekamer uit gelegenheid bestaat. Hier mede had men den 11 April te 8 uur voor middags den brand bedwongen. Het schip, dat in het Groot Bittermeer ten anker was gekomen, zette de reis naar Suez voort op den 12de» April en kwam daar des avonds aan. Oruiiddellijk werd een aanvang gemaakt met de lossing uit het achterruimde lading aldaar en in het achtertusschendeks, de proviand enz., zijn zwaar beschadigd. Volgens telegraphisch bericht van gisteren zou de beschadigd geloste lading op order van experts te Suez verkocht worden. Op gave van merken is per telegraaf aangevraagd. Kapitein Harten roemt zeer de houding van passagiers en equipage tijdens het on- Zooals reeds gemeldhebben de passagiers de reis voortgezet, te weten: de heer Pol en echtgenoote, Van der Linden, echtg. en kind, v. d. Brandeler echtg., kind en baboe per „Gelderland" en de overigen per „Burg. den Tex." De pakketdienst is ingelijks met laatstge noemd stoomschip opgezonden. De mail is zooals reeds gemeld werd, per stoomschip Anadyr van den Messageries Maritimes ver scheept. De opbrengst van de rijkstelegraaf in Maart 1887 bedroeg ruim f 5000 meer dan in Maart 1886. Over het eerste kwartaal zijn de cijfers: 1887, f267,840, tegen f250,268 in 1886. Volgens particuliere berichten uit Indië wordt de suikeroogst geschat op ruim 6 miliioen picols. Het Haagseh gemeentebestuur heeft, naar aanleiding van het raadsbesluit tot afschaffing der kermis, bepaald, dat in de zoogenaamde kermisweek volstrekt geene vermakelijkheden ook niet binnen gebouwen en besloten plaatsen mogen plaats hebben. Geen opera, geen comedie, geen voorstelling in het Gebouw niets van dat alles. Door de politie te 's Hage is aange houden een man die bij eene twist zijne vrouw zoodanig mishandelde dat zij naar het ziekenhuis moest worden overgebracht. Gisterenmiddag was te 's Hage het gerucht verbreid dat aan den Rijswijkschen weg een spoorwegbeambte door een trein van den Hollandschen spoorweg was over reden. Niets is gebleken minder waar te zijn. Wel had dien ochtend aan den Rijswijk schen weg het volgende ongeval plaats. Op het terrein van het groote fourage- magazijn aan het begin van dien weg, waar de goederenwagens van de Holl. Spoor stal len verrichtte gisterenochtend half 7 de 60- jarige koetsier vaD een dier wagens, H. De S. eenige werkzaamheden aan een wagen, met behulp van een z. g. wip, dienende om de wielen van den grond te lichten. Terwijl hij bezig was kwam een zware verhuiswagen van de H. IJ. S. M. aanrijden zonder dat De S. dit bemerkte. Het wiel van het groote voertuig kwam in aanraking met den hefboom van de wip, waardoor de man viel en de wielen over het been en een gedeelte van het aangezicht kreeg. Hij werd naar het ziekenhuis vervoerd en naar wij nader vernemen, is zijn toestand ni«t gevaarlijk. De bakkersknecht, in dienst van den heer D. te 's Hage, die door de politie ge zocht werd op vermoeden van verduistering van geldenbevindt zich reeds in hare banden. Gisterenmiddag is te Scheveningen ter kol- en haringvisscherij uitgezeild de „Stella Maris" Sch. 193, schipper A. Kriju van Zaane, reederij Erven J. Waterreus. In de Badhuisstraat te Scheveningen is gisteien een beschonken persoon zoo hevig FEUILLETON. 14). „Maar Ada, wellicht zien we elkaar toch wel weêr terug." „Ik zal je du toch maar vast bedanken Henri voor de moeite en opoffering van tijd, die je hulp je gekost heeft." „Ada, je weet niet hoe aangenaam die uren voor mij geweest zijn en neenik kom nog afscheid van je nemenik ga zóó niet heen." Dit alles zei hij met eene ont roering in zijne stem die zoo scherp afstak hij Ada's ijskoud antwoordtoen zij snel hare hand terugtrok. „Ik kan immers uit zijn wanneer ge komt." „Dus hebt gij mij niets meer te zeggen Ada; niets?" „Neen Henri, niets!" En ze zag hem daarbij kalm aan met hare somber zwarte oogen die hem heden zoo weemoedig, zoo treurig tegenblikten naar hij meende. „Na Ada, ik zal je dan blijven schrijven, want ik heb me na eenmaal aan je gewend en ge znit toch niet willen dat ik zoo in eens afscheid van je neemen voor goed." „Ja Henri, dat is lief van je als je mij wilt schrijven, doe dat" en ze knikte hem vriendelijk toe en ging vlugger dan gewoon lijk haarsweegs. Zij zag niet hoe de jonge arts haar nastaarde aan de bocht van den weg en zij kon evenmin meer hooren hoe hij met eene verzuchting fluisterde: „dan maar later!" IV. Het was kermis in Leiden. Bij de aange name zomerlucht kwam zich de lucht van poffers, wafels en oliebollen mengen, bij der vogelenlied het lied der kermiszangsters. Door het drukke gewoel der kermisgangers en gangsters bewoog zich, bij toeval, eene pa nier met een schimmel bespannen en van een lieven last voorzien. „Ah, daar zijn Marcel en Karei ook" zei een der jonge dames in het rijtuigje tot hare buurvrouw die met vaste hand het paard bestuurde. „Waar ziet ge hun" zei de ander die hare groote oogen langs de kramen liet dwa len. „Bah, znlk een kermisgewoelzoo'n klingelend poppenspel. Ja, daar komen Marcel en Karei aaDdie flaneeren hier zeker al uren." Ada Van Breesteghe was nog schooner geworden, zoodat ze de schoonste verwach tingen van Henri Van Sisteren wel zon heb ben overtroffen. Haar fraai ovaal gelaat door zwarte lokken omlijst, die buitengewone oogen wier merkwaardige raadselachtige uitdruk king onweerstaanbaar hoeide wanneer ze niet opzettelijk achter de breede wimpers ver scholen bleven. Ada's geheele verschijning had iets uittartend schoons; en zóó was Ada Van Breesteghe op haar 20ste jaar. Beleefd de beide dames groetend naderde een jong officier het rijtuig dat intusschen bad stil gehouden. „Hebt ge nu het fraais nog niet van die kermis afgezien Marcel" vroeg Ada haar broer, die sedert kort op den titel van twee den luitenaut aanspraak kon maken, terwijl zij den 18-jarigen Karei een genadig knikje schonk. „O zeker heb ik" antwoordde Marcel, meer tot de blondine naast Ada; „maar je weet, het is nu wat men noemt „de pan toffelparade". „Dat laat zich hooren dat mijnheer Van Breesteghe er dan te vinden is," antwoordde Paula met een schalksch lachje; „wat een teleurstelling voor de Leidsche schoonen zon dat zijn, uwe aanwezigheid te moeten missen." „Mejufvrouw Van Walden, van mijne zus ter leert u geloof ik de heeren een weinig te bespotten." „O neen", antwoordde Ada haar ironischen lach half bedwingend; ik heb mij tegenover Paula nimmer als hare leermeesteres opge worpen ik weet nog niet eens wie van ons beiden hier de andere moet onderwijzen". Grooter, en hooger gezeten dan de teere blondine, als 'tware heerschzuchtig in hare houding logenstrafte zij echter hare woorden. „Ik breng eene invitatie voor de dames méde; is dat geen aangename tijding?" „Toch niet om zoo'n Kermisstnk te gaan bijwonen vroeg Ada". „O neen; over drie dasen is er partij bij Van Vlierde." „Liefst niet naar eene bruiloft; ik houd daar niets van." „Het moet een zeer aardig feest zijn, waar muziek gemaakt wordt door een paar virtu ozen" waagde Karei, die zich in Ada's ge zelschap nooit op zijn gemak gevoelde, in 't midden te brengen. [Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1887 | | pagina 1