HASTA. NIEUWS- EN ADVERTKNTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Deze U o ii ra ut ver se ii ij ut dadelijks, behalve op Xioii- en F e e s t <1 a <-e 11. ABOSJHEiïlENT: Vrijdag 15 April 1887. - 11°. 88, ADVERTENTIEN: Bureel: Scheeputakerssteeg 6. Uitgevers: Gebroeders Muré. BINNENLANDSCHE BEKICHTEN. Voor Leiden, per 3 maanden1.25. Franco door hel geheele rijk, per 3 maanden 1.60. Prijs per ftuuiuier 10 ('ent. 200» Jaargang. Van 16 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingenit contantzonder rabatper regel 0.10. stadsnieuw». Door den heer P. Dn Rieu Jr. alhier is aan het Stedelijk Museum te Leiden een fraai portret geschonkendat de vrouw van den burgemeester Willem Van Heemskerk (geb. 1526, gest. 1592), Margaretha Ramp (geb. 1531, gest. 1590) voorstelt. Het portret is, zoo goed als ongeschonden bewaard, aan gekocht door den schenker te 's Hage als pendant van het portret van Willem Van Heemskerk, dat onlangs voor rekening van het Museum werd verworven. De heer Van Heukelom schonk twee fraai geslepen boka len, op de lakenfabriek betrekking hebbende. Gisteravond had zich, daartoe uitge- noodigd door de heeren prof. Suringar, direc teur, en Witte, hortulanus van den akade- mieplantentuiu alhier, het personeel van dien tuin in een der lokalen van het Logegebouw alhier vereenigd. Feestelijk was het onthaal dat hun daar bereid was en waarvan de heeren Suringar en Witte deels korter deels langer tijd getuigen bleven. Menige dronk werd er gewijd aan den bloei der thans driehonderdjarige inrichting, aan den directeur en aan den hortulanus. Ook op den heerschendeu goeden geest onder het personeel werd van ganscher harte ge dronken en recht prettig duurde de feest stemming tot laat in den avond voort. Hedenmiddag zagen we een tramrijtuig in het verkeer dat voorzien was van den onlangs besproken toestel om met eene hand tegelijk te bellen en te remmen. Op den remknop is namelijk de bel aangebracht. muziek, ketteren en kunst. Geboortedag (1814) van John Motley. Maatschappij tot bevordering der Toonkunst. A/d. 'e Hage, (buitengewone uitvoering), 15 April, 7j u., „Gebouw voor K. en W." Grande Messe des morts, H. Berlioz; Ave Verum, W. A. Mozart; Psalm 98, F. Men delssohn Bartholdy. Solist: de heer J. J. Rogmans (Amst.), tenor. Direct.: de heer S. De Lange Jr. Afd. Amersfoort, 19 April, 7) u., „Amicitia". Zion, Niels W. Gade; Morgen- gesang, R. Hol; Koren, F. Mendelssohn Bartholdy; Soli voor klavier, viool en cello. Solistenmevr. J. J. C. Groneman-Kappeyne van de Coppello, rnej. M. E. Van Driel, de heer J. Brinkman (viool), de heer W. Petri (cello), de heer(bariton). Direct.; de heer M. W. Petri. Het Vod. verneemt dat tot tweeden kapelmeester van de Duitsche opera te Rot terdam, in plaats van den heer Starcke, benoemd is de heer Paul Prill. Voor de functie van eersten kapelmeester komen o. a. in aanmerking: Reiss uit Wiesbaden, Erkel nit Pesth eti Sedl uit Hamburg. Gisteren op den sterfdag van mevrouw Bosboom—Toussaint, werd de eenvoudige ge denksteen, geplaatst in den gevel harer wo ning op de Toussaintkade te 's Gravenhage met een toespraak van deu burgemeester onthuld. Volgens een bij de regeering ingeko men bericht, zal van 1 Augustus 1888 tót 31 Januari 1889, te Melbourne, bij gelegen heid van het eeuwfeest der stichting van Nieuw Zuid-Wales, als eerste Britsche ko lonie in Australië, eene internationale ten toonstelling worden gehouden van kunst, wetenschap, nijverheid en landbouw. Tot het verkrijgen van inlichtingen wor den belanghebbenden verwezen naar de na volgende instellingen, aan welke het pro gramma dier tentoonstelling is toegezonden: „De Nederlandsche Maatschappij tot be vordering van nijverheid, te Haarlem." „De Vereenigiug tot bevordering van fa- brieks- en handwerksnijverheid in Nederland", te 's Gravenhage. „De Centrale Vereeniging van Nederland sche industrieelen" te Amsterdam. „De Vereenigiug van en voor Nederland sche industrieelen" te 's Gravenhage. Gedurende de afgeloopen maand Maart 1887 zijn door de Nederlandsche Rhiju- spoorweg-maatschappij vervoerd 180,919 rei zigers, met eene opbrengst van f 156,023.18'; bagage 266 tonnen, opbrengst f 3,496.32; bestel-, ijl- en vrachtgoederen 99980 ton nen, opbrengst f 163,425.44'; opbrengst van het vervoer van levende dieren en rijtuigen f 4446.04; diverse ontvangsten f 2228. totale ontvangst f 329,618.99; totale ont vangst van af 1 Mei 1886 f 4,178,936.80'. Over de lijn Leiden-Woerden werden vervoerd 11185 reizigers, met eene opbrengst van f 5,775.53; bagage 11 tonnen, opbrengst f 68.94; bestel-, ijl- en vrachtgoederen 2199 tonnen, opbrengst f 2152 30; opbrengst van het vervoer van levende diereu en rijtuigen f 34.75 diverse ontvangsten f totale ontvangst f 8031.52; totale ont vangst van af 1 Mei 1886 f 114,618.73'. De heer W. Wanting, stationschef te Hazerswoude Koudekerke, hoopt 15 dezer den dag te herdenken, waarop hij vóór 25 jaren in dienst trad van de Ned. Rhiju- epoor-Mi]. Naar het Vagbl. v. Z.-H. en 'e Or. verneemt zijn de cadets B. en d. J., van het 4e studiejaar, die verleden jaar, tenge volge van hun terechtstelling voor den krijgs raad, niet tot officier werden benoemd, nu in afwachting van hun aanstelling met ver lof vertokkendaar zij na een proeftijd van eenige maanden bij de kon. milit. academie blijken hebben gegeven, daarvoor in aan merking te mogen worden gebracht. Eergisteren avond had een politieagent aan de Laan van Meerdervoort bij het af- springe:, ran de stoomtram Den Haag Scheve ïingenvan de Hollandsche spoor- wegmaatij., het ongeluk te vallen. De wielen van den bagagewagen reden over een zijner armen en verwondden dit lichaamsdeel ernstig, terwijl ook twee zijner vingers belangrijk gekwetst werden. De man werd naar het ziekenhuis ver voerd. Op de lijneD van de Westlandsche Stoomtramwegmaatschappij werden gedurende de beide Paascbdagen ruim 1100 personen vervoerd. Eergisterenavond halfzeven was men genoodzaakt den sneltreinkomende van Rot terdam te Delft te doen stoppen, ten einde een beschonken inaiinier, die met zijn mede- reizigera aan 't vechten was, er uit te zetten. De man was daarna zoo. woest, dat hij aan armen en voeten gebonden, op een handkar naar de hoofdwacht moest worden gebracht. Op den lsten Paaschdag is een Rot- terdamsch gezelschap een treurig ongeluk overkomen. Drie personen vertrokken des morgens omtrent 7 uren met een roeibootje, voorzien van zeiltuigage, uit de Leuvehaven en zetten koers naar den Hoek van Holland, alwaar het bootje door de branding op het Zuiderhoofd werd geslagen. Nadat het vlot was gekomen, hebben twee personen, de gebr. O.de reis voortgezetondanks de waarschuwing van hun reisgenoot, die aan wal was gebleven. Het vaartuigje dreef zee waarts en was spoedig uit het gezicht ver loren. Daar tot heden niets van deze perso nen bekend is, zijn beiden waarschijnlijk in de golven omgekomen. De een was ge huwd en vader van kinderen; de andere wedowDaar. Verleden week vertrok van Rotterdam naar Duitschland, eene familie, welke voor haar vertrekverschillende personen had opgelicht of bestolen. De vrouw gaf voor een naaister te zijnmaar in plaats van het bestelde gereed te maken, verkocht zij het aan een uitdrager. De avond voor haar vertrek had zij nog voor ongeveer f 30 schoenen weten te krijgen, naar zij zeide op zicht, maar ook deze waren bij al bet andere. Een weduwe kreeg van haar onge veer f 100, van verschillende goederen, die zij door schoone woorden van haar had weten afhandig te maken.' - De politie is er mede in kennis gesteld. Door de stations van den Ned-Rhijn- spoorweg te Arnhem, Driebergen, Utrecht, Rot terdam 's-Hage en Gouda werden eergisteren 2851 retonrbiljeltentegen enkele reisvracht, naar Amsterdam uitgegeven. Alleen Rotter dam leverde 515 personen. Door een groot aantal reizigers achijut er niet op gelet te ziju, dat de goedkoope retourbiljetten daags te voren moesten genomen worden, daar gisteren morgen alleen aan het station Utrecht nog ongeveeer duizend gewone retourkaarten werden afjgegeven. Van de treinen van 8, 9, en 10 uur uit Utrecht liepen voortreinen. Gister is te Amsterdam ter audiëntie aan Z. M. den koning een adres aangeboden, waarin er op aangedrongen wordt aan F. Domela Nieuwenbuis gratie te verleenen, daar diens gezondheidstoestand in de ge vangenis te Utrecht veel te wenscben zou overlaten. Zoo het waar is wat ons wordt mede- dan zouden reeds een paar geval- EEU1LLETON. 5). „Het is onwaar" zei Ada die vuurrood werd. De hoofdonderwijzeres zag beurtelings de secondante en Ada aan. „In elk geval jongejufvrouw raad ik je aan wat beleefder over je onderwijzeressen te spreken, en du „Nu ga ik heen" zei Ada, kleedde zich zenuwachtig aan en was spoedig de deur uit en het breede bordes af. Ze had nog ongeveer drie kwartier te loopen langs den zonnigen weg op den heeten Julidag. Het duurde lang eerdat de stroeve trek om haren mond verdwenen was. Eindelijk echter wer den de diepe zuchten al flauwer en flauwer en werd hare aandacht meer getrokken door de schoone convolvulus langs de hagen, die ze plukte en zich om den hoed wond. Niet lang meer, en Ada vloog met open armen haren vader te gemoet en kuste hem her haaldelijk toen ze hare fijne handjes hem om den hals sloeg. „Papa, ik ben van school weggeloopen." g Weggeloopen „Ja, weggeloopen, omdat de jufvrouwen liegsters en onbillijk ziju. Ik zal zelf wel leeren wat ik weten moet. Maar dan moet u mij helpen en me boeken geven." Ada vertelde, terwijl beiden de laan naar de kleine villa insloegen, naar waarheid wat er op de school gebeurd was. „Ze zijn liegsters tn bedriegsters" besloot het kind bitter. Haar vader legde haar beschermend de hand op den schouder. „Als je later de wereld ontvluchten wil, lieve, omdat de menschen liegen en bedriegenkom we zullen wel samen werken, vlijtig en veel, want Ada Van Breesteghe moet meer weten dan andere meisjes." Er was niet veel toe noodig om de studie- lust van het kind te prikkelen. Ze had haar middagmaal wel willen laten om een uur onderricht op papa's kamer. „Zoo, heeft Henri mijne cahiers mede, en zal hij die van avond weer terugbrengen" zei Ada nadenkend. De koffietafel stond gereed; mevrouw Van Breesteghe zat „in houding" achter het koffie blad, gekleed in een fraaieu peignoir. Ze klutsto een eitje voor Marcel en aan dat werk voor haren lieveling besteedde ze meer zorg dan aan de geheele overige koffietafel. „Marcel, mijn jongen, wat ziet je er ver moeid uit; pas toch op dat je niet op den tocht gaat zitten nu je zoo hard geloopen hebt; Ada, toe, laat Marcel op jou plaats zitten." „Mama" fleemde Marcel „ik heb mijne lessen best gekendLining heeft me alles voorgezegd, en daarvoor heb ik hem een zakje knikkers gegevenmaar de meeste waren kleiballetjesik heb hem leelijk beet gehad." „Wat een streek Marcel" riep Ada toornig. „Stil Ada," zei mevrouw, „dat zegt men niet tegeD een broêr. Je mag werkelijk wel naar je eigen kijken. Een meisje dat van school wegloopt, of wordt weggejaagd heeft niets te schimpen op een ander." Ada beet zich op de lip; er kwamen haar tranen in de oogendie ze zocht te ver bergen en haar omfloersde blik viel op het half uitgerafelde handwerk, waarvan de uit- getorude witte plekken haar schenen aan te zien. Neen, papa was niet daar om zijn kind te verontschuldigen, iets wat zij zelve niet kon doen. „Wanneer je koffie gedronken hebt Ada, dan ga je naar de kinderkamer; dat kussen moet af, hoor vóór de andere maand. Dat moet maar gebeurenschrijfwerk te maken of lessen te leeren heb je nu toch niet meer nu je daarin ook al zoo weinig ambitie hebt." Ada ging met een bedrukt gezicht naar de kinderkamer; wel vulde ze eenige rijen blokjes op het knsseu in, doch dra vielen haar de handen in den schoot, dwaalden hare oogen in de ruimte en eindigde zij met naar de tafel te gaan waarop hare schrijf boeken lagen. Het potlood werd dan ter hand genomen, het gleed vlug over het pa pier en ze schreef steeds door, met gloeiende wangen en schitterende oogen zonder op te zien en te bemerken dat Marcel, die zijn schrijf werk maken moest, vliegen stond te vangen om ze daarna de vleugels uit te trekken en de hulpelooze romp in de hoogte te werpen. Mevrouw Van Breesteghe kwam binnen. Nog vóór ze het hoofd had opgeheven was Marcel naar zijne plaats aan de tafel gesneld en zat hij over zijn boek heengebogen. „Wat is dat nu weer Ada; is 't tijd van leeren dan loop je van school weg en is 't tijd van handwerken dan zit je te schrijven. Ik had je stellig geboden dat je dat werk zoudt afmakendaar broddelaarsterneem een voor beeld aan Marcel." Ze nam Ada het schrijf werk uit de hand en wierp 't boven op een boekenrek. (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1887 | | pagina 1