NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Ik «ze Courant verschijnt dadelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. A B 0 fi! N E ff! E N T Donderdag 22 April 1886, N°. 95. AQVERTENTIEN: Uitgevers: Gebroeders Muré. DE BOETVAARDIGE. otirani Voor Leiden, per 3 maanden1.25. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60. Prijs per V winner 10 ('ent. 200° Jaargang. Van 6 regelsf 0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingencontantzonder rabatper regel 0.10. Bureel: Scheepmakersstee"; 6. UTADSMIEUWI. Heden herdenken W. Polaanen en H. Hoefsmit, verpleegden in het Geref. Oude Mannen- en Vrouwenhuis op de lleeren- picht, den dag hunner 50-jarige echtver eniging. In de conversatie-zaal van het gesticht is ter hunner eere ecne niet onaar dige versiering aangebracht, in het midden waarvan hunne namen en de jaartallen 18:36—86 prijken, en werden de gezamen lijke verpleegden op eene versnapering onthaald. Mej. N. J. P. v. d. Velden, te Rot terdam, is benoemd tot onderwijzeres aan eene bijzondere school alhier. Men schrijft ons: Zooals het doorgaans in de lente gaat, verschilt de temperatuur de eene dag bij den anderen zeer veel. Men deukt dat het gewonnen is, maar er valt op het weer nog geen pijl te trekken, merken de landlieden aan. Komt een mooie dag met toenemende warmte, het besluit wordt genomen vee in bet weiland te jagen, maar de lucht is nog ioo gevoelig, er ontstaat onweer en de wind keert met invallende koude, die aan Maart herinnert. Dezer dagen nog met noorden wind i9 het weer verre van mahch. Dan eet het vee het gras op dat mooi was aan gekomen en daarbij blijft het vooreerst, want de groei staat stil. Ook de warmoe- zier verlangt naar jonge groentenmaar hij wordt genoopt geduld te hebben, totdat de lente, die het altoos nog met den winter te kwaad heeft en zich blijkbaar aan den invloed van dezen niet kan ontworstelen, terugkeert, om het ten laatste eens voor goed te meenen. Als langzaam zeker gaat, is de toekomst niet zoo ontmoedigend. Bloeimaand kan spoedig genoeg met een schat van bloesems pronken en dus haar naam getrouw blijven. HUZIEK, LETTEREN EN KUNST. Geboortedag v. Mad.DeStael Holsteyn.(1766.) Ten onrechte is bij het graf van mevr. Bosboom-Toussaint gezegd, dat zij het eenige lid der Maatschappij der Ned. Letterkunde te Leiden was onder de Nederlandsche vrou wen. Ook mej. Opzoomer (A. S. C. Wallis) maakt deel uit van de maatschappij en on der de buitenlandsche vrouwen me7r. Lina Schneider te Keulen. De maatschappij telt slechts één eerelid onder de mannen, nl. prof. Beets. Marie Schneider heeft te Keulen veel bijval verworven, bij een uitvoering van Bachs fH-moll Messe" in het Gtizznich Messchaert van Amsterdam zong de baspartij. Yerdi heeft aan een der redacteurs van le Gaulois eenige bijzonderheden over zijne nieuwe opera Othello" medegedeeld. Het werk is bijna gereed en het libretto van Boïto moet zeer goed zijn. De opera begint met het tooneel van den storm, op het oogeublik dat de Moor met Desdemona te Cyprus aankomt. Dit nieuwe toonwerk zal het eerst te Milaan opgevoerd worden. In 8trijd met hetgeen de maestro voor zijne andere opera's gedaan heeft, schzeef hij deze volgens zijne ideeën en inspiratie en niet mei. het oog op de artisten, die de voor naamste partijen zullen vervullen. Een bal let is er niet ingevoegd om den loop der handeling niet te verstoren, en de koren hebben in deze opera de handen vol. Eenige Goethe- en Schiller-relieken werden onlangs te Berlijn verkocht; maar zij brachten geen hooge prijzen op. Voor een fraaien zilveren beker met de letters C. A. en W. G., door den groothertog Carl August aan Wolfgang Von Goethe geschon ken, werd 46 mark betaald; voor een gou den medaillon met haar van Schiller en zijn //Lotte" slechts 18 mark en Goethe's zegel ring bracht 50 mark op. i/De student te huis", van den heer Van Eeden, is nu driemaal opgevoerd in den Stadsschouwburg te Amsterdam. Het is een vrij grappige klucht. De Engelschen zouden het een farce", de Duitschers een fSchwank" noemen. Men ziet o. a. een rea listische voorstelling van dronken studenten, die platte taal spreken en zich op grove, oneerbiedige wijze uitlaten over hun fOude* lui", fden oude", enz. Gelijk in een klucht past is alles overdreven, de zoogenaamde studentikooze taal, zoowel als de fbur- gerlijkheid" der ouders van den student in de provincie-stad. Men moet nu en dan la chen, want het "is, wat men „een boertig stuk" pleegt te noemen. Voor een kermis- stuk zou het zeker in aanmerking kunnen komen. De dialoog is levendig en soms geestig. De handeling is vrooltjk en het stuk wordt vlug en talentvol opgevoerd door de acteurs. Te Parijs zijn de schouwburgdirecteu ren welwillend genoeg elk an 'er artisten te /yleenen" Ten onzent wordt dit nu ook toe gepast. Door de voortdurende ongesteldheid van den heer Veltman zou fOthello", dat dezen Woensdagavond e. k., ten voordeel© van den heer Moor was aangekondigd, niet kunnen gespeeld worden. Door de welwil lendheid van Het Ned. Tooneel zal de heer Van Schoonhoven als fJago" optreden, zoo dat de voorstelling kan doorgaan. Van het biographisch woordenboek der Nederlandsche letterkunde, bewerkt door de heeren Huberts, Elberts en Van den Bran den, zal bij A. J. Van den Sigtenhorst te Deventer een tweede druk verschijnen. Binnenkort zullen de werkzaamheden ter uitvoering van groote muurschilde ringen in het Panthéon te Parijs hervat worden. Delaunay, die door de koude uit het ge bouw verjaagd werd zal, nu het weer zachter wordt, net penseel opnieuw ter hand nemen om zijn f Marche d'Attila sur Paris" te vol tooien. Paul Baudry, die de voornaamste taferee- len uit het ieven van Jeanne d'Arc zou schilderenwerd daarin door den dood verhin derd en is nu vervangen door Lenepveu. Meissonnier had wel beloofd een f.Attila arrêié devant Paris" te schilderen, maar heeft tot nu toe nog steeds op zich laten wachten. De uitvoering van een //Veldslag van Tolbiac," door Joseph Blanc, welke bijna voltooid was, is door ziekte van den schilder gestaakt moeten worden. Op de kunstveiling in Frascati te Amsterdam werden nog besteedEickelberg, Straatgezicht, f 220; H. F. C. Ten Kate, Boerenherberg, f 275; J. B. Klombeek, Landschap, f 230; Kluyver en Springer, Boschgezicht, f235; B. C. Koekkoek, Laan, f 305; Jer. H. B. Koekkoek, Zeegezicht, f 280; J. F. Portielje, Buste, f 385; J. Stroebei, Huwelijksinzegening, f 525. Het D. v. Z.-II. en }s Gr. verneemt, dat voor den wedstrijd voor een monument op het graf van wijlen den architect H. P. Vogel 32 ontwerpen zijn ingekomen en dat de jury, bestaande uit de heeren J. F. Met- zelaar, G. J Morre en W. Springer, zich met de beoordeeling onledig houdt. Een Zwitser, te Parijs overleden, Lissignol, heeft zijn geheele, naar beweerd wordt aanzienlijk vermogen, aan Genève vermaakt, om daaruit een fonds te stichten tot ondersteuning van de schoone kunsten in die stad. BINNENLANDSCHE BERICHTEN. Als opvolger van den heer K. De Jong, als lid der tweede kamer voor het district Hoorn, wordt leeds genoemd de heer H. J. Calkoen, burgemeester van Edam, lid der provinciale staten en arrondissements schoolopziener. Aan een particulier schrijven uit In- dië ontleent Het Fad. het bericht, dat de heer B. Van Zutphen is benoemd tot resi dent van Bali. Krachtens art. 125 der wet van 19 Augustus 1861, (Stbl. N°. 72), betrekke lijk de nationale militie worden bij konink lijk besluit van 19 Maart jl van de militie te land, in lö86, tegen de daartoe door den minister van oorlog te bepalen tijdstip pen opgeroepen om in den wapenhandel te worden geoefend: van de lichting van 1883 de verlofgangers die behooren tot het regi ment grenadiers en jagersde overige regi menten der infanterie, de compagniën der hospitaalsoldaten, de regimenten der veld artillerie, het korps rijdende artillerie, het korps pontonniers en het korps genietroe pen, uitgezonderd voor wat betreft de re gimenten der veld-artillerie, de miliciens verlofgangers der lichting van 1883, die te dezen jare van het wapen der cavalerie bij de treincompagniën dier regimenten zijn over geplaatst; voorts van de lichting van 1884 alleen de verlofgangers, die behooren tot de regimenten der vesting-artillerie en tot het korps genietroepen. De verlofgangers der militie te land van de lichtingen van 1882 en 1885 worden in den loop van dit jaar niet krachtens boven genoemd wetsartikel opgeroepen. De verlofgangersvoor oproeping aange wezen, worden gedurende hoogstens 35 da gen in werkelijken dienst gehouden. FEUILLETON. »78.) De gravin, die den vorigen avond nog gesproken had over zijn gezondheid, zijn kracht, zijn kloekheid, zou verschrikt ge weest zijn wanneer zij hem op dat oogen- blik gezien had als een tachtigjarige, gebo gen, verpletterd onder het gewicht van zijn rampspoed. En werkelijk scheen de onge lukkige niets meer dan een schaduw van zich zeiven. In weinige dagen was hij twintig jaren verouderd. Franceses hield hem de lei voor. Op hetzelfde oogenblik, als onder den in vloed van een electrieken schok, sprong de graaf overeind en ging op zijn beenen staan Zijn trekken werden bezield en een plotse- liuge glans verlichtte zijn blik. De stomme merkte de zichtbare veran dering op, en een groote vreugde overtoog haar hart. fDe persoon, die mij wil spreken, is een knecht van den markies DeVerveine," zei de graaf tot haar. tik weet het," antwoordde zij door een dubbele beweging met het hoofd. fik ben bereid hem te ontvangen. Ga, Francesca, ga." De stomme verliet het vertrek. //Eindelijk," sprak de graaf binnensmonds fZal ik dan toch iets te weten komen. De ellendeling heeft besloten zich tot mij te wenden. Ik had dien stap allang gewacht, maar mijn hoop was reeds vervlogen Toen hij het gedruis van voetstappen in het salon hoorde, nam zijn gelaat zijn ge wone ernstige uitdrukking aan. De deur van de werkkamer was half open blijven staan. Lory had er slechts tegen aan te duwen en trad binnen. Reeds had de graaf den tijd gehad hem op te nemen. Denzelfden indruk, dien de stomme gekre gen had, kreeg ook hij, en evenals zij, voelde hij een soort van weerzin. Lory met zijn pet in de hand, had een onderdanige buiging gemaakt. z,Je bent in dienst bij den markies De Verveine?" dus sprak de graaf hem aan. fJa, mijnheer." f Al lang?" fEen jaar of vijf." fWat heb je me te zeggen?" fEen brief van mijn meesier, dien ik u moet ter hand stellen," antwoordde Lory^ terwijl hij werkelijk een verzegelden brief uit zijn borstzak haalde. z/Geef hier maar." Lory reikte den graaf den brief over. En terwijl de grijsaard het zegel verbrak en den brief uit den omslag haalde, stak Lory een hand in zijn binnen-borstzak en wierp tegelijk een snellen blik om zich heen in de kamer en op de schrijftafelwaarop hij stapels goudstukken en hoopjes bank biljetten zag liggen. Het duizelde hem bij dat gezicht. Er waren daar wel honderd duizend francs bijeendie de heer De Las- serre, om op alle gebeurtenissen voorbereid te zijn, den vorigen avond van de Fransche Bank had doen halen. De grijsaard had den brief opengevouwen. Maar deze was, hetgeen klaarblijkelijk met opzet geschied was, zoo fijn, zoo onlees baar geschreven, dat hij bleef steken, na het woord f Mijnheer!" te hebben gelezen. f Heeft uw meester dien brief geschreven vroeg hij. fik weet het niet, mijnheer. Ik heb hem van morgen ontvangen bij een ander inge sloten, met den last hem van daag nog bij mijnheer Rousseau te brengen, f't Is goed," sprak de graaf. Hij ging vlak bij het raam staan, in de meening, dat hij met wat meer licht de woorden zoo niet vlot zou kunnen lezen, dan ten minste toch spellen. Op de wijze waarop hij voor het venster ging staan, keerde hij den rug aan Hory toe. Deze naderde langzaam zonder eenig gedruis te maken hetgeen gemakkelijk was, want de vloer was bedekt met een zwaar kleed. Den graaf was het gelukt een dertigtal woorden te ontcijferente raden als het ware, die een zinsnede uitmaakten zonder eenige beteekenis, waarvan hij ten minste niets begreep. Met groote inspanning ver dubbelde hij zijn pogingen om de lezing voort te zetten. Lory was vlak achter hem gekomen en laakte hem bijna aan. De grijs aard, zonder het minste wantrouwengeheel verdiept in de lezing, hield het hoofddicht bij het papier. Lory haalde uit zijn borstzak zijn hand, die met een ponjaard gewapend was. Zijn bandieten-tronief nam een woeste uitdruk king aan. Hij hief den arm op, en klemde het heft van het moordtuig vast in zijn hand. Wordt vervolgd»)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1886 | | pagina 1