BINNENLANDSCHE BERICHTEN.
BUITENLANDSCHE BERICHTEN.
H-: M D as «s
«c: o vu VEV -m rve r«c»
hh. W. Wierdsma, met 55T. Evekink, met
53, en A. W. Nieuwenhuis, met 51 pun
ten, allen mede van Leiden.
De Staats- Ct. van 5 Juni behelst de
kon. bewilliging opde acte van oprichting
van de naamlooze vennootschap: „Noord-
wijksche Stoomtrammaatschappij."
Naar men verneemt, zullen HH. MM.
de koning en de koningin met prinses Wil-
helmina en gevolg, in de volgende maand
rechtstreeks uil het buitenland naar het
lustoord Oranje-Nassau's-oord te Renkuin
vertrekken, om aldaar geruimen tijd ver
blijf te gaan houden.
Naar men aan het D. v. Z. en 's Or.
meldt, zou mr. J. D. C. C. W. baron De
Constant Rebecque, tot directeur der Max
well Land Grand Company benoemd zijn.
Volgens bekendmaking vanwege het
college van curatoren der rijks-universiteit
te Groningen, zullen er bij het begin van
den cursus 1885—b6 waarschijnlijk geene
rijksbeurzen voor studeerenden te Groningen
beschikbaar zijn.
In de gisteren gehouden zitting van
den Rotterdamschen gemeenteraad werd het
ontwerp tot vereeniging van Rotterdam met
Deltshaven, zonder discussie, metalgemeene
stemmen aangenomen.
De kantonrechter te Delft heeft gis
teren uitspraak gedaan in zake het geschil
van twee maanden rente door den heer M.
Kann te 's Hage als eischer ingesteld tegen
het hoofdheemraadschap Delfland als gedaag
de, waarvan wij 14 dagen geleden melding
maakten. De kantonrechter heeft zich ver-
eenigd met het systeem van gedaagde
hoogheemraadschap, dat de eischer als hou
der van het aandeelis getredenniet slechts
in de rechtenmaar ook in de verplichtin
gen van den inschrijver; dat de inschrijver
genoegen had genomen met een bewijs van
slechts vier mranden rente, dat de tegen
woordige houder van het aandeel door die
daad van den inschrijver is gebonden en
daarop niet terug kan komendat bovendien
de eischer geene rechten kan uitoefenen,
die hem niet zijn gegeven, en dat hij van
zijn voorganger slechts heeft ontvangen en
overgenomen het recht op vier maanden
rente. Op deze gronden is den eischer
zijne vordering ontzegd.
Gisterennamiddag ten ongeveer 4 ure
ontstond te Papendrecht brand in de hooi-
perserij van den heer Ph. v. d. Graaf. De
groote hoeveelheid hooi, welke daar aan
wezig was, stond weldra in lichte laaieeven
als een met hooi beladen aak, welke in het
haventje achter de werf lag te lossen. De
brandbaarheid van het hooiwelke verhoogd
werd doordat het gedurende enkele dagen
door de zon was uitgedroogd, gevoegd bij
de onvoldoende hulp om te blusschen was
de oorzaak dat ook de belendende huizen,
evenals die aan de overzijde, weldra vuur
vatten. Thans zijn 20 a 25 woningen, waaron
der kapitalereeds geheel of gedeeltelijk uit
gebrand, terwijl sommige nog brandende zijn.
De oorzaak dat die ramp zulk een omvang
heeft genomen is voor het grootste deel te
wijten aan den lagen waterstand, waardoor
de twee spuiten van Papendrecht, na eenigen
tijd gepompt te hebben, genoodzaakt waren
op te houden, daar voor het grootste deel
modder werd opgepompt. Wel had men
meer water kunnen krijgen, zoo de slangen
langer waren geweest en men tot verder ver
wijderde slooten had kunnen komen.
Men kan zich de ontsteltenis voorstellen die
zich van het geheele dorp had meester gemaakt
daar men geene hulp kon verleenen en ge
noodzaakt was alles lijdelijk aan te zien.
Toch, al heeft de brand onberekenbare schade
aangerichtzou nog meer in de asch gelegd
zijn, wanneer men niet door met emmers
water in het laatst aangetaste huis te wer
pen den voortgang der vlammen had ge
stuit. Dit werd nog veel vergemakkelijkt,
toen twee afdeelirigen pontonniers, welke
zich op den Staart oefenden, waren aange
rukt en geregeld elkaar emmers water aan
gaven om die vervolgens in het laatst aan
getaste perceel te werpen.
De aanblik van het tooneel van den brand
is ontzettend; vrouwen en kinderen zitten
schreijende de vernieling van have en goed
te aanschouwen, welke nog meer aandoet
wanneer men weet dat bijna niets van het
verbrande is verzekerd. SordtCl.)
De jury ter beoordeeling der besloten
prijsvraaag voor eene nieuwe koopmansbeurs
te Amsterdam heeft haar taak volbracht.
De uitslag harer beoordeeling zal eerst later
worden bekend gemaakt, maar is het N.
v. d. D. wel ingelicht, dan is de hoofd
prijs toegekend aan het plan N°. 172, ge
merkt Y. F 8
Naar het N v. d. D. verneemt, zijn
de gelden voor het op te richten S/oe/fonas
ten doel hebbende het uitreiken van prijzen
aan leerlingen der rijks-landbouwschool (Afd.
A.) bij het verlaten van de school, zoo
goed als bijeen. Men verwacht, dat hier
van op het aanstaande Congres te Gouda
mededeeling zal worden gedaan. Het tot
stand komen van dit fonds is eene waardige
hulde aan wijlen mr. B. W. A. E. Sloet
tol Oldhuis, den stichter der landhuishoud
kundige congressen. Het le congres werd
gehouden te Zwolle in Juni 1846.
Uit Neerbosch meldt men aan het
D. v. Z. en s Gr.Thans wordt door den
directeur der weesinrichting aangaande de
drie jongensdie vóór eenigen tijd naar de
Transvaal zijn gegaan, in verband met het
geen Se Folkslem reeds heeft medegedeeld
gemeld, dat een hunner, Prienk Pijpstra is
geplaatst op het landgoed „de Emigratie"
aan de Boven-Vaalrivier; hij heeft het daar
uitnemend goed en wenscht niet naar Hol
land terug te keeren. Daarentegen zijn de
berichten van Scholten en Kluvers zeer on
gunstig; zij hebben aanhoudend met veel
tegenspoed te kampen, terwijl er geen uit
zicht bestaat dat hierin verbetering zal komen.
De heer Smiteen der leden der deputatie,
die de jongelieden persoonlijk op de wees
inrichting heeft ontmoet, heeft hun aanbie
dingen gedaan, die zoo aanlokkend waren,
dat zij besloten om te vertrekken, niettegen
staande de directeur dit eer heeft tegenge
houden dan aangemoedigd. Nauwelijks op
de plaats van hun bestemming aangekomen,
heeft de heer Smit hen echter aan hun lot
overgelaten, zoodat de directeur genoodzaakt
is geworden, hen voortdurend geldelijk te
steunen; hij hoopt nu, dat de weezen-
vrienden hun hulp niet zullen ontzeggen om
deze groote uitgaven, waarop niet gerekend
was, buiten bezwaar van de weezenkas te
kunnen bestrijden.
De inwoners van Geersdijk, gemeente
Wissenkerke, hebben een ontzaglijk ver
trouwen in onze posterijen. Daar worden
geregeld de frankeercenten bij de brieven
geworpen. Niet zelden gebeurt het, dat de
1 gelden die per postwissel verzonden moeten
worden, ook daarin terecht komen. De af
stand van ruim uur tot de naastbijlig-
gende hulpkantoren der posterijen is de reden
voor die huishoudelijke wijze van handelen.
Drie brutale diefstallen bij nacht heb
ben deze week te Breda door het stuk slaan
van ruiten in winkels plaats gehad. Op die
wijze heeft men bij een bakker broodbij
een sigarenhandelaar zes kistjes sigaren en
bij een horlogemaker twee gouden horloges
gestolen. De tweede diefstal had plaats in
een huis in de Langebrugstraatschuin
tegenover het politiebureau gelegen.
Omtrent den hoogbejaarden notaris te
Bladel, den heer F. J. C. Meijer, wiens
overlijden wij dezer dagen hebben medege
deeld, bevat de Meijersche Courant eenige
bijzonderheden
Dinsdagnamiddag had de krasse grijsaard
nog eene wandeling gemaakt; des nachts voel
de hij echter zijn einde naderenen in den
morgen ontsliep hij zacht en kalm, haast
ongemerkt. Tot daag9 voor zijn dood ver
richtte notaris Meijer zelf nog al de werk
zaamheden aan een notariaat verbonden;
eene openbare verkoopingin den loop van
deze week te houdenhad hij reeds aange
kondigd.
De heer Meijer werd geboren te Hoogloon
in 1792, en den 19 Januari 1820 tot no
taris benoemd te Bladel. Kort daarna be
noemde koning Willem II hem tot burge
meester dezer plaats, en eenige maanden
later werd hij ook tot lid van den raad
gekozen. Tot 1848 bleef hij het ambt van
burgemeester vervullen. Daar de nieuwe
Grondwet echter bepaalde, dat het ambt
van notaris niet vereenigbaar was met dat
van burgemeester, vroeg en verkreeg hij
toen zijn eervol ontslag uit laatstgenoemde
betrekking. Lid van den raad bleef hij
schier tot zijn dood.
Gedurende de Belgische omwenteling
werd burgemeester Meijer opgepakt en als
gijzelaar mede naar Antwerpen gevoerd,
waar hij dagen in arrest doorbracht.
Naar aanleiding van het feit, dat de
conducteurs van den Grand Central Beige
op de lijn Aken-Maastricht voortdurend
blijven loopen langs de planken der in be
weging zijnde treinen, is door het genees
kundig staatstoezicht in Limburg de aan
dacht van den lijn-inspecteur gevestigd op
het algemeen reglement voor den dienst op
de spoorwegen. Dit heeft ten gevolge ge
had, dat nieuwe instructiën voor de be
ambten zijn vastgesteldwaarbij dezen onder
oplegging van strafbepalingen van de zijde
der maatschappij verplicht worden de in
Nederland geldende wetsbepalingen stipt na
te leven.
's GRAVENHAGE.
Door Z. M. is aan mr. A. J. Clünt van
der Mijll, secretaris-generaal bij het depart,
van justitie, en aan jhr. mr. A. J. T. II.
Van den Bergh, procureur-generaal bij het
gerechtshof te 's Gravenhage, verlof verleend
tot het aannemen der versierselen van rid
der 2de kl. der Kroonorde van Pruisen,
hun door Z. M. den keizer van Duitschland,
koning van Pruisen, geschonken.
Door Z. M. is benoemd: tot vice-
president der arrond.-rechtbank te Amster
dam mr. C. A. Chais van Burenthans
rechter in die rechtbank; tot lid van den
raad van toezicht op de spoorwegdiensten
M. Simons Gzn., met toekenning van een
eervol ontslag als hoofdingenieur bij den
aanleg van staatsspoorwegen.
Door Z. M. zijn benoemd: tot lid en
voorzitter der commissie, aan welke in 1885
wordt opgedragen het afnemen van het exa
men bedoeld in art. 12 der wet op het
hooger onderwijs, dr. J. G. Van Eyken,
inspecteur der gymnasia; en o. m. tot lid
dier commissie: dr. J. J. Hartman, con
rector van het gymnasium te Leiden.
Officieel wordt thans de opening van
het badseizoen te Scheveuingen op 15 dezer
medegedeeld. De opening van het Kurhaus
heeft vermoedelijk 1 Juli a. s. plaats.
De uieuw opgetreden minister van financiën kan
zich in beginsel met het wetsontwerp tot regeling
der staatsloterij geheel vereeuigen, duch op enkele
punten heeft lnj gemeend het te moeten aanvullen
of wijzigen, ook in verband met de onlangs ge
bleken noodzakelijkheid om de houders van loten
in de staatsloterij voor de uitbetaling der prijzen
en premiëu, eene rechtsvordering tegen den staat
toe te kennen.
Hoe men ook denke over de vraag of de staats
loterij gehandhaafd dan wel afgeschaft behoort te
wordenhare afschaffing op dit oogenblik zouuit
een linanciëel oogpunt, voor den staat zeer beden
kelijk zijn. Het valt bovendien voor het minst
met grond te betwijfelen, of de moraliteit er wel
door gebaat zoude worden. Naar alle waarschijn
lijkheid toch zou hare opheffing geen ander gevolg
hebben dan dat de speelzucht elders bevrediging
zocht. Het tegenwoordig wetsontwerp strekt om
elke uitbreiding der staatsloterij zonder nadere
tusschenkomst van den wetgever althans te ver
hinderen en haar van onderscheidene gebreken te
zuiveren.
üp die gronden vleit de minister zich, dat ook
de leden, die principiëel bezwaar hebben tegen de
staatsloterij, vrijheid zullen vinden om hunne mede
werking te verleenen tot eene reorginisatie, die,
al beantwoordt zij niet geheel aan hunne verwach
ting, toch, in ieder geval, ook in hunne richting
eene verbetering is.
Aan het uitg drukt verlangen om de splitters
die niet tot collecteurs wor ien benoemd eenige
loten toe te kennen is thans tegemoet gekomen.
Afschaffing der klassicale loten wordt, ook door
den minister wenschelijk geacht, maar hij meent
dat dit doel beter dan op de aanvankelijk voor
gestelde wijze bereikt zal worden door, evenals
tot dusverre, een zeker aantal loten van rijkswege
klassicaal uit te geven, maar dat getal trapsge
wijze bij elke loterij b.v. met 500 te verminderen,
zoodat het aantal volgefournecrdc loten vermeerdert
naar gelang dat der klassicale vermindert. Bij
algemeene maatregelen van inwendig bestuur zal
dit puut nader worden geregeld.
Overeenkomstig het in het voorloopig verslag
aangegeven denkbeeld waarmede de minister zich
gereedelijk kan vereenigen, zal voortaan elk lot
bestaan uit een blad van 20 twintigste gedeelten,
zoodat geen loten of gedeelten van loten onder
handtcekening van een collecteur meer uitge
geven wordeu en ieder speler van zijn lot of twin
tigste deel van een lot eene vordering tegen den
staat ontleent.
Door dezen maatregel wordt niet alleen het
crediet der staatsloterij verhoogd, maar zal het
met meer mogelijk zijn dat de van rijkswege als
doorgefourneerd uitgegeven loten klassicaal en om
gekeerd de klassicale loten en doorgefourneerde
onderdeelen worden gesplitst; een misbruik waar
tegen de minister inmiddels gemeend heeft maat
regelen te moeten nemen.
BGLfilE.
De Brusselsche Mouvement Géographique
spreekt teil stelligste de berichten omtrent
aanvallen van Arabieren op nederzettingen
der Congo-vereeniging tegen. Volgens de
mededeelingen van dat blad, komt alles,
wat er gebeurd is, op het volgende neder:
Een troep negerslaven, onder aanvoering
van eenige Arabierendie onder de bevelen
staan van den machtigen Tipo-Tipo, gou
verneur van Nyangoue, hebben eenigen in-
landsche dorpen buiten het gebied der
nederzettingen verwoest, omdat de bewoners
weigerden levensmiddelen aan hen te verkoo-
pen. Maar zij hebben de nederzettingen
volstrekt niet aangevallenhetgeen zij ge
makkelijk hadden kunnen doen, daar er bij
de Stanley-watervalleii slechts éen Europeaan
en 20 Arabische soldaten waren.
Tipo-Tipo heeft den Europeeschen gezag
voerders verklaarddat het voorgevallene
tegen zijn uitdrukkelijke bevelen in is ge
schied dat hij geene andere dan vreedzame
bedoelingen heeft, en zorgen zal, dat de
zijnen leven en eigendom van allen in de
nederzettingen der Congo-vereeniging eer
biedigen.
ENGELAND.
•De heer Gladstone zeide gisteren iD
het lagerhuis, dat de onderhandelingen ova
de bepaling der Afghaansche grens nog niet
zijn afgeloopen. Over het kiezen van een
scheidsrechter in de Pendjeh-quaestie zal hij
heden antwoorden.
Waarschijnlijk zal het Gordon-fondi
worden gebruikt om een „Gordon Boys'
Camp" op te richten, een kamp waarin
arme jongens voor den dienst zouden wor-
den opgeleid. Gordon zelf had eens in een
gesprek met Tennyson de wenschelijkheid
daarvan betoogd en miss Gordon beschouwl
het als het meest geschikte aandenken aan
haar broeder.
De Fall Mall Gaz. deelt mede, dn
zich in Engeland een maatschappij heeft ge.
vormd, die Schotland en Ierland door een
onderaardsehen tunnel wil verbinden. Dt
ingang zou zijn bij Port-Patrick in Schot
land, de uitgang bij Donaghadeein Ierland.
De kosten dezer onderneming berekent men
op 7 millioen de lengte van den tunnel
zal ongeveer 21 mijlen zijn. De grootste
diepte van het kanaal, waaronder de tun
nel doorgaat, bedraagt 780 voet.
Nu de Engelschen Soedan verlaten,
worden de opstandelingen stoutmoediger en
neemt het aantal van hen, die zich onder
de vaan van Osman Digna scharen, voort
durend toe.
Stammen, die tot dusver op vriendschap-
pelijken voet werden behandeld en beschouwd,
hebben zich bij genoemden bevelhebber aan
gesloten, die thans, nog meer dan zijn heer,
de Mahdi, de spil van de beweging onder
de Arabieren schijnt. De hoofden der over-
loopers verklaren, dat zij in Osman Digm
een waren, niet een valschen profeet zien,
want alles wat hij gezegd heeft is uitgekomen.
Daarentegen hebben al de schoone beloften
van de Engelschen hun niets anders opge
leverd dan de vijandschap van den Mahdi,
Andere stammen zijn nog besluiteloos.
In den Transvaalschen volksraad heeft,
volgens een bericht uit Kaapstadeen leven
dige discussie plaats gehad over de quaest»
der westelijke grens. De president beschul
digde dr. Jorissen bijna van hoogverraad,
tengevolge waarvan de volksraad in groote
wanorde uiteenging. De spanning was ech
ter niet van langen duur, en in eene vol
gende vergadering werd het rapport van de
president aangenomen, met de noodige in
structiën om te voorkomen, dat de Transvu
gewikkeld werd in eene quaestie tussclie
de Britsche regeering en hen die het las
van Gosen hebben bezet.
De Times verneemt uit Durban, da
de volksraad van den Vrijstaat de concessit
voor de spoorweglijn van Kimberley nasi
Bloemfontein heeft bekrachtigd.
Volgens bericht uit Philadelphia vii
3 Juni hebben de troepen der Vereenigdt
Staten de vijandige Apache-Indianen ii
Nieuw-Mexico en Arizoma zoo scherp ver
volgd dat zij de meesten in handen kregen
Men gelooft dat de opstand gedempt is.
FRANKRIJK.
De discussie in de gisteren gehouda
zitting van de kamer van afgevaardigden,
werd geopend over het voorstel om hef
vorige kabinet in staat van beschuldiging
te stellen.
De heer Brisson, hoofd van het tegen
woordig kabinetnoodigde de kamer uil,
om het voorstel niet in overweging te ne
men. Het komt niet te pas, zeide hij, om
aan den vooravond van nieuwe verkiezin
gen prikkelende en tevens onnutte discus-
siën te heropenendiscussiën die alle sanctie
missen, omdat de regeering er zich volko
men buiten houdt. Hij verzocht der kame
om het debat, dat een kostbaren tijd zon
doen verloren gaan, zooveel mogelijk te be
korten.
Deze verklaring van den minister-presi
dent werd door het centrum luide toege
juicht.
Na een uitvoerige rede stelde de lus
Rivière voor, om het kabinet-Ferry Dief
onmiddellijk in staat van beschuldiging te
stellenmaar een grondig onderzoek te does
naar hetgeen den vorigen ministers te laste
wordt gelegd.
Daarop was de heer Delafosse aan bel
woord. Er ontstond een zeer stormachtig!
discussie, waarbij verscheidene leden tot dl
orde werden geroepen.
Ten slotte heeft de kamer, met 38!
tegen 153 stemmen, geweigerd om bs
voorstel tot het in staat van beschuldigd
stellen van het kabinet-Ferry in overwegi?
te nemen.
De moeielijkheden in de onderhaalt
lingen van Tien Tsin spruiten vooral voort
uit een enkel artikel, nl. het tweedewaai®
de nieuwe regeling is vastgesteld tusscbe»
China en Annam, tengevolge van hetFrao-