NIEUWS- EN ADVERTiuNTIEBLAl) VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. eze Courant ver schijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. A 3 0 16 tè E BI E N T Dinsdag 26 October 1886. - N°. 252. A O V E R T E N T I E N Uitgevers: Gebroeders Muré. DE BRIilD EES EERLOOZE». Voor Leiden, per 3 maanden1.25. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60. Prijs per Klimmer 10 Cent. 200e Jaargang. Van 16 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingenik contant, zonder rabat, per regel 0.10. Bureel: Sclieepnuikerssteejr 0. Stads-Bericliten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente LEIOEN, brengen bij deze Ier ken nis van de kiesgerechtigden dat ingevolge art. 8 der wet van 29 Juni 1851 (Staatsblad n° 85) de verkiezing van éen lid van den Ge- meenleiaad, ter vervulling van de vacalure, ontslaan ten gevolge van hel door den beer J. 11. DONNER genomen ontslag, die in 1887 moest alliedenzal plaats hebben op Dinsdag, den l6en November aansl. van des morgens negen lot des namiddags vier uien. En geschiedt biervan openbare kennisgeving door plaatsing in de Leidsrhe Courant. Burgemeester en Wel houders voornoemd DE KANTER. Burgemeester. E. KIST, Secretaris, Leiden, 25 October 1886. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente LEIDEN, brengen ter algeineene kennis dat, ingevolge art. II van bel koninkl. besluit van 9 November 1*51 (Staatsblad n°. 14i) in verbind met Zijner Maje.sleils besluit van 11 Augustus 1859 Staatsblad n°. *0) op Zaterdag den 27en November a. s. 's m'ddags te twaalf uren op bet raadhuis eene vergade ring van kiesgerechtigden zal worden gehou den om de plaatsen aan te vullen van de heeren J. ZAALBERG JCz. P. L. G I)R1 ESSEN, H C. II ARTE VELT en W. F. VAN HARTROP Tz. die met bel einde dezes jaars als leden van de kamer van Koophandel en Fabrieken moeten aftreden, doch ingevolge art. 7 van eerslgemeld besluit op nieuw benoembaar zijn; dal de lijst van kiesgerechtigde, waartegen bezware kunnen worden ingebracht bij bel Gemeente bestuur, gedurende acht dagen, Ie rekenen van den dag der aankondiging, ter inzage ligt op de secretarie dezer gemeente en dal de. inlevering der stembriefjes op bovengenoemden dag geschied van 12—2 uren des namiddags, waarna de bus geledigd wordt en de stemop neming plaats heelt. En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd. Burgemeester en Weihouders voornoemd, DE K NTERBurgeineesler E. KIST, Secretaris. Leiden, 25 October 1886. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN; Gezien art. 8, le alinea der Wet van 2 Juni 1875 (Staatsblad no. 95), lol regeling van bet toezicht bij bel oprichten van inrichtingen welke gevaar, schade of hinder kunnen ver oorzaken Brengen bij deze ter algemeene kennis dal door ben op heden vergunning is verleend aan de (Irma OUDSHOORN (G Co, lol hel plaatsen van een stoomketel van tien paardenkracht in bet perceel aan de 11 uogewoerd no. 4. En geschiedt biervan openbare kennisgeving door plaatsing in de Leidsche Courant. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 25 October 1886. Vergadering van den Gemeenieraad van Leiden, op Donderdag 28 October 1886, namiddags le één uur. Onderwerpen 4. Benoeming van twee derde onderwijzers aan dc school 4de klasse n°. I. (-74) 2. Verzoek van P. K J. Patat om terugbe taling van schoolgeld (269) 3. Suppletoirc staat van begrooting, dienst ItfSö, van Vrouwcn-Ivraamnioeders (271) 4. Begrooting van de ontvangsten en uit gaven der gemeente voor 1887. S T A I» 5* N I E U Wf I». Algemeen verslag van liet verhandelde in dc sectiën van den gemeenteraad. UITGAV E N. (Vervolg.) Onderhoud van klokken enz. Gevraagd werd of ook aanvragen waren ingekomen voor de inrichting van electri- sche klokken in deze gemeente en eene op gave van de kosten verbonden aan de plaat sing van een minuutwijzer op de torenklok. Ook werd de aandacht gevestigd op de te Rotterdam gevestigde maatschappij door wie meermalen op uitmuntende wijze eene inrichting voor electrische klokken was aan gelegd en geëxploiteerd. Tevens werden inlichtingen gevraagd aan gaande de telefoon voor den aanleg waarvan in het begin van dit jaar vergunning is verleend. Burg. en weth. antwoorden dat wél van de firma Bertels te Amsterdam aan vragen zijn ingekomen, maar niet van boven bedoelde Rotterdamsche firma. Eene uit gave van vermoedelijk f 14-00 voor het aan brengen van een minuutwijzer op de toren klok achten burg. en weth., om hel weinig nut, niet gerechtvaardigd. Het verleenen van de bovenbesproken concessie voor den aanleg van een telefoon in deze gemeente ontmoet bezw: ren zoolang niet eene regeling bij de wet van de te- lephonische gemeenschapsmiddelen beeft plaats gevonden. Burg. en weth. hebben nog po gingen in h.t werk gesteld om te bevorde ren dat de gevraagde concessie nog werd verleend. Inmiddels is bedoeld wetsontwerp ingediend. Zij wezen er op dat bier alleen sprake was van eene verbinding in eene gemeente en niet tusschen gemeenten onder ling. De regeering bleef echter bij bare be zwaren volharden, zoodat voorloopig althans van den aanleg van de telefoon in deze gemeente geen sprake kan wezen. Bovendien hebben burg. en weth. gemeendevenals vele andere gemeentebesturen, hunne beden kingen tegen het wetsontwerp aa de tweede kamer der staten-generaal te moeten uuê- deelen. Kosten voor het verstrekken van duinwater. Gevraagd werd wat bedoeld werd met de sub 2 genoemde straatkranen, terwijl de sliaatdrinkkraneri afzonderlijk genoemd wor den, en hoeveel van deze laatste kranen zouden worden aangelegd. Bij de bespreking van bet uittrekken eener som voor de aanschaffing van slangenwagens voor de bediening van de brandkranenwerd in overweging gegeven deze wagens me-le te gebruiken voor het besproeien der straten met duinwater, waaraan meuigwerfdringend behoefte was. Er werd gevraagd of voor de Van der Werfstraat, waarvoor twee brardkranen zijn aangevraagd, niet met één volstaan kan worden, en dati de andere te plaatsen aan de Beestenmarkt, daar die dan tevens ge schikt zou zijn tot bet schoonspoelen van dat plein na afloop der veemarkt. Tevens werd de aandacht gevestigd op enkele buur ten der stad alwaar dringend behoefte is aan duinwater. Het antwoord van burg. en weth. luidt dat met de straatkranen zijn bedoeld de aan de gemeenteuebouwen gehechte kranen voor straatbesproeiïng. Het voornemen bestaat een viertal straatdrinkkraneu te doen aan leggen. Wat betreft bet gebruik der brandkranen voor straatbesproeiïng; dit zou té groote en niet gerechtvaardigde uilgaven vorderen, terwijl toch slechts een klein deel der stad daardoor gebaat zou zijn. In de Van der Werfstraat zijn wegens de lengte dier straat en den afstand van grachten minstens twee brandkranen noodig. Voor het van gemeentewege schoonhouden der Beestenmarkt bestaat geen reden, aan gezien de pachter van den afval zich van zijne taak goed kwijt. Aan burg. en weth. zijn geen middelen bekend die kunnen wor den aangewend om het gebruik van duin water te bevorderen, in buurten als in het verslag bedoeld. Evenwel neemt het aantal contracten met den dag toe en zal het niet aangesloten zijn spoedig tot de uitzonde ringen behooren. (Wordt vervolgd) Bij de op heden gehouden openbare verkooping van cokes, bij partijen van lüO, 50, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen f 39, ƒ19 50, /'4 30 en f 2 10, laagste prijzen 39, f 19.50, ƒ3 90, en ƒ2. Het gebrom van de sta-lbuisklok en bet getoet der politieagenten wekten dezen nacht tusschen een uur en half twee een deel der burgers uit hunnen slaap. Het alarm hield echter niet lang aan, waardoor de toeloop niet heel groot wa9. Toch bad, wat nu door tijdig blusschen beperkt bleef, groote gevolgen kunnen hebben door den gisteren opgestoken wind, en de klacht van velen, wier plicht 't is zich op 't alarm signaal naar bet terrein van den brand te begeven, de klacht nl., dat ze voor zoo'n nietigheid in bun nachtrust werden ge stoord, is ten eenenmale ongegrond, 't Is waar, aan de voorzijde van het huis was weinig te zien, doch het brandend gedeelte bevond zich daarachter. Kwart na een dan ontstond brand in liet achterhuis van een pand tegenover de ka- toenfabrtek op de Heerengraclit, bewoond door D. Hoe hij ontstond weet men tot nog toe niet. De bewoner was, hoewel nog kort te voren thuisgekomen, gedurende den brand niet te vinden, zoodat een oogenblik bet vermoeden veld won, dat D. zich in het brandend perceel bevond zonder zich te hebben kunnen redden. Het gevaar voor eigen leven beletten anderen nader onder- FEU1LLETON. 42.) Ik heb u eene bekentenis te doen, die, naar ik vrees niet overeenstemmen zal met uwe begrippen van recht en onrecht; maar denk er aan, geliefde, dat ik de gedachte niet kan verdragen, dat ik u zou verliezen, en wees dan toegeeflijk in uw oordeel." Dora werd bleek, maar antwoordde toch zonder aarzelen Iemand die u zoo bemint als ik, kan voor alles verontschuldigingen vinden. Zeg mij gerust, welk verschrikkelijk feit gij ge daan hebt, dat gij aan mijne vergiffenis twijfelt. Het kan geen groote misdaad zijn, want ik weet dat uw eergevoel zulks niet toelaat." Mendoza antwoordde ontwijkende: „Als gij mij alles kunt vergeven, Dora, heb ik niets te vreezen als ik de waarheid zeg. Gij zijt mijn lief, goed vrouwtje, en daarom behoef ik ook niet bang te wezen om u te openbaren, welk bedrog ik heb gepleegd, om dit resultaat te bereiken." „Bedrog! O, Carlos!" Gij zijt zulk eene strenge zedepreekster dat gij al beeft bij de gedachte aan de ge ringste onrechtvaardigheid. Maar welken weg, kan ik anders kiezen, Dora, als den eenen, dien ik insloeg." „Als ik naar uw vader gegaan was," be gon Mendoza, „om hem onze liefde te ver halen, was hij zonder zich op te houden, naar huis gesnelden had hij maatregelen genomen, om ons voor altijd te scheiden. Ik wist, dat gij voor mij verloren waart, indien het mij niet gelukte, u tot vluchten over te halen, voordat uw vader tot de we tenschap kwam, dat ik naar uwe hand waagde te dingen. Ik ging daarom niet naar hem toe, en onderschepte de brieven die gij en mevrouw Bell, na dien bewusten avond op „Hoogland" aan hem schreeft." „Ik heb u het ergste medegedeeld, Dora, zie mij nu eens aan en zeg mij, of gij mij vergeeft. Ik zweer u, dat, wanneer ik u minder afgodisch had bemind, ik zulk een goeden vriend als uw vi.der niet zoo bedro gen zou hebben. Mnar wat ik deeddeed ik om uwentwil; denk daaraan en laat de straf niet le zwaar zijn." Doodelijk verschrikt hoorde Dora deze ont hulling aan. Een tijdlang was zij niet in staat te spreken. Haar held haar afgod had haar belogenbedrogenzonder den ge- krenkten ouden man een enkel woord tot opheldering te geven, zoodat hij in de mpe- ning verkeerde, dat zij zonder redenen ge vlucht was. De door de smart terneergebogen grijsaard had dus gedurende al die weken hare ondankbaarheid beweend en dat alleen door de schuld van Carlos. Zij was bleek geworden, en zweeg zoo lang, dat Mendoza eindelijk eeuigszins geraakt vroeg „Vindt gij mijne misdaad zéé verschrik kelijk, Dorap Lijdt uwe liefde, uwe trouw nu reeds schipbreuknu ze voor de eerste maal op de proef gesteld wordt? Als gij dit zoo zwaar opneemt, weet ik niet hoe het gaan zal, als ik u het overige medtdeel." „Spreek niet op zulk pen toon tot mij, Carlos! Gij waart altijd zoo lief, zoo goed voor mijen ik ben altijd door iedereen zoo verwend, dat ik geen harde woorden kan verdragen. Hetgeen gij mij mededeeldet, was een zware slag voor mij, maar mijne liefde voor u is sterk genoeg, om u zelfs het grootste onrecht te vergeven, dat gij jegens mijn vader bedreven hebt. Als hij mij kan vergeven, dat ik hem zonder een enkele, voldoende oorzaak verliet, zal ik hem ook de vergiffenis niet kunnen onthouden, want daarvoor hebt gij mij reeds te veel bewijzen uwer liefde gegeven." „Spiak ik onvriendelijk, lieveling! Dat was mijne bedoeling niet en dat verdient gij ook niet. Nu ik toch eenmaal aan het spreken ben, zal ik u maar alles bekennen, mijn engel." „Nog meer?" vroeg Dora huiverig. „Slechts dit nog Ik hield het voor beter uwe brieven aan uwe papa achter te houden, tot hij van zijne zijde eenig teeken gaf, dat hij geneigd wa9 om zich te verzoenen, zon der iets onbehoorlijks van mij te eischen." Dora sprong op en riep woedend uit: „Dus gij hebt hem al die weken in de meening gelaten, dat ik niets om hem gaf, en dat ik zelfzuchtig en liefdeloos genoeg was, om mijne kinderlijke plichten te ver geten, zonder er berouw over te hebben, zonder zelfs pogingen aan te wenden, om vergiffenis voor mijn kwaad te verkrijgen. O, Carlos, gij denkt zeker dat ik van steen ben, om mij op die wijze te behandelen." Mendoza wa9 insgelijks opgestaan en liep eenige malen de kamer op en neer, om Dora tijd te geven berouw over hare woorden te gevoelen. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1886 | | pagina 1