NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN.
Deze Courant verschijnt dagelijks* behalve op Zon- en Feestdagen.
ABOfy HERIEMT:
Dinsdag 2 Juni 1885. N°. 127.
ADVEBTE^TlEi:
Uitgevers: Gebroeders Muyé.
Kostelooze Vaccinatie.
DE BOETVAARDIGE.
Leids
ourant
Voor Leiden, per 3 maanden1.25.
Franco door het geheele rijk, per 3 maanden 1.60.
Prijs per Nummer 5 ('ent.
Van 16 regelsj 0.90.
Elke regel meerj 0.15.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen, contant, zonder rabat, per regel f 0.10.
Bureel: Sclieepmakerssteev 6.
199e Jaargang.
Stads-Berichten.
BURGEMEESTER Pil WETHOUDERS der ge
meente LEIDEN brengen ter kennis van belang
hebbenden dat gelegenheid beslaat tot koste
looze vaccinatie en revaccinatle voor
onvermogende!!, in het lokaal der Stads-Waag
op eiken Woensdag, des namiddags te een
uur.
Leioen, 6 Februari 1885.
Burgemeester en Weihouders voornoemd,
DE KINTER, Burgemeester.
E. KIST, Secretaris.
STADSNIEUWS.
Het Leidsch studentencorps heeft naar
aanleiding van het door den Rector Magni
ficus tot hem gericht schrijven, rakend het
groenwezen, en voorkomend in ons blad
van den 30sten dezer, een besluit genomen,
hetwelk op menigeen een hoogst pijnlijken
indruk heeft teweeggebracht.
Heeft elke vereeniging de onbetwistbare
bevoegdheid haar inwendige aangelegenheden
naar eigen opvatting zelfstandig te regelen:
zij mist ontegenzeggelijk het recht die be
voegdheid tot nadeel van anderen te mis
bruiken.
Eerbiedigend iedere beslissing van het
studentencorps, zoolang deze slechts gevol
gen heeft binnen den kring der corporatie,
zijn wij gerechtigd die beslissing te beoor-
deelenals de gevolgen zich ook buiten dien
kring doen gevoelen, en gehouden haar met
nadruk te bestrijdenwanneer zij niet alleen
binnen; maar ook buiten dien kring een
schadelijke uitwerking heeft.
Het afwijzend antwoord der corpsvergade
ring van Vrijdagavond jl. op het verzoek
van den Rector Magnificus belet de verdere
ontwikkeling onzer roemrijke hoogeschool,
en levert daarom voor de toekomst der
universiteit, waarmede de welvaart dezer ge
meente ten nauwste samenhangt, een drei
gend gevaar op.
Het is noodig, dat dit gevaar in het
volle licht gesteld wordt, opdat het studen
tencorps het in zijn geheelen omvang leere
kennen, zich bewust worde zijn groote ver
antwoordelijkheid, en zoodoende tijdig terug-
kome van een voor onze academie noodlot
tige beslissing.
Want daar is geen profetische blik voor
noodig om te kunnen voorspellen, dat, bij
aldien er geen waarborgen voor een humane
behandeling onzer toekomstige novitii ge
geven worden, de aanstaande cursus een
aanmerkelijke vermindering van nieuwaange-
komenen zal aanwijzen.
liet groenwezen toch heeft zich dit studie
jaar op een wijze geopenbaard, die de ge
moederen van velen in den lande diep ge
schokt heeft.
Vele ouders, afgeschrikt door de betreu
renswaardige gebeurtenissen van dezen cursus,
zullen er voor terugdeinzen hun zonen naar
de Leidsche hoogeschool te zenden.
Zij zullen te êer aarzelen:
I. nu te Utrecht ten gevolge van de
verzoening tussclien corps en bond
het groenwezen feitelijk als afge
schaft kan beschouwd worden.
II. nu te Groningen een studenten-
bond geconstitueerd is, waarvan de
leden zich verbonden hebben de
nieuwaangekomenen op den voet
van volkomen gelijkstelling te ont
vangen en te behandelen.
III. omdat te Amsterdam de behoefte
tot aansluiting bij het studenten
corps niet zoo groot is als in andere
academiesteden van ons vaderland.
Met het oog op dit alles is onze voor
spelling geen gewaagde, dat, geeft het stu
dentencorps alhier geen voldoende waarbor
gen voor een humane behandeling van
novitii, het aantal van deze in September
e. k. zeer gering zal zijn.
De afschaffing van de „Ladder" is, zoo
als de Rector Magnificus in zip schrijven
aan het studentencorps waardeerend erkent,
een groote verbetering; wie echter het groen
wezen kent, weet, dat niet in de „Ladder",
maar in de instelling zelve de bron van het
kwaad schuilt.
In het belang der Leidsche universiteit,
wier verdere ontwikkeling op het spel staat,
in het belang dezer gemeente, wier wel
vaart bij die ontwikkeling ten zeerste ge
moeid is, spreken wij als onze overtuiging
uit, dat opheffing van het groenwezen,
gewaarborgd door wettelijke strafbepalingen,
het eenig afdoend middel is, hetwelk de
geschokte gemoederen volledig bevredigen
kan.
Ten raadhuize dezer gemeente is heden
door burgemeester en wethouders in het
openbaar aanbesteed:
1. Het schoonmaken, invoegen en herstellen
van de gemetselde wallenbinnen en buiten
de stadin 3 perceelen. Als laagste in
schrijver zijn aannemers geworden, van
perceel 1 de heer J. I. Planjer, metselaar
en aannemer alhier, voor ƒ1198; van per
ceel 2 de heer P. L. Van Erkel Jr., metse
laar alhier, voor 468 en van perceel 3 de
heer Johs. Verhoog, metselaar alhier, voor
ƒ744. De hoogste inschrijvingen bedroe
gen achtereenvolgens 1735, 725 en
ƒ930.
2. Het schoonmaken en voegen der gemet
selde brugwerken enz. binnen de stad en
langs de singels, met eenige vernieuwingen.
Dit werk is gegund aan den laagsten in
schrijver, den heer P. Ilasselbach, metselaar
alhier, voor 806. Het hoogst was inge
schreven voor f 1797.
3. Hetverrichl en van eenige vernieuwingen
en herstellingen aan de Aschschuur, met pach
terswoning en vuilnisstaal. De hoogste in
schrijving gold./'lSOO en de laagste 1075,
voor welk bedrag het werk is gegund aan
den heer J. Sirag, timmerman, alhier.
Bij de op heden gehouden openbare
verkooping van cokes, bij partijen van
100, 10 en 5 hectoliters, waren de prij
zen 35, 3.70 en 1.85.
Gedurende de maand Mei is de kweek
school voor zeevaart alhier met een 33-tal
jongens vooruitgegaan. Het aantal bij die
inrichting bedraagt thans 171.
Uit de opgaven betreffende de sterfte en
de geboorten in de maand April 11. blijkt,
dat o. a. in de gemeente Leiden waren ge
boren 144 kinderenwaaronder 9 levenloos
aangegeven, overleden 79 personen, en wel:
beneden 1 jaar 17, 15 jaren 6, 514
jaren 3, 1420 jaren 2, 2050 jaren 12,
5065 jaren 9, 6580 jaren 21, boven
80 jaren 9. Als oorzaak van den dood werd
opgegeven: lichaamszwakte, tering 11klier
ziekte, rhachitis, syphilis 1, kanker 8, wa
terzucht, scheurbuik 1, stuipen, trismus,
epilepsie 2 apoplexie 7 hersenziekte krank
zinnigheid 3, keel- en longtering, bloedspu
wing 8, kinkhoest 2, acute ziekten der adem
halingsorganen 11, chronische ziekten der
ademhalingsorganen 15, hart- en vaatziekt.,
rheumat., arthrit. 2, organ, hartgebreken
aneurysma 2, diarrhoea dysenterie 1, acute
ziekten derspijsverteringswerktuigen6, chron.
ziekten der spijsverteringswertuigen 1ziek
ten der organa urogenitalia 1gewelddadige
dood 2.
Haarlem was ditmaal gekozen voor
den wedstrijd der studenten-roeivereenigingen
hier te lande, „Njord" „Laga" en „Triton".
Op het Noorder-Buiten-Spaarne werd gisteren
de kamp beslist.
Van de stedelijke gebouwen en vele par
ticuliere huizen was reeds in den morgen
de driekleur uitgestoken, welk voorbeeld op
den middag nog door velen werd gevolgd.
Het was druk en feestelijk in de stad. Vóór
12 uur op den middag stroomde reeds de
menigte naar buiten langs het Noorder
Spaarnewaar de weg door de hoofden der
gemeente Haarlem, Schooten en Spaarndam
voor voer- en rijtuigen was gesloten tus
sclien 11 en 5 uur. 't Was er dan ook
ongekend druk en levendig.
Te half een ure stoomde de Jury-boot,
waarin o. a. de commissaris des konings en
de burgemeesters van Haarlem en Schooten
werden opgemerkt, van „de Kikkert", tot
nabij Spaarndamwaar de wedstrijd zou be
ginnen, om te eindigen bij de zwemschool
tegenover het café „de Kikkert", een hf-
stand van 3400 M.
Mocht het gezicht van de verschillende
vaartuigen naar den weg, met het oog op
de groote menigte die er zich heen en weer
bewoog belangwekkend zijn, verrassend zeker
was het gezicht van dien weg over het
FEUILLETON.
25.)
„Ik heb nooit met haar over dien man
gesproken."
„En heeft zij nooit in uw bijzijn zijn naam
genoemd
„Nooit."
„Welk een noodlottige samenloop van
omstandigheden! Had zij u over De Sanzac
gesproken, dan zou zij gewaarschuwd ge
weest zijn. Ge zoudt haar zeker gezegd
hebben hoe ge over dien man denkt; en
wat voorzichtiger gewordenzou zij zich
voor hem in acht genomen hebben.
„Maar waartoe die klaagtonen? Het
kwaad is geschied. Niets, niets kan het
ongeluk meer herstellen!"
De Lasserre liep met kort afgebroken
gejaagde schreden het salon een paar malen
op en neêr.
Daarna zich weder wendende tot de mar
kiezin sprak hij
»Ik ga heen."
„Wanneer zal ik u terugzien?"
elk neem tegelijk afscheid van u."
„O neen, neen, geen afscheid!"
„Ik weet het niet. De toekomst is vol
duisternis."
„Mijn beste vriend! En uwe lieve, kleine
Lucie?....
„Ik denk alleen maar aan haar."
„Gij gaat toch Parijs niet op staanden
voet verlaten?
„Ik vertrek, zoodra ik weet in welke
richting ik mijn nasporingen moet beginnen."
Als ik van daag of morgen iets te weten
mocht komen 1 hoe het u te melden
„U zult mij schrijven."
//Waar?"
„Aan dit adres: Pierre Rousseau 17,
Rue de Lyon."
„Wie is die mijnheer Rousseau?"
„Dat ben ik zelf."
„O, ik begrijp het al. Ge hebt gemeend
een anderen naam te moeten aannemen?
„Ja."
„Waarom aan het uiterste eindje van
Parijs u te gaan verschuilen?"
„Het was een inval. Toen ik mijn huis
verliet, heb ik mij laten rijden naar het
Lyonschen station. Ik zou even goed den
koetsier hebben kunnen gelasten mij naar
het Noorder- of Oosterstation te brengen,
omdat ik nog niet weet welken weg ik zal
jnslaan."
Mevrouw De Montperry reikte hem de
handwaarop hij een kus drukte.
„Ik neem nu geen afscheid van u. Ik
hoop uen wel spoedig," voegde zij er met
nadruk bij, terug te zien, want ik koester
de hoopdat gij mij véér uw vertrek nog zult
komen bezoeken."
„Ik durf het u niet beloven! antwoordde
hij, terwijl hij zijn best deed een glimlach
op zijn lippen te roepen. „U zal het adres
niet vergeten?"
„Pierre Rousseau, 17 Rue de Lyon. Ik
zal er aan denken."
„Ik elk geval zal ik Parijs niet verlaten
zonder u met. een paar woordjes daarvan te
verwittigen."
Hij greep voor het laatst de hand der
markiezin, die hij met een moeielijk be
dwongen aandoening drukte en ijlde de kamer
uit.
„De ongelukkige is wanhopend," sprak
de markiezin treurig bij zichzelve. „Als
hij zijn dochter niet terugvindt, maakt hij
zich van kant."
Zij zuchtte diep en twee dikke tranen
biggelden langs haar wangen.
De graaf De Lasserre had de Rue De
Varennes verlaten en de Rue Bellechasse
ingeslagen. Hij stapte snel door.
Al voortgaande liet hij zijn gedachten
den vrijen loop.
„De markiezin De Montperry heeft gelijk,"
sprak hij bij zichzelven. „Er zijn zekere
dingen, die ik zelf niet kan verrichten,
zooals bij voorbeeld het bedrijf van spion.
Ik moet dus noodzakelijk iemand zoeken,
die in mijn plaats handelt en doet wat ik
zelf niet kan doen. Waar zoo iemand te
vinden? Hij bestaat. Maar hij behoort
tot kringen, die mij onbekend zijn. Er
zijn te Parijs individuen, die altoos bereid
zijn voor geld alles te ondernemen, goed
zoowel als kwaad."
De graaf De Lasserre had zeker hooren
spreken van die geheimzinnige agentschap
pen Tricoche et Cocoletdie aan het hoofd
staan van een volmaakt ingerichte geheime
politie, welke steeds ter beschikking is
van hendie alle soort van bewezen dien
sten ruim beloonen. Eensklaps bleef hij
staan.
,/t Is toch doodeenvoudig," mompelde
hij. „Hoe is het mogelijk, dat ik daaraan
niet .terstond heb gedacht!"
Wordt vervolgd.)