WLJ TT«
strekt, wijl de mantels in 1885 niet alle
klaar konden zijn voor het koude jaargetijde
en de levering daarom is uitgesteld. Van
een ten tweeden male den maat doen nemen
van alle bestellers, is geen sprake geweest,
althans dit moet zich slechts tot een enkel
geval bepaald hebbenen ten stelligste
kunnen wij ook tegenspreken dat tweemaal
van de manschappen de verhooging van
salaris voor kleedinggeld is ingehouden.
Wanneer wat zachter weer eenmaal zal
aangebroken zijn, kan men echter de uni
formen nu spoedig verwachten. (Af. C't.)
Naar aanleiding van den open brief
van den heer Salomon, oud-commandant
van het gesticht voor jeugdige mannelijke
veroordeelden op Kruisbergis bij den heer
II. Knoop, te 's Qravenhage, eene brochure
verschenen, geschreven door den heer G.
F. L. Den Breugom de Haas, oud-onder
officier van het reg. grenadiers en jagers en
oud-hulpbewaardcr in gemeld gesticht. De
heer De H. licht een en ander betreffende
deze inrichting nader toe, rechtvaardigt de
handelingen der bewaarders en toont de
vreemde handelwijze van den heer Salo
mon aan.
Uit een particulier schrijven verneemt
de N. R. Ct.dat Zr. Ms. stoomschip Atjek,
gestationeerd te Curasao, in het begin van
Februari 11. te Colon is geweest, en dat de
officieren de doorgravingswerken van het
Panama-kanaal, en voornamelijk het ge
deelte door de Hollanders uitgevoerd wor
dende, hebben bezichtigd. De groote gast
vrijheid en welwillendheid der aldaar werk
zame chefs en ingenieurs gaf hun daartoe
ruimschoots de gelegenheid, hetgeen door
het état-major op hoogen prijs werd gesteld.
De Londensche correspondent van de
N. B. Ct. schrijft aan dit blad
Dat de Hollanders nog niet hebben op
gehouden in de schatting van den vreemde
ling „de Chineezen van Europa" te zijn,
blijkt weder eens uit een hoofdartikel in de
St. JamesGazetteaan het schaatsenrijden
in Nederland gewijd. Het heet daarin, dat
ten onzent iedereen schaatsen rijdt en dat
de „jolige soms al te jolige Hol-
landsche dames op het ijs voortglijden met
eene bevalligheid en gemakkelijkheid, die
den uitlander verbazen, nadat hij in de ge
legenheid was haren onsierlijken gang op
straat te bespieden. Daar zijn fashionabele
en niet-fashionabele uren voor het schaatsen
rijden, gelijk voor andere zaken, zelfs in
Holland, waar de mode zich minder ge
streng doet gelden dan elders. Des morgens
vermaakt zich de fijne wereld. Des namid
dags komen de winkeliers en hunne gaden
opdagen, terwijl des avonds de werklieden
en anderen, die overdag geen tijd hebben,
op de gladde baan krielen." Over de hard
rijderijen schrijvende, doet de berichtgever
opmerken: „De deelnemende vertegenwoor
digers der verschillende vereenigingen wor
den even hard geoefend als hardloopers en
wielrijders van beroep. Gedurende gerui-
men tijd vdór den wedloop leven zij doodstil
en karig. Geborreld mag er nauwelijks
worden. Deze onthouding van den volks
drank, waarin een heet stuk kaars krachtig
geroerd ismoet eene zware beproeving
wezen voor een goed-geordend Ilollandsch
gestel. Tijdens de oefeningen voeren de
deelnemers haast niets uit, behalve stilzitten,
en zij komen ook maar zelden op het ijs,
hetgeen zonderling heeten mag. Heeft het
uur voor de hardrijderij op schaatsen ge
slagen, dan wachten zij zich wél om vóór
het laatste oogenblik te verschijnen. Dan
doen zij zich vóór met dramatische plotse-
lingheid" Een Hollandsche ijsbaan ge
durende de fashionabele morgenuren biedt
een zeer levendig en schilderachtig schouw
spel, vol kleurschakeeringen. „'t Is de puikste
mode onder de dames om met eene ruiker
van natuurlijke bloemen doorgaans het
geschenk van mannelijke vrienden op het
ijs te komen. Dientengevolge beschouwen
de Hollandsche bloemkweekers het schaat
senrijden als eene nog heiliger instelling dan
den vaderlandschen borrel."
Gisterennamiddag ten ongeveer IJ uur
had een schipper, genaamd A. D., voerende
het ijzeren aakschip Elisabethgedomici-
liëerd te Leeuwen, het ongeluk in de rivier
de Noord voor Dordrecht jammerlijk te ver
drinken. Terwijl zijn schip te Kinderdijk
in reparatie lag, had hij met zijne roeiboot
Dordrecht bezocht, om aldaar eenige inkoo-
pen te doen en wilde na afloop daarvan op
zijne terugieis, ten einde spoediger thuis te
zijnzijne boot bevestigen aan een voorbij
varend schip, dat, door een stoombootje
gesleept, de Noord invarende was. Bij zijne
pogingen hiertoe geraakte hij echter te water,
zonder dat men op het schip zulks be
merkte, hetgeen echter wel gezien werd van
af de Merwekade aldaar en waarop de daar
liggende stoomboot Be Zwaluw onmiddel
lijk naar de plaats des onheils stoomde.
Men kreeg den drenkeling, die zich door
zwemmen eenige minuten boven water had
gehouden, in bewusteloozeu toestand aan
boord en trachtte dadelijk hein bij te bren
gen, wat echter niet is kunnen gelukken,
zoodat, toen de boot te Dordrecht aankwam,
de inmiddels ontbodene geneeskundigen
slechts den dood konden constateeren.
(B. Ct.)
De bekende colporteur van Becht voor
Allen Jacobus De Zwart te Amsterdam, die
nog een gevangenisstraf van zes maanden
moest ondergaan, is Dinsdag in hechtenis
genomen als verdacht van diefstal van com
positie-pijpen in het Volkspark buiten de
Raa in barrière.
Betreffende den toestand van Be Am
sterdammerBagblad voor Neder/andzijn
aan de deelnemers in de laatste leening twee
circulaires gericht. De eerste gaat uit van
de met het beheer der geldleening belaste
commissarissen, die aan de obligatiehouders
kennis geven, dat de firma Ellerman Harms
Co. den 31 en Maart de uitgave van het
blad zal moeten stakenaangezien de poging
tot verkrijging van nieuw kapitaal niet is
geslaagd.
In een tweede circulaire, van de firma
Ellerman, Harms Co. uitgegaan, wordt
medegedeeld, dat de sedert het laatst van
Januari aangewende pogingen om nieuw ka
pitaal te verkrijgen tengevolge hebben ge
had, dat voor ruim j van de benoodigde
f 200,000 is geteekenddat dus aan de voor
stellingen als zou het onmogelijk zijnnieuw
kapitaal te vinden, behoorlijke grond heeft
ontbroken, en dat zij nog meent, dat bij
krachtigen steun van geestverwanten en be
langhebbenden aan het vinden van het ka
pitaal niet behoeft te worden gewanhoopt.
De krachtige steun wordt dus vooral ver-
eischt om tijd te winnen tut het bijeen
brengen van het kapitaal.
Een droevig onheil heeft gisterenavond
weder te Amsterdam plaats gevonden. Te
ongeveer 9 uur ontstond in de Egelantier
straat bij de Baangracht, in een woning
door vele gezinnen bewoond, vermoedelijk
door het oravalleu eener petroleumlamp, brand
op de voorkamer der tweede verdieping. Het
vuur breidde zich in een oogenblik tijds naar
alle kanten uit. De bewoners vluchtten over
al heen, en een der buren, zekeren Broes-
man, gelukte het langs de trappen van de
bovenste verdieping een vrouw met een kind
te redden.
Te veel ontroerd, om te kunnen spreken,
had deze vrouw geen woorden om mede te
deelen, dat zich nog meer kinderen op de
kamer bevonden; trouwens het vuur had een
dergelijken omvang aangenomen, dat hit
waarschijnlijk toch onmogelijk zou zijn ge
weest ze te redden.
De brandweer trad intusschen spoedig en
met kracht op. Met 3 stoomspuiten en 3
handspuiten gelukte het haar de vlam te be
dwingen en deu brand tot de twee bovenste
verdiepingen te beperken. Toen zij echter,
ondanks de felle vlam en den verstikkenden
rookde bovenste kamer binnendrong, vond
zij daar de lijken van Antje en Pieter Wil
lem Van Wiermgen, het meisje oud 12 jaar,
het jongentje 16 maanden. Zelfs, volgens
de buren, werd nog een derde kind, Dirk
Van Wieringen oud 10 jaar, vermist. Hoe
men echter zocht, men vond daarvan geen
spoor, zelfs niet de overblijfselen.
Men stelle zich de wanhoop der moeder
voor: nauwelijks tot bezinning gekomen,
vernam zij, dat hare kinderen in de vlam
men waren omgekomen, terwijl de vader
nog op zijn werk was. Toen deze tehuis
kwam was het onheil reeds voldongen en
had hij twee, misschien drie zijner lievelin
gen op noodlottige wijze verloren, (llbl.)
Gisterenmorgen te half twaalf uur ver
zamelden zich weer eenige honderden werke-
loozen in het Volkspark te Amsterdam.
De vergadering werd geopend door den
heer Fortuyn. Hij deelde haar mede, dat
„behalve de gewone hak- en houwpartijen
der politie" de dag van eergisteren rustig
was afgeloopen.
De commissie, die de motie naar den
burgemeester had gebracht, zou zich thans
weer naar het stadhuis begeven, ten einde
antwoord te gaan halen. Wie mee wilde
gaan, kon méégaan.
Hoewel door een van de bladen was mee
gedeeld, dat er maar duizend „werkeloozen"
waren, zoo vergist zich dat blad zeer, „er
waren er wel tienduizend."
Men heeft Fortuyn c. s. ook verweten dat
zij een te groote verantwoordelijkheid op zich
namen; maar zij die de macht in handen
hebben dragen alleen de verantwoordelijk
heid.
De burgemeester kan echter alleen niet
alles doen. Hij is geen Messias, die brood
kan brengen. Maar toch is hij de eenige
die kan voorstellen, dat er hulp worde ver
leend.
Na eenigen tijd over de ellende en de
werkeloosheid te hebben uitgeweidsloot hij
de vergadering en begaf zich de menigte
met de commissie aan het hoofd op weg.
Voor de Raambrug gekomen lieten de
daar gestationeerde politieagenten de leden
der commissie doorgaanmaar sloten zij on
middellijk den toegang voor de hen volgende
menigte af.
Dit gaf aanleiding tot eenige schermutse
lingen op het plein aan de Nassaukade,
waarbij de jongens met steenen wierpen en
de politie van sabel en stok gebruik maakte;
twee personen werden gearresteerd.
Daarna hadden in de omliggende straten
hier en daar kleine botsingen met de politie
plaats, die steeds de aangroeiende menigte
verhinderde om zamen te scholen.
Omstreeks één uur kwam Geel, vergezeld
van een menigte volks, terug van het stad
huis en nam zijn weg van de Prinsengracht
door de Jordaan, langs de Westerstraat naar
de Zaagpoort. Een macht van ongeveer 25
politie-agenteu rukte met de looppas ach
ter de menigte op en sneed een groot ge
deelte bij de Zaagpoort van het escorte van
Geel af.
Deze begaf zich naar het Volkspark, waar
nog ongeveer een paar honderd menschen
bijeenkwamen.
Bos, lid en aanvoerder der commissie,
deelde toen uiede, dat de burgemeester ge
weigerd heeft de commissie te ontvangen,
omdat zij niet schriftelijk gehoor had ver
zocht.
Hij meende dat in de ernstige tijdsom
standigheden het hoofd der gemeente wel
eens den vorm uit het oog had mogen ver
liezen. De commissie zou echter een brief
schrijven en daarom stelde de spreker de
aanwezigen voor morgen Donderdag
om half twaalf uur weer in het Volkspark
bijeen te komen, ten einde om halfeen ant
woord aan het stadhuis te gaan halen. Hij
noodigde zijn hoorders uit, daaraan zooveel
mogelijk ruchtbaarheid te geven.
Daarna sprak lleyer de menigte toe en
noodigde „de aanwezige koningen van de
pers en de rustbewaarders" uit om te ge
tuigen hoe groot de ellende van het volk is
en hoe kalm dit volk zich nog houdt. De
houding der politie op gisteren was alleen
aangenomen om rustverstoringen uit te lok
ken. Maar het volk zou eenmaal zijn slaven
juk verbreken, enz.
Bos sloot daarop de vergadering en ver
maande de menigte rustig te zijn „zoolang
als dat mogelijk was, maar langer niet."
Het volkspark werd toen wederom ontruimd
en de politie trachtte de menigte door over
reding te bewegen de circulatie niet te be
lemmeren.
Dit is echter voor doove ooren gepredikt.
Bloemgracht en omliggende straten wemelen
van kinderen, opgeschoten jongens en las
tige lieden. De politie wordt op het oogen
blik (te half twee) begroet met steenen, die
zelfs de verslaggevers der pers treffen. Tot
twee keer toe heeft de politie op de Bloem
gracht een charge gemaakt met den stok.
Uit de woning 112, driehoog, Lijn
baansgracht, werd met vuil uit de ramen
geworpen.
Te 2 u. 45 min. kwam uit de Bloemstraat
langs de Baangracht een talrijke menigte
opzetten, voorafgegaan door een hoop jon
gens die met steenen wierpen naar een in
specteur en twee agenten, die op de brug
over de Baangracht stonden. Deze politie
ambtenaren, weldra versterkt door een bri
gade van ongeveer twintig man, verdreven
de menigte naar de Bloemstraat van waar
deze de vlugt nam in de daarmede kruisende
straten.
Het terrein is daar voor de politie zeer
lastig om te ageeren, daar bij haar nadering
de opstootjesmakers in de zijstraten vluchten
om onmiddellijk weer te voorschijn te komen
als de politie zich verwijdert.
Te vier uur, nadat nu en dan nog weer
eens de menigte terug werd gedrongen,
teneinde het terrein bij het politiebureau
eenigzins vrij te houden, scheen de menigte
de zaak ook zelf vervelend te gaan vinden
en dunde zij aanmerkelijk.
Dat de kinderen ook juist hedenmiddag
vaeantie hebben, verhoogde natuurlijk de
drukte langs den weg.
Toen alles rustig scheen, drong het volk
èn van de Baangracht èn van de Marnixstraat,
zijde Haarlemmerplein wederom op en be
groette de politie met een regen van steenen.
Het gelukte toen de agenten op de Mar
nixstraat twee der belhamels iu hechtenis te
nemen.
Ongeveer ten 5 uur joeg de politie de
opdringende menigte naar de zij Je van de
Baangracht en de Marnixstraat wederom
uiteen en geschiedde eindelijk door een in
specteur de sommatie: „In naam der wet
uiteengaan of geweld zal worden gebruikt."
Het grootste gedeelte van de levenmakers
zijn jongens van ongeveer vijftien en zestien
jarendie het natuurlijk van de grooteren
in brutaliteit winnen.
Zij hebben dit spelletje tot half zeven des
avonds voortgezet. (B ,v. _V.)
Het plan bestaat om op het graf van
Cornelis Dito, dezer dagen te Nieuwediep
overleden, een eenvoudig monument te
plaatsen, dat de menschlievende daden van
den „held in stormgevaar" in herrinnering
zal doen blijven.
Gisteren deed de rechtbank te Zutfen
uitspraak in de bekende vervolgingen tegen
den uitgever en drukker der Winters*. Cl.
en idem der Zutf Ct. De rechtbank heeft
beslist dat het stukje in de Winter*. Ct.
laster vormt en dat, omdat de schrijver
daarvan niet bekend is, de drukker straf
schuldig is. Onder aanneming van verzach
tende omstandigheden is de drukker en uit
gever, de heer G. Ilartog, veroordeeld tot f25
boete, subs. 7 dagen gevangenis.
De drukker en uitgever der Zutf. Ct.,
de heer C. Schillemans, is vrijgesproken,
omdat, hoewel het feit waarvan hij beklaagd
was, rechtens is bewezen, hij als drukker
en uitgever niet strafschuldig is, daar ten
processe bij de behandeling der zaak in de
openbare zitting kenbaar is geworden dat
de heer B. Cuperus, eenig redacteur der Zutf.
Ct., de schrijver van het ingezonden stuk
is; de heer B. Cuperu9 zelf heeft, als ge
tuige gehoord, dit verklaard.
Men meldt aan de N. R. Ct. uit Osch:
Bij de talrijke klachten over malaise, die
men thans van zoovele zijden hoort, is het
ons aangenaam te kunnen vermelden, dat
onze gemeente steeds in welvaart toeneemt.
Nog slechts 10 jaren geleden was Osch
een onbeduidend dorp van 4000 zielen,
zonder handel of industrie. De linnenwe
verijen, die hier vroeger een belangrijken
tak van nijverheid vormden, waren lang
zamerhand verdwenen. Alleen ging er wat om
in natuurboterdie in den omtrek werd
opgekocht en, na hier verwerkt of liever
verdund te zijn geworden, naar Engeland
werd verscheept.
Het ontstaan der margarine-boter-fabricage
bracht in deze toestand gelukkig verandering.
De eerste fabriek in ons land werd hier
opgericht. Spoedig volgden drie anderen,
zoodat er hier thans vier butterine-fabrieken
in werking zijn, die te zamen wekelijks on
geveer een millioen pond butterine producee-
ren. Deze industrie heeft te Osch en in de
geheele omliggende streek nieuw leven ge
bracht. In de fabrieken vinden ruim vijf
honderd arbeiders geregeld werk, terwijl
ongeveer een gelijk aantal een bestaan vindt
in het vervaardigen van kisten en vaatwerk.
Ofschoon de levensmiddelen veel goedkooper
zijn dan voor eenige jaren, zijn de werk-
loonen dezelfde gebleven.
Verschillende neringen, ja, het geheele
dorp trekt partij van deze industrie, doch
boven allen hebben de boerendoor het
leveren van melk, van de kunsthof er-fabri-
cage voordeel gehad. In de butterine worden
namelijk groote hoeveelheden melk gebruikt,
en de prijzen die de fabrikanten betalen,
komen den boeren vrij wat voordeeliger uit,
dan wanneer zij zelt boter karnen. Een
gevolg hiervan is zeker ook wel, dat waar
elders de landerijen voor de helft in waarde
verminderd zijn, er hier bijna geen waarde
vermindering heeft plaats gegrepen.
Nog ieder jaar breiden de fabrikanten
hunne zaken uit, zoodat wij met recht kunuen
hopendat ons dorp eene schoone toekomst
tegemoet gaat.
Dat men hier voor het overige niet aan
de toekomst der butterine-fabrieken twijfelt,
bewijst wel de oprichting van een groote
stoomfabriek, waaraan eerstdaags begonnen
zal worden, en waar men allerlei soort van
vaatwerk, enz. machinaal vervaardigen zal.
Aan deze fabriek zal tevens eene hoepelma
kerij worden verbondeneene industrie die
hier geheel nieuw is. Deze inrichtingen
zullen eveneens aan een honderdtal personen
werk verschaffen.
Bij de vastenavond-pref te Roermond
werd op den bekenden tramweg van Xhaflaire
een oppassend werkman, die in zijn domino
wel wat uitgelaten rondsprong, door een
der wagens overreden. De voet is over het
gewricht verpletterd en de jongeling in be
wusteloozeu toestand naar zijne woning ge
bracht. De voet is hem reeds afgezet.
's GR1VEKUAGË.
Door Z. M. is aan mr. R J. graaf Schim-
melpenninck van Nijenhuis, te Qraven
hage, verlof verleend tot het aannemen en
dragen der onderscheidingsteekenen van
ri Ider grootkruis der orde van den Heiligen
Gregorius den Groote.
Door Z. M. is aan den hoofdcommies
bij het departement van oorlog P. W.
Nieuwland, op zijn verzoek eervol ontslag
uit zijue gemelde betrekking verleend,
onder toekenning van den titulairen rang