LEI DSC HE
COURANT.
1882.
N°. 24».
MAANDAG 23 OCTOBER.
BINNENLANDSCPIE BERTGTEN.
De Courant verschijnt dagelijks, Zon- en Feestdagen uitgezonderd. De prijs der Courant is per vierendeel jaars f 1.50franco p. p. f 1.
\fzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar voor 5 cents.
De prijs der Adverlentiën is van 1—4 regels 1.—, iedere regel meer 25 cents.
Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel.
LEIDEN, 21 October.
Ter vervulling der betrekking van eersten leeraar in de gymnastiek
aan de scholen voor middelbaar en lager onderwijs alhier worden door
burg. en weth. aanbevolen: de hh. C. A. Bader, te Leiden; D Withaar, te
Rotterdam; G. Hesse, te Amsterdam; J. J. Groenewoud, te Leiden; H. Hob-
bema, te Tiel; S. van Aken, te Rotterdam.
Ten opzigte van het voorstel van burg. en weth., om aan de alhier
op te rigten ambachtsschool een subsidie van f 2500 toe te kennen en tot
het daarvoor inrigten van een gedeelte van het Caecilia-gasthuis, waaraan
eene uitgave is verbonden van 1800, is het gevoelen van de commissie
van financiën verdeeld. De meerderheid der commissie acht, dat door het
oprigten eener ambachtsschool in eene werkelijke behoefte zal worden voor
zien en mag men daarvan heilzame vruchten in het belang van den bloei
der gemeente verwachten, zoodat de toekenning van een subsidie alleszins
geregtvaardigd is. Een lid kon zich met die zienswijze niet vereenigen;
zjjns inziens waren de gunstige verwachtingen omtrent de vruchten eener
ambachtsschool minstens overdreven. Zelfs vreesde hij, met het oog op
hetgeen daaromtrent elders was waargenomen, dat de eigenlijke practische
oefening door eene dusdanige school niet zou worden bevorderd, maar dat
h«t de neiging zou bevorderen omzonder de noodige ondervinding te heb
ben opgedaan, voor eigen rekening te gaan werken. Daarenboven zou het
subsidie vermoedelijk in volgende jaren moeten worden verhoogd, bij uit
breiding der behoeften.
De meerderheid, ofschoon gunstig gestemd voor de voordragl, zag echter
gaarue aan het subsidie de bepaling verbonden, dat het voorloopig voor
tien tijd van zes jaren wordt toegekend, behoudens de bevoegdheid van den
gemeenteraad om het ten allen tijde in te trekken.
Het getal der in het Werkhuis alhier opgenomenen bedroeg gedurende
deze week dageljjks van 46 tot 64 volwassen personen en 4 tot 9 kinderen.
Gisteren namiddag, bij het uitgaan van de school aan de Middelste
gracht, is een jongen spelende te water geraakt, doch spoedig door een der
toegeschoten personen gered.
D'. W. van den Bergh, pred. te Schaarsbergen, heeft voor het beroep
naar Leiderdorp bedankt.
Van de negen candidaten, die zich 11, 12, 18 en 19 October aan het
literarisch-malhemaiische examen te Utrecht onderwierpen, trok zich een
terug. Van de overblijvende acht slaagden er vier, namelijk de hh. K. J.
Dekema, D. T. Groenewoud, A. J. van Huffel Jr. en S. B. Nicolaï, allen van
Utrecht. Het examen is afgeloopen. In het geheel werden 56 candidaten
geëxamineerd, 2 trokken zich gedurende het examen terug en aan 26 werd
het gevraagde diploma uitgereikt.
Het stoomschip Prins Hendrik is op 18 October van Batavia naar
Amsterdam vertrokken.
Door de N. R. C. werd medegedeelddal de redenwaarom de minis
ter van binnenlandsche zaken aan het gemeentebestuur van Amsterdam ver
klaard heeft, de benoeming van prof. Bosenstein tot professor aan de aca
demie te Amsterdam niet aan de bekrachtiging van Z. M. te willen onder
werpen, alvorens de heer Rosenstein verklaard heeft de benoeming tot professor
te Amsterdam aan te nemendaarin zou gelegen zijndat prof. Rosenstein
reeds vóór zijne benoeming te Amsterdam aan den minister en aan den bur
gemeester van Amsterdam heeft te kennen gegeven, dat hij de benoeming
lot professor te Amsterdam niet zou aannemen.
Het übl. zegt daarop dat de medcdeeling slechts een gedeelte der waar
heid bevat. Prof. Rosenstein bleek, toen hem het voornemen om hem te
benoemen werd medegedeeld, zoo weinig ongeneigd naar Amsterdam te ko
oien, dat de voorwaarden en bijzonderheden werden besproken en voorloo
pig afgesproken. Eerst eenigen tijd daarna trok hij zich terug, wat echter
4en gemeenteraad niet weerhield hem te benoemen, omdat men hoopte dat
een raadsbesluit hem tot zijne eerste meening zou doen lerugkceren. En dit
schijnt ook inderdaad eenigermate het geval te zijn geweest. Immers toen
de wethouder, belast met de zaken van het onderwijs, den hoogleeraar per
soonlijk mededeeling kwam brengen van het raadsbesluit, dat nog eerst aan
de kon. bekrachtiging moest worden onderworpenverklaarde de hoogleeraar
weder in twijfel te verkeeren en zijne beslissing zich voor tebehonden, tot
dat hij officieel van burg. en weth. kennis zou krijgen van zjjne aanstelling.
Derhalve is na de benoeming de toestand veranderd, en kan de minister
zich thans niet beroepen op de ongeneigdheid van den hoogleeraar.
De Bildtsche Cour. bevat eene bede om hulp voor de herv. gemeente
te St. Anna-Parochie, die reeds 18 jaren vacant is. De vacature kan niet
worden vervuld, omdat er geen tractement is en ook geene fondsen, waar
uit het tractement gevonden zou kunnen worden. De pastorie is voor hare
bestemming geheel onbruikbaar. Het kerkgebouw kon in de laatste jaren
slechts op onvoldoende wjjze worden onderhouden. Het orgel heeft drin
gend behoefte aan herstelling. De leden der gemeente hebben naar hun
vermogen gedaan en doen nog wat zjj kunnenen van elders heeft men ook
ondersteuning gevonden. Zal er evenwel een fonds gevormd worden, dat
eenigszins beantwoordt aan de behoeften, dan moet er meer hulp van bui
ten komen.
Men weet, dat onlangs in Hongarjje weder de vreesselijke beschuldiging
tegen de Joden is opgedoken, alsof zij soms by hunne godsdienstige plegtig-
hedeu door moord verkregen menschenbloed vergieten. Om deze aantijging
voor goed te vernietigen, heeft eene vergadering van Hongaarsche rabbijnen
hun ambtgenoot, dr. Plato, te Keulen, uitgenoodigd, van verschillende
Christen-geleerden verklaringen te verzoeken omtrent de vraag, of in de
godsdienstige geschriften der Joden dergelyke voorschriften vervat zijn. O. a.
heeft dr. P. zich tot de godgeleerde faculteit van de universiteit te Amster
dam gewend, en deze heeft een antwoord gezonden, dat in der Israelit
van Mainz van 18 Oct. is opgenomen en in vertaling aldus luidt:
/'Aan een besluit der vergadering van rabbijnen, op5 Julij jl. te Buda-Pesth
gehouden, heeft de godgeleerde faculteit der Amsterdamsche universiteit te
dankendat ook zij de vriendelijke uitnoodiging heeft ontvangen om betref
fende eene oude, thans weder tegen de Joden opgerakelde aantjjging een
advies uil te brengen. Zjj vindt daardoor gelegenheid om aan de afkeuring,
waarmede zij ook harerzijds van de verspreiding eener even ongegronde als
gevaarlijke bewering kennis heeft genomen, duidelijk en volgens haren pligt
uiting te geven. In overeenstemming met het oordeel van alle deskundigen,
is ook de faculteit doordrongen van de overtuiging, dat een wetteljjk voor
schrift, om door moord verkregen menschenbloed voor rituele doeleinden
te gebruiken, in de godsdienstboeken der Joden nergens te vinden is.
De theol. fac. der Amst. univ.
P. D. Chantepie de la Saussaye, Yoorz.
J. G. D. Mahtens, Secretaris".
Naar men ons mededeelt, hebben ook de hoogleeraren Strack te Berlijn,
Dclitzsch te Leipzig, Nöldeke te Straatsburg en Siegfried te Jena in hoofd
zaak gelijkluidende verklaringen afgelegd. (Hbl.)
Gisteren stond in de correctionele zitting der arrond.-regtbank te Haar
lem teregt L. II. Bink, machinist op den trein n°. 9, die, op 11 Aug. II.
des morgens van Haarlem komende, even vóór het station Vogelenzang in
botsing kwam met trein n". 8, komende van Rotterdam, omdat eerstge
noemde trein niet tijdig genoeg had stilgehouden, ten einde den anderen,
die wegens reparatie van den weg van hetzelfde spoor moest gebruik ma
ken gelegenheid te geven om te passeren.
Uit het verhoor der getuigen, die ten getale van 21 werden gehoord,
bleek o. a.dat beklaagde eene dienstorder van de Hollandsche ijzeren spoor
wegmaatschappij mede geteekend had, waarin van den toestand van den
weg op dat punt aan het betrokken personeel werd kennis gegeven en
dientengevolge te nemen maatregelen werden voorgeschreven. Beklaagde er
kende dit, maar gaf op, de order niet naauwkeurig te hebben gelezen,
zooals dat volgens hem wel meer gebeurt. Behalve door bedoelde dienstorder
werd de machinist op den toestand van den weg opmerkzaam gemaakt door
een rood signaal, dat «sloppen", en 300 meter eerder door een groen sig
naal, dat «langzaam rijden" voorschrijft, welke beide signalen, volgens de
verklaring van verscheidene getuigen, reeds op grootcn afstand zigtbaarwa
ren, b. v. 500 a 600 meter. Bovendien had, volgens bij de Holl. ijzeren
spoorwegmaatschappij sedert 8 jaren bestaand voorschrift, bij het roode sig
naal een loods moeten worden opgenomen om den trein tot voorbij het te
herstellen punt te begeleiden.
Beklaagde verklaarde, het groene signaal eerst op honderd meter afstand
te hebben bemerkt en hel roode ook toen nog niet te hebben gezien. Hij
heeft toen stoom afgesloten, meenende, dat alleen langzaam rijden werd
vereischt, daar hij verklaarde, op dat oogenblik in de meening te hebben
verkeerd, dat er een zoogenaamd omgelegd spoor aanwezig was, waarbij
geen stoppen te pas kwam. Nadat hij ongeveer honderd meter voorbij het