BIJVOEGSELbehoorende tot de Leidsohe Courant
van Maandag ÓS Maart ó880i,, 6ó.
BUITENLANDSCHE BERIGTEN.
Te Amsterdam heeft gisteren avond zekere Fock, in de Czaar Peter
straat woonachtig, zijne zwangere vrouw met een mes een steek in den
hals toegebragt en daarna met een bijl aan het hoofd getroffen. De vrouw
is nog niet bezweken.
Door een onbekende is ƒ10.000 geschonken aan de R.-Catb. Zieken
verpleging te Amsterdam.
Twee soldaten van het koloniaal werfdepot zijn dezer dagenin plaats
van naar 0. I.naar de gevangenis getransporteerd, de eerste wegens het
zich verschaffen van een valsch bewijs van goed gedragnadat hij reeds
vroeger was gestraft met twee jaren celstraf, en de tweede wegens grove
mishandeling eener vrouw, voor welk feit hij thans nog een jaar in de
gevangenis zal moeten doorbrengen, voordat hij zich naar Indië zal mogen
inschepen.
Uit Nunspeet meldt men, dat de zucht tot landverhuizing ook in die
gemeente meer en meer veld begint te winnen. Sedert het begin dezes
jaars vertrokken reeds ongeveer 60 personen naar Noord-Amerika en nog
dageljjks worden publieke veilingen gehouden van roerende en onroerende
goederen van toekomstige emigranten. De hooge prijzen van de bouwerven
en graslanden in de laatste jaren, in verband met de minder gunstige
uitkomsten van den landbouw hier te lande en de aanlokkende berigten
uit Noord-Amerika van vroegere landverhuizers, nog versterkt door persoon
lijke overkomst van enkelen hunnerkan men als de voornaamste oorzaken
van deze emigratie beschouwen.
Te Oostrum, gemeente Oostdongeradeelheeft zekere B. zijn zwager
met eene bijl een hevigen slag op het hoofd toegebragt. De man viel be
wusteloos neder. Dadelijk werd geneeskundige hulp ingeroepen. Men vreest
voor zjjn leven.
Te Vlissingen zal in de maand Augustus een internationale roei- en
zeilwedstrijd worden gehouden. De roeiwedstrijd zal in het kanaal en de
zeilwedstrijd op de rivier van Vlissingen naar ter Neuzen gehouden worden.
Zonder daartoe eenige aanleiding te hebben gegeven, ontving een in
gezetene van 's Hertogenbosch bij gelegenheid van den vastenavond van een
onbekende op de openbare straat een sabelhouw op hel hoofd. Alhoewel
hem onmiddellijk geneeskundige hulp werd verleend, is de ongelukkige thans
aan de gevolgen overleden. Het is de politie niet mogen gelukken, den
dader op te sporen.
Het volgende antwoord is ontvangen op het adres van Patrimonium,
door meer dan achtduizend personen geteekend en aan de regering van
Transvaal toegezonden.
Gouvernements-kantoor. Zuid-Afrikaansche republiek, 31 Januari 1882.
Den wel-eerw. heer F. Lion Cachet!
Ik heb instructie ontvangen van het hoog-ed. driemanschap, UEd. hunnen
warmen dank te betuigen voor de toezending van het zoo talrijk geteekende
adres, door UEd. en andere onderteekenaren aan de regering en het volk
dezer republiek gerigt. De goede wenschen, daarin uitgedrukt voor de
toekomst van dit land en volk; de hartelijke taal, die door UEd. daarin
gevoerd wordt, zijn der regering zoovele blijken uwer innige sympathie en
belangstelling. De regering en het volk zijn zich ten volle bewust, dat,
zonder den bijstand van den Koning der koningenal hun streven ijdel zou
zijn geweest, en zien, ook op Hem vertrouwende, met hoop de toekomst
te gemoet, en gelooven, dat Hij ons zijn onmisbaren zegen op al onze
ondernemingen niet onthouden zal. Mogen uwe deelneming en medewerking
en die van zooveel anderen, waaraan wij reeds zooveel te danken hebben,
ons ook in de jaren, die voor ons liggen, niet ontbreken. Met diepe ge
voelens van erkentelijkheid en de beste wenschen voor u en alle adressanten
heb ik de eer mij te noemen UEd. dienstwaardige dienaar, get. W. Eduard
Bok, staats-secretaris.
's GRAVENHAGE 11 Maart.
Aan de kapiteins A. W. van Dionant, van het 24 reg. infanterie, en
J. Coster, van het 74 reg. infanterie, is pensioen toegekend, aan laatstge
noemde op zijne aanvrage.
Door den minister van koloniën zijn bevorderd tot eersten klerk, de
tweede klerken J. A. Canneel en J. M. J. van Kesteren.
Door de Nederi. Rijnspoorweg-maatschappij is de verpachting uitge
schreven van het regt om losse bloemen te verkoopen op hare stations te
'sGravenhage en Scbeveningen, alsmede aan de halte aan den ingang van
het Haagsche bosch.
Naar men verneemt wordt Z. Exc. de graaf van Bylandt, gevolmag-
tigd minister van Z. M. den koning te Londeneerstdaags in het Hotel des
Indes alhier verwacht.
De uitreiking der bekrooningen aan de inzenders op de wereldtentoon
stelling te Melbourne heeft heden middag plaats gehad door den minister
tan waterstaat, in tegenwoordigheid van den minister van buitenlandsche
zaken, leden der Nederi. commissie en een vijftigtal bekroonden. De voor
zitter der commissie!, de heer Delprat, gaf een overzigt van den uitslag
harer bemoeijing. wees bij veel teleurstelling op de goede resultaten voor de
Nederlandsche nijveren en de ruime bekrooningen door hen verworven. De
minister van waterstaat reikte na eene toespraak de bekrooningen uit en
dankte ten slotte allen die medewerkten om den roem van Nederland op
te houden, ook namens den koning, die het commissielid, tevens directeur
der fabriek van stoomwerktuigen te Amsterdam, van der Made, heeft
benoemd tot ridder van den Nederi. Leeuw. De benoemde was door onge
steldheid verhinderd zelf het ridderkruis te ontvangen. Bij de uitreiking der
eerbewijzen werd de fabriekante der parfumerie Maison Neuve te Delft, de
eenige vrouwelijke bekroonde, warm toegejuicht. Bijzonder werden ook ge
roemd de bemoeijingen van den heer van Schagen van Leeuwen, agent der
commissie te Melbourne.
In de gisteren avond gehouden vergadering van de afdeeling 's Graven-
hage der Holl. Maatschappij van landbouw werd door het bestuur een voor
stel gedaan om ook in dit jaar weder eene harddraverij te houdenwaartoe
het een crediet van 800 aanvraagt. Daar nu alleen het beginsel zou
worden uitgemaakt, zou later worden beslist op welke wijze die harddraverij
zou plaats vinden. Dat voorstel werd met algemeene stemmen aangenomen.
BEL6IE.
De verrassingen in de zaak van gebr. Peltzer zijn nog niet ten einde.
Dingsdag avond ten 8 Hre, dus toen Léon Peltzer onder strenge bewaking
opgesloten was in een spoorwegcoupé, waarin hij van Keulen naar Brussel
vervoerd werd, terwijl Armand Peltzer reeds sedert Zondag avond van zijne
vrijheid was beroofd, heeft dr. I.avisé per post een brief ontvangen, onder
het postmerk Brussel en aldaar bij de ligting van 6 uur in een der bussen
gevonden, aldus luidende:
Wat gij daar gedaan hebt. mijnheer Lavisé, is infaam. Men levert geen
ongelukkige over op wien de ljustitie jagt maakt; men weigert geen gast
vrijheid aan een vriend die op u rekent. Zoo iets brengt ongeluk. Henri
Vaughan.
Deze brief, dien dr. Lavisé onmiddellijk aan het parket heeft afgegeven,
moet met volkomen dezelfde hand geschreven zijn als alle brieven, welke
de justitie van Vaughan in haar bezit heeft. Léon Peltzer zou dus niet de
correspondeerende Vaughan zjjn geweest.
Volgens mededeeling der dagbladen geeft Léon Peltzer het volgende ter
zjjner verdediging op. De dood van Bernays is uitsluitend aan een noodlot
tig toeval te danken. Zijne vermomming en het aannemen van den naam
Vaughan getuigen slechts in schijn tegen hem. Bernays is advocaat geweest
in het faillissement van den vader der Peltzers en wist dat hij, Léon,
sedert ook al niet veel voorspoed in zijne zakenhad gehad. Onder zijn
waren naam zou derhalve Bernays hem alle vertrouwen ontzegd hebben,
en toch was dat vertrouwen onontbeerlijk om de grootsche zaak te doen
slagenwaarover hij met hem in briefwisseling had gestaan en den 7im
Januarij zou spreken. Door zijne kennis met personen en toestanden in
België had hij de vereerende opdragt gekregen van een persoonwiens naam
Peltzer noemtmaar wiens tegenwoordige verblijfplaats hjj zegt niet te ken
nen om de oprigting te bewerken eener export-maatschappij met geregelde
stoomvaart. Die persoon betaalde hem, a's zijn gemagtigde, goed en eene
moojje som was hem toegezegd, als hij in de oprigting dier maatschappij
slaagde. Wilde hij dit doel bereiken, waaraan hem natuurlijk wegens de
financiële vooruitzigten veel gelegen was, dan moest hjj zich wel vermom
men en een anderen naam aannemen, daar zijn verleden een onoverkome
lijke hinderpaal was om Bernays ooit voor de zaak te winnen. Hjj zou
zelfs waarschjjnljjkals hjj wist dat hjjLéon Peltzer, de tusschenpersoon
was, terstond geweigerd hebben zich met de zaak in te laten. Dit en niets
anders de oorzaak zijner schjjnbaar raadselachtige handelwijze, en het
nootlottig ongeval bedroeft hem niet alleen, omdat hij onwillekeurig de
moordepagr van een vriend geworden is, maar ook omdat daardoor zijne
to.ekomstdie eindelijk beloofde gunstig te wordentotaal vernietigd is. Hfj
zegt zijne verbazing niet te kunnen beschrijven over de aanhouding van zijn
broeder Armand, die wel van de vermomming en de daarvoor bestaande
redenen en later van het vreesselijk ongeluk heeft geweten, maar daaraan
volkomen onschuldig is.
Te Brussel is zekere Williamson, alias Wellens, in hechtenis genomen,
die te Parijs kassier is geweest van een notaris en dezen 600,000 ontsto
len had.
EKftEIiAWD.
LONDEN, 10 Maart.
Het lagerhuis heeft met 303 tegen 235 stemmen Gladstone's motie
tegen het instellen van een onderzoek betreffende de werking der lersche
landwet aangenomen.
Aan den heer Gladstone is door een aantal liberale leden van het
lagerhuis een verzoekschrift toegezondenwaarin gewezen wordt op de
noodzakelijkheid van eene krachtige hervorming in het bestuur der gemeenten
ten platten lande, en met name op de groote verwarring en onnoodige on
kosten, die geboren worden uit gebrek aan behoorlijke afperking van de
lokale besturen en die der graafschappen.
Mac Lean is, onder beschuldiging van hoogverraad, naar het hof van
assises verwezen.
De lersche regering heeft eene belooning van 500 uitgeloofd voor de
ontdekking, aanwijzing of uitlevering van de moordenaars van den pach
ter Morony. Te Waterford is een Feniansch wapendepot ontdekt en in ver
band daarmede zijn verscheiden personen in hechtenis genomen.
De regter heeft reeds uitspraak gedaan in zake Jumbo, en beslist, dat
het bestuur der Londensche diergaarde niet buiten zijn regt gingtoen het
den olifant verkocht.
De dagbladen maken melding van eene aanvaring, die op 24 Febr. 11.
heeft plaats gehad en waarbij een Zweedsch schip een Engelsch schip zoo
danig heeft beschadigd, dat het laatste gezonken is. De Engelsche stuur
man en twee matrozen slaagden er in om op het Zweedsche schip over te
springen. Maar in weerwil van hunne vertoogen, bleef de Zweedsche kapi
tein weigeren het zinkende schip ter hulp te komen, waarvan niets meer
vernomen is en dat waarschijnlijk met den kapitein en de zes andere opva
renden te gronde gegaan is.