LEIDSCHE
COURANT.
1881.
M°. 309.
WOENSDAG 7 SEPTEMBER.
STADS-BE RICHTEN.
PATENTBLABEN.
BINNENLANDSCHE BERIGTE N.
De Courant verschijnt dagelijks, Zen- en Feestdagen uitgetonderd, De prijs der Courant is per vierendeel jaars ƒ1.50, franco p. p. f2.—.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar voor 5 cents.
De prijs der Advertentiën is van 1—4 regels 1.— iedere regel meer 25 cents.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van LEIDEN),
Gezien art. 8, 1alinea, der wet van 2 Juni 1875 Staatsblad N°. 95),
tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke ge
vaar, schade of hinder kunnen veroorzaken;
Brengen bij deze ter algemeene kennis dat door hen op heden vergun
ning is verleend aan de navolgende personen en hunne rechtverkrijgenden, als;
1». aan H. J. Withake, tot oprichting van eene sigarendrogerij in het
perceel in de Oude Lombardsteeg n°. 2;
2®. aan G. W. Zandvoort, tot oprichting van eene slachterij van vee in
het perceel in de Bouwen Louwcnsteeg n°. 11;
3®, aan N. Selier, tot oprichting van eene smederij in het perceel in de
Geerestraat n®. 5.
En geschiedt hiervan openbare kennisgeving door plaatsing in de Leidsche
Courant.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE KANTER, Burgemeester.
Leiden, 5 September 1881. E. KIST, Secretaris.
De BURGEMEESTER, Hoofd van het bestuur der gemeente Leiden,
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat de ingevulde patentbladen voor
wijk ates, over het dienstjaar 1881/82, bij het College van Zetters in een
der vertrekken van het Raadhuis dezer gemeente, op vertoon van het aan
slagbiljet, verkrijgbaar zijn, dagelijks des namiddags van een tot drie uren,
en wel van den 5d(n tot en met den 8s,en September e. k.terwijl na het
verstrijken van dien termijn de onafgehaalde patentbladen ter uitreiking
moeten worden afgegeven aan de deurwaarders der directe belastingen
alhier, die voor hunne moeite mogen eischen tien cents, zonder meer.
En geschiedt hiervan af kondiging door plaatsing in de Leidsche Courant.
De Burgemeester voornoemd,
Leiden, 3 September 1881. DE KANTER.
De BURGEMEESTER van LEIDEN brengt ter algemeene kennis, dat ter
vervulling der vacatures, ontstaan door de periodieke aftreding van de Heeren
P. I. DE FREMERY en H. C. HARTEVELT als Wethouder, in de vergade
ring van den gemeenteraad van heden tot Wethouders zijn benoemd de Heeren:
PETRUS ISAkCUS DE FREMERY en
HERMAN CORNEL IS HARTEVELT.
Leiden 6 September 1881.
De Burgemeester voornoemd,
DE KANTER.
De BURGEMEESTER van LEIDEN brengt ter algemeene kennis, dat, ten
gevolge der jaarlijksche altreding van de leden der vaste Commissiën, door
den Gemeenteraad voor dit jaar uit zijn midden zijn benoemd de volgende
leden, als:
a. voor de Commissie van Financiën:
de HH. H. J. BOOL, Voorzitter,
G. W1LHELMY DAMSTE en
S. DE CLERCQ Wz.;
b. voor de Commissiebelast met het ontwerpen en herzien van de
Plaatselijke Verordeningen, tegen wier overtreding straf is bedreigd:
de HH. M'. P. A. VAN DER LITIl en
M'. C. COCK,
van welke Commissie de Burgemeester Voorzitter is,
c. voor de Commissiebelast met het ontwerpen en herzien van de
Plaatselijke Verordeningen betreffende de huishouding der gemeente
de HH.M'. C. COCK, Voorzitter,
Mr. S. LE POOLE en
Mr. J. T. BUYS;
en d. voor de Commissie van Fabricage:
de HH. J. I. VAN WENSEN en
J. C. VAN DER ZWEEP.
En wordt deze door plaatsing in de Leidsche Courant afgekondigd.
De Burgemeester voornoemd,
Leiden, 6 September 1881. DE KANTER.
LEIDEN, 6 September.
Tot schoolopziener in het arrondissement Leiden is benoemd de heer
C. W. J. Snouck Hurgronje.
In de zitting van den gemeenteraad van heden werden de nieuw
inkomende leden geïnstalleerd. Achtereenvolgens werden de bij de wet
voorgeschreven eeden afgelegd door de hh. Verster, van Iterson, van der
Zweep, Donner, Bredius, Buys, Zaayer, van Dissel, Bool, Quant en Zaal
berg. De voorzitter wcnschte hun allen geluk met het vertrouwen waarmede
zij van de zijde der burgerij waren vereerdvoor hen die reeds vroeger zitting
hadden kon het niet anders of het was een aangenaam gevoel dat zij op
nieuw afgevaardigd waren. Natuurlijk bestond in eene vergadering als
deze verschil van gevoelen, maar dat behoefde geen welwillendheid en
zamenwerking buiten te sluiten, dat verschil kon bestaan met eerbiediging
van elkanders gevoelenvooral van elkanders bedoelingen. Van de zijde van
het dagehjksch bestuur zou het ernstige streven zijn aan die voorwaarde te
voldoen. Hij hoopte dat ook de controle van de leden blijken mogt
dragen van welwillendheid en vertrouwen. Zonder vertrouwen had het
prestige van het gezag om de genomen besluiten uit te voeren weinig te
beteekenen en werd de werklust verlamd. Met waardering van elkander
zou de zamenwerking niet vruchteloos zijn.
De nieuw gekozen raadsleden naar aanleiding van de uitkomsten der
jongste volkstelling zullen, ingevolge de uitspraak van het lot, altreden: de
heer Bool in het jaar 1885 en de heer Quant in het jaar 1883.
Ingekomen is het rapport van den deskundige betreffende de lichtsterkte
van het gas, gedurende de maand Augustus, alsmede eene missive van den
heer mr. P. A. van der Lith, waarbij deze om gezondheidsredenen verzocht
niet weder in aanmerking te komen bjj de benoeming van leden van de
commissie van financiënen tevens zijn ontslag neemt als lid der plaatse
lijke commissie van toezigt op de scholen van middelbaar onderwijs, en van
de plaatselijke schoolcommissie.
Aan de orde was verder de benoeming van twee wethouders, ten gevolge
van de periodieke aftreding van de hh. de Fremery en Hartevelt. Beide
heeren werden op nieuw als zoodanig gekozen en verklaarden zich bereid
die betrekking weder te aanvaarden, onder dankbetuiging voor het hun
geschonken vertrouwen. De voorzitter drukte mede zijne voldoening uit
over den uitslag dezer verkiezing.
Daarna werd overgegaan tot de benoeming van leden in de vaste commis
siën. In de plaats van den heer van der Lith werd tot lid der commissie
van financiën gekozen de heer Buys, die echter verklaarde die benoeming
niette kunnen aannemen; bij ondervinding wist hij dat hij over den noodigen
tijd niet kon beschikken om deze moeijelijke betrekking waartenemen. Tot
lid dier commissie werd toen gekozen de heer Bool en tot leden dier com
missie herkozen de hh. Wilhelmy Damsté en de Clercq. Tot voorzitter dier
commissie werd eerst gekozen de heer de Clercq, maar daar deze verklaarde
dat (fok hem soms de noodige tijd ontbrak om die betrekking waar te ne
men, werd als zoodanig gekozen de heer Bool.
Tot leden van de commissie belast met het ontwerpen en herzien van de
plaatselijke verordeningen tegen wier overtreding straf is bedreigd werden
op nieuw gekozen de hh. Cock en van der Lith.
Tot lid van de commissie voor de verordeningen betreffende de huishou
ding der gemeente werd, in de plaats van den heer Goudsmlt, benoemd de
heer Buys, en als leden dier commissie werden op nieuw benoemd de hh.
Cock en Le Poole. Tot voorzitter dezer commissie werd benoemd de heer Cock.
Tot leden der commissie van fabricage werden op nieuw benoemd de hh.
van Wensen en van der Zweep.
Tot commissarissen der gasfabriek werden op nieuw gekozen de hh. van
Wensen en van der Zweep, die onlangs als zoodanig hun ontslag hadden
genomen. Zij verklaarden gaarne een paar dagen uitstel te willen hebben
om zich over het al of niet aannemen der betrekking uit te laten. Hiermede
werd genoegen genomen.
Tot bestuurders van het stedelijk werkhuis buiten de leden van den ge
meenteraad werden op nieuw benoemd de hh. C. J. Leembruggen en D. A.
Schretlen en gekozen de heer J. van Heukelom Jr. Tot bestuurder van die
instelling uit de leden van den raad, in de plaats van den heer van Heu
kelom, werd gekozen de heer Bool.
Bij het onderwijzend personeel aan de gemeente-instelling tot opleiding
van 0.1. ambtenaren werden benoemd: tot lector in het Soendaneesch, de
heer mr. G. J. Grashuis, tol lector in hel Javaansch de heer 11. C. Humme,
tot lector in de taal- en volkenkunde, tevens in inlandsche talen, de heer
G. A. Wilken, en tot lector in de godsdienstige wetten enz. de heer C.
Snouck Hurgronje. De heer II. C. Klinkert werd eervol ontheven van het
onderwijs in de land- en volkenkunde, terwijl ook aan hem en aan den
heer Byvanck de titel van lector werd verleend.
Vervolgens werd gunstig beschikt op de verzoeken van C. van Hoeken