NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
fk B 0 ft! E Rl E E3
Dinsdag 5 April 1887. N°. 80
AQVERTEfóTIEW:
Uitgevers: Gebroeders Muré.
ÜE BREID EENS EERLOOZEN.
idsch
eLe Courant versehijnt daeIijksbehalve op Zoii- en
Feestdagen.
Voor Leidenper 3 maanden
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden
Prijs per Nummer 10 Cent,.
I 1.25.
1.60.
Van 16 regels0.90.
Elke regel meer0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingenk contantzonder rabatper regel 0.10.
Bureel: Scheepuiakerssteeg 6,
200e Jaargang.
Aan de geabonneerden op de Han
delingen en Ingekomen Stukken van
den Gemeenteraad zijn de nos. 5964
der Ingekomen Stukken met dit
nummer verzonden.
Stads-Berichten.
Vergadering ran den Gemeenteraad van
Leiden, op Donderdag 7 April 1887, des
namiddags le twee uren.
Onderwerpen:
1. Benoeming van een leeraar in de Engel-
sche taal aan de kweekschool voor on
derwijzers. (57)
2. Idem van een leeraar in het Boekhouden
aan de Hoogere Burgerschool voor Jon
gens. (58)
3. Idem van eene tweede onderwijzeres in de
Handwerken aan de scholen n°. 2 van de
derde en vierde klasse. (64)
4. Bezwaarschriften tegen de kohieren der
plaatselijke directe belasting, dienst 1886.
(53)
5. Verzoek van de firma Bakker en Van
der Valk, om een buis te leggen naar de
Haven. (54)
6. Idem van G. H. Sijthoff, om een brug te
leggen over de Witte Singelsloot. (54)
7. Idem als voren van P. Zuiderwjjk. (54)
8. Idem als voren van J. Ghristiaanse over
de sloot langs den Hoogen Rijndijk. (54)
9. Voorstel betrekkelijk de herstelling en
vergrooting van het vischhuisje op de
Aalmarkt. (55)
10. Staat van af- en overschrijving op de
begrooting der Bank van Leening, voor
1887. (56)
11. Verzoeken van Mr. S. Le Poole, F. A.
Th. Rhemrev en L. Slotemakerom
vrijstelling van de betaling van school
geld. (59)
12. Idem van de firma Bakker en Van der
Valk, om spoorstaven te leggen aan de
Haven. (62)
13. Idem van S. Van der Meer, om een brug
te leggen over de Witte Singelsloot. (63)
14. Idem van Gebroeders Smittenaar betrek
kelijk eene demping van een gedeelte
der Zijlsingelsloot. (63)
15. Staat van af- en overschrijving op de
begrooting van de dienstdoende Schut
terij, dienst 1886. (65)
16. Suppletoire begrooting van de Stedelijke
Werkinrichting, dienst 1886. (66)
17. Bezwaarschriften tegen de kiezerslijs
ten. (67)
STADSNIEUW 8.
Burg. en weth. geven den gemeenteraad
in overweging op het verzoek van mr. S.
Le Poole om teruggave van schoolgeld voor
diens zoon Paul, leerling van het gymna
sium, in dien zin te beslissen dat hem van
het betaalde tweede kwartaal restitutie en
van het derde en vierde kwartaal van den
loopenden cursus vrijstelling van schoolgeld
zal worden verleend en wel wegens voort
durende ongesteldheid van den leerling;
evenwel om afwijzend te beschikken op der
gelijke verzoeken van F. A. Th. Rhemrev,
leerling van het gymnasium en van L. Slo
temaker, predikant te Kedichem, voor diens
dochter Cornelia Catharina, leerlinge van
de Hoogere Burgerschool voor meisjes; deze
beide laatste leerlingen verlaten namelijk ge
noemde inrichtingen van onderwijs, zonder
daartoe door ziekte of dergelijke redenen
verplicht te zijn geworden.
Na overleg met den voorzitter der com
missie van fabricage geven burg. en weth.
den gemeenteraad in overweging aan de firma
Bakker en Van der Valk tot wederopzeggens
vergunning te verleenen om spoorstaven te
leggen van hare fabriek aan de haven n°.
14 en 15 tot aan den wal, mits gelijk met
den bovenkant van de straat, behoorlijk ter
beoordeeling van burg. en weth. door adres
sant te onderhouden en tegen betaling van
het récht van drie en een halve cent per
centiare 's jaars.
Nog geven bnrg. en weth. den gemeente
raad in overweging aan L. Van der Meer
vergunning te verleenen tot bel leggen van
een brug over de Wittesingelsloot en aan
gebr. Smittenaar tot het dempen van een
gedeelte Zijlsingelsloot en hun den gedemp-
ten grond tot wederopzeggings in gebruik
te geven, een en ander onder de door de
commissie van fabricage voorgestelde voor
waarden en behoudens, voor zooveel noodig
de toestemming van het Hoogheemraadschap
van Rijnland en van de gedeputeerde staten
in verband met de provinciale verordening
op de scheepvaartbelangen.
Tengevolge van het eervol ontslag, ver
leend aan mej. Schnabel, is er aan de scholen
der 3de en 4de klasse n°. 2 eene vacature
ontstaan van 2de onderwijzeres in de vrou
welijke handwerken. Ter vervulling daarvan
bieden burg. en weth. den raad de volgend
voordracht aan, opgemaakt in overleg met
den arrondissements-schoolopziener, na inge
wonnen bericht van de hoofden der genoemde
scholen; en wel: 1. Mej. C. C. Niemeyer;
2. Mej. E. Hofkes en 3. Mej. C. Fortanier,
allen alhier. Tevens deelen burg. en weth.
mede dat aan bedoelde betrekking eene be
zoldiging is verbonden van f 200.
Uit de opgaven betreffende de sterfte en
de geboorten in de maand Febr. 1887 blijkt,
dat o. a. in de gemeente Leiden waren ge
boren 150 kinderen, waaronder 7 levenloos
aangegeven, overleden 89 personen, en wel:
beneden 1 jaar 23, 15 jaren 11, 514
jaren 1, 1420 jaren 4, 2050 jaren 13,
5065 jaren 11, 6580 jaren 16, boven
80 jaren 3, op onbekenden leeftijd
Als oorzaak van den dood werd
opgegeven: gebrekkige ontwikkeling 2,
lichaamszwakte, tering 16, klierziekte,
rhachitissyphilis 2absc. ulc. gangr.
pyaem. haem. 3, kanker 6, waterzucht,
•oheurbuik typhus en febris typhoï-
dea 2aanhoudende koorts tus-
schenpoozende koorts pokken rood
vonk mazelen 2 huidziekten 2stui
pen trismusepilepsie 2apoplexie 2
hersenziektenkrankzinnigheid 3rugge-
mergslijden, paralysis keel- en longte
ring, bloedspuwing 10, croup 3, kinkhoest
acute ziekten der ademhalingsorganen 4,
chroD. ziekten der ademhalingsorganen 5,
hart- en vaatziekten, rheumat. arthrit. 1,
organ, hartgebreken, aneurysms 4, angina
diphtherina 2, diarrhoea, dysenterie 1,
cholera nostras acute ziekten der spijs-
verteringswerkt. 1, chron. ziekten der spijs
verteringswerktuigen 3, ziekten d. organs
urogenitalia 2, ziekten van het kraambed
gewelddadige dood verdrinken 2,
onbekende oorzaak, plotseling 2.
Bij de heden ten raadhuize alhier ge
houden aanbesteding van het beéteigeren van
den stadhuistoren is als minste inschrijver
aannemer geworden de heer S. Van Leeu
wen, aannemer alhier, voor de som van
f 600. Van het opruimen van den duiker in
de Oude Singelgracht nabij de Volmolen
gracht waarvan mede de aanbesteding plaats
vond werd de gunning 8 dagen aangehouden.
Tevens had plaats de verpachting van de
faecale stoffen verzameld wordende door het
Liernurrioolstelsel voor den tijd van 12 maan
den, alsmede van de mestspecien afkomstig
uit de rioolenen kolken, gedurende het jaar
1887. Van het eerste is pachter geworden
de heer H. Van Ulden alhier voor f0.03|
per 100 kilo's, terwijl het laatste is gepacht
door den heer H. Filippo Hz. voor f 0.28
per kub. meter.
Bij de op heden gehouden openbare ver-
kooping van cokes, bij partijen van 100,
50, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste
prijzen ƒ85, ƒ18.—, ƒ3.80 en ƒ1.90,
laagste prijzen 35, 18.ƒ3.70 en 1.85.
Het Stedelijk Museum werd in de
maand Maart jl. bezocht door 104 betalenden
en 466 niet betalenden, te zamen 570 per-
soueD.
De Zaterdagmiddag door de Leidsche
studenten-roeivereeniging „Njord" gehouden
onderlingen wedstrijd tusschen jonge roeiers
had ten doel, uit te maken wie hunner dit
jaar op de wedstrijden als juniores zullen
uitkomen.
Bij het concours door het studenten-
gymnastiek en schermgezelschap Odin op Vrij
dag 1 April te Delft gehouden, werden per-
soneele prijzen behaald door de heeren Smit
(boog springen), Van Andel (gewichten) en
Hugenpoth (sabel), allen leden van Arena.
Dinsdag van de afgeloopen week viel
zekere D. H., schipper, in het water der
Aalmarkt, doch werd spoedig gered door J. S.
en G. S.nadat H. al reeds getracht had,
door naar den kantwal te zwemmenzich
te redden.
Door den heer Hendrik P. N. Muller,
directeur der Oost-Afrikaansche Compagnie
te Rotterdamis aan 's rijks Ethnographisch
Museum te Leiden geschonken een zakvor
mig net, met wijde mazen, van vezels ge
vlochten bovenrand van lussen voorzien
waardoor een van vezels vischgraatvormig
gévloehten snoer is getrokken en waarmee
het wordt dichtgehaaldaan de mazen van
de benedenhelft van het net zijn bosjes ve
zels vastgeknoopt. Het net wordt gebruikt
om eetwaren op te bergen en, ten einde
deze tegen muskieten te bewaren, kan men
het door middel vau evenbedoeld trekkoord
in een pluimvorige bos vezels doen ver.
dwijnende vezels waaruit deze pluimvor.
FEUILLETON.
156.)
Er bleef voor mij geene andere kenze over,
dan hem naar Europa te volgen, en vond
het zeer goed van hem, dat hij mij niet in
den strijd tegen de armoede alleen achterliet."
»Van onze zwerftochten, van onze schelm
stukken, die hij op mijn raad, en soms met
mijne hnlp uitvoerde, zal ik niet spreken.
In den loop van onze avontnren maakten
wij kennis met een Spanjaard, wieu Carlos
veel geld afwon. Senior Almonte werd op
mij verliefd en daar ik hem voor zeer rijk
hield, huwde ik hem.
„Hij nam mij mede naar zijn kasteel, een
half vervallen, armoedig en ouderwetsch ge
meubileerd gebouwop den top van een
berg, en behandelde mij als een gevangene,
want hij was jaloersch en kon het niet ver
dragen, dat de een of ander mij aanzag.
„Gij kunt n voorstellen, hoe ik, die zoo
aan genoegens en afwisselingen behoefte had,
zulk een leven haatte.
fEen jaar lang hield ik dit leven vol,"
vervolgde Nita in hare bekentenis, „toen
gelukte het mij den man te ontvluchten,
dien ik van ganscber harte had leeren haten."
„Ik wist dat Carlos in Homburg waa en
snelde er heen. Wij verwisselden onzen naam
met dien van Mendoza, en kwamen na vele
lotswisselingen, zonder een cent op zak, te
New-York. Carlos was daarheen gevlocht,
om zich aan de vervolgingen van eeD zeke
ren Wagner te onttrekken, die eenige maan
den lang zijn deelgenoot was geweest. Hij
wist, dat mijn broeder een jong Engelsch-
man vermoord had. Carlos vluchtte met al
het geld, dat hij zijn slachtoffer had ontroofd
en Wagner vervolgde, verraadde hem en was
de oorzaak van zijne uitlevering en zijn dood.
„Voor dit echter geschiedde, was mijn
broeder dooi den heer Brandon en zijne fa
milie opgenomen. Ouder welke omstandig
heden dit geschiedde weet gij zeer goed,
evengoed als de gevolgen van het zoo ver
keerd geplaatst vertrouwen van zijn edelmoe-
digen redder."
„Dora en ik waren in den bewusten nacht
nauwlijks nit New-Orleans gevlucht, toen
Carlos gevangen genomen werd, en ik was
gelukkig een te huis gevonden te hebben,
dat zoo geheel verschilde vsn dat van mijn
eerste huwelijk."
„Ik had sedert jaren niets van Almonte
vernomen, en geloofde mij veilig voor zijne
vervolgingen en zijn verraad, maar ik had
buiten den waard gerekend. Hij had nooit
de hoop opgegeven, mij terug te vinden,
en zich op mij te wreken. Hij was niet de
eenige die ons vervolgde, want Pedro was
zijn broeder op het spoor. Deze beging
niet minder schurkenstreken dan Carlos,
maar onze veranderde naam had hem om
den tuin geleid, en hem verhinderd, zijn
doel te bereiken."
„Toen de couranten het bericht van de
gevangenneming van Carlos mededeelden, en
alle namen vermeldden, die hij achtereen
volgens had aangenomen, kwam Pedro en
mijn echtgenoot op het rechte spoor. Pedro
ging naar Engeland en kwam door Carlos
mijne woonplaats te weten. Almonte zocht
mij echter nog twee jaren te vergeefs."
Pedro had eerst zijne eigen zaken in
orde te maken en kwam eerst hier te lande,
kort voordat Almonte ontdekte, dat ik hem
nog meer had bedrogen. Het toeval bracht
hen samen en Pedro vernam dat ik in le
vensgevaar verkeerde, zoodra mijn echtge
noot mijn verblijf ontdekte."
„Hij kwam in stilte bij mij, en deelde
mij mede, dat ik geen tijd te verliezen had,
als ik aan de wraak van Almonte wilde
ontkomen, en hij bood mij aan, mij onder
zijn bescherming te nemen, als ik hem even
trouw wilde helpen, als ik Carlos altijd ge
holpen had."
„Wat bleef mij over, als zijn aanbod aan
te nemen? Ik ontvluchtte met hem en ver
liet de kleine wereld, waarin ik als eene
koningin geheerscht had, en, wat erger was,
ik liet den mandie mij beminde en ver
trouwde, geheel over aan de smart die ik
hem had aaugedaan zonder een woord van
opheldering, zonder een woord van veront
schuldiging of spijt."
„Wij ontkwamen Almonte en ik schreef
hem van uit New-Orleans dat ik den man,
dien ik wederrechtelijk mijne hand gereikt
had, dien ik, evenals hem, had bedrogen,
was ontvlucht en dat hij mij dus niet in
diens huis, waarheen ik nooit wilde terug-
keerenmoest zoeken. Ik hoopte den Span
jaard hierdoor tevreden te hebben gesteld,
en voor altijd van hem af te wezenmaar
het einde was nog niet gekomen."
„Pedro onderdrukte mij meer, dan Carlos
ooit gedaan had.
{Jfordt vervolgd