NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Prijs per Nummer 5 Cent. Vrijdag 29 Mei 1885, N°. 124. Bureel: Sclieepmakerssteeo' 6. Uitgevers: Gebroeders Muré. Stads-Bericliten. Inschrijving Schutterij. DE BOETVAARDIGE. Leidsche Courant ABOiNEMENT: Voor Leiden, per 3 maandenf 1.25. Franco door het geheele rijk, per 3 maanden s 1.60. ADVERTENTIE^: Van 16 regelsf 0.90. Elke regel meer5 0.15. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen, it contant, zonder rabat, per regel 0.10. 199e Jaargang. BERICHT. Zij, die zich met den lsten Juni op deze Courant wenschen te abonneeren, ontvangen de nog verkrijgbare nommers van deze maand gratis. DE ADMINISTRATIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN herinneren bij deze nogmaals den be langhebbenden (de geborenen in 1S60 en, voor zoover zij zich tusschenlyds in de ge meente hebben gevestigd en alhier nog niet voor de Schutterij mochten zijn ingeschreven ook de geborenen in 18511859) hunne verplichting om zich voor den Schutter lijken dienst te doen inschrijven. De gelegenheid daartoe bestaat dagelijks (Zon en feestdagen uitgezonderd) ten Raadhuize, Itis- schen 10 en 4 uren, terwijl op den len Juni aanst. de registers van inschrijving worden gesloten en zij, die zich niet vóór dat tijdstip hebben doen inschrijvenbij ontdek king, ambtshalve ingeschreven en door den Schuttersraad lot eene geldboete verwezen zullen worden. Leiden, 21 Mei 1885. Burgemeester en Wethouders voornoemd DE KANTERBurgemeester. E. KIST, Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien art. 6 der Verordening van den Hen November 1880 {Gemeenteblad No. 4 van 1881). Brengen ter algemeene kennis dat tot het doen Inschrijven van nieuwe leer lingen voor de openbare scholen voor voorbereidend en voor meer uitge breid lager onderwijs, gelegenheid zal gegeven worden: voor die voor voorbereidend meer uitgebreid lager onderwijs voor jongens en meisjes, in hel schoolgebouw aan de Oude Vest; voor die voor meer uitgebreid lager on derwijs: der le klasse, voor jongens, in het school gebouw aan de Aalmarkt; der le klasse, voor meisjes, in het school gebouw aan de Boommarkt; der 2e klasse, voor jongens, in het school gebouw aan de Pieterskerkstraat der 2e klasse, voor meisjes, in het school gebouw aan de Breestraat; en wel van den lsten tot en met den I3en Juni e. k.dagelijks (den Zondag uitgezon derd) van des voormiddags halfnegen tot negen uren, en op Maandag, Dinsdag, Donderdag en Vrijdag bovendien van lialftwee tot twee uren des namiddags. En geschiedt hiervan openbare afkondiging door plaatsing in de Leidsche Courant. Leiden, 28 Mei, 1885. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. STADSNIEUWS. De geneeskundige staatscommissie heeft tot arts bevorderd de hh.: J. J. Tjaarda, doctorandus, A. G. Th. Bekking, J. F. Blom van Geel en J. A. Rademaker, cand.-artsen. Toegelaten voor het le gedeelte zijn de hh. G. W. Kiewit De Jonge en A. C. P. Paré, cand.-artsen. Heden morgén werd voor het front van het bataljon de bronzen medaille uit gereikt aan den korporaal-tamboer Reizevoort, van het 2e bat., 4e reg. inf. Hedenmorgen viel in het Gangetje een ongeveer 14-jarigen jongen van een schip. Twee sjouwerlieden, het gevaar ziende waarin deze knaap verkeerde, mochten er inslagen den jeugdigen schipper uit zijn ongewenscht bad te verlossen. Op eene voordracht van burg. en weth. van 's Hage, ter benoeming van twee on derwijzers le klasse aldaarkomen o. a. voor de hh. L. Driebergen en M. Van der Boon, beiden van Leiden. De weersgesteldheid valt in uitersten. Gisteren is het plotseling warm geworden en de thermometer, die nog voor een paar dagen 50° F. teekende, klom heden op den middag tot 80°. Nochtans is het weer niet te vertrouwenwant het zuiden is niet vrij van donder en de barometer waarschuwt veranderlijk. Aan de brochure //Enkele mededeelingen over het middelbaar onderwijs" van dr. D. De Loosdirecteur der hoogere burgerschool alhier, ontleenen wij het volgende: Het aantal hoogere burgerscholen voor jongens op sommige waarvan ook vrou welijke leerlingen worden toegelaten be draagt 61, namelijk: 21 Rijks hoogere burgerscholen, waarvan 11 van een vijfjarigen en 10 van een drie jarigen cursus. 37 gemeente hoogere burgerscholen, waar van 24 van een vijfjarigen, 1 van een vier jarigen en 12 van een driejarigen cursus; van deze genieten 28 een Rijkssubsidie; 1 gemeente handelscholen van tweejarigen cursus, verbonden met een hoogere burger school van driejarigen cursus; 1 gesubsidieerde bizondere school van zes jarigen cursus; 1 niet gesubsidieerde bizondere school van vijfjarigen cursus. In December 1883 bedroeg het aantal leerlingen van al deze scholen: Mannelij ke. a. die volledig onderwijs genoten in de lste klasse 1625 2 de 3de 4de 5 de 1180 882 435 352 4474 313 u Totaal b. die slechts enkele lessen bijwoonden Algemeen totaal 4787. Vrouwelijke. a. die volledig onderwijs genoten in de lste klasse 2de 3de 4de 5 de 75 35 17 7 2 ii ii ii n Totaal 136 b. die slechts enkele lessen bijwoonden 69 Algemeen totaal 205. Het aantal van hen, die aan het eind examen deelnamenbedroeg in 1883. 303 waarvan 247 werden toegelaten en 56 afgewezen. 1884. 328 waarvan 289 werden toegelaten en -39 afgewezen. Sints 1866 3434 waarvan 2900 werden toegelaten en 534 afgewezen. het eind-examen geeft de Polytechnische Het diploma van toegang tot: I het onderwijs aan school voor alle vakken. II tot de studie voor Oost-Indische amb tenaren, die hun opleiding daarvoor kunnen voltooien op de gemeente-instellingendie te Delft en te Leiden gevestigd zijn. III tot de studie voor arts en voor apo theker aan de Universiteiten. Velen sloegen een dezer drie wegen in, maar ook velen gebruikten het diploma tot aanbeveling in de maatschappij. Niet weinigen onderwierpen zich aan het examen van toelating tot de Koninklijke Mili taire Akademie te Breda, hetwelk aansluit aan het einde van de 3de klasse eener hoo gere burgerschool met vijfjarigen cursus en aan het einde van den cursus eener hoogere burgerschool met driejarigen cursus. Eindelijk zijn er vele, die geen eind-exa men afleggen, maar uit de lagere klassen het examen voor telegrafist-leerlingdat voor surnumerair bij de staatsspoorwegen of bij de posterijendat voor surnumerair bij de belastingen, dat voor machinistleerling bij de marine, dat voor klerk bij het Minis terie van Financiën. Ten slotte worden er vele leerlingen van de school genomen, wier ouders van mee ning zijn, dat zij aan het eind van het derde of vierde jaar genoeg geleerd hebben voor hun aanstaand vak; vele hunner gaan in den handel of het fabriekwezenworden winkelier, boekverkooper, wijnkooper: an dere wijden zich verder aan het lager of middelbaar onderwijs. Wat de hoogere burgerscholen voor meisjes betreft, de op- en inrichting van deze wordt aan bet inzicht van gemeentebesturen, pro vinciën of bizondere personen overgelaten. In dertien steden van ons vaderland zijn van lieverlede op initiatief der gemeenten meis jesscholen verrezen. Kort geleden bezat ook Goes nog een hoogere burgerschool voor meis jes; maar, wijl de Tweede Kamer de sub- sidiën, aan de meisjesscholen verstrekt, van de begrooting geschrapt heeft, heeft de raad dier gemeente tot opheffing van deze school besloten. In December 1883 bedroeg het aantal leerlingen van al deze scholen FEUILLETON. 22.) Maar zij begaven zich niet naar Toulouse of Bordeaux; zij moesten te Vierzon stil houden en dan over de lijn naar Lyon hun reis vervolgen en van daar naar Italië voortzetten. BIJ DE MARKIEZIN. De graaf De Lasserre had het besluit ge nomen zonder dralen zijn vrouw te gaan opsporen, of liever zijn dochtertje, en hij had gezworen zich geen rust te gunnen, voordat hij dit teruggevonden en aan de moeder ontnomen had. Het sprak van zelf, dat de gravin niet te Parijs gebleven was. Het was zelfs meer dan waarschijnlijk, dat zij de Fransche gren zen zou hebben overschreden. De graaf had zich doen rijden naar de Rue de Lyon dicht bij het stationalsof hij geraden had dat hij, om zijn vrouw te gaan nazetten, den grooten ijzeren weg van ParijsLyon en de Middellandsclie Zee moest volgen. Hij bracht het overige deel van den nacht door in het hotel, waarvoor hij den koet sier gelast had stil te houden. Hij ging niet naar bed. In een leunstoel uitge strekt, met gebroken ziel en hart, noch tans kalm, gaf bij zich aan allerlei sombere overwegingen over. Te negen uur ging hij naar Mr. Corvisier. Wij zullen niet her halen, wat er tusschen hem en den notaris voorviel. Wij weten dit reeds uit het ge sprek door den heer Van Ossen met dezen gevoerd. Van de Rue Provence begaf De Lasserre zich naar de Rue de Varennes, waar mevrouw De Montperry woonde. Hij trof haar alleen aan. Verschrikt op het gezicht der bleek heid en ontstelde blikken en ingevallen oogen van den graaf, riep zij uit: "Mijn God! wat scheelt er aan? U ziet er uit als een man, die zwanger gaat van een heilloos ontwerp. Wat is er gebeurd? Spreek toch. O, mijn God! onze lieve, kleine Lucie!.... Hebt ge haar verloren?" „Ja, verloren," antwoordde hij met holle stem. „Wat een ramp! wat een ramp!.... O, nu begrijp ik waarom Hélène mij niet gis teren is komen opzoeken." De graaf schudde met het hoofd, i „Neen, mevrouw," dus sprak hij, „n begrijpt mij niet. 't Is om een heel andere redendat gij gisteren mevrouw De Lasserre niet hebt gezien." „U jaagt me angst aan met uw onheil spellend gelaat. Verklaar u toch nader. Spreek De Lasserre haalde een papier uit den zak en stelde het de gravin ter hand met de woorden „Lees dat." Het was de brief der gravin. De markiezin doorliep het schrijven vluch tig. Maar voordat zij aan de laatste regels was gekomen, was zij vreeselijk bleek ge worden en begon zij te beven over haar geheele lichaam. „O, de ongelukkige, de ongelukkige!" riep zij met gebroken stem. „U weet thans alles, mevrouw!" „En zij is vertrokken?" „Waarschijnlijk weinige oogenhlikken nadat zij den brief geschreven had." „Haar dochter medenemende?" Ja, die ellendelinge heeft niet haar doch ter, zij is niet meer waard moeder te zijn, maar mijn dochter, mijn kind, mijn eeni- gen schat meegenomen!" t Is vreeselijk!" „Het was haar niet genoeg mij van mijn eer te berooven, mij voor altoos te doemen tot het ongeluk en de schande, zij moest nog het middel vinden om mijn hart den verschrikkelijksten slag toe te brengen. Zij heeft mij mijn dochtertje ontstolen." „Maar is die rampzalige vrouw dan krank zinnig geworden?" „Zij is slechts een eerlooze geworden." „Helaas! de ramp is onmetelijk en onher stelbaar. Ik begrijp uw wanhoop! Hebt ge reeds een besluit genomen?" En de graaf deelde daarop aan de mar kiezin zijn plan mede, om zijn vrouw op te zoeken en des noods zijn gansche ver mogen ten offer te brengen om haar te vinden, en vertelde haar, dat hij reeds zijn paarden en rijtuigen verkocht en zijn gansche huishouden had opgeruimd. Maar hij voegde er bijdat hij op haar medewerking re kende om te slagen. Immersdaar mevrouw De Lasserre zonder haar juweelen, zonder linnen, zonder kleederen en nagenoeg zon der geld was heengegaan, moest zij wel met haar minnaar zijn vertrokken en deze in een eenzaam en verborgen plaatsje zich bevinden. Die man moet ook rijk wezen. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1885 | | pagina 1