B U I T E N LAN DSfiH BEK ICHTEN.
gen hebben. Daar de weg ongeveer 55 kilometer lang zou worden en de i
aanlegkosten op ƒ19,000,000 worden geraamd, bedraagt dat pl. m. /345,000 j
per kilometer.
De Veenendaaische fabriekarbeiders hebben de laatste maanden eene
treurige vermaardheid gekregen; nauwelijks is de rust er hersteld, of men
begint opnieuw het hoofd op te steken. Eergisteren staakten de wevers der
stoomspinnerij en weverij het werk; verwijdering van een uit Engeland
ontboden werkman was thans de eisch, en men drong hem dan ook buiten
de fabriek. Schreeuwende trok men daarop langs de straten van het dorp.
Door de rechtbank te Arnhem is gisteren de stoker der Ned. Rijnspoorw.-
maats. W. L., wegens het moedwillig toebrengen van kwetsuren, waaruit be
letsel om te werken van meer dan 20 dagen is ontstaan, veroordeeld tot 14
dagen gevangenisstraf en/8 boete.
De ramp op Java en Sumatra.
Berichten, gedateerd van 30 Augustus, van de tot heden bekende meest
geteisterde plaats Anjer melden dat daar den dag te voren de geredden waren
aangebracht, die er allen zonder onderscheid ellendig uitzagen en niets anders
aan het lijf hadden dan eenige vodden, hier en daar in de kampongs van
de bevolking geleend. De verhalen dier lieden van de wijze waarop zij gered
werden en de angst en vermoeienis door hen uitgestaan, zijn werkelijk hart
verscheurend. Slechts één voorbeeld uit veie moge dit bewijzen.
Docter Dillié van Anjer lag tijdens de eerste vloedgolf in den ochtend van
den 27st,° dezer te ongeveer 6 uur nog te bed, waarvan hij werd afgeslagen
en eensklaps tusschen meubelen bekneld raakte. Tegen een raam geslingerd,
baande hij zich door het stnk slaan van eene ruit een uitweg naar achter
en vond zijne vrouw en zuster in de keuken op het fornuis gevlucht. Men
vluchtte gezamenlijk naar de bergen, waar men den geweldigen aschregen
trotseerde, het kind zooveel mogelijk beschermde. Doch men moest verder
en weg van de plek der verwoesting, waar van de huizen geen steen op
den anderen was gebleven.
Men doolde langen tijd, vermoeid, afgemat, gewond en hongerig ronden,
in een kampong gekomenwerd de familie daaruit door de bevolking ver
jaagd; men mocht er zich zefs niet nederzetten. De domme Bantammers,
zoo geheel onder den invloed hunner priesters, weten aan die ongelukkigen
de schuld van de hun land in den laatsten tijd zoo opvolgend getroffen
hebbenden ongelukken en, het eene met het andere verbindende, werd er
ook de Atjeh-oorlog bijgehaald en de companie als hoofdschuldige gedood
verfd. Het fanatisme kwam bij die lieden boven en het had niet veel ge
scheeld of men was gewapend opgerukt om Anjer te gaan plunderen.
Des dokters familie, verjaagd en verdreven en in weerwil van haar smee-
ken zelf geen mondvol rijst of een slok water kunnende krijgen, besloot het
noodlot niet verder het hoofd te bieden en ergens een veilig plaatsje te zoe
ken om ongestoord te kunnen sterven. Een meer medelijdend inlander ver
waardigde zich nog om die Christenhonden eene verlaten dessa te wijzen,
waar eenige rijst en een stukje drooge visch was te vinden, juist genoeg om
nog maar even Mantjah te bereiken. Een der dames kreeg op haar smeeken
voor twee gouden ringen een glas vuil drabbig water en prees zich en de
haren gelukkig voor die lafenis.
De opzichter van den waterstaat verdronk vluchtende met zijn huisgezin,
en met hem was het geheele klein fortuintje der familie, ongeveer 20,000,
verzwonden, zoodat de weduwe thans doodarm is bovendien. Nabij Merak
werden gisteren nog 80 en bij Bandjanegara nog 52 lijken gevonden. Hart
verscheurend is het gezicht der vertwijfelende overgebleven bevolking, die
naar de kust stroomt langs de vernietigde wegen om echtgenooten en vaders,
vrouw of kinderen te zoeken en als het ware aan de zee hare dooden te
rugvraagt.
Uit den ganschen archipel worden intusschen overvloedige bewijzen van
deelneming ontvangen; men heeft toch tot zelfs in de verst verwijderde hoe
ken, op Banjoewangieop Penang en Singapore het natuurverschijnsel waar
genomen. En geen wonder, heel Java golfde als het ware op zijne grond
vesten., en er was niemand, die niet iets ergs verwachtte. Van Tjilatjapkwam
nog heden een telegram met het verzoek om naar die plaats bestemde schepen
vooral te waarschuwen, daar de vloedgolf langs de kust nog altijd heerschte
en verscheiden vaartuigen daar gestrand waren.
Onder al die ellende en te midden van de allerwege gevoelde treurigheid
is het waarlijk hartverheffend op eenige meer opwekkende feilen te mogen
wijzen, die het hart zoo streelend aandoen. Wjj bedoelen de zoo vorste
lijke gift van de regeering der Straits aan de onze overgemaakt en de aan
bieding van alle kanten gedaan om door geldelijke hulp het lot van de onge
lukkigen door de vreeselijke catastrophe eenigszins te verzachten. Zoo stelde
de watersnoodcommissie al dadelijk tot dit doel disponibel eene som van
10,000, en deed de gouv.-gen. van zijn oprecht medelijden blijken door uit
eigen middelen eene flinke som beschikbaar te stellen. Ontelbaar zijn de
plannen, die gemaakt worden tot eene algemeene offerhande op het altaar
der liefde, en de zekerste weg tot slagen daarin is voorzeker wel des men-
schen zucht tot ontspanning dienstbaar te maken aan het uitoefenen van
weldadigheid; met andere woorden, men gaat feesten en allerlei vermake
lijkheden op touw zetten om de giften nog zoo veel te milder te doen vloeien,
en dat men daarin slagen zal, bewijst het feit, dat de Indische maatschappij,
misschien wel door den druk der tijden, maar zeker door het eentonige
leven, hier dag in dag uit geleid, steeds naar ontspanning haakt.
Intusschen, aan het slot van ons beknopt overzicht gekomen, is het plicht
te wijzen op de houding onzer regeering, die bij uilzondering in enkele op
zichten lof verdient. Zij heelt de dagbladen mededeelirig gedaan van de meest
belangrijke telegrammen, die zij van hare ambtenaren aangaande het onge
luk ontving en niets onbeproefd gelalen om zoo volledig mogelijk ingelicht
te worden omtrent de hoegrootheid van den vreeselijken slag en zijne gevol
gen zoo weinig voelbaar mogelijk te maken. Aan de van huis en dak be
roofde bevolking in het Trangerangsche en langs de kust heeft zij met onbe
krompen hand voedingsmiddelen verstrekt en zelfs een veestapel in hare zor
gen doen deelen door onmiddellijk veevoeder in te koopen.
Op een telegram van den Bataviaanschen handelstand, zulk een groot be
langhebbende bij den handel op Sumatra en verzoekende, dal de regeering
maatregelen zou nemen om de schepen, die de Straat instevenden, voor even-
tueele schade door de grondverheflïngen te vrijwaren, heeft zij geantwoord
dat onmiddellijk daartoe het noodige zou worden verricht, en werkelijk wer
den den volgenden dag reeds twee schepen naar de Straat gezonden om den
toestand aldaar op te nemen en de binnenkomenden vaartuigen voor gevaar
te waarschuwen.
De inspecteur der bebakening en kunstverlichting is mede reeds met een
stoomschip vertrokken om voor het herstel der betonning te zorgen en in
het gebrek aan kunslverlichting door de catastrophe te voorzien, terwijl
het Dep. der B. O. W. is verzocht een baggermolen naar Anjer en om
streken te zenden, ten einde aldaar zoo mogelijk nuttige diensten te doen.
In één woord, hare pogingen verdienen met den besten uitslag bekroond te
worden. Jammer, dat zij niet kunnen strekken om het gemis van zoovele
duizenden menschenlevens geheel weg te nemen, verloren bij eene ramp,die
nog na eeuwen als eene der vreeselijkste in de geschiedboeken van Ned. Indlë
zal blijven geboekstaafd.
'8 GRAVENHAGE, 10 October.
Door Z. M. is de heer F. F. C. Steinmetz, ontvanger der directe belas
tingen en accijnzen te Alkmaar (buitengemeente) benoemd tot ontvanger
derzelfde middelen te Dieren.
Door Z. M. is benoemd tot notaris binnen het arrond. Amsterdam, ter
standplaats Amsterdam, H. J. Van Doorn B.A.zn., candidaat-notaris aldaar.
Door Z. M. is de heer dr. H. J. Ousting, thans werkzaam als adsis-
tent bij het onderwijs in de natuurkunde aan de rijks-universiteit te Gro
ningen, benoemd tot leeraar in de wis-, natuur- en werktuigkunde aan het
koninkljjk instituut voor de marine te Willemsoord.
De tpelijke officier van gezondheid 2« kl. dr. E. Mory, gedetacheerd
aan boord van Zr. M». artillerie-instructieschip Het Loo, wordt met 15 dezer
op non-activiteit gesteld.
In de heden gehouden zitting van de tweede kamer is het voorstel
van den heer Keuchenius om vóór het sectieonderzoek over het voorstel van
den heer Van Delden om met de regeering te debatteeren over de vraag of
zij wil medewerken tot invoering van de inkomstenbelasting, verworpen met
43 tegen 20 stemmen. Besloten werd Vrijdag a. s. het sectieonderzoek van
het regeerings-belastingplan en het voorstelVan Delden gezamenlijk te doen
houden. Bjj het voortgezet debat over de gestichten wet zijn aangenomen:
het amendement van den heer Pompe van Meerdervoort met 68 tegen 2
stemmen, om de stichting van huizen van bewaring naast de gewone straf
gevangenissen gebiedend voor te schrijven en een amendement van de hh.
Van der Kaay en Kist om hel laatste lid van art. 6 te doen vervallen. Bjj
de artt. 7 en 8 w.erd veel gediscusseerd over het amendement van den heer
Van Eek om niet de beslaande bedelaarsgestichten te Veenhuizen te behou
den, maar de rijks werkinrichtingen te vestigen te Hoorn, Veere en Leeuwar
den en de strafgevangenis van Leeuwarden naar Leiden over te brengen, zoo
mede over het amendement van den heer Kist om de Kruisberg voorloopig
als jongensgevangenis te behouden. Morgen voortzetting.
Uit het verslag door de commissie van rapporteurs van de tweede kamer
der stalen-generaal uitgebracht over het wetsontwerp lot regeling van het
staatstoezicht op krankzinnigen, bljjkt dat dit ontwerp thans voor de open
bare behandeling gereed is.
Z. K. II. prins Albert van Pruisen heeft aan den heer J. Kemps, sta
tionchef der Ned. Rijnspoorweg-maatschappij alhier, doen toekomen een kost
bare doekspeld bezet met paarlen en diamanten als bewijs van zijne hooge
waardeering van hetgeen de heer Kemps steeds verricht in verband met
's prinsen aankomst en vertrek hier ter slede bij gelegenheid van zijn jaar-
Irjksch verblijf te Scheveningen.
E M G E Si A N
De secretaris der London and River-Plate-Bank (George Warden), die
aanzienlijke geldsommen verduisterde, is te Londen in hechtenis genomen.
Naar het schijnt was hij eerst naar het vasteland vertrokken, maar verleden
Zaterdag naar Londen teruggekeerd. Hij verscheen eergisteren voor den rech
ter in Guildhall, maar de behandeling zijner zaak werd eene week uitgesteld.
Naar men verneemt is een der makelaars, die voor hem werkzaam was,
gefailleerd.
Eene deputatie van de Transvaal, zamengesteld uit de hh. Kruger,
Dutorl en Smit, zal naar Engeland vertrekken, om te onderhandelen over
eene herziening der overeenkomst van Pretoria. De deputatie heelt Maandag
avond eene hartelijke ontvangst te Kaapstad gevonden. Er werd een feest
maal te harer eer geven. Vele invloedrijke personen woonden het bij. De
heer Kruger, antwoordende op een toost, ingesteld op zijne gezondheid en
warm toegejuicht, zeide, dat hij met vertrouwen de constitutie der Zuid-
Alrikaansche confederatie uitgestrekt hoopte te zien van de Kaap tot aan Zam
besi. De Kaapsche dagbladen geven hunne afkeuring over dien wensch te
kennen.
Uit Durban wordt gemeld, dat de regeering aan Cetewayo eene schuil
plaats op het gereserveerde grondgebied heeft aangeboden, indien hij zich
verbindt rustig te leven als onderdaan van koningin Victoria.
Uit Cairo wordt gemeld, dat bij gelegenheid van het Bairam-feest een
decreet van den Khedive zal worden afgekondigd, waarbjj amnestie wordt
verleend voor alle misdaden, gedurende den opstand begaan, met uitzonde
ring van doodslag en verkrachting. Een ander decreet zal de opheffing be
velen van de speciale rechterlijke commissies te Alexandria en Cairo, en
van de militaire hoven. De niet in de amnestie begrepen misdrijven zullen
worden berecht door de gewone rechtbanken.
De Nrjl stijgt snel door de ontlasting van de reservoirs in Opper-
Egypte. De gemeenschap tusschen Soeakim en Berber is hersteld. Drie
bataljons troepen vertrekken de aanstaande week naar Soedan.
Naar men uit Aden bericht, is de Italiaansche reiziger in Afrika,Sac-
coni, op een tocht in Ogadeneen land waar tot dusver nog slechts een
'l Europeaan, de reiziger Haggemacher. kwam, door den stam der Somalis
j vermoord. Sacconi was een Italiaansch consul te Aden en directenr van het
Italiaansche handelsstation te Harrar. Hij had reeds vroeger een paar ge-
vaarvolle tochten in het nog onbekende land der Somalis volbracht. Zijne
reisverslagendie meer voor den handel dan voor de wetenschap belangrijk
l zijn, verschenen onlangs in de Esploradore.
FBAMHR IJ K.
Het vierde besluit, houdende ontslag van eene reeks rechterlijke ambte
naren, is in het Journ. off. verschenen. De lijst omvat niet minder dan