BUITENLAN DSCHE BER1GTEN. aangehoudendie verdacht werd van den vermelden moord op den spoor trein litsschen Londen en Brighton, bljjkl onjuist te zijn geweest. - Te Botterdam is in de vorige week gehouden de algemeene vergadering van de vereeniging voor hooger onderwijs op gereformeerden grondslag, onder voorzitting van den rector der vrije universiteit. Aanwezig waren 85 leden, 60 begunstigers, 5 gemagtigden van corporatiën en een achttal gelnlroduceerden. Op verzoek van den voorzitter deed de algemeene penning meester, ter aanvulling van het verslag, voorlezing van een gedetailleerden staat van ontvangsten en uitgaven, waaruit bleek, dat de rekening over 1880 met een batig saldo sluit van ƒ7614 74. De altredende leden van het bestuur, de heeren G. M. L. baron van Boetselaer en H. Seret, werden met bijna algemeene stemmen herkozen en lieten zich de nieuwe benoeming wilgevallen. Na eenige discussie werd Leeuwarden als vergaderplaats voor hel volgende jaar bepaald. De overige punten dér agenda lokten eene warme, doch broederlijke bespreking uit. Dezer dagen wilde een landbouwersknecht aan den Oostringdjjk te Deemster een stier verzetten, die aan een lang touw met een ijzeren pen in het land, vast stond; hij sloeg dit touw met een slag om de hand vóór hy de ijzeren pen uit den grond trek. Doordien de stier hard aan den loop ging, geraakte de hand van den knecht zoodanig bekneld, dat letter lijk 4 vingers en een gedeelte der hand werden afgesneden. De hand is tot aan den pols afgezet moeten worden. Hel oereniitgs-eskader bestaande uit de oorlogstoomschepcn van Galen, Leeuwarden en Va mix, divisie-kómmandant Binkes, is van den Atlantischen Oceaan te Nieuwediép den 3J'n Julij binnengeloópen. Aan het curatorium der opleidingsschool (gymnasium) te Zetten is door jhr. J. W. Fabricius van Leijenburg, Loenen en Wolferen een legaat bespro ken, groot 8000, ingeschreven of in te schrijven op het Grootboek der Nat. 4 pCt. Werk. Schuld. Te Lemelervcld heeft Woensdag 11. eene moorddadige vechtpartij plaats gehad. Twee jonge lieden vervoegden zich ten huize van den kastelein A. W. om sterken drank te koopen. Daar hun dit echter werd geweigerd, ontstond er al spoedig twist tusschen hen en den kastelein, welke zoo hoog liep, dat er gebruik werd gemaakt van een greep en voormelden A. W. vijf aanmerkelijke ttiepe wonden op het hoofd zijn toegebragt. De toestaud van den verwonde is van zeer ernstigen aard. Tusschen Mastenbroek eh Kampen is een hoogbejaard persoon uit lisselsmtiiiieu door den spoortrein overreden, daar hij, onvoorzigtig genoeg, den weg trachtte over te steken, terwijl men bezig was den trein te ran geren De ongelukkige is naar het ziekenhuis te Kampen overgebragt. De schade, door den brand in de fabriek der kon. maatschappij "De Scheldt", te Vlissingen. veroorzaakt, schat men op 3 a 4 ton. Alles was echter verzekerd. De oorzaak van dep brand weet men niet op te geven. Voor Vlissingen is de ramp groot. Op,De Schelde, een der bronaders van het leven der stad, werken tegen goed daggeld ongeveer 400 personen. De teekeniugen zijn vqor een groot deel gered. Naar men verneemt, en liet door den burgemeester van Vlissingen in eene raadsvergadering gesprokene bevestigt het bestaat het voornemen niet de werklieden te ontslaan. Onmid dellijk is men begonnen eene loods op te rigten, waarin de noodige machineriën zullen geplaatst worden om het onderhanden zijnde werk te kunnen afmaken. In den nacht van 28 op 29 Junij 11. zijn eenige personen de r. k. keik te Rudel binnengedrongen en pleegden daar een stouten diefstal. Het Maiiabeeld werd van al zijne versierselen, op een oorring na, ontdaan, de verschillende oflerbussen opengebroken en geledigd, en drie reliquiën mede genomen. Ten einde hun vernielingswerk beter te kunnen voortzetten, ont slaken zij de kaarsen op het altaar, waarna zjj dit laatste deerlijk ver minkten en beschadigden. Zaturdag nacht is door de rijksambtenaren te Asten aangehouden zekere Joseph Girsgens uit Herungen in Prttissen. die op eene kar, met paard be spannen, eene quantiteit spiritus Irauduleus had binnengevoerd. Alles is door de ambtenaren in beslag genomen en de smokkelaar is naar Roermond over gebragt 'sGRAVENIlAGE4 Julij. Tot adjunct-commies bjj het dep. van financiën is benoemd de heer II. F. W. Kolb, thans eerste klerk. De dirigerende officier van gezondheid 2* kl. dr. J. A. Fles, van het personeel van de geneeskundige dienst der landmagt, is op pensioen ge steld; verder zjjn bjj genoemd personeel benoemd: tot dirigerend officier van gezondheid 2' kt, de dirigerende officier van gezondheid 3e kl. J. F. C. L. Pilgrim, van dat personeel; tot dirigerend officier van gezondheid 3' kt, de officier van gezondheid le kl. (majoor-titulair) A. W. J. Zubli, mede van dat personeel. De kapitein ter zee jhr, Wichers, adjudant des kónings in buitengewone dienst, zal, naar men verneemt, alvorens in de tweede kamer der staiem- generaal zitting te nemen, de zeedienst verlaten en pensioen aanvragen. Hoogsteenvoudig en binnen zeer engen kring vond gisteren de aan bieding plaats van het huldeblijk der dankbaarheid aan den luitenant-gene raal van der lleyden. Omstreeks half zes ure namiddag stapte de overwinnaar van Atjeh, ge kleed in den generaals-uniformbegeleid door den secretaris der hoofdcom missie, al aan hel Hotel des Indes, uit welks vensters de .Nederlandsche driekleur en de Balaviaasche vlag wapperden en in een van welks prachtige salons de hoofdcommissie verzameld was. Door een der leden van de commissie ontvangen, trad de hoofdpersoon dezer plegtigheid de zaal binnen, alwaar de meeste leden der commissie ter zijner ontvangst geschaard stonden. Allen vormden een kring rondom den voorzitter, mr. J. Heemskerk Az.die zich tegenover den generaal van der lleyden plaatste. Nadat de voorzitter den Indischen veldheer de verzekering had aangebo den, dal zijne tegenwoordigheid hier tVr plaatse ais een groot voorregt en als een grooie reden tot blijdschap kon worden beschouwd, stelde hij zich aan den generaal voor als de voorzitter van de leden der hoofdcommissie, nu te dezer plaatse vergaderd. Te zeggen, dat die hoofdcommissie het ge voelen der natie uitdrukte, zou hij vermetel achten, daar zij slechts de op- dragt ontvangen had van eene meeting van belangstellenden uit vele oorden van het vaderland en der overzeesche bezittingen, wier adhaesie en goedkeu ring op de onderneming der hoofdcommissie gevolgd is. Daarna schetste spreker, hoe zij, die hel oog op onze dierbare belangen in Oosl-Indië gevestigd houden, met belangstelling hebben gezien wat in het rijk van Atjeh omging waar zooveel bloed gevloeid heeft en waaraan zoo veel schatten ten koste zjjn gelegd. Over den oorlog in Atjeh le spreken, daarvoor achtte hij het hier niet de plaats noch de tijd. Lag er aan den eenen kant voor een beschaafd land iels smartelijks in een veroveringsoorlog te voeren, aan den anderen kant behoorde niet te worden over liet hoofd gezien, dat eene koloniale mogendheid zich daaraan soms niet kan onttrekken. Voorts vertolkte de heer Heemskerk de algemeene blijdschap, dal de lau weren, door den Nederlandschen krijgsoverste ln|Atjeh behaald, met zooveel vlekkelooze eer waren verworven. Daarna riep hij in het geheugen terug het aandeel, dal van der lleyden in den Atjeh-oorlog had gehad, en ken schetste eenigzins nader dien krijg. Ook sprak de heer Heemskerk een woard van waardering over de pogin gen om het civiel bestuur in orde te brengen, niet alleen door geweld, maar door wjjze wetten en met een open oog voor de belangen der bevolking. Dat alles was door de regering hoogelijk gewaardeerd en daarom verheugde hij er zich over. dat het den generaal gegeven was zoo veel tot stand te brengen in het belang van koning en vaderland. Hierop bood de lieer Heemskerk den generaal de geschenken aan als uit drukking der levendig gevoelde erkentelijkheid van zijne verdiensten. In de eerste plaats dan werd ter zijner beschikking gesteld een kapitaal, met den wenschdat het strekken moge des krijgsmans verdere levensdagen te veraangenamen. In de tweede plaats overhandigde hij den gevierdeu van der lleyden een prachtalbum, prijkende met de namen der zoowel aanwezige als afwezige leden der hoofdcommissie, benevens eene calligrafische inscriptie, waarin in warme bewoordingen door landgenootenzoo in Nederland, in Oost en West als in het buitenland, hulde wordt gebragt aan de lijfsver achting en het beleid, waarmede van der Heyden voor koning en vaderland heeft geleden en gestreden. Uit de handen van den voorzitter ontving hij nog een meer blijvend ge denkstuk, nl. eene medaille, die de eigenschap heeft geslagen en verveelvul- digd te kunnen worden als de behoefte dit medebrengt. Op dal eeremetaal, uit brons vervaardigd, treft men aan de uitmuntend gelijkende beeldienis van den held van Samalangan. De keerzijde dezer medaille beval eene her innering aan het roemrjjke oogenblik toen de benting bij Samalangan juist genomen werd en de generaal, naauwelijks verbonden van de wonde aan het hoofd, zich weder te paard begaf en aan het hoofd der troepen stelde. (.Zigtbaar diep getroffen door deze ovatie, rigtte de generaal liet woord tot den president en de leden van de hoofdcommissie en betuigde hy zijn dank voor de schoone woorden tot hem gesproken. Wat hem belrol, meende hij eenvoudig pligtsbetrachting te hebben aan den dag gelegd. De eer kwam z.i. grootendeels toe aan de onder zijne bevelen geplaatste troepen, aan een gedeelte van het brave Indische leger, waaronder ook verscheidene officieren en minderen van de Ned. landmagt. Met lof gewaagde hij verder van den steun van de Ned vloot, die het leger op zoo uitmuntende wjjze had ter zjjde gestaan. In ln de overtuiging, dat de taak door anderen ter zijner eere volbragt was, riep hij uit: op hen dalen de lauweren. Dank aldus besloot dc generaal aan hen. aan land- en zeemagt, aan u (de hoofdcommissie), die mij een der schoonste oogenblikken in mijn leven bereid hebt en ontvangt de verzeke ring, dat ik tot het einde van mijn dagen steeds alles over zal hebben voor vorst en vaderland' Een nieuw hoerah! en leve van der Heyden! bezegelden deze ontboeze ming en allen traden naar den heldhaftigen veldheer toe om hem hartelijk de hand te drukken. De leden der hoofdcommissie vereenigden zich daarna met den heer van der Heyden aan een keurigen feestdisch. Alhier is in den ouderdom van 78 jaren overleden de heer C. J. Feitli. De ontslapene heeft eene reeks van jaren groote diensten aan den lande be wezen. Als referendaris bij het dep. van binnenlandsche zaken, voor de afdeeling armwezen, en als inspecteur van de gestichten voor krankzinni gen, gaf hij van groote bekwaamheden, eene rijke kennis en een door de jaren gerijpte ervaring treffend blijk. In de Tullinghstraat alhier is Zaturdag avond iemand, die de onvoor- zigtige gewoonte volgde van een in beweging zijnder. tramwagen af te sprin gen, gevallen en met een been onder de wielen geraakt, ten gevolge waarvan hy erndtige kneuzingen bekwam. Veertien duizend personen hebben zich gisteren per stoomtram naar Scheveningen en terug begeven. ËNGELANO. LONDEN. 3 Julij. De moord, in een spoorwegrijtuig op den heer Gould gepleegd, heeft aanleiding gegeven om in het parlement de vraag te stellenoi' er op de treinen geen betere maatregelen genomen kunnen worden om de passagiers in de gelegenheid te stellen hulp te verkrijgen. Uit het antwoord van den president van den "Board of Trade" bleek, dat juist op deze Ijjn de nieuw ste en doelmatigste communicatiemiddelen in gebruik waren. Men kan er nameljjk van alle wagens uit electrische seinen aan de conducteurs geven. Maar natuurlijk hebben al zulke middelen maar een betrekkelijk nut. Dit-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1881 | | pagina 2