BIJVOEGSELbehoorende tot de Leidsche Courant van Maandag 8 Mugustus ó88óH?°. ó83. BUITENLANDSCHE BERIGTEN. ENfifiLAK». LONDEN, 5 Augustus. Een in de Vereenigde Staten verschijnend Fenians-blad. the United Irishmen, laat zich omtrent Gladstone aldus uit: Aan moed en handen voor de uitvoering zal het allerminst ontbreken, want wij leren hebben ons vrijwillig aangeboden, het doodvonnis te voltrekken. Gladstone is, wat zijn persoon betreft, een zeer beminnelijk gentleman, en wij zouden er waarlijk geen genoegen in vinden, hem een haar van het hoofd te krenken, zoo Gladstone niet tevens ware eerste minister van Engeland, de opperbevel hebber van de Engelsche regering in Ierland en de moordenaar van ons volk. Hij ontwapent dat volk en zendt zijne gewapende soldaten uit om het neêr te schieten. Gladstone is in dit geval Engeland zelf, en wanneer wij morgen aan den dag vernemendal de eene of andere Ier hem opge knoopt of doodgeschoten heeft, dan zullen wij jubelen, dat het bloed, «hetwelk om wraak ten hemel schreit", in zoover althans verzoend is. Er zijn in Engelland en in andere landen der wereld mannen, die van dezen onzen wensch notitie zullen nemen. Wjj spreken niet om Gladstone of mannen van zijne gehalte vrees aan te jagen; maar Gladstone zal het ge waar worden, van welk kaliber de mannen zijn, met wie hij te doen heeft Hij ondervindt het reeds, welke mannen de tirailleurs zijndie op het oogen- blik rond het paleis van den lord-mayor sluipen. In de Commercial van Cincinnati leest men: Wij ontvangen uit New man, een dorp in Georgië, het berigt van een gruwelijken moord en van de nog ijsselijker straf van den moordenaar. Den 29en Junij vond de heer Mitchell zijne jeugdige gade vermoord op den weg liggen, in de nabijheid zjjner woning, met afgesneden hals. Bij onderzoek bleek, dat het slagt- j offer bovendien op schandelijke wijze mishandeld was. De grond was over een 50 meter afstand platgetrapt, wat wel pleitte voor eene wanhopige verdediging. Behalve verscheidene andere wonden was het ligchaam over- j dekt met beten. Bij nader onderzoek bespeurde men, dat de moordenaar een tand moést missen. Dientengevolge viel er verdenking op zekeren Waldrop, dien iedereen in de plaats als zoodanig kende en die op de plaats der misdaad even te voren gezien was. Speurhonden werden op zijn spoor gezet, dat zjj tot Hogansville volgden, waar Waldrop, met zijne bloedige i kleederen nog aan, aangehouden werd. Hij bekende mevrouw Mitchell ver moord te hebben, maar ontkende zich aan schandelijke handelingen legen haar te hebben schuldig gemaakt. Hierop werd de moordenaar naar Franklin (Georgië) gebragt en de tijding van zijne misdaad en zijner aanhouding verspreidde zich weldra in de omliggende graafschappen. Maandag nacht van de vorige week kwamen er 400 gewapende mannen te Franklin, die er openlijk voor uit kwamen, dat zjj van plan waren zich van Waldrop meester te maken, al zouden zij de gevangenis daarvoor moeten sloopen. Nadat de cipier hun de sleutels had overhandigd werd de moordenaar buiten gebragt op de plaats van zijne misdaad, daar vastgebonden aan een paal en levend gebraden, nadat men alvorens zijne kleedcren met petroleum had begoten om de werking der vlammen te bespoedigen. Waldrop was een jonge man van 23 jaren; hij laat vijf weduwen na om zijn ontijdigen dood te b eweenen. FRANKRIJK, In het Conservatoire heeft de uitreiking der prijzen plaats gehad, bij welke gelegenheid door den heer Turquetonder-secretaris van staat bij fraaije kunsten, werd medegedeeld, dat de heer Got, leeraar in de decla matie, benoemd was tot ridder van het Legioen van Eer, ter belooning zijner diensten. Bjj het toekennen dezer onderscheiding had de regering ook niet uil het oog kunnen verliezen, dat zij ook hulde bragt aan den deken van de Comédie frangaise, een der uitstekendste artisten van die instelling. Deze woorden werden langdurig toegejuicht. Gambetta heeft bij gelegenheid van een feestmaal te Tours, zooals reeds vroeger bepaald was, eene rede gehouden. Hij herinnerde dat Frank rijk in de laatste tien jaren zijne financiën hersteld en onder de banier der republiek de grootheid van het land weer opgebouwd heeft. De monarchale partij was overwonnen. Het oogenblik was voor de republiek gekomen om hare sinds lang gedane beloften betreffende de sociale emancipatie, de vol ledige vrijheid in de staatkunde en den voortdurenden vooruitgang te ver wezenlijken. Hierna bragt de spreker warmen lof aan den president der republiek en deelde zijn denkbeelden mede over den tegenwoordigen toe stand. Hij betreurde het dat de «scrutin de liste" verworpen was. Nu kon men de lagen der democratie niet op den breedsten grondslag raadplegen. Hij sprak verder over de hervormingen, die hij noodig achtte, en keurde het van den senaat af, dat hij de wet op het leeken-onderwijs niet had aange nomen. Hij zeide een voorstander te zijn van het twee kamers-stelsel, maar de beide kamers moeten van éc'nzelfden geest doordrongen zijn. Hij wil de wijze van verkiezing van den senaat veranderen en tevens verandering bren gen in de bevoegdheid van dit ligchaam; de senatoren voor het leven, die door de nationale vergadering benoemd zijnbehooren zich voor het con gres aan eene herkiezing te onderwerpen. Hij verlangt verder volledige vrijheid van het regt van vereeniging. Resumerende, vroeg hij: 1». herzie ning van de constitutie voor wat de zamenstelling van den senaat aangaat; 2°. vorming van eene meerderheid, die eene groote vertegenwoordiging is van Frankrijk; 3°. eerbied voor de prerogativen van het administratief gezag. De France en de Nationale vallen Gambetta's redevoering aan als een vaag of gevaarlijk programma. Zij verklaren, dat eene, zelfs gedeeltelijke, herziening van de constitutie, om de wijze der verkiezing en de attributen van den senaat te veranderen, gevaarlijk zou zijn. De Temps keurt de redevoering goed, maar maakt voorbehoud aangaande de verandering van den senaat, welke zij niet dringend acht. Het blad gelooft, dat de rede voering grooten indruk op de kiezers zal maken en een beslissenden invloed op de verkiezingen zal hebben. In Belleville, het arrondissement, dat Gambetta naar de kamer heeft afgevaardigd, is eene kiesvergadering gehouden, die door Gambetta's tegen standers was bijeengeroepen. De zaal was met de driekleur en. de roodc banier en voorts met zinnebeelden der commune getooid. Een zekere Jeoffrin klaagde Gambetta aandat hij den Tunesischen oorlog te voorschijn geroepen heeft om de listen en lagen der beurswoekeraars te begunstigen. Deze oorlog kon Frankrijk duur te staan komen. Het was tijd den goochelaar Gambetta toe te voegen: «hoe groot ook de tent is, die gij in Belleville laat opslaan voor den 14den (den dag waarop Gambetta voor zijne kiezers zal spreken), gij hebt in Belleville uwe loopbaan begonnen, in Belleville ook zal die eindigen, evenals die van de generaals Clément Thomas en Lecomtc in Montmartre geëindigd zjjn". Te Perpignan had Dingsdag avond een verschrikkelijk ongeluk plaats. Eenige familie-betrekkingen en vrienden hadden zich om het sterfbed van een jong mensch vereenigd. Plotseling ontstond er een geweldig gekraak en zakte de vloer in. Al de aanwezigen werden onder de balken en het puin bedolven, De stervende was onmiddellijk dood, terwijl een twaalftal personen ernstige wonden bekwam. Te Madrid is een nieuw circus voor stierengevechten geheel afgebrand. Men maakte juist toebereidselen voor een stierengevecht, toen de brand ontdekt werd, en er waren ongeveer 14,000 toeschouwers aanwezig. De ontruiming van het gebouw had echter in de beste orde en zonder onge lukken plaats. Een uur later was het houten circus geheel tot asch ver teerd. De Arabieren, die het landgoed bij Tonta, in Tunis, plunderden en daarbij een Grieksch onderdaan doodden, zijn door de trouw gebleven stam men van Uled-said aangevallen en hebben zware verliezen geleden. Al het door hen geroofde vee is hun weder ontnomen. De aaiivoerder der opstan delingen te Sfax, Ali-ben-Kalifazou over de grenzen van Tripolis gevlugt, doch door de Turken weder teruggedreven zjjn en thans te Elhama, een halven dagmarsch ten westen van Gabes, gelegerd zijn. OVIT9CHLAND. Baron von Arnim-Schlagentinzoon van wijlen graaf Harry von Arnim, heeft zich in het Pommersche district Randow, hetwelk tot nog toe in den rijksdag door een streng conservatief afgevaardigde was vertegenwoordigd, candidaat gesteld, en wel als secessionist en tegenstander der graanregten. Bij den Oostenrijkschen gezant te Berlijn, graaf Czechenyi, heeft, ter wijl hij met zijne lamilie afwezig wasinbraak met diefstal plaats gehad. De dieven zijn in de receptie-salon, in een paar groote apartementen en het schrijfvertrek van den gezant, in de salons zijner gemalin, in de kinder kamers, enz., geweest, maar niet in de zilverkamer. Overal hebben zij de kasten, laden en andere afsluitingen opengebroken. Bij de brandkast is dit slechts gedeeltelijk gelukt, namelijk bij den bodem, alwaar zij uit het benedenvak verscheidene kostbaarheden van den gezant, onder anderen zijne ridderorden, hebben weggehaald. Van de kleederen, met uitzondering eener pels van de gravin, hebben zij niets medegenomen. Ook hebben zij in het schrijfbureau alle papieren en zells drie gouden horologiën laten liggen, terwijl zij anders overal het kostbaarste hebben weggenomen. Te Kleinrosselenbij Saarbriickenis Zondag een aantal werklieden omgekomendie zich ondanks verbod in de kolenmijn aldaar hadden neder- gelaten. De Zondag wordt namelijk gebruikt om het zamengestroomde wa ter te verwijderen en ten gevolge van eene nog niet opgehelderde vergis sing sloeg de hijschbak in het water. De mannen poogden wel er uit te komenmaar op eens verhief zich de bak weder om met geweld op nieuw neder te smakken, zoodat de daaraan hangende werden verpletterd. Negen hunner lijken zijn gevonden. Eenige anderen werden meer of minder zwaar gewond, één slechts is er heelhuids afgekomen. De machinist is gevlugt. De administrator van het aartsbisdom Freiburg, in Baden, de wij bisschop dr. L. von Kubel, is te St. Peter, bij Freiburg, overleden. In de haven van Kiel lagen sedert eenigen tijd twee stoombootende Diogenes en de Socrates, die, zooals beweerd werd, door Engeland voor de Grieksche regering waren besteld. Eenige dagen geleden zond de mi nister van binnenlandsche zaken bevel om deze schepen niet te laten uit- loopen en toen Woensdag middag de Diogenes stoom maakteom zoo het heette, eene proefvaart door de binnenhaven te doen, kwam eene Duitsche marineboot aan om beslag op de beide booten te leggen. De machines wer den uit elkander genomen en onbruikbaar gemaakt, en de corvet Blucher is thans met de bewaking der beide booten belast. Over de redenendie de regering hiertoe bragten, loopen allerlei redeneringende schepen zouden niet voor Griekenland, doch voor de nihilisten of volgens anderen voor de Fenians zijn. Ook wordt gezegd, dat zij voor de Peruanen bestemd waren en dit gerucht wordt het meest algemeen voor de waarheid gehouden. Uit Genève meldt men: In de laatste dagen hebben er in verschil lende deelen van Zwitserland allerlei ongelukken, rampen en misdrijven plaats gehad, alles na de aardbeving van veertien dagen geleden, en een j stormwaarbij schade werd aangerigt tot een bedrag van 10 milliocn fres. In het meer der vier kantons is eene boot omgeslagen, waarbij zeven man verdronken. Niet ver van daar heeft een boer zijnen waanzinnigen broeder vermoord door hem in gezegd meer te werpen. Op het meer Constanz hebben drie Duitsche toeristen, mede ten gevolge van het omslaan hunner boot, het leven verloren. Drie jonge dames, die in de Aar baadden, zijn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1881 | | pagina 5