Aan den heer T. S. van der Ley, card, lot de h. dienst, is toezegging
van beroep gedaan door de herv. gemeente te Ooslvoorne.
Den 23'° dezer zal met het stoomschip Gouverneur de Rouville een
detachement suppletietroepen vertrekken, sterk 25 man, onder bevel van
den 2" luit. der infanterie G. Pieters, bestemd naar Curasao
flet stoomschip Voorwaarts is op 13 dezer van Southampton naar
Batavia vertrokken. De Prins Alexander vertrok op 14 dezer van Port-
Said naar Batavia. De Noordhollandvan Rotterdam naar Java, vertrok
op 14 dezer van Southampton.
Men leest in het N. v. d. D.: Een gerucht, waaraan wjj vooralsnog
moeyelyk geloof kunnen hechten, gaat door het land. Z. M. de koning, na
den dood van prins Hendrik eigenaar geworden van het lustslot Soestdijk en
aanhoorighedenzou besloten hebben de wandelingen in het Baarnsche bosch
aan het publiek te verbieden, tenzij van eene toegangskaart voorzien. Allen
die welen hoeveel duizenden in den zomertijd van alle kanten zamenstroomen
om in dit heerlijke bosch hun hart aan dennegeur en saprijk lommer op
te halenzullen begrijpen met welk eene verslagenheid de bevestiging van
dit bcrigt wordt te gemoet gezien. Reeds worden dan ook adressen in
gereedheid gebragt om Z. M. Ie bewegen van dit besluit c q. terug te komen
en aan het algemeen de wandeling door dit prachtigste deel van het inder
tijd aan Z. M. Willem II door het Nederlandsche volk geschonken landgoed
weder, als vroeger, te willen vergunnen.
Te Delfsliaven ontstond gisteren nacht bij den winkelier v. 0. brand
door het afvallen van eene hanglamp. Twee heeren, die gelukkig voorbij
kwamen en den rook opmerkten, baanden zich met geweld den toegang
lot de woning, en bevonden v. 0. bewusteloos door den schrik. Door meer
personen geholpen, gelukte het den brand tot het vertrek te beperken.
Door Z. M. den koning zijnop voordragt der jury voor de tentoon
stelling in Arti te Amsterdam, bekroond: 1°. met de kleine gouden medaille
de heer E S. Witkamp; 2". met de zilveren medaille mej. Wally Moes; 3*.
met de bronzen medaille de heer 11. J. Haverman.
De Gooische tram heelt eergisteren avond, ter hoogte van de ijzergie
terij hij Hilversumden metselaar Stokvis overreden. De ongelukkige was
terstond een lijk.
Eergisteren avond liep de trein van den Helder te Alkmaar legen
eeuige wagens op eene doode lijn. Een paar wagens werden beschadigd.
Een conducteur kreeg eene bandwonde. Een wachter, die vergat den wissel
over te halenschijnt de schuldige.
Eergisteren is te Utrecht ter beschikking der justitie gesteld en naar
de gevangenis overgebragt een verwersknechl uit 'silage, die verdacht wordt
op de publieke straat te Utrecht een schipper van gouden zakuurwerk en
zijn geld te hebben beroofd.
De burgemeester der gemeente Leersum heelt aan ieder van de ruim 160
leerlingen der openbare school aldaar, die in een jaar tijds geen schooltijd
verzuimden, een zilveren horloge en een of ander gouden voorwerp toegezegd.
Uit Nijmegen meldt men, dal aan J. J. Robert, oud strijder van de
Citadel, op lieden een feestje wordt bereid en hem een blijvend aandenken
zal worden aangeboden.
Naar men uit Zutphen meldt zal ter eere van wijlen J. F. Martinet,
schrijver van den bekenden "Catechismus der natuur", aldaar een gedenk
steen worden aangebragt in het huis, dat daar door hem bewoond is geweest.
Te Veessen is gisteren nacht brand ontstaan in een aan den dijk staand
huis, bewoond door Bronsink. Het achterhuis werd geheel, het voorhuis
voor het grootste gedeelte eene prooi der vlammen. Van den inboedel werd
mede weinig gered. De oorzaak van den brand is niet bekend.
In de gemeente Borger is eene vrouw in hel vuur gevallen cn onder
hevige pijnen bezweken.
Een ingezeten van Winschoten is op treurige wijze om hel leven ge
komen. Zekere T. Smit, ruim 20 jaren oud, is des avonds, van eene bood
schap lerugkeerende en zijn weg nemende over eene voeldraaibrug over het
scheepvaarlkanaal, in het water geloopen, daar de brug waarschijnlijk in
den voornacht afgedraaid was door of namens een schuilevaarder of schipper,
die verzuimd had de brug weder over te halen.
Nadat te Vlissingcn de 'heugeljjke tijding ontvangen was van de aan
neming in de eerste kamer van het wets-ontwerp tot bekrachtiging der
overeenkomst tusschen de regering en de koninklijke maatschappij "de
Schelde" belrellende de exploitatie der havenwerken aldaar, werd den heer
A. Smit, burgemeester dier gemeente, door een 40-tal burgers, als bljjk van
hoogachting en waardering, ter herinnering aan dezen dag, ten geschenke
aangeboden een Mercuriusbeeld en een «pièce de milieu", met een allium.
Bij het rangeren met kolenwaggons op de terreinen van de fabriek
der kon. amalschappij de Schelde, te Vlissingen, had de voerman F. Dnyvekot
het ongeluk tusschen den drijfriem eener machine beklemd te geraken,
waardoor hij, ten onderste hoven geslagen, onder deze machine werd ge
worpen, en met een zwaar gekneusd been naar zijne woning moest worden
gedragen.
Als een bewijs dat hel jagtveld bij Rilland nog ruim van wild is
voorzien, kan wel dienen, dat daar Woensdag door een zestal jagers in de
Engelsche polders 66 hazen werden gescholen.
Maandag ochtend is Ie Leijenhroek hij Sittard alweder brand ontstaan
ten huize van den landbouwer Weisels, waarhij meubelen, kleercn en 1
geit door het vuur vernield werden, liet gebouw, waarin de wintervoor
raad van Qtieis geborgen was, werd mede eene prooi der vlammen. Van
den laatste was alles verzekerd; van den eerste niet.
De landbouwer J. Lemmen, te Horst, miste reeds lang linnenkleeren.
goud en andere voorwerpen, zonder dal hij een dader kon aanwijzen, of
vermoeden op den een of ander had. Gisteren echter loste zich dit raadsel
op, toen een deel van het vermiste in de kist van de 25-jarige huishoudster
A. S gevonden werd, waarbij nog worst en.... eene flrsch jenever. Nadat
deze gearresteerd en gehoord was, bekende zij alles.
'i GRAVENHAGE, 15 December.
Z. M. heeft benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw
den heer Polo de Bernabé, laatstelijk secretaris bij het Spaansche gezant
schap te 's Graveuhage.
Aan den beer jhr. mr. W. G. Ilovy, te 's Graveuhage, is, op zijn ver
zoek, met 1 Januarij 1883, eervol ontslag verleend uit zijne betrekking
van tijdelijk administrateur der domeinen behoord hebbende tot de dotatie
van wijlen Z. K. II prins Frederik der Nederlanden, onder dankbetuiging
voor de gewigtigc diensten in die betrekking den lande bewezen.
Aan den heer W. F. Lamoraal Wichers is. op zijn verzoek, eervol
ontslag verleend als ontvanger der invoerregtcn en accijnsen te Dordrecht
c. a., behoudens aanspraak op pensioen.
Aan den heer J. P. Oostingh is, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend als ontvanger der directe belastingen en accijnsen te Buitenpost c. a.
behoudens aanspraak op pensioen.
In de zitting van de eerste kamer van heden is langdurig beraadslaagd
over de Indische begrooling 1883. Nog vele sprekers hebben liet woord
gevoerd. De heer Fransen van de Putte is tegen de agressieve politiek in Atjeh
opgekomen. De minister van koloniën ontkent, dat die politiek is gevolgd,
maar zegt, dat die uit een militair oogpunt soms noodzakeljjk is geweest.
Ten slotte zijn aangenomen de hoofdstukken der uitgaven, in Nederland en
in Nederlandsch Indië met 25 stemmen legen 1 (die van den heer Schimuiel-
penninck van der O.ve) en de wet op de middelen met algemeene stemmen.
De vergadering is gescheiden tot Woensdag 27 December.
De tweede kamer heeft besloten ook bij alle stukken, van haar uit
gaande, na 1 Januarij de nieuwe spelling aan te nemen. Het debat over
het hoofdstuk Marine is heden aangevangen. De heeren LieflinckGra-
tama, van der Hoop. Kool en van Wassenaer Catwijck bespraken de Adder-
ramp; zij braglen hulde aan de slagtoders. maar betoogden dal er, hetzij
bij het departement of bij de marine-ambtenaren schuld was De minister
van marine bragt ecnige verontschuldigingen in, verklaarde de wenken der
commissie te zullen opvolgen en alles te doen, wat de zelfstandigheid der
kommandanten niet benadeelde. Na hel debat hierover heeft de minister
aan den heer van der Hoop toegezegd officiële inzending va» het Adder-
rapport aan de kamer, die het nader zal onderzoeken. Het algemeen debat
is hierop gesloten.
Aan den heer C. C Jasper, gewezen bouwkundige voor de dienst der
bebakening cn kustvcrlichting bjj hel dep. van marine in Nederl. Indië,
laatstelijk met verlof hier te lande, is, op zijn verzoek, eervol omslag ver
leend uit 's lands dienst met toekenning van pensioen.
Door den minister van binnenl. zaken is voor het jaar 1883 benoemd
tot secretaris bij den geneeskundigen raad voor Zuidholland, dr. C. P. Pous
Koolhaas, te 's Gravcnhage.
D. W. II. de G., een 19-jarige schippersknecht, uit Botterdam, stond
gisteren voor het gereglshof te 's Graveuhage teregt als beschuldigd van
diefstal met behulp van binnenbraak. Den 7'° Sept. jl.toen het tjalkschip
»de Hoop geleid ons", waarop besch. werkzaam was, te Rotterdam aan
den wal lag, liet de schipper den besch. eenigen lijd alleen op het vaartuig
achter. Deze zag toen zijn kans schoon om in het achteronder de sluiting
van eene kast met een pook te verbreken en uit een gesloten kistje, dat
hij mede door braak wist te openen, ten nadeele van zijn meester zich toe
te eigenen eene portemonnaie met zilveren beslag, waarin ƒ7, en twee beursjes
bevattende het eene een bankbillet van ƒ40 en het andere 10 guldens Met dien
buit verwijderde besch. zich en toog hij op reis, doch nog geen week later
was het geld verteerd en gaf bcscb. zich aan de politie te Bussum over.
Hij bekende volledig zijne schuld en adv.-gen. m'. Bijleveld requireerde eene
veroordeeling tol 2 jaren celstral. De verdediger, mr. van Geuns, hoopte,
dat eeuige verzachtende omstandigheden zouden worden in aanmerking ge
nomen bij het bepalen van de zijn cliënt op te leggen straf.
Daarna trad in de bank der beschuldigden zekere Krijn B., oud 24jaren,
dijkwerker, wonende te Oud-Vossemeer. Hem wordt ten laste gelegd po
ging tot manslag en mondelinge bedreiging met moord onder voorwaarde.
Hij zou namelijk in den avond van 10 Junij jl.. ongeveer half 9 ure, in
een stuk bouwland in den Leguitpolder onder Oud-Vossemeer, onmiddellijk
nadat de onbezoldigde rijksveldwachter cn jagtopziener C. L., die aldaar
surveilleerde, hem bekeurd had, na eerst opzettelijk, doch vruchteloos, met
den afgeschroefden ijzeren loop van zijn jagtgeweer naar hel hoofd van
dien beambte te hebben geslagen, moedwillig en gewelddadig met dien
loop achterover in een greppel hebben gestoolen, met zijne beide kniëeu
op hem zijn gaan zitten cn vervolgens, onder den uitroep: "iiu zal ik je
G,kapot maken" tot bloedens toe in het aangezigt hebben gebeten
en een hevigen vuistslag op het hoofd hebben toegebragl; voorts den met
vier scherpe patronen geladen revolver, dien de beambte in de regterhand
had, met zooveel geweld hem ontwrongen cn ontrukt hebben, dat de be
ambte aan die hand ernstige kneuzingen en bloedende verwondingen be
kwam, den revolver, met het voornemen om L. Ie dooden, daarna hebben
gerigt op diens borst en ook afgevuurd, welke poging alleen mislukte en
hare uitwerking miste door toevallige van besch. wil geheel onafhankelijke
omstandigheden. De kogel was in het regter dijbeen van den rijksveld
wachter ingedrongen en had daar een lievig bloedende wond veroorzaakt.
De bedreiging bestond daarin dat besch. nadat het medegedeelde was voor
gevallen den nog met drie scherpe patronen geladen revolver op L. 's borst
rigtende gedreigd heeft hem te zullen doorschieten als hij zich niet verbond,
wat L. toen dan ock gedaan heeft, overal het voorgevallene te zullen verzwij
gen. Al was het ook na vijf jaren zou het hem het leven kosten, wanneer
hij zijn woord niet hield. Deze bedreiging had den jagtopziener niet doen
afschrikken; ongeveer twee maanden was hij, ook door bijkomende long
ontsteking, verhinderd zjjne betrekking waar te nemen, doch reeds den
volgenden dag na het gebeurde dicteerde hij een proces-verbaal, waarin de
hem aangedane beledigingen worden uiteengezet, welk relaas hij lieden