NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Maandag 9 November 1885. N°. 263. Uitgevers: Gebroeders Muré. BINNENLANDSCHE BERICHTEN. ourant ezc Courant verschijnt dadelijks, behalve op Kon- en Feestdagen. ABOPJüEfêlElUT: Voor Leiden, per 3 maanden1.25. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60. Prijs per Nummer 10 lent. ADVERTENTIES: Van 16 regels0.90. Elke regel meer0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen, 4 contant, zonder rabat, per regel 10.10. Ilureel: Scheepmakerssteeg; 6. 199e Jaargang. Stads-Bericliten. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN; Gezien het adres van de firma WED. P. DE WILDE en Zonen; alhier, houdende ver zoek om vergunning let hel plaatsen van een desin/eclieovendoor stoom gedreven, in hare werkplaats slaande aan de Nieuwstraal no. 25 en 27. Gelet op de arli. 6 en 7 der wet van 2 Juni 1875 Staatsblad no. 95); Geven bij deze kennis aan hel publiek dat genoemd verzoek, met de bijlagen, op de Se cretarie dezer gemeente ter visie gelegd is; alsmede dat op Zaterdag den 21en November aanst.'s voormiddags Ie e// uren op hel Raad huis, gelegenheid zal worden gegeven om be zwaren legen dat verzoek in te brengen. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 7 November 1885. De BURGEMEESTER der gemeente Leiden Gezien art. 21 der Wet van den 4en De cember 1872 (Slib no. 134); Brengt ter algemeene kennis dat in deafge- loopen week binnen deze geineenle 6 ge vallen van Roodvonk zijn aangegeven en dat geene lijders aan deze ziekte zijn overleden. En geschiedt hiervan openbare afkondiging door plaatsing in de Leidsclie Courant. De Burgemeester voornoemd, DE KANTER. Leiden, 7 November 1885. Tochten door en praatjes over Leiden in uitheenisch gezelschap. (Vervolg.) IX. We gaan op weg. Buitengewoon snel gaat het niet, dit geef ik toe, maar ik voor mij zou niet gaarne sneller reizen, waar het zulke kleine afstanden geldt. Het aangenamen van het denkbeeld „uit rijden zijn", dat op de spoorwegen geheel vervalt, blijft opdeze wijze althans gedeeltelijk be waard. U zal, hoop ik, toestemmen, dat het ritje niet onaardig is. Naast het spoor ligt de breede straatweg voor de rijtuigen en nog verder rechts een smaller, eenigszins verheven voetpad. Dat wonderlijke houten voorwerp in den vorm van de Grieksche letter n draagt een opschrift, dan we zoo hiervandaan niet gemakkelijk kunnen lezen. Nu, ik kan u wel zeggen wat er staat. Het behelst in allerbespoltelijkst Hollandsch een verbod tegen het vervoer van vee. De aankondiging geeft natuurlijk dikwijls aan leiding tot flat jokes aan 't adres van voet gangers, die door de natuur met een min of meer os- of ezelachtig extérieur begif tigd zijn. Daarnaast stroomt „met stouten golfslag" het Galgewater, inderdaad een vrij breed en diep water, het overschot van den Bijn, zooals ik reeds vroeger gezegd heb. Dit water biedt in den zomer aan de Leidsche studenten eene uitstekende gelegenheid aan om zich in de spierenstalende roeikunst te bekwamen. De Leidsche studentenroeiver- eeniging Njord, geheeten naar den water god der oude Skandinaviërsheeft een uit stekenden naam. De roeiers van Njord behaalden reeds menige overwinning niet alleeD op Nederlandsche maar ook nu en dan op buitenlandsche roeivereenigingen Met Oxford en Cambridge hebben ze zich tot dusver nog niet gemeten en het is hun misschien voorloopig ook nog niet aan to raden, maar wie weet hoe spoedig ze zich daartoe sterk genoeg zullen voelen. Jam mer dat het groote publiek hier zooveel minder dan in Engeland in de triomfen der studenten op dit gebied belang stelt. In Nederland beschouwt men een student uitsluitend als „feestvierder" en „geldver- teerder"; in iedere andere functie weigert men hem te erkennen. In den winter, (ten minste in den goe den ouden tijd toen het nog in den winter verkoos te vriezen) is het Galgewater een prachtige baan. Oud en jong beweegt zich dan „met staalgeschoeiden voet" langs het spiegelgladde ijsvlak en in het anders zoo stille Yinkje schenkt men de borrels bij vaten. Het is dan ook een feit dat men in ons land (de Friezen met den meest mogelijken eerbied uitgezonderd) in bijna geen enkele stad zooveel goede schaatsen rijders heeft als in Leiden. Maar intussehen zijn wij het doel van onzen tocht genaderd. De stoomtram staat er even stil om ons uit te laten en maakt vervolgens een bocht linksom ten einde het dorp Voorschoten te bereiken., De Vink is een koffiehuis van den oud Hollandsche stempel. De gelagkamer ziet er zeer gezellig uit. Aan de wanden ziet ge een aantal schilderstukjes van twijfel achtige kunstwaarde. Een daarvan vertoont u een tafreel bij de Vink. Het is een her innering aan een jaar, dat de gedenkdag der Leidsche Hoogeschool, de 8ste Februari een goede ijsdag was. In bonte kleeder drachten uit lang vervlogen tijden zijn de studenten op de baan aan het zwieren. Maar in den zomer zit men veel prettiger buiten. Er is daar ruimschoots gelegenheid lot zitten eu men heeft er een aardig uit zicht. Vlak bij het koffiehuis ligt een spoorwegbrug over 't Galgewater. Den ar- geloozen bezoeker trilt het glas in de hand als er onverwacht een voorbijsnellenden/ spoortrein den ijzeren brug doet ratelen. Op 't midden van den dag treffen we hier gewoolijk wel eenige bezoekers aan al is 't er niet druk. Dit komt omdat er van allerlei zaken tot nut en genoegen strek kende voorhande zijn. Men kan een bootje huren om wat rond te roeien, men kan zich een hengel verschaffen om er zich een uurtje meê te amuzeeren (als men ten minste niet bepaald vischt om te vangen). Voor de dartele jeugd is bepaaldelijk zeer goed ge zorgd. Deze leeftijd heeftzooals bekend isgeen grooter genot dan onder luid ge juich zich zelf en anderen den hals te bre ken en tot bereiking van dit edel doel zijn aan de overzijde van het bruggetje alle gegevens bij de hand. Maar wat mag ik u aanbieden? We heb ben hier van alles, Boerenjongens? Oude Klare? Halfenhalf? Een kleine commentaar zal bij deze namen niet overbodig zijn. Boerenjongens b. v. zou in 't Engelsch maar zeer onvolledig door farmboys worden uit gedrukt. Hoe men er toe gekomen om rijsijnen op brandewijn zoo te noemen, ver klaar ik niet te weten. In ieder geval is het nuttig het spraakgebruik te kennen. Anders zou men licht het hoofd schudden over een jonge dame, die ronduit verklaarde idolaat veel van boerenjongens te houden. Ook de oude klare old gin, Schiedam, you know is een beroemd produkt van ons land. Een landgenoot van udien ik eens te Am sterdam bij Wijnand Focking de eer had een glaasje er van te presenteeren, was er zoo meê ingenomendat hij onmiddellijk een vat bestelde en naar Londen liet insche pen. Het half-en-half eindelijk, dat volgens deskundigen uit curacao met elixir amarum moet bestaan, wordt in den regel aan Wijnand Focking toegeschreven en met eenigen schijn van recht. Wanneer men echter de oude schrijvers grondig bestudeert, vindt men be wijzen voor het tegendeel. Beeds de oude Grieken kenden blijkbaar een drank, die half en half genoemd werd. In een blij spel van Aristofanes, die in't jaar 387 v. C. stierf, komt een regel voor, waarvan de ver taling in denzelfden versmaat aldus luidt: O wee mijn glasje half en half is naar de maan. In Olanda het geestige werk van Edmondo de Amicis komt een bladzijde voor, waarin de schrijver zijne verwondering uit over het groote aan tal windmolens. Men ziet niets anders dan mulini vento. 't Is om duizelig te wor den al dat gedraai, 't Is waar, dat er in ons land nog al molens zijn. We zijn er daar éven nog twee groote gepasseerd. Maar zoo heel veel zoo dat men er duizelig van wordt? Weet ge wat? Ik voor mij ben zeer geneigd deze passage in verband te brengen met hetgeen daaraan voorafgaat, waarin de schrijver den lof verkondigt van de Hollandsche spiritualiën. In een prettige stemming wandelde ik met Strawberry, die mij in 't gebruik zeer meêviel, terug. De wandeling iu het prach tige weêr hracht mijn metgezel in een aan gename stemming. Hij verklaarde, dat hetgeen hij reeds van Leiden gezien had in hooge mate zijne belangstelling en sympathie had opgewekt en dat hij zeer verlangde nog wat nader kennis te maken. Toen wij weder op de Breestraat waren verzocht hij mij om aanwijzing van een goed hotel. Wij ston den juist voor het Café Central en de vraag lag voor de hand of er daar ook gelegen heid tot logeeren was. Ik antwoordde be vestigend, maar kon tot mijn spijt den heer Strawberry geen gunstig rapport geven. Nog onlangs bestelde ik hier voor iemand mijner kennissen een kamer en betaalde, om zeker te zijn van goede bediening, een rijksdaalder vooruit. Het gevolg was, dat mijn vriend over allerlei te klagen had en ten slotte zonder ontbijt moest heengaan daar men beweerde niets in huis te hebben. In zoo'n geval zou men meenen recht te hebben op gedeeltelijke teruggave van het vooruitbetaalde, maar dan kan men lang wachten. Even slechte bevindingen deed een Leidsch hoogleeraar op, die in 't zelfde hotel voor een buitenlaudsch geleerde een kamer had besproken. Maar welk hotel kan men dan te Leiden mét vertrouwen aan een vreemdeling aan bevelen? 't Is moeielijk te zeggen. Onder studenten is men gewoon te zeggendat de Plaats Boyaal het eenige logement is, waar men niet wordt afgezet. Intussehen moet gezegd zijn, dat ook de hotels Verhaalt' en Levedag een zeer goede reputatie genieten. H. Wordt vervolgd.) UTAIiSNIEllWg. Door Z. M. is het bij Zr. Ms. be sluiten van 5 December 1851 (Slbl. n°. 149) en van 30 December 1866 (Slbl. n°. 244) ingestelde eereteeken tot belooning van eer- vollen langdurigen werkelijken dienst bij de schutterijen, toegekend aan Abraham Kes- senaar, sergeant-majoor bij de dienstdoende schutterij te Leiden. In de maand October zijn binnen de gemeente Leiden geboren: 125 kinderen, als: 69 zoons en 56 dochters, waar onder begrepen 3 tweelinggeboortenover leden 7 3 personenvan welke 6 elders woonachtig, als: 14 mannen, 16 vrouwen, 18 zoons en 25 dochters; daarenboven als levenloos aangegeven 7. Gehuwd 24 paren. Het getal der in de Stedelijke Werk inrichting opgenomenen bedroeg gedurende deze week dagelijks van 88 tot 67 volwas sen personen en 5 tot 9 kinderen. Gisteren werd door den directeur der Kweekschool voor zeevaart alhier in het openbaar aanbesteed de levering van versch rundvleesch en soepgroenten ten behoeve der equipage gedetacheerd bij die inrich ting gedurende het jaar 1886. Minste inschrijvers warenvoor liet versch rund vleesch, G. W. Zandvoortalhier, tegen f 0.56s per kilogr.voor de soepgroenten, C. J. Van Leeuwen, mede alhier, tegen f4.50 per 100 rantsoenen. Deze week zijn twee dagen besteed aan het examineeren van een twintigtal sol licitanten naar de betrekking van kapelmeester bij het 4e reg. infanteriete Leidenin plaats van den gepens. heer A. Grentzins. Wij ontvingen heden het jaarlijksch verslag van de Vereeniging tot ondersteu ning van behoeftige kraamvrouwen, dat in een volgend nommer zal worden opgenomen. Men schrijft ons: Nu de meeste bladeren gevallen zijn en daarmede het aan trekkelijke van den herfst verdwenen is, heeft het weer zich ten gunste gekeerd. De zwarte wolken zijn afgedreven en het regent niet meer. Het weiland is nog groen en cr zou gras te vinden zijn, zoo de nattig heid Diet tot een vroegtijdig stallen van het vee gedrongen had. De poldermolenaar kan nu eens van zijn zware taak uitrusten, want de slooten zijn hol; het overtollige water is in den boezem geloosd, die nu ook weer een lagen stand gekregen heeft. Aan den Bijnkant had men het gewaagd, op hoop van spoedige verandering, niet tot stallen over te gaan, maar de boer heeft daaraan mosterd gegetenzooals men dat noemt, want hier en daar bezweken koeien, die niet eens een plek hadden kunnen vin den, om droog te leggen. Toen moest men wel eieren voor zijn geld kiezen. Beter was het gesteld met hooggelegen weiland aan de duinkanten. Zulk land komt wel later in het gras dan in laag gelegen polders, doch in het najaar behoudt het veel langer gras en het kan dan ook meer regen ver dragen. Bijgevolg grazen er nog koeien langs de duinkanten en zij hebben het er nog niet kwaad. Met droge koude is een boer dan ook voor zijn vee wel gediend. UNIVERSITEIT. Bevorderd tot doctor in de staatsweten schap aan de rijks-universiteit alhier, de heer mr. G. F. M. Van Hugenpoth tot Aerdt, geb. te 's Heerenberg, met stellingen. De minister van financien brengt ter kennis van ambtenaren der directe belastin gen invoerrechten en accijnzendat wegens het ontbreken van bevoegde sollicitanten voor het opengevallen kantoor Tubbergen, ontvangers en andere ambtenaren, die vol gens de bestaande bepalingen voor de ver vulling van ontvangkantoren in aanmerking kunnen komen, onverschillig of zij overi gens bevoegd zijn tot mededinging, zich daarvoor nog tot 15 November e. k. bij het departement van financien kunnen aan melden. Naar wij vernemen, is de regeering voornemens invoerrechten op de granen en op petroleum voor te stellen. De daartoe strekkende wetsontwerpen moeten het depar tement van financiën reeds verlaten hebben. NB. C.) Tegen vier visschers van de kleine vloot uit Pernis is door de rijkspolitie pro-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1885 | | pagina 1